NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR Amersfoort, Baarn, Bunschoten, Mm, Hamersvelfl, Hoevelaken, Hoogland, Leusden, Soest, 1 NIEUWE Woensdag 30 Juni De beste wraak. No. 52. Negende Jaargang. Uitgever: A. M. Slothouwer, Advertentiën kunnen inge zonden worden tot 's avonds 874 uur, des Dinsdags en Vrij dags. Eene viermaal geplaatste ad vertentie wordt slechts drie maal in rekening gebracht. FEUILLETON. AIHERSFOORTSCKE COURANT. Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden f 1,Advertentiën van 16 regelsJ 0,40. Franco door het geheele Rijk1,10. AMERSFOORT. Iedere regel meer0,05. Afzonderlijke nummers3 Cent. Agent VOO! Baarn en Omstreken: Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dit Blad verschijnt des Woensdags- en des Zaterdags. Advertentiën zende men den dag vóór de uitgave in. W. Z. MULDER te Baarn. OFFICIEELE PUBLICATIËN. De Burgemeester van Amersfoort, Gezien art. 21 der wet van 4 December 1872 (Staats blad No. 134), Brengt ter kennis van de ingezetenen dat in de laatst- verloopen week geen sterfgeval aan MAZELEN in deze gemeente is voorgekomen. Amersfoort, den 28. Juni 1880. De Burgemeester voornoemd, VAN PERSIJN. De Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, Gezien art. 8 der wet van den 2 Juni 1875 (Staatsblad No. 95), Brengen ter kennis van het publiek, dat door hen aan JOSEPH KOOL en zijne rechtverkrijgenden vergunning is verleend om eene Loodgieterij, Koper- en Blikslagerij opterichten in het perceel, alhier gelegen aan de Utrechtschestraat wijk A. No. 91, bij het kadaster bekend onder Sectie E, No. 1832. Amersfoort, den 28. Juni 1880. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, De Secretaris. VAN PERSIJN. W. L. SCIÏELTUS. De Commissaris des Konings in de Pro vincie Gelderland, Gelezen het besluit van Gedeputeerde III. Ik werd half gewekt door een tikje op den schouder, en opende mijne oogen, maar het halfduister verhinderde mij te zien. Toen zeide eene welbekende stem //Tom zal dadelijk weggaan, maar de morgen is stormachtig en vochtig. Als ik u raden mag blijf dan maar beneden; u Ik was weer gaan liggen, en sliep weer, voordat hij uitgesproken had. Ik moet nog eenigen tijd geslapen heb ben toen een dof geluid mij wakker maakte, Ik keek rond, en niet dan nadat de deur van het klokje opengegaan en de vogel eruit gekomen was, herinnerde ik mij waar ik was. Het sloeg zes uur. Toen hoorde ik het doffe geluid weer, en ik was nieuwsgierig om te weten, waar ik was. Voor de derde maal, nu luider, alsof de wind het geluid opgevangen, en het met kracht naar den toren gebracht had, waarin ik lag. Ik hoorde Dobson en de andere matrozen heen en weer loopen, en eenige oogenblikken later, toen eerstgenoemde de Staten van dit gewest, d.d. 16 dezer, No. 16, luidende als volgt: z/Gelet op de artikelen 11 en 15 der wet van 13 Junij 1857 (Staatsbl. No. 87); Gehoord het gerapporteerde; Is goedgevonden: Te bepalen dat de afzonderlijke jagt op waterwild, bedoeld in art. 15, letter d, en hder wet van 13 Junij 1857 (Staatsblad No. 87), zal geopend zijn op Donderdag den 15 Julij e. k., met zonsopgang." Brengt den inhond van voorschreven besluit ter kennis van de ingezetenen in dit gewest. En zal deze door tusschenkomst van Burgemeester en Wethouders worden aan geplakt waar zulks gebruikelijk is, en voorts in het Provinciaal blad en in de Arnhem- sche en Nijmeegsche couranten worden ge plaatst. Arnhem, den 19 Junij 1880. De Commissaris des Konings voornoemd, (was get.) MOLLELUS. Afgekondigd en aangeplakt te Hoevela ken, den 27. Junij 1880. J. V. DOORNIK, AKERSLOOT, Weth. Burg. Amersfoort, 29 Juni 1880. Zondagmiddag had in de St. Joriskerk de godsdienstige viering plaats van het 100 jarig bestaan der Zondagschool. Al vroeg hadden scharen van kinderen zich in het kerkgebouw vereenigd, en toen deze allen plaats genomen hadden, werden de kerkdeuren voor het publiek geopend en onder het dreunen der orgeltonen stroom- deur opendeed, riep ik hem en kwam hij haastig binnen. z/Wat gebeurt er toch, Dobson?" //Schip in gevaar. Ik vrees dat het zal stranden. Zij seinen om hulp hoort u de kanonschoten niet?" En hij ging verder. KanonschotenEen schip in noodDit was waarlijk een avon tuur. Ik sprong mijn bed uit, schoot mijne kleeren aan, en keek daarbij van tijd tot tijd naar de woedende, bruisende zee, tot heuvels opgezweept door een zuidwester storm. Ik klom op de omloop, en het grootsche schouwspel, dat de onstuimige zee aanbood, leidde een oogenblik mijne gedachten van het schommelende schip af, dat naar alle waarschijnlijkheid tegen de rotsen verplet terd zou worden. z/Kom," zeide Dobson tegen zijn kame raad, ffwij moeten samen dat karreweitje klaarspelen. Wij zullen de rots overgaan, voordat zij ertegen stooten, en de arme kerels verdrinken!" Tot hunne groote verwondering bood ik mijzelf aan om ook te helpen. z/Neem mij niet kwalijk, mijnheer, maar u kan hier niet helpen. Maar toch kan u een handje helpen aan de reddingslijn. Wij schudden elkander de hand, en gin- de de menschenmassa naar binnen. In wei nige minuten waren alle zitplaatsen inge nomen en was er aan honderden anderen gebrek. Precies te twee uren stierven de laatste tonen van het orgel weg en betrad Ds. A. Wartena het preekgestoelte. Met een kort gebed opende deze dit belangrijke feest, heette in gevoelvolle bewoordingen allen hartelijk welkom, die door hunne tegenwoordigheid belangstelling in dit feest te kennen gaven en schetste daarna in bezielende woorden en ontstaan en de vruchten der Zondagschool. Het program voor deze feestviering was zóó ingericht, dat de rede van Ds. Wartena en den Heer Limpers telkens werd afgewisseld door de eenvoudige, maar schoone zangstukjes der Zondagschool-kinderen, onder leiding van den Heer B. E. Mater. Met de grootste aandacht werden deze zanguitvoering en de toespraken door het publiek aangehoord en het was op ieders gelaat zichtbaar wat diepen indruk deze plechtige ure had. Staande zong de gansche schare einde lijk het laatste vers van Psalm 72 en een traan in veler oog, bij het verlaten van het kerkgebouw, toonde aan, wat er in het hart omging. Het 17e Chr. Nation. Zendingsfeest zal op Woensdag, den 7. Juli a.s., op de aan genaam gelegen buitenplaats Boekenrode gevierd worden. Boekenrode, met zijn prachtig opgaand geboomte en heerlijke wandelingenis het eigendom van de fa milie Messchert van Vollenhoven en van Lennepdie voor de derde maal gaarne toestemming verleende het feest op hun landgoed te vieren. gen toen naar beneden. Ik volgde hen tot de deur en bevestigde de lijnen, die zij om hun middel vastgebonden hadden. De zee sloeg nu over de rotsen, en het sissen van het schuim geleek op het fluiten van ont snappenden stoom, of het vreeselijk gonzen van een sneeuwval, die weinigen kunnen hooren zonder er bij omtekomen. De matrozen verdwenen en lieten mij alleen achter met eene reddingsboei in de hand. Een luide kreet trok mijne opmerkzaam heid ik hoorde een krakend, schurend geluid het schip was gestrand, en toen ik langs de golven keek, zag ik drie witte gezichten en drie paar witte armendie met het water worstelden. Ik was geheel van mijn stuk. Ik kon niet helpen, maar toen ik keek kwam een van de zwemmers op den vuurtoren af en had bijna eene plaats bereikt, waar hij veilig zou zijn. Ik herstelde mij weer en met groote inspanning gelukte het mijeenige stap pen te doen langs de glibberige rots, waar door ik een blok bereikte, waaraan ik mij kon vasthouden. De arme zwemmer wor stelde nog altijd met de golven en binnen eenige oogenblikken hoopte ik hem de reddingsboei te kunnen toegooien. Dit alles schijnt mij zoo vreemd toe, Verschillende sprekers zullen zich doen hooren, waaronder eenige H.H. predikan ten die vroeger in onze omstreken hunne standplaats hadden. Mr. J. Messchert van Vollenhoven zal de welkomstgroet uitspre ken. De feesttrein, No. 6, vertrekt van Amersfoort des morgens van dien dag ten 7,28 uur. De prijzen der retour bil jetten van af Amersfoort zijnle klasse f 2.40, 2e klasse f 1.903e klasse f 1.40met inbegrip van het feestprogramma. Z, M. heeft benoemd tot heemraden in het waterschap Eemnes, prov. Utrecht, de Heeren R. J, van Klooster, P. Seldenrijk, B. Perrier en L. van Woudenberg. Het in ons vorig nommer vermeldde be richt uit Leusden, betreffende het vangen der twee wildstroopers, zijn een paar fraaie dassen, waarvan een nog in leven is. BINNENLAND. Naar wij vernemen, is bij het Depar tement van justitie een ontwerp tot wij ziging van de wet op den kinderarbeid in werking. Aan de zilvermijnen van Mont-Gomery in het verre westen van Amerika is een onzer landgenooten, de heer Gustenhoven, een Velpenaar, werkzaam. The Pine Bluff Weeklij Press te Pine Bluff Ar kansas verschijnend, zegt van hem, dat hij een kundig mijn-ingenieur isdie sedert 4 jaren zijn sporen te Leadville in Colo rado verdiend heeft. De heer Gustenho ven is een zeer beschaafd man, een uit nemend natuurkundige, alle verdiensten wanneer ik er weer over nadenk, dat ik bijna kan gelooven, dat het verbeelding was. MaaT ik had geen tijd om na te denken, wat mij te doen stond. Het vol gende oogenblik had ik het touw gevat en wilde hem juist de reddingsboei toe werpen toen ik zijne gelaatstrekken her kende, niettegenstaande het wilde schuim en het wilde haar, dat door het zoute water tegen zijn voorhoofd gekleefd was. De zwemmer was Frederik Brastome de man die mijne lieve zuster bijna had doen sterven de verrader! Mijn arm viel onverschillig langs mijn lichaam. Agnes stierf, bijna in het gezicht van de woeste zee, waar haar trouwelooze minnaar zwomen zou ik zijn leven red den, nu hij het hare verwoest had? Neen! Ik kon mij wreken Ik had hem in mijne macht. En toch had ik medelij den met den ongevoeligen verwoester van het hart mijner zuster, in zijn doodsstrijd. Hij herkende mij en riep om hulp ter wille van Agnes! Om harentwille! Durfde hij de beleediging zoo ver drijven En toch, bij het hooren van haren naam behield de gedachte, dat zij hem zijne mis daad vergeven had, de overhand. Ik riep hem toe en wierp de boei dicht bij hem. Hij was bijna geheel uitgeput, maar vatte

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1880 | | pagina 1