INGEZONDEN.
li eens MARGUERITE. GAOTIER.
Zitting van den gemeenteraad
van Amersfoort van Dinsdag,
13 Febr.
jarigen leeftijd aan de maatschappij en
aan de zijnen ontvallen werd ten grave
geleid. Langzaam naderde de treurige
stoet en werd het lijk naar de groe
ve gedragen door de oudste jongelingen
der school. Hierachter volgden drie zwa
gers van den overledene; daarachter
de leeraars der instellingen van Hoo-
ger en Middelbaar onderwijs, dan de
leden der loge «Jacob van Campen" en
ten slotte de leerlingen van het Gym
nasium, terwijl de trein door een groot
aantal belangstellenden werd gesloten,
waaronder men CuratorenPredikanten
en verscheidene andere ingezetenen op
merkte. Op de kist prijkten drie fraaie
witte kransenéén van de leerlingen
van het gymnasium en één in driehoe-
kigen vorm met roode bloemen op de
drie puntenvan de Loge. Bij die
van de leerlingen was een gedrukte
kaart, waarop stondLUDOVICO HEN
RICO TOBBE, PRAECEPTORI CARIS-
SIMO, gratidiscipuli(de dankbare leer
lingen aan Lodewijk Hendrik Tobbe, hun
nen zeer geliefden leermeester). Aan de
groeve gekomen voerde de diep geroerde
Rector Dr. Burger het eerst het woord
en schetste de nauwgezette plichtsbe
trachting ook in een zwak lichaam van
onzen overleden vriendde Heer Kollewijn
legde de krans der Loge op de lijkbaar,
daarna sprak de Heer Prikken namens
"de Loge en op diepgevoelden toon schil
derde hij, hoe de overledene gestreefd
had naar wijsheid volgens de kracht zijner
gaven, waarvan de schoonheid niet zoude
vergaan. Neen, wij zullen de herinnering
aan onzen doode bewaren en hij riep hem
toe: lieve doode, sluimer zacht, goeden
nacht. Ten slotte richtte de Heer van
Scherpenzeel in een eenvoudige doch harte
lijke toespraak eenige afscheidswoorden tot
zijnen overleden zwager en dankte allen
hier tegenwoordig voor de belangstelling
aan den gestorvene bewezen. Daarop
trad de oudste leerling van het Gymna
sium, A. Ruijsch naar voren en ofschoon
door aandoening overmand, legde hij ge
tuigenis af van het degelijk onderwijs
door hunnen beminden leermeester ge
geven. In menig oog zag men een traan;
wij strekken onze hoop tot over het graf
uit en roepen hem toe: rust in vrede;
mogen wij u, onzen vriend, eenmaal
wederzien. K.
a. s. Maandag ten 42 uur zal ter ge
legenheid van 's Konings verjaardag op
het Artilleriepark buiten de Slijkpoort
door het vereenigd garnizoen en d.d.
schutterij groote parade gehouden
worden. Het geheel wordt gecommandeerd
door den kapitein Barnaart van het le
reg. Veld-Artillerie.
Voorz. de burgem. Mr. F. H. VAN
PERSIJN. Tegenw. zijn al de leden.
De notulen der vorige vergadering
worden gelezen en goedgekeurd.
Naar aanleiding van in de vorige ver
gadering door den heer Gerritsen ge
dane interpellatiën betreflende verbete
ring van den Liendertschen weg en de
behandeling van verordeningen regelen
de het aantal en de bezoldiging van
leeraren, geeft de voorzitter namens
Burg. en Weth. inlichtingenwaarop van
den heer Gerritsen de vavolgenden mo
tie inkomt: «de vergadering, van oor
deel dat te harer kennis behoort gebracht
te worden, wanneer het dagelijksch be
stuur aan stukken eene andere bestem
ming geeft dan waartoe de Raad heeft
besloten noodigt B. en W. uit om haar
die kennisgeving in de toekomst niet te
onthouden,» welke motie met 13 tegen
2 st. (de heeren v. d. "Wall Bake en
Gerritsen) wordt verworpen.
Aan de orde van behandeling is het
rapport der raadscommissie voor de straat
verlichting, waarbij wordt geadviseerd
1. de loopende concessie op te zeggen.
2. eene oproeping te doen van gegadig
den voor eene nieuwe concessie en
wel
a. voor den duur van 30 jaar, met ge
houdenheid een geheel nieuwe gasfa
briek met buizennet daar te stellen
b. voor den duur van 10 jaren met over
neming van de thans bestaande fa
briek met buizennet, waar omtrent
de concept-voorwaarden worden over
gelegd.
De commissie is van oordeel, bij al-
dien blijkt dat op deze wijze geen vol
doend resultaat verkregen wordt dat de
raad dan nog tot eigen exploitatie be
sluiten kan, en beslissen of daartoe een
geheel nieuwe fabriek zal worden ge-1
bouwddan wel of de bestaande fabriek
zal worden uitgebreid en verbeterd. Zij
dringt overigens aan op eene zeer spoe
dige oproeping, daar reeds over ander
half jaar de bestaande concessie eindigt
en voor den eventueelen bouw van een
nieuwe fabriek zeker wel een jaar noo-
dig is.
De voorzitter brengt in het midden
een desbetrekkelijk adres dd. 12 Febr.
van den tegenwoordigen concessionaris
der gasfabriekde heer B. van den Berk
hof, van den navolgenden inhoud:
«Geeft met verschuldigden eerbied te
'kennen
B. van den Berkhof, wonende te Utrecht
en sedert bijna 25 jaren concessionaris
van de Gasfabriek te Utrecht;
Dat hij in de maanden Juni en Augus
tus j.l. met de commissie door uw colle
ge benoemd tot onderzoek omtrent de
toekomstige straatverlichting geconfereerd
en alstoen zijnerzijds voorstellen zijn ge
daan om op voor de gemeente Amersfoort
voordeelige voorwaarden de concessie bij
expiratie voort te zetten
Dat hij thans in de dagbladen ziende
dat weldra door uwe hierboven genoem
de commissie rapport zal worden uitge
bracht
Dat hij blijft handhaven de aan die
commissie toen gestelde voorwaarden en
zich bereid verklaart daaromtrent nader
met uw bestuur in overleg te treden.
't Welk doende enz."
Aan de beraadslagingen wordt deelge
nomen door de heeren CroockewitZan-
dijk, Huet, v. d. Wall Bake, Visser,
Van Burgsteeden en Van Beek waarna
een door laatstgenoemde gedaan voorstel
tot verdaging, ten einde den con
cessionaris in de gelegenheid te stellen
binnen 14 dagen de plannen over te
leggen waarnaar hij een nieuwe eonces-,
sie zou willen aanvaarden met 11 tegen
4 st. (de heeren v. d. Wall Bake, Cal-
coenHuet en Visser) wordt aangenomen.
Rapport van Burgm. en Weth. ter
zake van de gronden voor leerlooierijen
en hooibergen in gebruik. Daarbij wor
den overgelegd twee ontwerpen be
sluit tot verkoop van grond aan den heer
G. T. van Eek voor f 600 en aan den
heer H. Overgooi- voor f 400terwijl
het dagelijksch bestuur adviseert tot af
wijzing van het verzoek van de heeren
A. Schimmel c. s. betreffende het in
eigendom afstaan van den grond waarop
hunne hooibergen staan. Overeenkomstig
het voorstel van den heer Croockewit
ondersteund door de heeren Gerritsen en
v. Beekwordt met algemeene stemmen
besloten de beslissing hierover uit te
stellen tot na die omtrent de gasfabriek
te nemen.
Voorstel van B. en W. orn hen te
machtigen tot de uitvoering van eenige
door den minister van Waterstaat ver
langde werken aan het rijkstelegraafkan
toor, eigendom der gemeente, waardoor
het op de begrooting voor 4883 uitge
trokken cijfer met ongeveer f 70 zal
worden overschreden.
Daartoe wordt z. h. o. besloten.
Ontwerp besluit tot handhaving
van den aanslag van den heer K. de
Vidal de St. Germain over de laatste
twee maanden van 1882, waarin hoofd
verblijf alhier is gehouden. Als voren.
Voorstel van B. en W. om den heer
J. P. de Keizer op zijn verzoek van de
kostelooze school in de Koestraat over
te plaatsen naar de jongensschoolwaar
tegen bij de betrokken hoofden dier
scholen noch bij den arr.-schoolopziener
eenig bezwaar bestaat. Met algemeene
stemmen wordt de overplaatsing goedge
vonden en tot onderwijzer van eerst
genoemde school benoemd de heer H.
Ruitenberg.
Vervolgens worden benoemd: tot le
den der openbare gezondheids-commissie
de heeren Dr. P. Groeneboom, Dr. A. H.
C. van Driel, Dr. J. Campert, D. van der
Werf en Mr. A. A. de Vries en tot le
den der commissie van fabricage (voor
zitter de burgemeester of een der wet
houders) de heeren v. Burgsteeden, Zan-
dijk en Visser.
Ingekomen zijn: een verzoek van de
heeren J. G. C. Hering, als deelgenoot
onlangs opgenomen in de firma Hering
Zoon, om als makelaar te worden aan
gesteld. Verzonden aan de kamer van
koophandel en fabrieken om bericht en
advies.
Goedkeuring van Ged. Staten op het
raadsbesluit tot het doen van af- en over
schrijving op de gem.-begrooting en van
dezelfden op de gem.-rekening over 1881.
Voor informatie.
De heer v. d. Wall Bake richt aan het
dagelijksch bestuur een paar interpellatiën
omtrent de veranderde bestemming aan
het gymnastiek-locaal gegeven door het
hoofd der gesubsidiëerde meisjesschool, en
over het beantwoorden van eene door
dat hoofd gedane vraag. De voorzitter
beschrijft den feitelijken toestand der in
richting en daarbij vermeldende dat op
1 Maart eene onderwijzeres met hoofd-
acte in functie treedt, en zegt overigens
den heer v. d. Wall Bake, die zich met
het bekomen antwoord niet voldaan ver
klaart, nadere inlichtingen van B. en W.
toe.
De zitting is hierna gesloten.
BINNENLAND.
De Directeur der Nederlandsche Staats
loterij de heer J. Stamis overleden.
Voor het monument, ter nagedachtenis
aan PausPiusIX, is in Nederland f3800
bijeengebracht.
De afdeeling Deventer der Nederlandsche
Maatschappij tot bevordering van Nijver
heid heeft, in een dezer dagen gehouden
vergadering, verklaard, dat de verhou
ding, tusschen uitgaven en inkomsten,
voor den werkman tegenwoordig veel
gunstiger is, dan voor 25 jaren.
Naar men verneemt is de commissie
van rapporteurs over de kieswet dezer
dagen vergaderd geweest. Zij moet echter
haar eindverslag nog niet vastgesteld
hebben, maar besloten zijn met de Re
geering in schriftelijk overleg over dit
onderwerp te treden.
Het U. Dgbl. schrijft:
»Het is ons aangenaam te kunnen be
richten, dat onzen stadgenoot, den heer
Gerard J. Bosdie aan de Antwerpsche
schilderschool studeert, boven zijn sub
sidie die hij als pensisonair van H.H. M.M.
den Koning en Kóningin ontvangt, een
buitengewone gratificatie is toegekend
voor zijne geschilderde naakt-studiën.
Te Renswoude heeft zich een geval
van besmettelijke keelziekte (in geleerde
termen diphtherytis) voorgedaan.
Bij den Raad van State is thans in
onderzoek de door den Minister van Fi
nanciën toegezegde wijziging van de
zegelwet. Het daartoe dienend wetsont
werp behelst o. a. het voorstel tot hef
fing van een vast zegelrecht van f 3 van
elk origineel lot in de Staatsloterijtot
opheffing der onzekerheid ten aanzien
van de betaling van het zegelrecht van
quitantiën met gedrukte handteekening
en tot wijziging van de zegelheffing op
assurantie-polissen.
GEMENGDE BERICHTEN.
Eenige dagen geleden overleed te Vlis-
singen een gehuwde vrouw uit de kleine
burgerklasse. Vóór haar dood had zij haar
man verzocht omin tegenstelling met
de gewoonte, met de kleederen die zij
aan had begraven te worden. De man
beloofde dat en hield woord. Aangezien
de vrouw tijdens haar leven het beheer
over de penningen moet hebben gehad,
deed de manna de begrafenisonderzoek
naar waardendie hij vermoedde aan
wezig te zijn. Te vergeefs echter. Hij
vond niets. Een onderzoek bij kassiers
en instellingen, waar de man meende
dat geld gedeponeerd was, gaf de zeker
heid dat de vrouw vóór haren dood eene
belangrijke geldsom in bankpapier had
geïncasseerdwelk bedrag niet in de wo
ning gevonden werd. Wijl de verstand
houding tusschen de echteliedennaar
de booze wereld zegtnu en dan wel
eens iets te wenschen overliet, kwam
men eindelijk in verband met het
verzoek om haar na haar dood niet te
ontkleeden tot het vermoeden, dat
de vrouwuit wraak tegen haar man of
om andere redenen, het geld met zich
in de kist had genomen. Men wil, dat
de man pogingen zal aanwenden om ver
lof te krijgen tot het opgraven van het
lijk en dan een onderzoek in te stellen
in hoeverre dit vermoeden gegrond is.
Het hoog Militair Gerechtshof heeft de
klacht van de sergeant D. van het 5de
reg. inf.in garnizoen te 's Hertogenbosch,
tegen den luit. kol. H.over eene door
dien hoofdofficier aan hem opgelegde
straf, ongegrond verklaarden genoem
den sergeant, dientengevolge, tot eene
disciplinaire straf veroordeeld.
Op den 22n Augustus a. s.zijn ver
jaardag, zal de Koning van Servië ge
kroond worden.
11 Febr. 1873.
Aan
de Redactie van de Nieuwe Amersfoort-
sclie Courant.
In het jongste nummer uwer Courant
komt het bericht voor dat de onderge-
teekende de eerste zoude geplaatst zijn
op de voordracht ter vervulling van de
betrekking van collecteur der Staatslote
rij alhier.
Wat daarvan waar is weet ik niet en
laat ik ter verantwoording van uwen be
richtgever, doch ik ben er op gesteld dat
uwe lezers en wie zij het vertellen wil
len weten dat ik niet alleen niet om deze
betrekking heb gevraagd, maar er zelfs
niet aan gedacht heb er om te vragen.
Gij zoudt mij dus zeer verplichten dat
in uwe Courant mede te deelen, hetzij
bij bericht, hetzij door opneming van dit
schrijven,
U bij voorbaat dank zeggende, heb ik
de eer te zijn,
Met de meeste achting,
UEd. Dw. Dienaar,
J. VAN DER LEEUW.
Naar aanleiding van dit schrijven
blijkt dat onze berichtgever aangaande
deze zaak geheel verkeerdelijk was in
gelicht. Red.
(Vervolg.)
Wanneer H. Hettner, de beroemde Duitsche
aestheticusin zijn bekendeschoone studie
«Das moderne Drama» het onderscheid tusschen
de historische tragedie en het burgerlijke drama
bespreekt, zegt hij o. a. het volgende
„Gegen das tiefe Weh, das durch alle unsere
sittlichen und gesellschaftlichen Verhiiltnisse
hinddurchgeht sollen wir eigensinnig Herz und
Ange verschlieszen und nur Sinn und Mitgefühl
haben für daswas zunachst als offener Kampf
der höchsten Staatsprincipien heraustritt? 1st
das nicht, als verdecke man sich gellissentlich
den ganzen wunderbaren Bau eines machtigen
Domes und würdige nur oben die prahlerisch
armselige Thurmspitze einer bewundernden Be-
trachtung? Yortwiihrend zeigt uns die grosze
George Sand in ihren socialen Romanen, dasz
die Dichtung iiberall den innersten und geheim
sten Nerv der Gegenwart blosz legen und dabei
doch durch und durch die feinste Grenzlinie
reinster Kunstschönheit festhalten könne. Und
gerade die Bühnederen Brettern die Welt be-
deutensollte nicht darstellen dürfenwas im
Romane nich erlaubt nur ist, sondern überall
Aller Herzen packt und fortreiszt."
Ik haal deze woorden in hun geheel aan, om
dat zij m. i. eene rechtvaardiging bevatten van
het onderwerp door Dumas hls gekozen in zijne
M. G.
Want daar het een niet te weerleggen feit
is, dat de zonde, die Dumas hls ons in de M.
G. teekent, eene van die verschijnselen van den
tegenwoordigen tijd is, die in de hoogste mate
onze belangstelling, al onze krachten ter be
strijding vorderen, een de maatschappij vergif
tigende kanker, zoo is het ook een onderwerp,
dat de kunst met volle recht mag behandelen.
Misschien kan zij, wanneer zij er slechts voor
zorgt het kwaad aan de kaak te stellen in schep
pingen, die harer waardig zijn (die m. a. w. in
alle opzichten aan de door haar zelve gestelde
eischen voldoen) een wapen worden ter bestrij
ding van dat kwaad, en een krachtiger, meer
onmiddelbaar werkend dan vele geleerde ver-
toogen, omdat zij de misdaad en hare gevol-
genhare straf in levende beelden voorvoert.
Dit ter verdediging van het door Dumas be
handelde onderwerp. Gaan we nu over tot de
bespreking der M. G. en zien wij wat de Heer
II., door zijne Duitsche vertaling voorgelicht, er
alzoo van zegt:
Het resultaat waartoe hij gekomen is luidt
aldus:
«M. G. is geen kunstwerk omdat het omvaar
is, en omdat het onwaar is, is het onzedelijk."
Het laatste gedeelte kunnen wij gevoegelijk
buiten beschouwing laten 't is slechts weer een
van die menigvuldig voorkomende phrases. Zijn
b.v. de sprookjes van Perrautt, zijn die va.; An
dersen onzedelijk?
Het eerste zal ons daarentegen langer moe
ten bezighouden. De Heer H. tracht ons op
psychologische gronden dat onware aan te too-
nendie gronden alzoo moeten weerlegd worden
Dat onware in de psychologische ontwikkeling
van den hoofdpersoon, nu is eene ontdekking van
den Heer H. Vóór hem heeft men altijd gemeend,
dat Marguerite volkomen naar waarheid getee-
kend was en zelfs menschen als Edmond About
waren van die opinie (1). Ook ik houd mij met
volle overtuiging aan die oude zienswijze. Maar
wij willen eens in 't kort doorloopen, wat de
Heer H. tot staving van zijne zienswijze heeft bij
gebracht.
De vraag of dit drama al of niet voor jonge
dames geschikt is, doet tot de kunstwaarde er
van niets af. In 't algemeen echter kan men
geen drama genieten, wanneer men niet genoeg
kennis van de wereld heeft, waarin het drama
ons verplaatst om de toestanden, die er in ge
schilderd wordente begrijpen. In dat geval
blijve inen tehuis.
■1) Le caractère dominant de la comédie, telle
qu'on la roit réussir en France depuis quelques
années, cést l'exactitude a tout prix. Cèst ce
caractère qu'on retrouve chez l'auteur de la
Dame aux Camélias. M. Dumas fils prend dans
le monde des personnages tout faits, des situ
ations et ïnême des conversations toutes faites.
II cherche le vraisemblable et le naturel avec
tout le soin, qu'un mettait naguère a l'éviter.
La Dame aux Camélias est une peinture fort
exacte. Edmond About (1855).