BUITENLAND. voorgelezen. Op enkelen na, die straks zullen komen, zijn allen tegenwoordig. Er zijn nog 5. a 6 getuigen, die op ver zoek van de verdediger, mr. Ph. Haas, zullen worden gehoord, o. a. dr. Don kersloot, naar aanleiding van een paar certificaten, waaromtrent pleiter een paar wetenschappelijke vragen wenscht te doen en die aan het hof worden over gelegd. In die certificaten wordt door een dokter geconstateerd, dat hij bij Jeanne Lorette heeft opgemerkt eene nerveuse aandoening, die hij vroeger ook bij haar moeder had opgemerkt, waaruit hij con cludeerde tot een erfelijke kwaal. Een ander dokter constateert bij Lorette's moeder verschillende aanvallen van epilep sie te hebben waargenomen. Ook een professor aan de Brusselsche universiteit heeft bij haar moeder hetzelfde waarge nomen. Beschuldige verklaart op de vraag van den voorzitter Hollandsch en Fransch te verstaan. Als zij opstaat, golft haar het lange, blonde haar los om de schouders. Zij verklaart met een hoofdknik of een ,,ja", dat zij in 1864 is geboren, dat haar moeder in 1870 is overleden toen, besch. 15 jaar oud was. Zij is toen bij haar vader thuis gebleven. Op 29 Oct. 1881 heeft haar vader haar voorzien van een formeele akte van emancipatie. Ilij deed dit wegens familiezaken, doch niet om haar onafhankelijk te maken. Zij erkent Sakurada van nabij gekend te hebben. Zij erkent hem gedood te hebben en houdt hare bekentenissen voor den rech- ter-commissaris afgelegd vol, als behel zende de waarheid en niets dan de waar heid. Voordat zij Sakurada leerde ken nen, had zij betrekking tot meer mannen gehad. Zij verklaart dit nu pertinent, hetgeen den Voorzitter aanleiding geeft haar er op te wijzen, dat dit afwijkt van haar vroegere verklaringen, ofschoon hij haar prijst, dat zij nu de waarheid zegt. Zij zegt Sakurada te hebben leeren ken nen bij een familie, die zij niet wil com- promitteeren en niet in een huis van ver dacht allooi. Veel genegenheid had zij niet voor hem. De Voorzitter wijst haar op den brief waarin zij verklaart dat hij haar inspi- rait de la repulsion. Met goedkeuring van haar vader ver gezelde zij Sakurada naar Den Haag. De Voorzitter zegt dit feit te constaleeren, doch niet te zullen ontwikkelen de vader moest dubbel zedelijken steun aan de moederlooze dochter hebben gegeven. Besch. geeft de bekende mededeelin- gen omtrent haar verblijf in Den Haag en de scheiding. Zij zegt, dat haar f3000 zijn opgedrongen. Slechts, merkt de president op, swant gij wildet meer." iJa maar ik wist luidt haar antwoord dat Sakurada niet meer kon geven." Zij erkent na de ontvangst van't geld Saku rada te hebben opgezocht, alles was iog niet afgeloopen. Notre relation n'était pas encore brisée. II m'avait dom ié l'argent pour partir. Zij erkent, dat zij Sakurada den 9den Maart heeft nage reisd en verhaalt de bekende feiten te Rotterdam. Zij zegt omtrent den moord »Ik wilde mij zelf dooden. Hij was vreeselijk opgewonden. Hij zeide mij nog te beminnen en dat al het onaangename in zijn huis aan de meiden was te wijten. Ik werd toen opgewonden en zeide igij hebt mij alles beloofd, dat wij zouden leven met elkaar en samen vertrekken en dat het verleden zou vergeten zijn." Zij bedoelde zelfmoord te plegen maar langzamerhand kwam de gedachte bij haar op: Nu zal ik gaan sterven en hij blijven leven. Op de vragen wat er gebeurd is tus- schen half twaalf, toen de huisknecht de kachel aanmaakte, en omstreeks vier uur, geeft zij eenige mededeelingen. Zij schreef het later gevonden briefje om te doen denken, dat zij uit wraak handelde maar het was geen wraak. Zij doet hierop wel nog verschillende mededeelingen, doch kun niet verklaren waarom zij de schede van den dolk tus- schen matrassen verborg, anders dan om die niet te late» zien. Toen haar de revolver vertoond werd, viel de beschuldigde flauw, doch werd door de gevangenisbewaarster en docter Piepers spoedig bijgebracht. Zij antwoord de toen weer even duidelijk en zonder grootte aandoening op de haar gedane vragen. Zij zegt zich zelf te hebben wil len doodschieten en dat zij eerst toen de patronen ketsten, zich met den revolver tot hem gewend heeft. Hij lag op den rug op zijn bed, zij richtte het vuurwa pen tweemaal tegen zijn slaap en trok de derde maal af. Zij ontkent ten stel ligste opzet of toeleg gehad te hebben om hem in zijn slaap te dooden. Zij kan overigens niet verklaren wat er dien nacht is gebeurd en waarom zij het bed verlaten had. Eindelijk zegt zij te Brussel niet veel ziek te te zijn geweest en te 's-Graven- liage niet onder geneeskundige behande ling te zijn geweest.' De slotsom is dus dat zij het dooden en den wil om te dooden bekent maar niet de premeditatie. Het verhoor van besch. is hiermede afgeloopen en tot het getuigenverhoor wordt overgegaan. De eerste getuige is d» heer Bauduin, secretaris van legatie ett waarnemend zaakgelastigde van Japan te 's-Gravet.ha- ge. Hij kende Sakurada als een man van zacht en meegaand karakter doch die zich dikwijls terugtrok bij gebrek aan taalkennis. Hij wist dat Sakurada gehuwd was. De verhouding tusschen Sakurada en Lorette vernam get. pas op 14 Maart. Voor dien tijd wist hij er niets van. Toen deelde get. Goossens huishoudster Sakurada hem het een en ander over de verhouding van Sakurada tot besch. mede. Hij heeft toen den hoofdcommissaris van politie er kennis van gegeven. Op straat was hij besch. tegengekomen met een knaap en gaf op haar vraag ten antwoord, dat Sakurada en Toki in het hotel der legatie waren. Get. kan het fortuin van Sakurada niet begrooten, wel weet bij dat deze op vrij goeden voet leefde. Gel. verklaart voorts nog het lijk van Sakurada te hebben gezien te Rotterdam. Tweede getuige is de heer Toki, atta ché van legatie bij de Japansche regee ring. Hij wordt bijgestaan als tolk door den heer J. C. De Roode te 's-Graven- hage. De heer Foki, als boeddhist, mag geen eed zweren maar beloofd de geheele waarheid te zullen zeggen. De heer Foki is in Maart 1882 met Sakurada in den Haag gekomen en is tot zijn dood bij hem gebleven. Hij kende hem reeds uit Japan, wist dat hij gehuwd was. Sakurada leefde goed maar was niet rijk. Hij zag beschuldigde voor 't eerst op 15 December en was tegenwoordig bij de bijeenkomst in 't Iegatiehote! op 25 Febr. Hij werd 13 Maart door Saku rada belast aan besch. of haar broeder te zeggen, dat Sakurada niet thuis was. Toen de knaap kort daaiop van den heer Bauduin vernam, dat Sakurada wel thuis was, en dit aan get. kwam mee- deelen, heeft get. dien knaap de deur gewezen. Hij heeft op verzoek van Saku rada aan besch. gezegd, dat Sakurada ongehuwd was, get. verklaart, dat in Japan een tweede wettig huwelijk onbe kend is, maar dat verhoudingen als tus schen besch. en den vermoorde veelvul dig zijn, maar geen rechtsband of eeni- gerlei aanspraken scheppen. Hij heeft niet van den broeder van besch. een waarschuwing vernomen, dat Sakurada moest oppassen en besch. niet ten zijnent ontvangen. Op een vraag van raadsheer De Raedt antwoord get. dat een dusdanige verhou ding een gehuwd man moreel in de achting doet dalen, maar niet in zijn maatschappelijke positie. Derde getuige is dr. J. M. Piepers te 's-Gravenhage die den 9den Maart de besch. bij zich zag komen met verzoek haar ader te laten. Hij weigerde dit omdat hij het verzoek belachelijk vond. Hij heeft haar verscheidene vragen ge daan om haar vertrouwen te wekken, o. a. zeide hij zelf te Brussel te zijn geboren. Het verwonderde hem, dal besch. zeide: comment est-il possible de vivre dans un pays tel qu'ici?" Haar uitwendige positie misleidde hem niet. Hij begreep wat zij was en trachtte dit uit haar te krijgen, maar zij liet zich niet uit. sJai le sang mauvais," zeide zij. Getuige heeft bij haar weinig agi tatie opgemerkt. De heer Piepers wordt hierop op ver zoek van de verdediging ook als deskun dige beëedigd en gehoord. De heer Piepers acht het stellig waar, dat een epileptische zenuwziekte van de moeder erfelijk is en overgaat op de dochter. Absoluut waar kan hij het niet verklaren maar hij houdt het voor zeker. Hij is ook overtuigd, dat zulke personen onder hevige gemoedsaandoeningen, die ophun physischleven werken geachtkunnen worden te missen den vrijen wil over hun vermogens. Alle soorten van manie, ook chronische kunnen onder zekere invloe den acuut worden. Get. kan zich voor stellen, dat dit in dit geval geschied is, dat deze vrouw lijdend aan die kwaal onder den invloed van hevig moreel lij den volgens hem voor een tijd ontoere kenbaar kan geweest zijn. Op de opmer king des voorzitters, dat die verklaring gegeven wordt in 't algemeen en niet op kennis van de besch., zegt de heer Piepers, dat hij zijne verklaringen aflegt op grond van eigen behandeling der besch., zijn confrontatie met haar te Rotterdam en de stukken, van het pro ces o. a. de attesten der Brusselsche geneesheeren Crocq, Guilery en Goflin, hem door den verdediger ter inzage gegeven. De verdediger vraagt, of het dr. Pie pers niet heeft getioflen, dat in deze zaak ontbroken heeft een medisch onder zoek naar het denkvermogen en den zielstoestand van besch. door aliénisten en therapeuten? De voorzitter zegt dat die vraag niet te doen is. De proc.-gen. vraagt, hoe dr. Piepers weet, dat besch. aan epilepsie lijdende is. Heeft hij haar in dien staat gezien? sik weet het uit de officieele stukken van den advocaat, en de rapporten der deskundigen", antwoordt dr. Piepers. sik constateer dan,', zegt hierop de proc.-gen, sdat aan die verklaringen, als schriftelijk, niet te hechten is, indien de personen zelf niet worden gehoord. Als men een ondeizoek wil instellen, moet er een contradictoor debat worden gehouden. Raadsheer De Raadt vraagt, of het mogelijk is, dat eene mania furibunda een paar uur kan aanhouden? Dr. Pieters antwoordtniet enkel uren maar dagen zelfs, dagen lang kunnen zij als half razend met hun plannen rond- loopen." Raadsheer De Jonge vrangt, of zij dan het laatste uur voor de volvoering tot het besluit om te dooden heeft kunnen komen. Dr. Piepers herhaalt, dat zij onder hevigen invloed van moreele aandoenin gen verkeerde, niet vrijwillig handelde op het oogenblik van de daad. Er zijn lijders, die delireeren en later toch we ten, wat zij als in een droom hebben gezegd. Dr. Piepers constateert overigens, dat men omtrent de redeneeringen van krank zinnigen nog vrij wel in 't duister ver keert. Hij houdt vol, dat voor zoo ver hij de feiten kent, de vrouw op het oogenblik van haar daad niet verant woordelijk was. De Raadsheer De Raadt constateert, dat als die algemeene verklaring opging, nl. dat op het moment der uitvoering van een misdaad de misdadiger niet compos mentis was men de gerechtsho ven wel kon opheffen en alle misdaden vrij kan laten begaan. Dr. Piepers zegt, dat de juiste grens tusschen krankzinnigheid en een gezon den geest niet is aan te wijzen. Mr. Haas vraagt, of, wanneer personen in hun jeugd worden mishandeld, dit nadeelig kan werken op 't volgend leven? Dr. Piepers antwoordt toestemmend. Mr. Haas laat nu voorlezen een au thentieke acte, waaruit blijkt, dat Jeanne Lorette op zevenjarigen leeftijd blootge staan heeft aan mishandeling, die twee jaar straf aan den dader kostte. De Voorzitter doet opmerken, dat uit het arrest blijkt dat deze mishandeling verricht is, sans violence et sans mena ces. Mr. Haas vraagt, of get. weet dal de doctoren Crocq, Guillery en Goffin wor den beschouwd als princes de la science. Proc.-gen. Van den Bergh meent, dat de verklaringen van die doctoren een evangelie zijn. Wil men de waarde er van loeren kennen, dan zou men de zaak drie maanden moeten schorsen orn een onderzoek te doen instellen. De feiten, door adv. Haas medegedeeld, waren ook den procureur generaal bekend, maar hij heeft er niet van gewaagd, omdat hij meende, dat zelfs der besch. moest kwetsen de herinnering aan een feit op haar 17e jaar, waaraan zij on schuldig was. Adv.-gen. requireert alsnu, dat het gerechtshof besluite tot schor sing van drie maanden, ten einde een officieel rapport te krijgen van een onderzoek der bedoelde doctoren. Mr. Haas erkent, dat hij de delicatesse Opoffert aan het belang zijner cliente. Hij laat de beslissing over de schorsing aan het Hof over. Besch. zelve verzoekt voortzetting der behandeling. Het Hof vergadert hierna in raadkamer, en teruggekeerd, wijst het 't requisitoir af. De zaak wordt hierop voortgezet. Alsnu worden gehoord Bronkhuijzen te Scheveningen, buurman van besch., die de gunstigste getuigenis geeft om trent haar ingetogen leven. Hij had veel last van nieuwsgierigen, die bij haar over de heining klommen. Get. van Schermbeek, hoofdcommissa ris van politie, deelt mede wat hij ge daan heeft, na van getuige Bauduin vc-rnomen te hebben, dat besch. het aan Sakurada lastig maakte. Hij wilde haar over de grenzen laten zetten, daar zij geen bewijs van toelating had en geen middel van bestaan. Ten haren huize heeft hij een doos met revolver patronen in beslag genomen. Get. Becht deelt mede den revolver voor besch. te hebben schoongemaakt en constateert dat de revolver zoodanig is, dat als geen geoefende hand er mede omgaat en men de veer vasthoudt, men de haan kan overtrekken zonder dat het schot afgaat. Te Rotterdam heeft hij bij den rechter-commissaris den revolver geprobeerd en de patronen hem door dezen verschaft, gingen niet af. Daarna wordt gehoord get, Trosty, ambtenaar bij de administratie der spoor wegen, te Molenbeek St. Jean. Hij kende besch. omdat ook zijn vrouw, evenals de moeder van besch. dames-costuums maak te. Hij hoorde van den vader der besch. dat Jeanne 500 a 600 francs met piano- en zanglessen verdiende. Zij is hem en zijne vrouw later gepresenteerd als de bruid van Sakurada met wien zij naar Den Haag ging. Vóór den moord heeft hij nooit iets vernomen van een onzedelijk leven harerzijds, wel heeft hij groote opof fering voor haar familie bij haar waar genomen. Zij heeft hem een paar maan den voor de daad gesproken over zelf moord, doch gezegd dit na te laten uit vrees voor het toekomstig leven. Op de vraag van mr. Haas zegt get., dat Sa kurada aan de vrouw van get is voor gesteld als de fiancee vas bes. en dat toenSakurada er bijvoegde: Oui, madame! Nooit heeft get. iets slechts in besch, gezien of van haar vernomen, voordat de rechter van instructie zelf in zijn woon plaats hem het een en ander er van mede deelde. Get. verklaart ook, dat besch. hem verzocht interessante boeken te sturen, doch liefst niet vaa Zola, get. was tegenwoordig bij de inpakking van het ameublement van besch. naar Den Haag. Sakurada heelt toen zelf een handje meegeholpen. Nu wordt gehoord getuige J. de Man, handelsagent, speciaal in Japansche zaken Deze getuige zegt Hollandsch te kennen maar blijkt niet voldoende het te ver staan, zoodat de tolk als bemiddelaar op treedt. Hij vraagt om te mogen protes teeren tegen de beschuldiging van som mige dagbladen, maar wordt in de rede gevallen door den voorzitter, die zegt, dat hij daarvoor niet hier is? Hij heeft besch. pas voor 't eerst ge zien op het diner in 't Café Riche, waarop Sakurada hem noodigde om te beoordee- len of besch. goed genoeg Fransch ver stond om 'l hem te leeren. Get. vond dat zij vloeiend Fransch sprak. Verdei bevestigd get. dat hij tegen het einde van Februari van Sakurada vernam, dat besch. ondragelijk werd, steeds meer geld vroeg, een paard verlangde en dat besch. hem gevraagd heeft Sakurada te spreken over een scheiding tegen betaling, daar zij geld behoefde. Zij zeide toen genoeg te hebben van Holland en dien duivel- schen Japannees. Ten laatste heeft besch. volkomen genoegen genomen met de fres. 3000, en zich bereid verklaard naar Brus sel terug te keeren. Zelfs heeft get. nog een paar dagen later van Sakurada een brief ontvangen meldende, dat de schei ding en bon accord had plaats gehad. Hij was overtuigd, dat alles in goede orde was afgeloopen. Besch. ontkent de 3000 francs ont vangen te hebben als betaling. Ze wer den haar opgedongen in het gezantschaps hotel, omdat Sakurada haar met de politie dreigde. Noch deze getuige, noch get. Fosty heeft ontwaard, dat besch. met weerzin heenging, veeleer met tevredenheid. Tiende getuige is de wed. Goossens, huishoudster van de Japansche legatie Zij heeft besch. op den eersten Kerstdag en op Nieuwjaarsdag voor 't eerst zien dineeren aan de legatie en later bij Sa kurada zien blijven. In Februari dineerde besch. bij Saku rada: nis er nog eten, zet het dan op, zij kan afeten en blijven, maar ik kom niet terug. Hij sprak slecht Fransch en besch. heeft haar gezegd, dat zij daarom moeielijk vertrouwelijk met hem kon zijn, dat zij weinig om Sakurada gaf, dat hij haar beloofd had 50.000 francs als zij bij hem bleef, totdat hij naar Japan terug ging, dat besch. had laten onderzoeken of dit mocht, dat zij zonder geld de legatie niet uitging, dat daarna de besprekingen met de Man plaats hebben gehad, dat de verslagene nog eenmaal haar bezocht heeft, en dat Sakurada aan get. verbood haar verder toe te laten. Verder, dat het slot van de deur, waarvan besch. de sleutel had, is veranderd en dat op 13 Maart Saku rada op nieuw haar gelast heeft aan besch. te zeggen, dat hij afwezig was. Den 14den Maart heeft getuige verno men, dat beschuldigde een dolk had gekocht. Op getuige maakte het den in druk, dat besch. niet van Sakurada hield maar integendeel blij was heen te gaan. Sakurada was zeer lief voor haar. Besch. was daarentegen altijd in slecht humeur. Blijkens mededeeling van den con- sulgeneraal der Nederlanden te Lissabon, heeft de Poitugeesche Regeering, te re kenen van 1 dezer, de haven van Paler mo besmet verklaard dooi cholera, terwijl, te rekenen van denzelfden datum, de overige havens van het eiland Sicilië als van genoemde ziekte verdacht worden beschouwd. Onder de 149 leerlingen van de Rijkslandbou wschool te Wageningen, zijn er uit alle provinciën des lands, behalve uit Drente. Na Gelderland, hetwelk alleen 63 leerlingen leverde, volgen Zuid-Holland met 21 en Noord-Holland met 13. Een aantal leerlingen, vooral van de afd. B., hebben Indië tot bestemming, terwijl het getal leerlingen uit Nederl.-Indiën afkom stig 26 bedraagt. Duitschland leverde één leerling. Terwijl eerst als aanstaand direc teur van de Rijkslandbouwschool werden genoemd: de heeren II. F. Bultman te Haarlemmermeer en M. Hartog te Barne- veld, wordt te Wageningen thans verze kerd, dat de inspecteur van het M. O. dr. M.Salverda, daarvoor in aanmerking komt. Aan het sta tion te Maastricht waar zich ter gelegenheid van de kermis veile reizigers en daarenboven vele met verlot gaande militairen bevonden, had Dinsdagavond eene schermutseling plaats, tusschen soldaten die eenigzins beschon ken waren, en 2 marechaussés, belast met het handhaven der orde. Een soldaat, die zich tegen zijne verwijdering uit het station verzette, werd hierin bijgestaan door andere militairen, waardoor hij ge legenheid had te ontkomen. Algemeen is men van oordeel, dat bij buitengewone gelegenheden een weinig meer politie aan het station niet ongewenscht zou zijn. De Nederlandsche commissaris- generaal bij de internationale tentoonstel ling te Antweipen heeft aan de Regeering mede gedeeld, dat, met het oog op eene wegens misstellingen noodzakelijke her ziening der in den Belgischen Mouiteur geplaatste lijst van bekroning, de oBi- cieele opgaven omtrent de Nederlandsche bekroonden op die tentoonsteling eerst kunnen worden bekend gemaakt nadat de herziening zal hebben plaats gehad. Thans zijn in de Heldring-gestich ten te Zetten 312 meisjes en kinderen geplaatst, waarvan 56 in de normaalschool en opleidingshuizen, die tot onderwijze- res of andere maatschappelijke betrek kingen worden opgeleid. Sedert de op richting van deze gestichten zijn daarin reeds 3472 meisjes en kinderen verpleegd 18 aanvragen tot plaatsing zijn weder ontvangen. De heer J. Van 't Lindenhout direc teur der Weesinrichting te Neerbosch ontving zeer gunstige berichten uit Trans vaal van de weezen, die derwaarts trok ken. Pijpstra, is nog altijd bij den heer Bührman, terwijl Klavers en Scholten een zeer goed tihuis geven len Lebben bij den heer De Jager, een ouden, vromen Transvaalschen boer. Eenige leden van het Alg. Ned Werkliedenvei bond, hebben in een adres de Tweede Kamer uitgenoodigd, zich in de aanstaande zitting allereerst met de grondwetsherziening bezig te houden, om daarin aan alle burgers van Nederland het stemrecht toe te kennen. Adressan ten beweren daarbij, dat hot grootste deel des volks, thans als nnulliteiteni beschouwd, overtuigd zou zijn, dat de vermindering van 's lands welvaart moet geweten worden zijn naan de onbe kwaamheid der regeerders", met name van de leden der Kamers. »Het is zoo eindigt het adres van zelf vooru mijneheeren, niet pleizieiig om aan te hooren, dat wij u niet langer in het Staatsbestuur duldenmaar dit juist moet voor u een prikkel te meer zijn om die veranderingen aan te brengen waardoor een volksvertegenwoordiging kan worden gekozen, die door het volk woidt ge wenscht. »Dat dit verzoek door u in overwegin zal worden genomen, en door u alles zal worden aangewend om op [vredelievende wijze een einde te maken aan alle be staande onrechtvaardigheden, is de wensch van eenige leden van het verbond." - De Spaansche regeering heeft maat regelen genomen om de haven Guipozcoa en de Chassarina-eilanden op de Marok kaansche kust te versterken. Ook de ministerresident Testa, die Duitschland te Maiokko zal vertegenwoordigen is naar Berlijn geroepen, en reisde, na aankomst aldaar, direct door naar Varzin om van Bismarck zeiven instructies te ontvangen Een en ander moet in verband staan met plannen van de Fransche regeerin tot bezetting van Marokko. De Konin van Spanje is licht ongesteld waardoor de ministerraad tot lieden werd uitgesteld In zake de quaestie der Carolina-eilanden is weinig nieuws. De militaire gouver neur van het eiland Yap, de heer Ba brilis, is te Manilla aangekomen, In be zadigde kringen der Spaansche hoofdstad begintmen hoe langer meer zoo te gelooven dat Duitschland eindigen zal met Spanje rechten te erkennen, mits aan Duitsch land vrijheid van handel en scheepvaai op de Carolina-eilanden worde vergund Het vonnis van Louis Riel, de gevan gen hoofdman der mediezen, is uitgesteld Men zal de beslissing afwachten van de Privy Council te Londen. Verschillende Fransche bladen, waaronderde\Républiqu Franfaise, kiezen in heftige bewoordin gen partij voor Riel. Naar van Engelsche zijde wordt be richt is de Cholera te Parijs uitgebro ken. De ziekte zou ontstaan zijn door de buitengewone hitte in de laatste dagen Geen der Parijsche bladen maakt hier van evenwel melding. In Griekenland wordt thans de Staats begrooting voor 1886 in gereedheid ge bracht. Door groate bezuinigingen en vooral door het leger tot op de helft te verminderen, wil de heer Delyamis, mi nister van Financiën, niet meer dan 72 millioen minder uitgeven. De oppositie bladen verklaren evenwel eenparig, dat hij op weg is om den financieelen toe stand nog erger te maken, dan zij reeds is. Uit Kaapstad wordt bericht, dat het voornemen bestaat om Bechuanaland te maken tot een Kroon-kolonie, geheel af gescheiden van de Kaap-kolonie en met een afzonderlijk bestuur. Men meldt uit Alexandrië, dat 12000 Abyssiniërs de grenzen zijn overgetrok ken tot ontzet van het benarde Kassala. Door Generaal Courcy werd de voort vluchtige keizer van Annam afgezet en prins Chauk-Meng, een pleegzoon van den voormaligen Keizer Tu-Duc tot kei zer geproclameerd. Naar het Journal des Debats bericht zal de Chineesche regee ring hier tegen opkomen. Nieuwe moeie- lijkheden zijn dus weer op til. De Berlijnsche telegraaf-conferentie werd Donderdag 1.1. gesloten met eene toespraak van den opper-postmeester, Stephan, waarin hij de leden dankte voor hunne hulp tot het verkrijgen van een goeden uitslag.

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1885 | | pagina 2