Nationale Militie.
'k Weet wel men beschuldigt ons van
onverdraagzaamheid, omdat wij ons verzet
ten tegen den secte geest die de natie
wil splitsen in evenveel vijandige groepjes
als er dogmatische opvattingen bestaan.
Men werpt ons naar het hoofd dat wij de
vrijheid verkrachten, omdat wij anderen
zoeken te belemmeren in hun opzet om
twist te zaaien tusschen de kinderen van
hetzelfde vaderland.
Doch daaraan zullen we ons niet sto
ren. Elke hand, die ons wordt toegesto
ken om het groote werk der zedelijke
volmaking te helpen voltooien, zullen we
dankbaar drukken, en voorts, sterk door
het geloof dat de goede elementen van ons
volk de grondslagen zullen vormen voor
een vernieuwde, eendrachtige Nederlandsche
maatschappij, gaan we waakzaam en
werkzaam doch niettemin rustig onzen
weg.
OFFICIËELE PUBLICATIËN.
De Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort
Gezien de wetten van den 19. Augustus
1861 (Staatsblad No. 72) en van den 1.
Mei 1863 (Staatsblad No. 44) betrekke
lijk de nationale militiebenevens het
koninklijk besluit van den 17. December
1861 (Staatsblad No. 127);
Doen te weten, dat op Zaterdag den 8sten
en Donderdag den 13den Januari 1881, tel
kens van 's voormiddags 10 tot 1 uur des
namiddags, ten raadhuize der gemeente de
inschrijving voor de nationale militie zal
plaats hebben van jongelieden, die in den
loop van het jaar 1862 geboren en alzoo
in 1882 aan de loting onderworpen zijn.
En brengen hierbij de navolgende wets
artikelen in herinnering:
Art. 15. /Jaarlijks worden voor de mili
tie ingeschreven alle mannelijke ingezetenen
die op den 1. Januari van het jaar hun
negentiende jaar waren ingetreden.
//Yoor ingezeten wordt gehouden1. hij,
wiens vader, of, is deze overleden, wiens
moeder, of, zijn beiden overleden, wiens
voogd ingezeten is volgens de wet van den
28. Juli 1850 (Staatsblad No. 14); 2. hij,
die geen ouders of voogd hebbende, ge
durende de laatste; aan het in de eerste
zinsnede van dit artikel voormeld tijdstip
voorafgaande, achttien maanden in Neder
land verblijf hield3. hij, van wiens ouders
de langstlevende ingezeten was, al is zijn
voogd geen ingezeten, mits hij binnen het
Bijk verblijf houde.
z^Voor ingezeten wordt niet gehouden
de vreemdeling, behoorende tot eenen Staat,
waar de Nederlander niet aan den ver
plichten krijgsdienst is onderworpenof
waar ten aanzien van de dienstplichtigheid
het beginsel van wederkeerigheid is aange
nomen."
Art. 16. //De inschrijving geschiedt1.
van een ongehuwde in de gemeente waar de
vader, of, is deze overleden, de moeder, of,
zijn beiden overleden, de voogd woont; 2.
van een gehuwde en van een weduwnaar in
de gemeente waar hij woont3. van hem
voudige maar zeer bevallige kleeding, met
wangen, die door de vroolijke verwachting
met een' zachten blos gekleurd waren,
hoe dit zij, hij meende Hedwig voor zich te
zien, maar in een edeler veel fraaier ge
stalte. Het waren dezelfde kinderlijk reine
trekken, dezelfde half ernstige, half vroo
lijke oogen, alleen de kleur daarvan was
van een donkerder blauw dan die van
Hedwig, en de blonde lokken waren niet
glad langs het gezicht weggestreken maar
vielen in golvende krullen op den rug
neder. Gustaaf was op het eerste oogenblik
zoo bewogen en in verwarring gebracht,
dat hij nauwelijks in staat was om haar
een paar beleefde woorden toe te voegen.
Plotseling echter werd hij als met geweld
door den dikken bouwmeester in den wach
tenden Landauer geschoven. Gedurende het
ritje naar huis, zat hij stil en zwijgend tegen
over Ella, zijne oogen waren voortdurend op
haar gelaat gevestigd, en het verledene ver
mengde zich in zijn gedachten, op eene aller
vreemdste wijze met het tegenwoordige. Fe
lix moest zich geheel alleen met het gezel
lige praten belasten, hetgeen hem dan ook
trouwens niet zeer moeielijk viel. Hij bab
belde voortdurend op zijne gewone vroolijke
manier door en wist op die wijze de aan
dacht van vader en zuster van den zwijgen
den vriend af te leiden, die, volkomen over
tuigd van zijne vreemde houding, de zoo dik
wijls bespotte spraaklust van den jongen
die geen vader, moeder of voogd heeft of
door dezen is achtergelaten, of wiens voogd
buiten 's lands gevestigd is, in de gemeente
waar hij woont4. van den buiten 's lands
wonenden zoon van een Nederlander, die
ter zake van 's lands dienst in een vreemd
land woont, in de gemeente waar zijn va
der of voogd het laatst in Nederland ge
woond heeft."
Art. 17. //Voor de militie wordt niet
ingeschreven 1. de in een vreemd Bijk
achtergebleven zoon van een ingezeten, die
geen Nederlander is; 2. de in een vreemd
Rijk verblijf houdende ouderlooze zoon
van een vreemdeling, al is zijn voogd in
gezeten 3. de zoon van den Nederlander
die ter zake van 's lands dienst in 's rijks
overzeesche bezittingen of koloniën woont."
Art. 18. //Elk die volgens Art. 15 be
hoort te worden ingeschreven, is verplicht
zich daartoe bij Burgemeester en Wet
houders aantegeven tusschen den ln en
31n Januari."
z/Bij ongesteldheid afwezigheid of ont
stentenis is zijn vader, of, is deze overle
den, zijne moeder, of zijn beiden overleden,
zijn voogd tot het doen van die aangifte
verplicht."
Art. 20. //Hij, die eerst na het intreden
van zijn 19de jaar, doch vóór het volbren
gen van zijn 20steingezeten wordtis
verplichtzich zoodra dit plaats heeft
ter inschrijving aantegeven bij Burgemees
ter en Wethouders der gemeente waar de
inschrijving volgens art. 16 moet geschie
den."
Verzuim van aangifte ter inschrijving
wordt gestraft met eene boete van f 25
tot f 100 en subsidiaire gevangenisstraf
van ten hoogste tien maanden.
Bij de aangifte van hen, die elders ge
boren zijn, wordt de overlegging van eene
geboorte-acte gevorderd, tot wier kostelooze
verkrijging men zich ter Secretarie dezer
gemeente kan vervoegen eenige dagen vóór
de aangifte.
Amersfoort, den 8. December 1881.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester
De SecretarisVAN PERSIJN.
W. L. SCHELTUS.
BUITENLAND.
De President der Fransche republiek
heeft een condoleantiebezoek bij mej. Dos-
ne, de zuster van Mevr. Thiers, afgelegd
en is bij de begrafenis van mevrouw Thiers
vertegenwoordigd door generaal Pittié en
den commandant Foyet.
De Parijsche correspondent van de Koln.
Ztg. deelt uit vertrouwbare bron mede,
dat de Fransche regeering, om het uit
breken van den oorlog tusschen Turkije en
Griekenland te verhinderen, een vredelie
vende schikking tot stand hoopt te bren
gen. Frankrijk handelt in dit opzicht in
volkomen verstandhouding met Duitschland
en Oostenrijk.
De Minister Gladstone staat nog altijd
de Russische politiek voor; doch men ge
looft, dat hij van deze zal moeten afzien
en toegeven.
beeldhouwer thans in zijn hart zegende.
Gustaaf kon de oprecht gemeende uitnoo-
diging van den bouwmeester, om zijn huis
als zijn eigendom te beschouwen, totdat hij
eene geschikte woning zou gevonden hebben
onmogelijk weigeren, vooral niet, dewijl zij
op zulk eene eenvoudige en hartelijke manier
tot hem kwam. Toen hij na verloop van
veertien dagen het gastvrije huis verliet,
zoo scheen het hem toe, alsof hij van het
vaderlijke huis afscheid had genomen.
Na dien tijd was echter zijn omgang met
de familie Hertel voortdurend hartelijker ge
worden. Gustaaf werd dagelijks meer door
Ella's kinderlijke bescheidene manieren aan
getrokken. Zij was voor eene dilettante bij
zonder bedreven in het teekenen van Aqua
rellen, eene kunst welke zij zeer lief had en
gaarne beoefende. Sedert Gustaaf daarin haar
onderwijzer was geworden, en haar een ge
deelte zijner Italiaansche schetsen, die zij in
waterverf nateekende had toevertrouwd, had
zij hare schuwheid wel eenigszins afgelegd,
en bijna onmerkbaar sloop de liefde deze
beide jeugdige harten binnen, hetgeen door
de ouders met vreugde werd opgemerkt.
Voor Ella was dit gevoel het eerste liefelijke
lentebloempje, dat zich in haar tot hiertoe
nog ongetroffen hart verhief, voor Gustaaf
daarentegen een onweder voor welks uitbar
stinghij sidderde.
Nog was geen enkel woord van liefde
tusschen hen beiden gewisseld geworden,
De syndicale Kamer van tuinbouwkun
digen te Gent heeft besloten, bij gelegen
heid van het huwelijk van prinses Stéfa-
nie met den Ooslenrijkschen kroonprins,
aan de bruid een monster-bouquet van uit
sluitend orchideën en fijue bloemen aan
te bieden, welke op waardige wijze de
Gentsche bloemencultuur in hare volle
pracht en rijkdom vertegenwoordigen zal.
Het Petersburger blad Nowosti meldt,
dat graaf Loris Melikow aan eene joodsche
Vereeniging concessie heeft verleend tot
het oprichten van landbouw- en handwerk-
scholen en tot het ondersteunen van hand
werkslieden. Het fonds bedraagt reeds
204,000 roebels. De hoofdstichters zijn
Poljakow en Grunzburg.
Turkije voert de bepalingen der over
eenkomst op loyale wijze uit. Langs de
grenzen staan 17 bataljons geëchelonneerd
om te beletten dat de Albaneezen op het
door Montenegro bezette gebied invallen
doen.
De gemeenteraad van Rome heeft zijn
toestemming gegeven tot de invoering der
lijkverbranding.
De Londensche avondbladen melden het
faillissement van de firma Josiah Galdwell,
bouwondernemers. Het passief zou 500,000
pd. st. bedragen.
De toestand in den Transvaal is zeer
ernstig. De boeren vereenigen zich in groo-
ten getale en dreigen met verzet. De auto
riteiten trachtten hunne aanvoerders in
hechtenis te nemen. Een proclamatie wijst
de boeren op de gevolgen hunner vijan
dige houding.
Te New-York is het sedert eenigen tijd
zeer koud en in den nacht van 12 dezer
zouden vier menschen doodgevroren zijn.
Hevige stormen hebben op zee gewoed
gelijk de te New-York aangekomen stoom-
booten vermelden.
Uit San Francisco wordt bericht, dat
de vulkaan Mauna Loa op Hawai een
vreeselijke uitbarsting ondergaat, zooals nog
nimmer te voren plaats had.
Het comité voor de Panama-onderne
ming heeft tot voorzitter verkregen den
afgetreden minister van marine, Thampson.
BINNENLAND.
Naar men verneemt zal het wetsont
werp van den waterweg Amsterdam
Gorinchem, waarvan de kosten op 12 mil-
lioen geraamd zijn, weldra bij de Tweede
Kamer inkomen.
Uit 's Bosch wordt aan het Ütr. Dag
blad gemeldDagelijks ziet men onge
stoord jongens in de omliggende bosschen
en zelfs langs de openbare wegen rond-
loopen, met een kooitje en een lokvink
en toch wist Gustaaf reeds dat hij weder
liefde gevonden had. Hij zag het aan het
zonnige lachje dat zich op Ella's lippen
vertoonde, aan de vreugde die uit hare
blauwe oogen straalde, wanneer hij bin
nentrad, hij hoorde het aan den klank harer
stem, als zij tegen hem sprak, voelde het
aan den zachten bevenden handdruk wan
neer zij afscheid van hem nam. Hij be
streed dien nieuwen hartstocht met al de
kracht die in hem was, zonder haar echter
ook maar eenigszins te kunnen overwin
nen. Gustaaf was nu in opstand met
zich zeiven, een tweestrijd die hem ver
teerde en toch dagelijks sterker werd. Mocht
hij Ella wel liefhebben? Was hij niet ge
bonden door een ouderen band, dien hij
niet losrukken kon noch mocht? Zou hij
Ella's bezit niet door eene trouweloosheid
moeten koopen?
Het terugzien van al die plekjes, welke
hij vroeger met Hedwig bezocht had, had
de herinnering aan de geliefde zijner jeugd
weer met kracht teruggeroepen, maar tege
lijkertijd voelde hij ook, hoe weinig die
dweeperij der jongelingsjaren te beteekenen
gehad had, als hij dit vergeleek met het
nieuwe gevoel dat thans zijne ziel vervulde.
Maar de herinnering daaraan werd voor dit
alles slechts nog pijnlijker. Als hem Ella,
waarin hij nog altijd de verfraaide en meer
geïdealiseerde Hedwig zag, toelachte, scheen
het hem toe als sprak uit al hare trekken
en met eene lijmroede gewapendonbe-
wust naar het schijnt van de bescherming,
die de wet thans aan de gezochte vogels
verleent, en van de straf, die de vervolgers
kunnen beloopen.
Hieruit blijkt, dunkt ons, dat er meer
toe behoort dan een strafbepaling in de
wet, om vooral de jeugd te doen beseffen,
dat zij er kwaad aan doet om vogels te
vangen en aan hun nuttige en heerlijke
bestemming moedwillig te onttrekken De
ontwikkeling van het zuiver gevoel, van
smaak en schoonheidszin is daartoe noo-
dig, gepaard met die des verstands. En
waar is de leerschool, waar behoort zij
althans te zijn In het gezin, in de school
of in de kerk.
In den ochtend van Dinsdag 26 Oct.
ongeveer 10 minuten voor 6 ure, is men
te Rembang uit het bed gejaagd door eene
nog al zware aardbeving. De schokken
herhaalden zich tot tweemalen toe in de
richting van Zuid naar Noord.
Te Rotterdam hebben eenige vermo
gende leden der Herv. Gemeente, het plan
opgevat een nieuwe school te doen bou
wen en deze na voltooiing geheel aan de
Diaconie te schenken.
GEMENGDE BERICHTEN.
Dezer dagen bemerkte men dat een
kelder te Calous geheel in rook gehuld
was. Toen men binnenkwam, zag men dat
het bed vuur had gevat en dat de be
woonster er smoordronken naast lag. Hare
kleederen hadden reeds vuur gevat en zij
zelve had ernstige brandwonden bekomen.
Zij werd naar het gasthuis vervoerd, waar
men voor haar leven bevreesd is.
Zondagavond geraakte een dochtertje
van den heer O.koopman, aan den
Kanaalweg te Nieuwediep, door een kaars
in brand. Op haar angstgeschrei schoot de
vader toe en dompelde 't kind terstond in
het kanaal voor zijn huis. Hij zelf brande
daarbij hevig de handen, doch 't kind kwam
er vrij goed af en heeft zich niet van be
lang gebrand.
In de nabijheid van het drie uren van
Yenlo gelegen Duiken is zekere Pollser,
een oppassend man, vader van een talrijk
gezin, onschuldig op rampzalige wijze
omgekomen. De landbouwer B. aldaar,
had het reeds lang op een ander persoon
gemunt en denkende dat hij dien in han
den had, joeg hij P. twee kogels uit een
revolver in het lijf. B. is in handen der
justitie.
Veel vraag maar weinig aanbod doet
de prijs van hetgeen gevraagd wordt, stij
gen.
Dat is eene dood-oude waarheid. Zij
werd ook waargenomen op het gebied van
het onderwijs. Een hulponderwijzer ge
vraagd. dat was voor de dagbladpers een
melkkoetje. Het spreekt van zelf, dat
binnen betrekkelijk weinige jaren het
hulponderwijzers-traktement alzoo in de
een verwijt dat hem van trouwloosheid be
schuldigde. Te vergeefs poogde hij zich in
te spannen om den rechten weg weer terug
te vinden, die hem uit dien pijnigenden
twijfel en onzekerheid zou verlossen. Nooit
stond Hedwigs gestalte hem levendiger voor
de oogen dan juist nu, nooit had hij zich
duidelijker al de verplichtingen die hij om
trent haar had, herinnerd, en hoe meer het
pinksterfeest naderde, des te heviger woedde
de storm in zijn binnenste. Hij werd van
dag tot dag somberder, en zijne verstrooid
heid en kort afgebrokene antwoorden, vielen
zelfs diegenen in het oog, die hem niet zoo
van nabij kenden als de familie Hertel. De
ze hadden zijn vreemd gedrag reeds lang met
bezorgdheid gadegeslagen, maar echter tot
hiertoe uit beleefdheid vermeden om hem
naar de oorzaak zijner treurige stemming
te vragen. //Het vertrouwen is eene vrij
willige gift," zeide de bouwmeester, op zeke
ren avond toen er over Gustaaf gesproken
werd, men mag dit volstrekt niet dwingen.
Wij moeten onzen jongen vriend rustig laten
voortgaan, hij zal wel weder tot zich zeiven
komen, en dezelfde worden als voorheen.
Misschien zal er wel hulp voor hen opdagen.
Hij keek daarbij Ella van ter zijde zoo veel
beteekenend aan, dat deze, hoogblozend, het
hoofd nog dieper dan te voren over haar
werk heenboog.
Wordt vervolgd.)