Leusden 1300 jaar? (2)
194',
weg. Hel fietspad volgen tot de brug over
het Valleikanaal. We blijven op de
Asschatterweg, die na een paar honderd
meier scherp links gaal.
We volgen de Asschatterweg tot in
Achterveld. Bij de voorrangsweg rechtsaf
en bij de kerk links: de Jan van Arkelweg,
Aan de rechterhand is de Moespot.
We gaan verder via de Jan van Arkelweg
en ongeveer waar de bebouwing ophoudt
op een splitsing linksaf: 't Jannendorp. Aan
het eind links de Emelaarseweg die we tot
het eind volgen. Dan rechtsaf de
Hessenweg. In Stoutenburg gaan we bij de
stoplichten linksaf de Horsterweg
U kunt de route nu op twee manieren voort
zetten.
Door nu almaar rechtdoor te rijden komt u
via Horsterweg, Zwarteweg en Hamers-
veldseweg vanzelfbij De Til
U kunt ook naar Don Bosco en de Queeste.
In dat geval gaat u voor het Valleikanaal
rechtsaf het fietspad op. Aan het eind links
parallel aan de snelweg), en even verder
onder een tunneltje door.
Door rechtdoor te rijden komt u vanzelf op
de Heiligenbergerweg, linksaf. Bij de stop
lichten rechtsaf, de Lockhorsterweg.
Bij stoplichten rechtdoor de Arnhemseweg
oversteken: Dodeweg.
Na 400 meter linksaf de ingang van Don
Bosco.
Vanaf Don Bosco terug naar de Dodeweg
en daar linksaf, onder voetbrug door en na
200 meter links de ingang van de Queeste.
Na de Queeste een stukje terugrijden langs
de Dodeweg, en direct voorde voetbrug het
fietspad rechts: Paradijsweg. Al snel bij
splitsing fietspaden links aanhouden en
Paradijsweg volgen tot het eind, het laatste
stuk is een zandweg. Aan het eind rechts:
Trekerweg. Bij kruispunt links: Ooievaars-
horsterweg.
Aan het eind bij de stoplichten de voor
rangsweg oversteken en aan de overzijde
het fietspad rechtsaf volgen.
Eerste fietspad links en direct weer links de
Wilhelminalaan in. Aan het eind rechts en
direct links de Julianalaan in. Na nr. 54
rechts de Tabakssteeg.
Aan het eind van de Tabakssteeg linksaf de
Hamersveldseweg.
Door nu almaar rechtdoor te rijden komt u
via Leusden Centrum vanzelf bij De Til
Tekst routebeschrijving: R.Polak
Tekst geschiedenis schoolgebouwen:
W. Bos
J.Verduin
In de vorige aflevering van ons blad heeft
dhr.H.J.Verburg de vraag gesteld of
Leusden in 1997 reeds 1300 jaar bestond.
De dorpsgeschiedschrijver van Achteveld,
de heer J.M.Schouten, had dat de redactie
in dikke rode kapitalen meegedeeld.
Schouten greep daarbij terug op een publi
catie uit de vorige eeuw van de hoogleraar
Willem Gerard Brill. Ons bestuurslid Wim
Bos wees vervolgens op het in 1928 ver
schenen "Gedenkschrift ter gelegenheid
van het 100-jarig zelfstandig bestaan der
Nederduitsch Hervormde Gemeente". Op
bladzijde 5 van dit boekwerkje staat: "Het
dorp Leusden was reeds in 697, onder de
naam Lisiduna, bekend. Volgens den hoog
leraar Brill zou dit oorspronkelijk Losiduna
geweest zijn, hetgeen dan 'losse duingrond'
zou betekend hebben." Elke nadere bron
vermelding bleek echter te ontbreken en de
heer Verburg eindigde met de raad eens bij
Brill op zoek te gaan.
Dat lijkt me een taaie klus die ik graag aan
anderen overlaat. Misschien kan er gerich
ter worden gezocht. Een uitgangspunt daar
bij kan zijn het proefschrift uit 1932 van
W.van Iterson: "De Historische ontwikke
ling van de Rechten op de Grond in de pro
vincie Utrecht". Van Iterson wijdt een
hoofdstuk aan de mark van Leusden en
begint daarmee op pag.606:
- Tot de oudste villae van het Nedersticht
behoort zeker wel Leusden. De Tegen
woordige Staat meldt ons in het deel, han
delende over de provincie Utrecht, dat het
reeds aan het einde der 7e eeuw moet heb
ben bestaan. In een oorkonde van 697 zou
het reeds genoemd zijn. Wij lezen daar: 't
Was reeds bekend op 't jaar 697, en werdt,
eenigen tijd daarna, bezeeten door eenen
Graaf, Wiggerus genoemd, aan wien het
geschonken was tot wederroepens toe'.
(Tegenw.Staat, dl.22, p. 278). Een oorkon
de van 697, waarin Leusden met name
genoemd wordt, is mij onbekend. Doch het
is verklaarbaar, hoe de auteur van de
Tegenwoordige Staat tot deze conclusie is
gekomen. In de zoo aanstonds nader te
bespreken oorkonde van 8 Juni 777 wordt
gezegd, dat aan de St.Maartenskerk te
Trecht de villa Lisiduna en een aantal ande
re goederen geschonken wordt, "quantum-
cumque Vuiggerus, comes, ibidem per nos
trum beneficium tenuit" (1). Waarschijnlijk
is onze schrijver te rade gegaan bij
Ant.Matthaeus, welke met betrekking tot de
schenkingsoorkonde van 777 zegt: "Hic
autem comes Wiggerus, seu ut alii vocant
Vigerus, vel Wyerus, pro insigniis habuisse
dicitur sex lilia alba in rubro campo (2).
Aub.Miraeus, canonicus Antverpiensis,
fol.47, ad ann. 696". (Ant.Mattheus, Rerum
Amorfortiarum scriptoris duo inedit, p.7).
De juistheid van deze mededeling laat ik
liever voor rekening van Ant.Mattheus. En
in ieder geval is het niet zeker, dat de door
hen genoemde Graaf Wigger dezelfde zou
zijn, als die welke in de oorkonde van 777
vermeld wordt".
Tot zover Van Iterson die terecht lijkt te
twijfelen. De graaf Wiggerus uit 777 heeft
kennelijk een naamgenoot als voorganger
gehad. Laat u niet afschrikken door het
fraaie latijn en de ingewikkelde verwijzin
gen. Zinsnede (1) komt voor in de schen
kingsakte van 777 van Karei de Grote en
zegt dat graaf Wiggerus de geschonken
goederen tot dusver in leen had gehouden.
In zinsnede (2) worden twee synoniemen
HlSTORISt Hi