96 I clan ook niet /al behandelen. De volledige tekst van de oorkonde is in de bijlage te vinden. V De gren/en can het oorspronkelijke Geerestcin Ik begin met een interpretatie van dhr. Nieuwenhuis: Er behoeft weinig twijfel te bestaan waar Johan van Culenborch zijn drie hoeven lands heeft gekozen (afb.2). Deze stukken land zijn later bekend geworden als de Col lenershoeve, de Geerlofshoeve en de Jacobshoeve. - De Collenershoeve lag tussen de Ekrisse wetering en de latere Geeresteinselaan; op de Geerlofs hoeve werd later het huis Geerestein gebouwd. Langs de nieuwe grens benoorden 'Geerestein' werd toen blijkbaar de scheisloot gegraven (pas veel later werd het Zuiderbroek aan de heer lijkheid Geerestein toegevoegd); mogelijk werd toen ook een sloot langs die latere Geeresteinselaan gegraven. De 'lake' die onder bisschop Guy 1301-1317) werd gegraven is in deze gedachtengang dus de Dwarswetering zelf. De Dwarswetering is de waterloop ten zuiden van het huis Geerestein, van de Geeresteinselaan tot de Grift. De scheisloot, vroeger ook wel eens de Scheng genoemd, loopt tussen het Zuurbroek en het land van Geerestein.- Een viertal opmerkingen: 1. De oorkonde vermeldt uitdrukkelijk dat de nieuuwe grenssloten vóór St.Maarten 1345 moesten worden gegraven. Dit gold dus met name voor de sloot langs de latere Geeresteinselaan, voor de Scheisloot of Scheng en voor de Dwarswetering. 2. Het Zuiderbroek en Zuurbroek zijn twee namen voor hetzelfde, van oorsprong zure broek- of moerasgebied. 3. Hel staat niet vast dat de 'lake' tijdens het bewind van bisschop Guy werd gegraven. De tekst van de oorkonde laat duidelijk de moge lijkheid open dat bisschop Guy een reeds bestaande 'lake' als grens heeft 'ghehangen'. (Het woord 'ghehangen' doet eerder aan een bestaande grens dan aan een nieuw te graven grenssloot denken). 4. Ik vermoed dat er in de oorkonde slechts sprake is van één en dezelfde lake. Niets wijst erop dat we met meerdere 'laken' van doen heb ben. Deze lake heeft naar mijn mening een lijn rechte afwatering gevormd van het Treekermeertje naar het begin van de Ekrisse wetering: de Oude Heygraaf uit mijn vorige bijdrage (6). Johan van Culenborch mocht zijn drie hoeven lands kiezen 'et si boven ofte bene den aen die lake waer hi si nemen wil'. Dat heeft hij m.i. gedaan. Die lake lag dan ongeveer op de plek waar nu het 'Grand Canal' van Geerestein ligt. Dit lijkt in tegenspraak met de uitspraak uit 1345, waarin bisschop Jan beves tigde dat de (zuid)grens van het land van 'de ghebueren van Loesden' door de palen en lake voor eeuwig was vastgelegd. Deze uitspraak heeft naar mijn mening echter alleen voor de Marke gegolden en niet voor het veel oostelij ker gelegen en niet ontgonnen Zuurbroek, waarover de bisschop in 1345 nog vrijelijk mocht en ging beschikken. Je maakt geen 'scoet ende twist' over een concrete landscheiding als je geen rechten hebt op de omliggende grond. Een charter uit 1417 (7) lijkt de mening van dhr.Nieuwenhuis omtrent de ligging van de drie hoeven lands te bevestigen, al is er nu spra ke van twee en niet van drie hoeven lands. Vergeet echter niet dat in de beschrijving van 1345 nog niet vaststond welke stukken land Johan van Culenborch zou gaan kiezen. Men werkte nauwelijks of niet met kaarten en het was dan ook veel eenvoudiger de grenzen van het gekozen gebied te beschrijven door uit te gaan van twee in plaats van drie stukken. Dat ging in 1417 lekker vlot: -...tween hoven lants als die gelegen syn der een geheten is die Borchhhove westwert mit ene huyse dat daer op staet geheten Gerestein en die ander die geheten is Colenershove. Ajb. 2: de oudste kern van Geerestein.

Historische kranten - Archief Eemland

Leusden Toen | 1996 | | pagina 5