Boekbespreking
Uit het archief
f143
Mocht het uw interesse hebben gewekt en
denkt u er aan zelf iets in die richting te
ondernemen, dan zou ik u willen adviseren
een bezoekje te brengen aan de bibliotheek.
Daar zijn genoeg boeken en boekjes te krij
gen die u op weg kunnen helpen.
Misschien is het ook wel een aardig onder
werp voor een werkgroep van de kring.
De levensloop van de Utrechtse bevolking in
de 19e eeuw.
Redactie: K.Mandemakers en O.Boonstra.
186 blz. - geïllustreerd - f 39,50.
ISBN 90 2323047 7.
Aan de hand van de gegevens van geboorte-,
huwelijks- en overlijdensakten uit de bevol
kingsregisters en persoonsregistraties proberen
een negental auteurs het demografisch gedrag,
de beroepscarrière en het verhuispatroon van
personen in de provincie Utrecht in kaart te
brengen. Dankzij de dataset van de Historische
Steekproef Nederlandse Bevolking (HSN) is
het mogelijk om de levensloop van mensen in
de periode 1812 - 1922 te reconstrueren. De
provincie Utrecht was het eerste project van de
Stichting HSN en werd als zodanig als proef
project gekozen.
De borelingen uit de provincie Utrecht vormen
het eerste databestand van de HSN. In totaal
zijn er 4.000 geboorteakten getrokken. In totaal
zal het gegevensbestand van heel Nederland uit
70.000 personen bestaan. Elke persoon in
Nederland geboren tussen 1812 en 1922 heeft
een kans van 1 op 200 om in het databestand
van de HSN terecht te komen. Om redenen van
privacy ontbreken in dit bestand de namen van
de geselecteerde personen. Onderzoekers kun
nen gebruik maken van het HSN bestand. Men
moet zich wenden tot het Internationaal
Instituut voor Sociale geschiedenis, Cruquius-
weg 31, 1019 AT Amsterdam, t.a.v. HSN.
Wat hebben wij als leden van de Historische
Kring aan de bundel "De levensloop van de
Utrechtse bevolking in de 19e eeuw" van Kees
Mandemakers en Onno Boonstra e.a.? Om te
beginnen vindt u in hoofdstuk II "Het hart van
Nederland", geschreven door de sociaal-
geograaf Hans Knippenberg, een goed over
zicht van de belangrijkste ontwikkelingen in de
periode 1800 - 1940 op infrastructureel, econo
misch, godsdienstig, politiek, demografisch en
onderwijs gebied. Daarna volgen vijf hoofd
stukken, die met behulp van de HSN dataset
geschreven zijn. Daarvan is hoofdstuk IV, "Het
einde van het analfabetisme" van Onno
Boonstra, één van de interessantste voor ons.
Hij bestudeert het analfabetisme aan de hand
van huwelijksakten, waarbij hij kijkt welke
bruid en bruidegom de akte kunnen onderteke
nen en wie nog een kruisje zet.
Ook hoofdstuk VII, "Komen en gaan, emigra
tiepatronen in de provincie Utrecht", van de
historicus Jan Kok bevat vermeldenswaardige
zaken voor ons. Met behulp van de dataset
wordt gekeken waar de stads- en plattelandsbe
woners hun gehele leven verbleven. Wat viel
Jan Kok op? Van alle personen geboren tussen
1812 en 1922 was iets meer dan de helft tussen
geboorte en overlijden gemigreerd naar ge
meenten verder dan 5 kilometer van de geboor
tegemeente. Meer dan vier/vijfde deel van de
mensen bleef echter binnen een gebied met een
straal van 40 kilometer wonen. De migratie
kansen namen tussen 1812 en 1892 gestaag toe.
Voor alle vertrekkende Utrechters naar andere
provincies gold Holland als de belangrijkste
bestemming. Zou dit ook voor onze dorpen gel
den?
Van de volgende hoofdstukken krijgt u van mij
een korte opsomming van de inhoud:
Hoofdstuk III van de demograaf F.van Poppel
handelt over de enorme kindersterfte in de 19e
eeuw; de sociaal-economische positie van de
vader had invloed op deze sterfte, maar dit was
in de stad meer het geval dan op het platteland.
Hoofdstuk V, geschreven door de socioloog
M.Kalmijn, laat de verschillen in huwelijks
leeftijd enerzijds en de samenhang tussen de
leeftijden van bruid en bruidegom anderzijds
zien.
En in hoofdstuk VI beschrijven de historicus
M.van Leeuwen en de pedagoge I.Maas de
sociale mobiliteit (stijging en daling op de
maatschappelijke ladder) in de steden en dor
pen.
Op de achterkant van de bundel vermeldt de
uitgever, dat de bundel een integraal beeld van
de maatschappelijke veranderingen in de
Nederlandse samenleving in de "lange 19e
eeuw" biedt. Of deze bundel voor ons als ama
teur-historici daaraan beantwoordt, betwijfel
ik. Wel drukt deze bundel ons met de neus op
het feit, dat voor het verzamelen van histori
sche gegevens de computer belangrijk is, waar
bij niet uit het oog verloren moet worden, dat
daar een juiste integrale aanpak bij hoort.
Voor de geïnteresseerde lezers: vanaf 1 januari
1997 bevindt "De levensloop van de Utrechtse
bevoking in de 19e eeuw" zich in de biblio
theek van de historische vereniging. Of u dit
boek met rode oortjes in één ruk uitleest, weet
ik niet. Mij is dat in ieder geval niet gelukt!
Rie Vroon-Roubos
ACTE VAN INDEMNITEIT.
Wij Schout en
Municipalen van Zoest declareeren
bij deezen dat ingevalle Den Perzoon
Harmanus van den Hengel, en zijn
zoontje Willem Harmanusze van den
Hengel, oud circa zeeven Jaaren, beijde
van de Roomsche Godtsdienst, en onder
deeze Gerechte Gebooren, Woonende reeds
onder de Gerechte van Stoutenburg, on
„verhoopt te Eeniger tijd, tot Armoe
„de quame te vervallen, Dezelve door
de Roomsche Armmeesters van den Kerke
van Zoest, waar Onder de Opgezee
„tene Deezes Gerechte Parochieren,
of behooren, zullen moeten worden
Onderhouden en Gealimenteerd in
Conformité van de Ordonnantie Deezer
Provintie van Dato den Vijfde
Augustus 1777 Gearresteerd.
Actum Zoest
29e April 1797 w.g.
J.Beer
secretaris
Dit is een 'Acte van Indemniteit' schade
loosstelling). Indien iemand naar een ander
Gerecht (^woonplaats) verhuisde, moest sinds
1777 de betreffende kerk in het gerecht van
HISTORISCHE Kft/V