NIEUWE NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR I, Baan, BunMi, Earns, L Woensdag 18 October 1882 No. 83. Elfde Jaargang. Uitgever: A. M. Slothouwer, Advertentiën kunnen inge zonden worden tot uiterlijk 's morgens S'/2 uur des Woens dags en Zaterdags. Eene viermaal geplaatste ad vertentie wordt slechts drie maal in rekening gebracht. Bruispoeder en Cognac. AMERSFOORTSCBE COURANT. Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden 1, ïranco door het geheele T'jk1,10. Afzonderlijke nummers 3 Cent. Dit Blad verschijnt des Woensdags- en des Zaterdags. te Amersfoort. Advertentiën van 16 regelsf 0,40. Iedere regel meer 0,05. Voor het Buitenland0,076 Reclames per regel0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Den HoogdelGestr. Heer M. T. H. Perelaer, oud-Majoor van het N. 1. Leger. Hoog Edel Gestr. Heer! U schrijft in het Rotterdamsch Nieuws blad van den 16en October: //Want toen de tijding in het vaderland aankwam, dat een officier, de zoon eener geachte familie in Nederland, die een vijf tal zonen aan den dienst van het vader land gewijd heeft, levend in handen van den vijand is gevallen, dat dien officier door de maraudeurs van den heer Pruijs Van der Hoeven neus en ooren zijn afge sneden, dat die ongelukkige, met ontel bare doodelijke wonden overdekt, nog twee- en-dertig uren geleefd heeft; toen dat alles bekend werd, heeft zich geen stem ver heven noch in de pers, noch in de ver tegenwoordiging, noch op den zetel der ministers, noch op den kansel, noch om wraak te roepen, om hen verantwoor delijk te stellen, die door hun wanbestuur, door hunne afzichtelijke onwaarheid- lievendheid in den boezem der Eegeering en der vertegenwoordiging, oorzaak van zulke afgrijselijkheden zijn." n Noch in de pers Duid het ons niet ten kwade, Hoog- FEUILLBTON. Uit het Duitsch door Lobé. 1) z/Hij loopt nog altijd achter ons?" zuchtte angstig een lief blond meisje van hoogstens zestien a zeventien jaar, terwijl zij zich dicht tegen hare vriendin aandrong aan wier arm zij hing. Beide meisjes kwamen uit den schouwburg in de binnenstad, zij waren de ringstraat door gegaan en passeerden nu het donkere spoorweg-viaduct dat de Noorder en Zuiderbaan verbindtom zich naar de 's avonds niet zeer bevolkte voorstad te begeven. //Loopt hij nog altijd achter ons?" vroeg het grootste meisje en trachtte met moei te een lachje te onderdrukken, terwijl zij in hare stem iets poogde te leggen wat de angst harer vriendin nog verhoogen moest, want zij vermaakte zich hartelijk met de zichtbare vertwijfeling van Gisa. z/Och, laat ons toch hard loopen," riep de kleine haast weenend uit, //toe, nog harder." En tegelijk trok zij hare vriendin mede, terwijl deze den zakdoek vcor den mond drukte om niet in lachen uit te barsten. Achter haar gleed als de geest in Hamlet edel Gestr. Heer, dat we met alle be scheidenheid verzoeken, dit vonnis, voor zoover het ons betreft, te willen herzien, 't Is zoo, we zijn slechts een klein or gaan, onze invloed op de openbare meening is uiterst gering, en 't is niet onwaarschijnlijk, dat U zelfs onzen naam nooit gehoord hebt. Natuurlijk hebt u ook ons nummer van 23 September 1.1. (waarvan we ons ver oorloven U een exemplaar te zenden) niet onder de oogen gehad. Het hoofdartikel, daarin voorkomende, werd geschreven onder den verschen indruk van de gebeurtenissen van 7 Augustus en door met den noodigen klem aan te dringen op een spoedig herstel van de grieven des Indi- schen legers, door uiting te geven aan het gevoel van verontwaardiging hetwelk alle eerlijke lieden moet bezielen bij het vernemen van 't geen in Sumatra's Noor den geschiedt, meenen wij althans ons verheven te hebben boven de beschuldi ging van plichtverzuim, die in uw krach tig woord zoo duidelijk is te lezen. Niet de moord, op den door U bedoel den officier gepleegd, deed ons wel is waar naar de pen grijpen, maar een bijna gelijksoortig geval. Dat maakt, dunkt ons, geen verschil, daar beide gevolgen uit dezelfde treurige oorzaak voortvloeiden. Evenmin als Gij, hebben we gezwegen waar spreken plicht was. Dat wij Uw kloek optreden met warmte toejuichen, behoeven we het nog te verzekeren Juist daarom zouden we er prijs op stellen, niet door U te worden meegeteld bij den grooten hoop, die lijdelijk toeziet een slanke lange figuur, wiens gezicht bijna geheel in eenen witten rooden cachenez be graven was waar boven twee donkere schit terende oogen en een' door de scherpe De- cemberlucht rood gekleurden neus uitsta ken. De vermetele vervolger der twee schoo- nen regelde zijne stappen juist naar de hare, en gleed als eene schaduw achter haar aan. z/Die onbeschaamde," zuchtte de kleine, z/hij hoest zelfs z/Nu," lachte de andere, //dat is in dit jaargetijde niets bij .onder." En te gelijker tijd maakte zij een geluid om te bewij zen dat de koude nachtlucht op hare jeugdige keel ook niet zonder uitwerking bleef. z/In 's hemelsnaamriep het blondje, z/wat doe je nu? Hij zal dat voor een teeken van verstandhouding houden Hoor nu eens, nu niest hij ook al //Daarin kan ik hem vooreerst niet hel pen," lachte de andere, terwijl zij een' Lchalkschen blik achter zich w erp. z/Thilda, ge zijt vreeselijk lichtzinnig hier in de residentie," riep het angstige blondje met verontwaardiging uit. Daarbij kneep zij de arm der schoone Mathilda zoo onzacht, dat deze het lachen verging: en voegde er knorrig bij: ,/t is je eigen schuld dat hij achter ons loopt." z/Maar wat kan je dat schelen, Gisa! Hij zal ons toch niet opeten! en geduldig afwacht. De achting die wij u toedragen is zoo groot, dat we in die, zij het ook onwillekeurige miskenning niet van onze verdienste, maar van onzen ernst, van onze vaderlandschliefde moeilijk kunnen berusten. Wij hebben de eer te zijn U H.Ed. Gestr. Dienaren, Red. der Nieuwe Amersfoortsche Courant. OFFICIEELE PUBLICATIE. De Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, Brengen den ingezetenen in herinnering de navolgende bepalingen van de artt. 27 en 42 der wet van den 29. Maart 1833 (Staatsblad no. 4), houdende de BE LASTING OP HET PERSONEEL, ge wijzigd bij de artt. 7 en 14 der wet van den 9. April 1869, (Staatsblad no. 59) I. Die na den 15 Mei een perceel in gebruik neemt, is voor dit perceel de belasting naar de vier eerste grondslagen, voor den tijd des dienstjaars die dan nog over is, verschuldigd. Aan den belastingschuldige die in den loop des dienstjaars een perceel verlaat, zonder daarin eenige roerende goederen of iemand in zijnen dienst achtertelaten, wordt ontheffing verleend van zijn aanslag naar de vier eerste grondslagen voor den tijd des dienstjaars die dan nog over is, indien daarvan door hem binnen den tijd van eene maand, volgende op die waarin hij het perceel verliet, tegen bewijs, schriftelijk aangifte is gedaaD ten kantore van den Ontvanger, op een aldaar kosteloos ver krijgbaar biljet. Daarbij begon zij hardop te lachen, toonde hare hagelwitte tandjes als om te bewijzen dat zij in dat geval ook zeer scherpe wapens bezat. z/Neen, dat zal hij zeker niet, schoone dames," klonk het achter de meisjes uit de cachenez. Gisa gaf een gil, en klemde zich aan den arm harer vriendin vast. Deze, gepiqueerd dat haar vervolger haar durfde aanspreken, deelde een oogenblik de angst der kleine en stak met haar de straat over, om den wandelenden cachenez te toonen hoe on aangenaam haar zijne tegenwoordigheid was. Deze stak nu ook de straat over en volgde zoo als vroeger hare schreden. Nu begon ook Mathilda angstig te wor den, eensdeels om hare bevende vriendin ge rust te stellen, deels ook om den on beschaam den te ontvluchten, die haar waarschijn lijk tot aan huis vervolgen zoude nam zij een kloek besluit en drong hare vriendin eene helder verlichtte apotheek binnen. Het was de eenige winkel in de gebeele srtaat die nog open was en daarin zouden de meisjes zeker eene veilige schuilplaats vinden totdat hun lastige begeleider zijn weg vervolgd had. De apotheker een knap joDg mensch met smeekende blauwe oogen en blond kroeshaar, bevond zich alleen in den winkel en draaide juist in eene me- lankolieke stemming groen geele pillen, De ontheffing wordt ook verleend over het driemaandelijksch tijdvak waarin het perceel werd verlaten, indien de belasting plichtige daarna, doch in den loop van datzelfde tijdvak, een ander perceel waar voor hij belastingplichtig is, in gebruik neemt. Bij overlijden van den belastingplich tige treden zijne erfgenamen in dezelfde rechten en verplichtingen. Het ingebruikstellen van dienst- of werk- boden en paarden, of van die welke, aan vankelijk gebezigd tot onbelastbare of minder belastbare einden, overgaan tot belastbaar of hooger belastbaar gebruik, wordt met aanschaffing gelijkgesteld. Aangifte daarvan wordt gedaan op een biljet ter invulling bij den Ontvanger verkrijgbaar. II. De belanghebbenden worden voorts opmerkzaam gemaakt op hunne verplich ting, ingevolge de wet van den 26. Mei 1870 (Staatsblad no. 82), betrekkelijk de BELASTING, om van de nieuw-gestichte of herbouwde gebouwen binnen drie maan den na de geheele of gedeeltelijke inge bruikstelling van het gebouw of, wat de ongebouwde eigendommen betreft, vóór den aanvang der landverbetering, aangifte te doen bij het Bestuur der gemeente waarin de eigendommen gelegen zijn. Bij verzuim zal men zichzelven te wij ten hebben de nadeelen die hieruit moeten voorkomen. Amersfoort, 16. October 1882. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Secretaris, De Burgemeester, W. L. SCHELTUS. VAN PERSIJN. die stellig voor een' Hercules bestemd wa ren, hunne grootte in aanmerking genomen, toen zijn blik op de binnenstormende meisjes viel, dan met verrukking naar de met verschillende medicijnfleschjes en pot jes voorziene toonbank vloog als wilde hij zeggen //Eindelijk een oogenblik van ge luk l" //Waarmede kan ik u dienen vroeg de ijverige giftmenger, terwijl zijn oog met kunstvaardige snelheid van de eene naar de andere vloog. z/Ik weet het niet," wilde Mathilda op eene verlegen toon zeggen, terwijl zij naar de deur blikte, waarvoor de cachenez als de steenen gast had post gevat. Maar de vlugge pillendraaier was reeds op Gisa toegevlogen die met de zakdoek tegen het gloeiend gelaat gedrukt angstig en met tranen van ergenis in de vergeet- mij-niet oogjes daar stond of zij zijne hulp noodig had. z/Och, u heeft kiespijn, ik zie het al mejuffrouw. Wacht u maar even, in eene seconde zal het beter zijn 1" En in een wip stond het jonge mensch met een in aether gedoopt watje weder voor het meis je en wilde haar dat in den mond stoppen. z/Neen, neen," riep de kleine, //het is niet noodig, ik heb nergens pijn!" z/Dat verbeeldt gij u slechts, lieve juf frouw," lispte de snoode drankjesmaker,

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1882 | | pagina 1