NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
Amersfoort, Baarn, Breiten Eemnes, EamersyeM, Hoevelaken, Hoogland, Leusden, Soest,
il. Stoot!
NIEUWE
Zaterdag 19 Februari 1881.
No. 14.
Tiende Jaargang.
Uitgever: A. Al. Slothouwer,
Advertentiën kunnen inge
zonden worden tot uiterlijk
's morgens §V2 uur des Woens
dags en Zaterdags.
Eene viermaal geplaatste ad
vertentie wórdt slechts drie
maal in rekening gebracht.
Algemeen stemrecht.
De Toren van Treviso.
AMERSFQORTSCHE
Abonnementsprijs voor Amersfoort per 8 maanden f 1,
Franco door het geheele Rijk1,10.
Afzonderlijke nummers 3 Cent.
Dit Blad verschijnt des Woensdagt- en des Zaterdage.
tb Amersfoort.
Advertentiën van 10 regelsJ 0,40.
Voor het Buitenland0.075.
Iedere regel meer 0,05.
Reclames per regel0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Men zal ons misschien met een gebaar
van twijfel of ongeloof beantwoordenals
wij bewerendat in ons vaderland het
aantal consequente voorstanders van alge
meen kiesrecht uiterst gering is. Ja wij
gaan nog even verderen verklaren nog
nooit iemand ontmoet te hebben dieof
eenig geschrift gelezen te hebben dat,
op dit punt geheel zuiver is in de leer.
Immerswat is hetgeen zelfs de meest
radicale voorstanders van dit beginsel ver
langen
Niets anders dan uitbreiding van kies
bevoegdheid tot zekere grens.
„Kiezer zij elk mannelijk ingezetene
Nederlandermeerderjarigin het bezit
van al zijne burgerschapsrechten."
Zie daar reeds vier termen van uitslui
ting. Geen vrouwen naar de stembus.
Eilieve waarom niet De schoone helft
van onze natie isdooreengenomenniet
minder ontwikkeld dan de minder
schoon vraag het maar eens aan verschil
lende examen-commissiën die jaar in jaar
uit dozijnen mannelijke candidaten voor deze
of gene acte van onderwijs ongetroost
FEUILLETON.
V.
Hij liep de straten door met gebogen hoofd,
waarop het donkere teeken zeer duidelijk
zichtbaar was en met de handen in de zak
ken van zijn kleed. Hij had nog door geen
enkel teeken laten blijken dat hij den een'
of ander zijner vroegere vrienden herkende,
tot dat hij den hoek bij de oude, eerwaar
dige kerk omsloeg, waar de nauwe straat
op de markt uitliep, en hij het huis met de
heldere spiegelruiten voor zich zag, van ach
ter welke tante Barbara het vroolijke troepje
zoo dikwerf vriendelijk had toegeknikt, als
zij hen uitgenoodigd had om weer eens bij
haar te komen spelen. Slechts nog eenige
weinige schreden scheidden hem van het
huis der tante, aarzelend bleef hij staan, en
zag toen naar boven. Een uitroep van ver
wondering en van vreugde kwam op zijne
lippen, hij had Lilly's bevallig gezichtje her
kend, hij had gezien hoe zij hem een oogen-
blik verschrikt aanzag, dat zij toen zeer sterk
bloosde, maar ijlings achteruit trad, zonder
hem te groeten of zonder eenig teeken te
geven dat ook zij hem herkend had, en er
zich in verheugde om hem te mogen weder
zien.
Met eenige weinige schreden had de graaf
naar huis laten kuierenen dan telkens
weer het feit releveeren, dat van de vrou
welijke aspiranten bijna het dubbel percent
kon worden toegelaten. Of zou misschien
een vrouw, die door eigen werkzaamheid in
haar onderhoud moet voorzien, minder be-
lang hebben bij den goeden gang van 's lands
aangelegenheden dan gij lezerdie bij
vacatures in de Tweede Kamer wèl een
stembiljet moogt invullen, of ik, on
mondige voor de wetdie dit voorrecht
tot dus verhelaas moet ontberen
Deze vraag kan moeielijk bevestigend
worden beantwoord.
Geen minderjarigen. Maar moet men
juist 23 jaar zijnom eenig begrip te
hebben van onze instellingen? De leerlin
gen van onze Hoogere Burgerscholen
Gymnasiën en andere inrichtingen van
middelbaar en hooger onderwijs weten er
heel wat meer van te vertellen dan hon
derden plattelands- en stadskiezers die
we terstond „met naam en van" zouden
kunnen noemenzelfs is het van liever
lede zoo geworden dat de leerlingen van
de hoogste klasse onzer gewone volks
school eenig inzicht krijgen in de hoofd
trekken van het constitutioneel regeerings-
stelseleen belangrijke kennis, tusschen
twee haakjes die we als de kroon op het
onderwijs in vaderlandsche geschiedenis
beschouwen. Welnu, met wat recht wordt
juist de meerderjarigheid als bazis genomen,
als het niet is omdat er toch een grens
moet zijn
Men moet Nederlander zijn. Toch zijn
er in ons land honderden niet genatura
liseerde vreemdelingen sinds jaren geves-
de huisdeur bereikt, hij wilde de klink op
lichten maar de deur was gesloten. Hij greep
naar de bel, en schelde driftig aan, de me
talen klank weergalmde door het geheele
huis, iedereen moest het wel gehoord hebben,
en toch duurde het zeer lang, ja, het scheen
den wachtende wel eene. eeuwigheid toe, eer
hij den slependen tred der oude Katharina,
de getrouwe dienstmeid zijner tante in den
gang hoorde aankomen.
De sleutel draaide in het slot om, de deur
werd voorzichtig geopend, de ketting werd
echter niet losgemaakt, en het gezicht der
oude getrouwe keek met zulk een vreemden,
kouden blik door de kier, dat de graaf door
eene huivering werd bevangen.
„Goede hemel, Katharina doe toch gauw
open, zeg aan uwe meesteres dat ik het ben,
en dat ik haar zoo gaarne de hand nog eens
wilde kussen."
De dienstmaagd zette een heel verlegen
gezicht, zij had den graaf van zijne vroeg
ste jeugd af aan gekend, maar nu deed zij
als of zij een vreemde voor zich zag staan,
en antwoordde
„De genadigde vrouw is ongesteld, zij
heeft een hevigen hoofdpijn en is naar bed
gegaan, de heer graaf moet haar verontschul
digen maar zij is voor niemand te spreken.''
„Ook niet voor mij
Kom Katharina, ga het nog eens vragen,
weet freule von Ehrenfels wel dat ik het
tigd misschien hebben zij alleen daarom
geen naturalisatie gevraagd omdat zij de
kosten niet kunnen betalen aan deze for
maliteit verbonden. Moeten zij alleen daar
om van het kiesrecht verstoken blijven?
In het volle bezit der burgerschapsreg-
ten. Nu jaals iemand door een rechter
lijk vonnis van de uitoefening van zijn
kiesrecht tijdelijk of voor immer is ver
stoken dan heeft hij dit aan zichzelven
te wijten en uit dat oogpunt is er niets
tegen in te brengen. Doch een be
perking blijft het in elk geval.
En neem nu in aanmerking dat slechts
de meest geavanceerde stemrecht-mannen
zich met deze beperkingen vergenoegen.
Zelfs de heer van Houten dien we
zonder gevaar als een autoriteit op electo
raal gebied mogen beschouwenverlangt
van de mannelijke meerderjarige kiezers
dat zij
lo. Zeker minimum van lcennis bezitten.
2o. Door eigen middelen of eigen arbeid
in hun onderhoud voorzien dus niet
bedeeld zijn.
3o. Geen militairen graad bekleeden be
neden den rang van officier of niet zon
der dien rang in werkelijken dienst zijn.
Bovendien is dezelfde afgevaardigde niet
afkeerig van het stellen van zeker mini
mum van gegoedheid op te maken naar
de huurwaarde der woning in verband met
plaatselijke verhoudingen.
Men ziet hetde leus „algemeen stem
recht" gelijk zij thans van onderscheiden
zijden wordt uitgesprokenis en blijft
een nevelachtig begrip. En zoolang er op
dat gebied zooveel gemis aan overeenstem
ming bestaat, is het zeer te vreezen dat
alles bij het oude blijftzonder dat ern
stige pogingen tot hervorming worden
beproefd.
Dat nu is hetwat wij ten diepste
betreuren. De onhoudbaarheid van de
wijze waarop het censusstelseldoor de
Grondwet gevestigd en in de Kieswet
nader omschreventot heden is toege
past, is zoo duidelijk en herhaaldelijk
in het licht gestelddat wij ons onthe
ven kunnen achten van de taak, dit nog
maals te doen. Zoolang de eerste de beste
kroeghouder dank zijn tapperspatent
menigen professor de loef afsteektzal
niemand kunnen zeggen dat de Neder-
landsche kies-inrichting geen hervorming
noodig heeft.
Uitbreiding en betere regeling van het
kiesrecht is een dringende eischdie niet
mag worden losgelaten, Of het nu de
juiste tijd is, om daartoe over te gaan,
is een andere vraag, waarmede de publieke
opinie zich niet druk behoeft te maken.
Zij trachte slechts de quaestie tot klaar
heid te brengendoor eenvoudig deze
vraag in overweging te nemen
„Tot welke grenzen moet de kiesbevoegd
heid worden uitgestrekten welke maat
staf moet daarbij worden aangenomen
Men moge dan zeggen, dat men het al-
gemeeen stemrecht als het ideaal der
toekomst beschouwtoch dat hindert
zooveel niet. Vooral niet, zoolang niemand
in staat is het begrip „algemeen stemregt"
nauwkeurig te bepalen. Op den bodem der
praktijken daar alleenmoet de op
lossing van het vraagstnk worden gezocht.
ben die naar haar vraagt."
„Ja, ja, de freule weet het wel, freule von
Lichtenhain heeft den graaf zien aankomen,
doch daar schelt juist de genadige vrouw, ik
moet weg." Daarop werd de deur weer ge
sloten, de sleutel omgedraaid, en de dienst
meid verwijderde zich met langzame sloffen
de schreden.
De graaf bleef nog een oogenblik als ver
bluft staan. Hij had gehoopt in het wederzien
en in de herinnering van de gelukkige plek
jes waar hij zijne jeugd had doorgebracht
troost en vergetelheid al ware het dan ook
maar voor korten tijd te mogen vinden, en
nu werd ook deze anders zoo gastvrije deur
voor hem gesloten, voor hem die met alles
wat in hem was zoo zeer op deze woning
gehoopt had. Zuchtend wendde hij zich om
en ging heen. Hij was weer tot aan den
hoek bij de oude gothische kerk genaderd,
toen hij stil bleef staan om zijne gedachten
te verzamelen. Hij moest in ieder geval het
meisje toch spreken, daarom wendde hij
zijn schreden naar een wijnhuis, van waar
uit hij de woning zijner tante nauwkeurig
kon bespieden.
Verscheidene uren verliepen. De flesch
wijn die de bediende hem gebracht had, en
die hij dadelijk betaalde, om later door niets
in zijn voornemen gestoord te kunnen wor
den was reeds lang ledig, en nog maar altijd
kwam de zoo vurig verlangde niet. De scha
duw, welken de toren der kerk en de huizen
uit den omtrek op de straat wierpen werden
voortdurend langer, en hulde de geheele
buurt in dat eigenaardige licht hetwelk ge
woonlijk de schemering voorafgaat.
Juist nu trad de bediende binnen om den
eenzamen gast te vragen of hij den winkel
wel zou mogen sluiten, tot deze plotseling
driftig opspong, zijn hoed en stok opnam en
zoo spoedig mogelijk naar buiten snelde.
Thans ging de graaf niet naar het huis zij
ner tante, maar wendde zich links af, en
zocht, begunstigd door de schaduwen der
huizen de straat te bereiken, waarheen zich
ook eene vrouwelijke gestalte begaf, welke
zooeven de woning van freule von Ehrenfels
verlaten had.
En hij had ook alle reden om voorzichtig
te zijn, want de dame was zeer lang bij de
huisdeur blijven staan, en had naar alle
kanten van de straat rond gekeken, alsof zij
vreesde om gezien te zullen worden, of eene
zeer ongewenschte ontmoeting niet meer te
kunnen ontloopen.
Dat alles had von Ahlden gezieD, hij had
gewacht, tot dat men gerust scheen te zijn,
tot dat de dame eindelijk te voorschijn trad,
den mantel dicht om de lange, slanke ge
stalte heentrok en met haastige schreden
voortliep.
Lilly von Lichtenhain, want zij was het
die de graaf volgde, had den goeden raad