36
teerd. De Gelderse tegenhangen van kasteel
Stoutenburg was in later jaren Kernham bij
Ede.
In 1328 wordt kasteel Stoutenburg verpand aan
arnold (Aernout) van IJsselstein. Deze Arnold
was getrouwd met Maria van Avenues, bas
taard-dochter van Bisschop Guy van Avenues.
Zoals in die tijd beschreven "een jonkvrouwe
uit onechten bedde".
Waarschijnlijk heeft Arnold toen ook Emelaar
verworven want in 1802 behoorden Groot
Emelaar en Klein Emelaar nog tot de Baronie
van IJsselstein. En om het eenvoudig te maken,
IJsselstein is Hollands. Uit rekeningen blijkt
dat Arnold grote moeite had om Stoutenburg
verdedigbaar en bewoonbaar te houden. Dus
ook van hem kunnen wij geen nieuw kasteel
vewachten.
Ik heb niemand kunnen vinden die een goede
reden had om een kasteel Emelaar te bouwen.
4. Bewoners
In de literatuur komen weinig personen voor
met de naam Emelaar. In 1382 zou ee Seger
van Emelaar deels eigenaar zijn van het "goed
Achtevelde". Nu komt de naam Seger ook voor
in het geslacht Emeclaar (bij Hoogland). Een
Seger Aertsz van Emelaar is in 1464 burge
meester van Amersfoort.
In 1509 is Gijsbert van Emelair raad van
Amersfoort. In 1529 is Tonis van Emelair raad
en vijve van Amersfoort.
Op een in museum Flehite aanwezig drieluik
wordt "Jutte Emelaar" genoemd. Dit zou een
adellijke tante zijn van Jan Botter, zij woonde
in Amersfoort. Dit drieluik is waarschijnlijk
een vervalsing om een betere afkomst voor
Johan van Oldenbarneveld aantetonen. Toch is
dit de enige verbinding tussen Adel en
Emelaar.
Een ook wel genoemde bewoner van slot
Emelaar, Gijsbert van Dompselaar, die in 1652
ruzie had met Jacob de Bije, heer van
Stoutenburg, woonde in Amersfoort, hij was
immers van 1654 tot zijn dood op 6 juli 1666
schepen van Amersfoort. Gijsbert van
Dompselaar handelde hier in zijn functie van
weesmeester, de weesmeesters van Amersfoort
waren eigenaar van Emelaar. (Van Bemmel,
beschrijving van de stad Amersfoort 1760).
Ik heb geen bewoner van slot Emelaar kunnen
vinden.
Landkaarten en Schouvvbrieven
Slot Emelaar komt bijna niet voor op landkaar
ten, zelfs niet op de zeer uitvoerige kaarten als
die van Cornelis Anthonisz Hornhovius (1599)
of die van Pieter van den Keere (1616)
Alleen op de kaart "De Veluwe, Het laatste
Vierdeel van gelderlandt door Nicolaas van
Geelkercken (1639)", komt een "Eemeren"
voor bij de Gerenommeerde Edelhuysen. Op
deze kaart zijn ook Langeler, Glint en
Santbrine als gerenommeerd Edelhuys gege
ven.
In de blaffaard van 1799 komen wel Oud
Emelaar, Groot Emelaar en Klein Emelaar
voor, maar geen slot. Hetzelfde geldt voor een
schouwbrief van 1821.
De Slot Eng
In het archief Stoutenburg (gemeente archief
Leusden) zit een mededeling van 1807 over een
"Publieke Verkoopinge" waarin wordt gespro
ken over de "Slots Eng".
En toch!
Na enige tijd zoeken had ik dus een slot dat
door niemand was gebouwd, waar niemand had
gewoond en dat niet op kaarten stond. Ik was er
van overtuigd dat slot Emelaar ingedeeld moest
worden in de klasse slot Bommelstein tot ik, bij
I
li
V
I -
ft
I
I
o -
y i iAs j'a
C yfj
<i»
-••• - 'V - i
j y
<7">. V" i' I- VI
HISTORISCHE KR/Aj
r\
yi
i i
->r<
ra 'O.;
v' y*
- /<-!a ,vx
J V r
T. M
C-
- if S 'AA
j? n V&t- ..y
A
y L L i/ o." t4 óy ;-L
Sr A J 1
Z 4 - r i
A -A. \_y„-j
Srjt //ti y
y S l VI
- - w
C'k y r> y.« Y
z
Publieke Verkoping uit 1807.
Uit Gem. Archief Leusden (archief Stoutenburg)