NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR t, Baarn, Bunschoten, SiomeÉirg, NIEUWE Woensdag 20 December 1882. Een Schijndoode. No. 101. Elfde Jaargang Uitgever: A.'M. Slothouwer, TB AMÜKSFOOKT. Advertentiën kunnen Inge zonden worden tot uiterlijk 'i morgens SV9uurdes Woens dags en Zaterdags. Eene viermaal geplaatste ad vertentie wordt slechts drie maal in rekening gebracht. Nationale Militie. Abonnementsprijs roor Amersfoort per 3 maanden f 1, Franco door bet gebeela Fijk1,10. Afzonderlijke nnmmers 3 Cent. Dit Blad verschijnt des Wotntdagt- en dee Zateriagt. Advertentiën van 16 regelsJ 0,40. Iedere regel meer 0,05. Voor het Buitenland0,07' Reclamea per regel0,!0. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. OFFICIEELE PUBLICAT1ËN. De Burgemeester en Wethouders van Amersfoort Gezien de wetten van den 19. Augustus 1861 (Staatsblad No. 72) en van den 1. Mei 1863 (Staatsblad No. 44), betrek kelijk de nationale militie, benevens het koniuklijk besluit van den 17. December 1861 (Staatsblad No. 127); Doen te weten, dat op Donderdag den llden en Zaterdag den 13den Januari 1883, telkens van 's voormiddags 10 tot 1 uur des namiddags, ten raadhuize der gemeente de inschrijving voor de nationale militie zal plaats hebben van jongelingen, die in den loop van het jaar 1864 gebo ren en alzoo in 1884 aan de loting on derworpen zijn. En brengen hierbij de navolgende wets artikelen in herinnering: Art. 15. Jaarlijks worden voor de mi- z/litie ingeschreven alle mannelijke ingeze tenen die op den 1. Januari van het jaar z/hun negentiende jaar waren ingetreden. j,Yoor ingezeten wordt gehouden1. hij, //wiens vader, of, is deze overleden, wiens //moeder, of, zijn beiden overleden, wiens //voogd ingezeten is volgens de wet van z/den 28. Juli 1850 (Staatsblad No. 44); z/2. bij, die geen ouders of voogd heb //bende, gedurende de laatste, aan het in //de eerste zinsnede van dit artikel vermeld FEUILLETON, I. (Was, onder bovenstaand motto in de Amsterd. Couranten van den 10., 11., 12. en IS. April des jaars 1880, als feuil leton het verhaal opgenomen van eene gebeurtenis, die door vele lezers als ver dichtsel zal zijn beschouwd, de betrekkin gen, zoowel van den hoofdpersoon, als van de beide daarin handelende geneeskundi gen, zouden de waarheid kunnen bevesti gen tot staving daarvan wordt nader medegedeeld dat op 26 Maart 1882, dus ruim vijftig jaren na zijne gelukkige red ding uit die benauwde toestand, de schijn doode, het tijdelijke met het eeuwige beeft verwisseld. Had het Nieuws van den Dag van 16 Mei 1881, in een zijner kolommen, als bijzonderheid opgenomen het overlijden van iemand, die-nog twintig jaren geleefd had na schijndood te zijn geweest, bovenstaande mededeeling is zeker niet minder belang wekkend, nu het hier nog grooter tijds z/tijdstip voorafgaande, achttien maanden z/in Nederland verblijf hield; 3. hij, van 0 wiens ouders de langstlevende ingezeten z/was, al is zijn voogd geen ingezeteD, mits z/hij binnen het Rijk verblijf houde." ,/Voor ingezeten wordt, niet gehouden z/de vreemdeling, behoorende tot eenen //Staat, waar de Nederlander niet aan den //verplichten krijgsdienst is onderworpen, z/of waar ten aanzien van de dienstplich- z/tigheid het beginsel van wederkeerigheid z/is aangenomen." Art. 16. //De inschrijving geschiedt: 1. z/van een ongehuwde in de gemeente waar rde vader, of, is deze overleden, de moe- z/der, of, zijn beiden' overleden, de voogd ,zwoont; 2. van een gehuwde en van een //weduwnaar in de gemeente waar hij z/woont; 3. van hem die geen vader, //moeder of voogd heeft of door dezen is //achtergelaten, of wiens voogd buiten 's z/lands gevestigd is, in de gemeente waar zyhij woont; 4. van den buiten 's lands z/wonenden zoon van een Nederlander, die /,ter zake van 's lauds dienst in een vreemd z/land woont, in de gemeente waar zijn z/vader of voogd het laatst in Nederland //gewoond heeft." Art. 17. //Voor de militie wordt niet //ingeschreven 1. de in een vreemd Rijk ^achtergebleven zoon van een ingezeten, vdie geen Nederlander is; 2. de in een vreemd z/Rijk verblijf houdende ouderlooze zoon z/van een vreemdeling, al is zijn voogd //ingezeten; 8. de zoon van den Neder lander, die ter zake van 's lands dienst jin 's rijks overzeesche bezittingen of ko loniën woont." Art. 18. //Elk die volgens art. 15 be- z/hoort te worden ingeschreven, is ver- z/plicht zich daartoe bij Burgemeester en Wethouders aantegeventusschen den lsten z/en 3lsten Januari. verloop geldt). 't Was in de laatste dagen van Augus tus 1831. De tiendaagsche veldtocht, was geëindigd. De geweldige, aanhoudende re gens, hadden den zomer reeds gedeelte lijk van zijn schoonsten dos beroofd; de Dachten waren guur en alleronaangenaamst, de gronden doorweekt en de wegen in een slechten, onbruikbaren staat. Het 2e bataljon der 2e afdeeling mo biele Overijselsche schutterij, had het grootste gedeelte der maand op de heide vaD Ossendrecht gebivouacqueerd, en ont ving bevel, om onmiddellijk op te bre ken, en den marsch op den Briel aan te vangen ten einde aldaar zijne verdere be stemming af te wachten. 't Was een welkome tijding. Onophou delijke vermoeienissen hadden 't lichaam verzwakt. Zoowel officieren als manschap moesten zwaren dienst verrichten, en een geheelen dag op wacht te staan, werd als rust beschouwd. Om den anderen dag was 't patrouilles maken, onder aanhoudenden regen, en bij voortduring koude nachten. Daarbij kwam, dat de doorweekte kleede ren altijd maar aan het lijf moesten op- //Bij ongesteldheid, afwezigheid of ont stentenis is zijn vader, of, is deze over kleden, zijne moeder, of zijn beiden over kleden, zijn voogd tot het doen van die //aangifte verplicht." Art. 20. //Hij, die eerst na het intre- z/den van zijn 19de jaar, doch vóór het //volbrengen van zijn 20ste, ingezeten kwordt, is verplicht, zich, zoodra dit plaats kheeft, ter inschrijving aantegeven bij //Burgemeester en Wethouders der ge- //meente waar de inschrijving volgens art. 16 moet geschieden." Verzuim van aangifte ter inschrijving wordt gestraft met eene boete van f 25 tot f100 en subsidiaire gevangenisstraf van ten hoogste tien maanden. Bij de aangifte van hen, die elders ge boren zijn, wordt de overlegging van eene geboorte-acte gevorderd, tot wier koste- looze verkrijging men zich ter Secretarie dezer gemeente kan vervoegen eenige da gen vóór de aangifte. Amersfoort, den 18 Dec. 1882. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, De Secretaris, VAN PERSIJN. W. L. SCHELTUS. De BURGEMEESTER en WETHOU DERS van AMERSEOORT, Gezien de artt. 8 en 16 der wet van den 2. Juni 1875 (Staatsblad n°. 95). Brengen ter kennis van het publiek, dat bij Zijner Majesteits besluit van den 29 November 1882, n°. 17, hun besluit van den 17 Juli 1882, n°. 51, waarbij aan de firma GARJE ANNE Co, en hare rechtverkrijgenden vergunning is verleend tot het oprichten van eene -ververij, ver bonden aan eene tapijtfabriek, op de perceelen alhier gelegen aan den Lagenweg, droogen, dewijl niemand andere bij zich had. Tot opheldering hiervan diene, dat het genoemde bataljon in den nacht van 2 op 4 Augustus onverhoeds bevel ontvan gen had, om uit Bergen-op-Zoom te trek ken. Niemand wist met welk doel; niemand dacht den geheelen nacht buiten de vesting te zullen blijven, veel minder dus haar voor langer dan drie weken vaarwel te zeggen. Ieder had daarom al wat overtol lig was achtergelaten en zich van niets anders voorzien dan 'tgeen hij om en aan had. Men beseft derhalve gemakkelijk hoe aangenaam de tijding elk in de ooren klonk, de Ossendrechter heide te verlaten, daar men nu eindelijk de zoolang ge- wenschte rust te gemoet hoopte te gaan. Ik, die destijds den rang van 2e luite nant bekleedde, en de eer had bij gezegd bataljon te dienen, verlangde niet minder naar rust dan de anderen, en wel te meer nog, daar ik bij T vertrek uit Bergen-op- Zoom, nauwelijks van de koorts hersteld, juist dien dag weer voor 't eerst dienst had gedaan. Alvorens wij ons op marsch begaven, werd de 2e luitenant G. en verscheidenen kadastrale Sectie A, Nos. 1399 en 980, is gehandhaafd en ongegrond verklaard liet tegen dat besluit ingesteld beroep, met bepaling dat de ververij moet zijn vol tooid en in werking gebracht binnen één jaar na de dagteekening van opgemeld koninklijk besluit. Amersfoort, den 16. December 1882. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, De Secretaris, VAN PERSIJN. W. L. SCHELTUS. De Commissaris des Konings in de Provincie Utrecht, Gezien het besluit van heeren Gede puteerde Staten der provincie Utrecht, in dato 7 December 1882, no. 50 Gelet op art. 11 der wet van den 13. Junij 1857 (Staatsblad no. 87), Brengt bij deze ter kennis van de be langhebbenden, dat de sluiting der jagt voor de provincie Utrecht is bepaald op Zaturdag, den 30. December 1882, met zons-ondergang, met uitzondering echter van het vangen van Waterwild met slag netten en het vangen van Eendvogels in eene eendenkooi of een daarmede gelijk staand toestel, alsmede het schieten van Waterwild, aangeduid in art. 17 der aan gehaalde wet, in de localiteiten, alwaar het schieten van Waterwild geoorloofd is, jagtbedrijven, vermeld in art. 15, litt. d, f en h. dier wet, waarvan de sluiting later zal bepaald worden. En, ten einde niemand eenige onwetend heid hiervan voorwende, zal deze worden afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te doen gebruikelijk is. Utrecht, den 11. December 1882. De Commissaris des Konings voornoemd, c' JACOB. der manschappen van de le compagnie, waartoe ik behoorde, naar 't hospitaal te Bergen-op-Zoom vervoerd, als zijnde niet in staat mee te gaan. Het bataljon op marsch zijnde, kreeg order om de le compagnie te Hellevoet- sluis achter te laten. Wij presteerden al daar garnizoensdienst, en toen reeds gevoel de ik de voorteekenen eener gevaarlijke ziekte, namelijk loomheid, duizelingen en vermaningen van koorts. Na een verblijf van veertien dagen, kre gen wij bevelom, vereenigd met de 2e compagnie, naar Leiden te marcheeren. Te Hellevoetsluis moesten wij met leed wezen onzen achtenswaardigen kapitein, den heer F.achterlatendaar hij door eene gevaarlijke zenuw-zinking-koorts over vallen werd, die hem aan den rand des grafs bracht. Op marsch naar Leiden gevoelde ik mij ook geheel niet wel, en die toestand ver ergerde zelfs zoo zeer, dat ik in mijn nachtkwartier te Delft een hevige koorts ..en kreeg, die echter gelukkig met het as' t ge breken van den dag mij weêr verliet .ézweek besloot dus den marsch naar de 4 onzer bestemming meê te mak-

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1882 | | pagina 1