NIEUWE
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
Amersfoort, laan, Insta, Ems, Bamll Hoornisten, Hooilonil, Leusden, Soest,
Woensdag 6 October 1880.
Verborgen Goud.
No. 80.
Negende Jaargang.
Uitgever: A. Hf. §loihonwer,
Advertentiën kunnen inge
zonden worden tot uiterlijk
's morgens 8V„ uur,des Woens
dags en Zaterdags.
Eene viermaal geplaatste ad
vertentie wordt slechts drie
maal in rekening gebracht.
iMERSFQQRTSCHE COURANT
Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden f 1,
Franco door het geheele Rijk1,10.
Afzonderlijke nummers 3 Cent.
Dit Blad verschijnt des Woensdags- en des Zaterdags.
te Amersfoort.
Advertentiën van 16 regelsj 0,40.
Iedere regel meer 0,05.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën zende men den dag vóór de uitgave in.
OFFICIËELE PUBLICATIEN.
De Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort,
Gelet op art. 264 der gemeentewet,
Doen te weten, dat het aanvullings
kohier der plaatselijke directe belasting op
de HONDEN over het dienstjaar 1880
voorloopig vastgesteld is en gedurende
veertien dagen, te rekenen van heden,
alle werkdagen van 10 tot 1 uur, op de
Secretarie der gemeente voor eenieder ter
lezing zal liggen, binnen welken termijn
elk op het kohier aangeslagene bij den
Baad bezwaren tegen zijnen aanslag kan
inbrengen.
Amersfoort, den 4. October 1880.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
W. L. SCHELTUS. VAN PERSIJN.
De Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort,
Gezien de koninklijke besluiten van den
9. November 1851 (Staatsblad No. 142),
van den 11. Augustus 1859 (Staatsblad No.
80) en van den 12. Juli 1873 (Staatsblad
No. 103);
FEUILLETON.
XXII.
Voordat Harold den volgenden morgen
zijn werkpak aangetrokken had, kwam er
een telegram voor hem. Hij las heten
en gaf het mij.
Het was van den secretaris te Nizza,
de inhoud was als volgt„Lord Grandison
gaat zeer achteruit. Hij wil u zien. De
dokter geeft geene hoop."
Wanneer hij dadelijk ging kon hij den
trein nog halen, die op de mail corres
pondeerde. Wij gingen samen naar het
station.
„Ik zal tot het laatste blijven," zeide
Harold. „Het kan niet lang zijnals er
brieven komen open ze dan maar en zend
die alleen op, die van eenig belang zijn."
Ik ging naar mijn kantoor terug in
ernstige gedachten verzonkenik wist nog
niet wat ik doen moest. De onverwachte
verandering in den stand van zaken wik
kelde mij in ernstige moeielijkheden.
„Zijn er brieven gekomen?" vroeg ik
aan een van de klerken, toen ik het kan
toor binnentrad.
„Ja, mijnheer," antwoordde de klerk.
„Zij liggen op eene schrijftafel. Mijnheer
Reginald Peyton wil u spreken. Hij kwam
Doen te weten, dat de vergadering van
kiesgerechtigden tot de benoeming van drie
leden voor de Kamer van Koop
handel en Fabrieken alhier, om
de plaatsen aantevullen van de heeren J.
F. LAGERWEIJM. WOLFF Mz. en
JACQUES VISSER, die met het einde
dezes jaars aan de beurt van aftreding zijn,
ten Raadhuize zal gehouden worden op
Donderdag, den 11. November
aanstaande, des voormiddags te 10 ure;
en dat de heden opgemaakte lijst der kies
gerechtigden alle werkdagen van 10 tot 1
uur op de plaatselijke Secretarie ter inzage
zal liggen; wordende eenieder die meent
tegen voormelde lijst bezwaren te hebben,
uitgenoodigddie binnen acht dagente
rekenen van den dag der aankondiging,
bij het Gemeentebestuur inteleveren.
Amersfoort, den 4. October 1880.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
W. L. SCHELTUS. VAN PERSIJN.
De Burgemeester van Amersfoort,
Gezien art. 21 der wet van 4 Decem
ber 1872, (Staatsblad no. 134),
Brengt ter kennis van de ingezetenen,
dat in de laatstverloopen week aangifte is
gedaan van een lijder aan ROODVONK
en dl'ie sterfgevallen aan die ziekte alhier
zijn voorgekomen.
Amersfoortden 4. Oct. 1880.
De Burgemeester voornoemd
VAN PERSIJN.
juist toen u wegging, en wacht nu in
uwe kamer. Het is zeker wel goeddat
ik hem daar heb binnengelaten?"
„Zeer goed," antwoordde ik.
Het bezoek verraste mij niet. Het be
richt van den dood van Sir Geoffrey was
in de couranten geannonceerd, en daarom
zou Peyton hem met zijn nieuwen titel
willen komen gelukwenschen.
Ik had hem niet gezien, sedert den dag,
dat ik hem uit de fabriek had wegge
zonden, en ik kon de verlegenheid die hij
betoonde, terwijl hij met mij sprak, licht
begrijpen.
„Goeden morgen, mijnheer Brooke,"
zeide hij, terwijl hij van zijn stoel opstond
en zenuwachtig met zijn lorgnetkoordje
speelde. „Laat ik u eerst mijne excuses
maken over mijne ruwheid bij onze laat
ste ontmoeting. Het spijt mij nu zeer,
en wanneer
„Laten wij daarover maar zwijgen," zeide
ik, terwijl ik hem vriendelijk de hand
toestak, want ik vergaf hem op dat oogen-
blik. „Het is gemakkelijker kwaad te
worden, dan het te bekennen. Nu zijn
wij weer vriendenga zitten."
Hij keek zeer onrustigtoen hij zat,
en om hem te helpen nam ik op eene
onverschillige wijze de brieven op en
keek ernaar.
„Voordat u uwe brieven inziet," zeide hij,
of denzelfden verlegen toon, „wilde ik u
Amersfoort, 5 October 1880.
Het volgende adres aan den Raad der
Gemeente Amersfoort, wordt dezer dagen
aan de inwoners ter teekening aangeboden.
Aan den Edel Achtbaren Raad der
Gemeente Amersfoort geven de On-
dergeteekenden, allen inwoners dezer
stad, met verschuldigden eerbied .het
volgende te kennen
Het is onzes inziens niet te weerspre
ken, dat het schoonheidsgevoel van ons
volk, en in 't bizonder van dat te Amers
foort, nog zeer weinig ontwikkeld toont te
zijn. Dat blijkt behalve uit andere zaken
ook uit het volksgezang bij uitspanningen
en openbare feestendat eigenlijk dien
naam niet verdient, maar meer bestaat in
geschreeuw en getieralsook van een bi-
zondere voorkeur voor leelijke en gemeene
liederen getuigt. Vo.or een deel is zulks
zeker hieraan te wijtendat het zangon
derwijs op de scholen voor 'ager en uit
gebreid lager onderwijs, hoezeer met den
besten wil gegeven, nog veel te wenschen
overlaat.
Op den jeugdigen leeftijdwaarop de
kinderen 't eerst zingen leeren op de be
waarschool, is hunne verstandsontwikkeling
nog te geringom het geleerde te be
grijpen en later wordt er te weinig
tijd en zorg aan besteed. Want behalve
dat het een zeer geringe plaats inneemt
in het onderwijs op de genoemde scholen,
zoo is het ook in stede van aan deskun
digen aan de onderwijzers zeiven opgedra
gen, van wie bij hunne benoeming niet
iets over Sir Harold Grandison vragen."
Ik legde de brieven neer en verwon
derde mij zeer over de verandering in
Peyton's handelwijze. Hij was vroeger al
tijd zoo onbeschaamd geweest, dat ik mij
nu des te meer over zijne verlegenheid
verwonderde. Ik verwachtte dan ook eene
zeer belangrijke vraag.
„Ik wilde u vragen of Sir Harold Gran
dison te Londen is?"
„Neen, hij is een kwartier geleden van
hier naar Nizza vertrokken."
„Heeft hij het bericht van Sir Geof
frey's dood al vernomen?"
Hij is gisteren eerst uit Nizza terug
gekomen waarheen hij juist om zijns va
ders dood geroepen was. Zijn grootvader
is zwaar ziek."
„Lord Grandison vroeg hij.
„Ja."
„Kan u mij dan het adres van mijn
vriend Sir Harold ook opgeven
Ik gaf hem den naam van Lord Gran-
dison's hotel opdaar ik dachtdat hij
wilde schrijven.
»Ik zal hem nareizenmisschien haal
ik hem in."
„Dat is onmogelijk. De trein, waarmee
hij gegaan is komt zoo laat te Swanley
aan, dat hij juist de mail kan halen."
„Ik zal met den volgenden trein vertrek
ken, kan ik ook iets voor hem mee
nemen?"
meer d£n eenige kennis van theorie van
den zang vereischt wordt. Het gevolg
daarvan is, dat er bij het tegenwoordige
zangonderwijs ook de noodige éénheid ont
breekt, zoodat kinderen van verschillende
scholen zelden dezelfde liederen leeren zin
gen en niet in staat zouden zijn samen
een eenvoudig zangstuk uit te voeren.
De volksschool, de kweekster van zoo
veel goedsheeft derhalve behoefte aan
beter zangonderwijs, dat degelijk en vol
doende gegeven zooveel zal kunnen mede
werken tot ontwikkeling van het schoon
heidsgevoel maar daartoe aan bekwame
handen dient te worden toevertrouwd.
Reden, waarom wij de vrijheid jiemen
UEd. Achtbaren beleefdelijk maar tevens
dringend te verzoeken:
„om bij de invoering van de nieuwe
wet op het lager onderwijs het onderwijs
in den zang voor de leerlingen van 9 a 10ja-
rigen leeftijd van de scholen voor lager
onderwijs in deze gemeente op te dragen
aan een bekwaam persoondie behalve
door het onderwijs van den zang ook door
het dirigeeren van openbare zanguitvoerin
gen zeer veel zal kunnen bijdragen tot
beschaving en veredeling van den volks
geest."
Amersfoort, 6 October '80.
Hetwelk doende, enz.
Bij het op Vrijdag, 1 Oct. gehouden
toelatingsexamen voor de BUR
GER-AVONDSCHOOL alhier werden van
de 13 aspiranten toegelatenM. Schim
mel, G. Prins, C. M. van Beek, W. H.
„Neendank ueen half uur geleden
was hij nog hier."
„De post is aangekomen terwijl ik hier
zat, en er zou misschien een brief voor
hem bij kunnen zijn."
De losse toon, waarop hij sprak, was
verre van natuurlijk.
Ik nam de brieven op en keek naar de
adressen. Er was er een bij voor Sir Ha
rold Grandison, met een vreemden post
zegel. Ik nam hem eruit en legde hem
op tafelhij nam hem begeerig op.
„Wacht eens," zeide ik, en nam hem
den brief uit de hand;" Harold vroeg
mij of ik hem alleen de brieven van groot
belang wilde toezenden. Ik zal hem even
openen en zien of het noodig is. U kan
niet eerder dan met de eerst volgende
mail naar Nizza."
De reden waarom ik den brief eerst
wilde lezen lag in de vrees, die mij plot
seling overviel, dat die brief misschien
betrekking had op den schat, en in mijn
verlangen om te weten of er daaromtrent
ook iets over mij in stond.
Ik zag dat de verandering van mijn
plan Peyton onaangenaam aandeed; maar
hij hield zich alsof het voor hem eene
zeer onbeduidende zaak was, en begon
over andere dingen te spreken. Na een
onsamenhangend gesprek, dat ongeveer
tien minuten duurde, ging hij weg. Zijn
gedrag was mij van het begin totheteiu-