BUITENLAND.
voorgelezen. Op enkelen na, die straks
zullen komen, zijn allen tegenwoordig.
Er zijn nog 5. a 6 getuigen, die op ver
zoek van de verdediger, mr. Ph. Haas,
zullen worden gehoord, o. a. dr. Don
kersloot, naar aanleiding van een paar
certificaten, waaromtrent pleiter een
paar wetenschappelijke vragen wenscht
te doen en die aan het hof worden over
gelegd.
In die certificaten wordt door een
dokter geconstateerd, dat hij bij Jeanne
Lorette heeft opgemerkt eene nerveuse
aandoening, die hij vroeger ook bij haar
moeder had opgemerkt, waaruit hij con
cludeerde tot een erfelijke kwaal. Een
ander dokter constateert bij Lorette's
moeder verschillende aanvallen van epilep
sie te hebben waargenomen. Ook een
professor aan de Brusselsche universiteit
heeft bij haar moeder hetzelfde waarge
nomen.
Beschuldige verklaart op de vraag van
den voorzitter Hollandsch en Fransch te
verstaan. Als zij opstaat, golft haar het
lange, blonde haar los om de schouders.
Zij verklaart met een hoofdknik of een
,,ja", dat zij in 1864 is geboren, dat haar
moeder in 1870 is overleden toen, besch.
15 jaar oud was. Zij is toen bij haar
vader thuis gebleven. Op 29 Oct. 1881
heeft haar vader haar voorzien van een
formeele akte van emancipatie.
Ilij deed dit wegens familiezaken, doch
niet om haar onafhankelijk te maken.
Zij erkent Sakurada van nabij gekend te
hebben.
Zij erkent hem gedood te hebben en
houdt hare bekentenissen voor den rech-
ter-commissaris afgelegd vol, als behel
zende de waarheid en niets dan de waar
heid. Voordat zij Sakurada leerde ken
nen, had zij betrekking tot meer mannen
gehad. Zij verklaart dit nu pertinent,
hetgeen den Voorzitter aanleiding geeft
haar er op te wijzen, dat dit afwijkt van
haar vroegere verklaringen, ofschoon hij
haar prijst, dat zij nu de waarheid zegt.
Zij zegt Sakurada te hebben leeren ken
nen bij een familie, die zij niet wil com-
promitteeren en niet in een huis van ver
dacht allooi. Veel genegenheid had zij
niet voor hem.
De Voorzitter wijst haar op den brief
waarin zij verklaart dat hij haar inspi-
rait de la repulsion.
Met goedkeuring van haar vader ver
gezelde zij Sakurada naar Den Haag. De
Voorzitter zegt dit feit te constaleeren,
doch niet te zullen ontwikkelen de vader
moest dubbel zedelijken steun aan de
moederlooze dochter hebben gegeven.
Besch. geeft de bekende mededeelin-
gen omtrent haar verblijf in Den Haag
en de scheiding. Zij zegt, dat haar f3000
zijn opgedrongen. Slechts, merkt de
president op, swant gij wildet meer." iJa
maar ik wist luidt haar antwoord
dat Sakurada niet meer kon geven." Zij
erkent na de ontvangst van't geld Saku
rada te hebben opgezocht, alles was iog
niet afgeloopen. Notre relation n'était
pas encore brisée. II m'avait dom ié
l'argent pour partir. Zij erkent, dat zij
Sakurada den 9den Maart heeft nage
reisd en verhaalt de bekende feiten te
Rotterdam.
Zij zegt omtrent den moord
»Ik wilde mij zelf dooden. Hij was
vreeselijk opgewonden. Hij zeide mij nog
te beminnen en dat al het onaangename
in zijn huis aan de meiden was te wijten.
Ik werd toen opgewonden en zeide igij
hebt mij alles beloofd, dat wij zouden
leven met elkaar en samen vertrekken
en dat het verleden zou vergeten zijn."
Zij bedoelde zelfmoord te plegen maar
langzamerhand kwam de gedachte bij
haar op: Nu zal ik gaan sterven en hij
blijven leven.
Op de vragen wat er gebeurd is tus-
schen half twaalf, toen de huisknecht de
kachel aanmaakte, en omstreeks vier
uur, geeft zij eenige mededeelingen. Zij
schreef het later gevonden briefje om te
doen denken, dat zij uit wraak handelde
maar het was geen wraak.
Zij doet hierop wel nog verschillende
mededeelingen, doch kun niet verklaren
waarom zij de schede van den dolk tus-
schen matrassen verborg, anders dan om
die niet te late» zien.
Toen haar de revolver vertoond werd,
viel de beschuldigde flauw, doch werd
door de gevangenisbewaarster en docter
Piepers spoedig bijgebracht. Zij antwoord
de toen weer even duidelijk en zonder
grootte aandoening op de haar gedane
vragen. Zij zegt zich zelf te hebben wil
len doodschieten en dat zij eerst toen de
patronen ketsten, zich met den revolver
tot hem gewend heeft. Hij lag op den
rug op zijn bed, zij richtte het vuurwa
pen tweemaal tegen zijn slaap en trok
de derde maal af. Zij ontkent ten stel
ligste opzet of toeleg gehad te hebben
om hem in zijn slaap te dooden. Zij kan
overigens niet verklaren wat er dien
nacht is gebeurd en waarom zij het bed
verlaten had.
Eindelijk zegt zij te Brussel niet veel
ziek te te zijn geweest en te 's-Graven-
liage niet onder geneeskundige behande
ling te zijn geweest.' De slotsom is dus
dat zij het dooden en den wil om te
dooden bekent maar niet de premeditatie.
Het verhoor van besch. is hiermede
afgeloopen en tot het getuigenverhoor
wordt overgegaan.
De eerste getuige is d» heer Bauduin,
secretaris van legatie ett waarnemend
zaakgelastigde van Japan te 's-Gravet.ha-
ge. Hij kende Sakurada als een man van
zacht en meegaand karakter doch die
zich dikwijls terugtrok bij gebrek aan
taalkennis.
Hij wist dat Sakurada gehuwd was.
De verhouding tusschen Sakurada en
Lorette vernam get. pas op 14 Maart.
Voor dien tijd wist hij er niets van.
Toen deelde get. Goossens huishoudster
Sakurada hem het een en ander over
de verhouding van Sakurada tot besch.
mede.
Hij heeft toen den hoofdcommissaris
van politie er kennis van gegeven. Op
straat was hij besch. tegengekomen met
een knaap en gaf op haar vraag ten
antwoord, dat Sakurada en Toki in het
hotel der legatie waren. Get. kan het
fortuin van Sakurada niet begrooten, wel
weet bij dat deze op vrij goeden voet
leefde. Gel. verklaart voorts nog het
lijk van Sakurada te hebben gezien te
Rotterdam.
Tweede getuige is de heer Toki, atta
ché van legatie bij de Japansche regee
ring. Hij wordt bijgestaan als tolk door
den heer J. C. De Roode te 's-Graven-
hage. De heer Foki, als boeddhist, mag
geen eed zweren maar beloofd de geheele
waarheid te zullen zeggen.
De heer Foki is in Maart 1882 met
Sakurada in den Haag gekomen en is
tot zijn dood bij hem gebleven. Hij kende
hem reeds uit Japan, wist dat hij gehuwd
was.
Sakurada leefde goed maar was niet
rijk. Hij zag beschuldigde voor 't eerst
op 15 December en was tegenwoordig
bij de bijeenkomst in 't Iegatiehote! op
25 Febr. Hij werd 13 Maart door Saku
rada belast aan besch. of haar broeder
te zeggen, dat Sakurada niet thuis was.
Toen de knaap kort daaiop van den
heer Bauduin vernam, dat Sakurada wel
thuis was, en dit aan get. kwam mee-
deelen, heeft get. dien knaap de deur
gewezen. Hij heeft op verzoek van Saku
rada aan besch. gezegd, dat Sakurada
ongehuwd was, get. verklaart, dat in
Japan een tweede wettig huwelijk onbe
kend is, maar dat verhoudingen als tus
schen besch. en den vermoorde veelvul
dig zijn, maar geen rechtsband of eeni-
gerlei aanspraken scheppen. Hij heeft
niet van den broeder van besch. een
waarschuwing vernomen, dat Sakurada
moest oppassen en besch. niet ten zijnent
ontvangen.
Op een vraag van raadsheer De Raedt
antwoord get. dat een dusdanige verhou
ding een gehuwd man moreel in de
achting doet dalen, maar niet in zijn
maatschappelijke positie.
Derde getuige is dr. J. M. Piepers te
's-Gravenhage die den 9den Maart de
besch. bij zich zag komen met verzoek
haar ader te laten. Hij weigerde dit
omdat hij het verzoek belachelijk vond.
Hij heeft haar verscheidene vragen ge
daan om haar vertrouwen te wekken,
o. a. zeide hij zelf te Brussel te zijn
geboren. Het verwonderde hem, dal
besch. zeide: comment est-il possible de
vivre dans un pays tel qu'ici?" Haar
uitwendige positie misleidde hem niet.
Hij begreep wat zij was en trachtte dit
uit haar te krijgen, maar zij liet zich
niet uit. sJai le sang mauvais," zeide
zij. Getuige heeft bij haar weinig agi
tatie opgemerkt.
De heer Piepers wordt hierop op ver
zoek van de verdediging ook als deskun
dige beëedigd en gehoord.
De heer Piepers acht het stellig waar,
dat een epileptische zenuwziekte van de
moeder erfelijk is en overgaat op de
dochter. Absoluut waar kan hij het niet
verklaren maar hij houdt het voor zeker.
Hij is ook overtuigd, dat zulke personen
onder hevige gemoedsaandoeningen, die
ophun physischleven werken geachtkunnen
worden te missen den vrijen wil over hun
vermogens. Alle soorten van manie, ook
chronische kunnen onder zekere invloe
den acuut worden. Get. kan zich voor
stellen, dat dit in dit geval geschied is,
dat deze vrouw lijdend aan die kwaal
onder den invloed van hevig moreel lij
den volgens hem voor een tijd ontoere
kenbaar kan geweest zijn. Op de opmer
king des voorzitters, dat die verklaring
gegeven wordt in 't algemeen en niet
op kennis van de besch., zegt de heer
Piepers, dat hij zijne verklaringen aflegt
op grond van eigen behandeling der
besch., zijn confrontatie met haar te
Rotterdam en de stukken, van het pro
ces o. a. de attesten der Brusselsche
geneesheeren Crocq, Guilery en Goflin,
hem door den verdediger ter inzage
gegeven.
De verdediger vraagt, of het dr. Pie
pers niet heeft getioflen, dat in deze
zaak ontbroken heeft een medisch onder
zoek naar het denkvermogen en den
zielstoestand van besch. door aliénisten
en therapeuten?
De voorzitter zegt dat die vraag niet
te doen is.
De proc.-gen. vraagt, hoe dr. Piepers
weet, dat besch. aan epilepsie lijdende
is. Heeft hij haar in dien staat gezien?
sik weet het uit de officieele stukken
van den advocaat, en de rapporten der
deskundigen", antwoordt dr. Piepers.
sik constateer dan,', zegt hierop de
proc.-gen, sdat aan die verklaringen, als
schriftelijk, niet te hechten is, indien
de personen zelf niet worden gehoord.
Als men een ondeizoek wil instellen,
moet er een contradictoor debat worden
gehouden.
Raadsheer De Raadt vraagt, of het
mogelijk is, dat eene mania furibunda
een paar uur kan aanhouden?
Dr. Pieters antwoordtniet enkel uren
maar dagen zelfs, dagen lang kunnen zij
als half razend met hun plannen rond-
loopen."
Raadsheer De Jonge vrangt, of zij dan
het laatste uur voor de volvoering tot
het besluit om te dooden heeft kunnen
komen.
Dr. Piepers herhaalt, dat zij onder
hevigen invloed van moreele aandoenin
gen verkeerde, niet vrijwillig handelde
op het oogenblik van de daad. Er zijn
lijders, die delireeren en later toch we
ten, wat zij als in een droom hebben
gezegd.
Dr. Piepers constateert overigens, dat
men omtrent de redeneeringen van krank
zinnigen nog vrij wel in 't duister ver
keert. Hij houdt vol, dat voor zoo ver
hij de feiten kent, de vrouw op het
oogenblik van haar daad niet verant
woordelijk was.
De Raadsheer De Raadt constateert,
dat als die algemeene verklaring opging,
nl. dat op het moment der uitvoering
van een misdaad de misdadiger niet
compos mentis was men de gerechtsho
ven wel kon opheffen en alle misdaden
vrij kan laten begaan.
Dr. Piepers zegt, dat de juiste grens
tusschen krankzinnigheid en een gezon
den geest niet is aan te wijzen.
Mr. Haas vraagt, of, wanneer personen
in hun jeugd worden mishandeld, dit
nadeelig kan werken op 't volgend leven?
Dr. Piepers antwoordt toestemmend.
Mr. Haas laat nu voorlezen een au
thentieke acte, waaruit blijkt, dat Jeanne
Lorette op zevenjarigen leeftijd blootge
staan heeft aan mishandeling, die twee
jaar straf aan den dader kostte.
De Voorzitter doet opmerken, dat uit
het arrest blijkt dat deze mishandeling
verricht is, sans violence et sans mena
ces.
Mr. Haas vraagt, of get. weet dal de
doctoren Crocq, Guillery en Goffin wor
den beschouwd als princes de la science.
Proc.-gen. Van den Bergh meent, dat
de verklaringen van die doctoren een
evangelie zijn. Wil men de waarde er
van loeren kennen, dan zou men de
zaak drie maanden moeten schorsen orn
een onderzoek te doen instellen.
De feiten, door adv. Haas medegedeeld,
waren ook den procureur generaal bekend,
maar hij heeft er niet van gewaagd,
omdat hij meende, dat zelfs der besch.
moest kwetsen de herinnering aan een
feit op haar 17e jaar, waaraan zij on
schuldig was. Adv.-gen. requireert alsnu,
dat het gerechtshof besluite tot schor
sing van drie maanden, ten einde een
officieel rapport te krijgen van een
onderzoek der bedoelde doctoren.
Mr. Haas erkent, dat hij de delicatesse
Opoffert aan het belang zijner cliente.
Hij laat de beslissing over de schorsing
aan het Hof over.
Besch. zelve verzoekt voortzetting der
behandeling. Het Hof vergadert hierna
in raadkamer, en teruggekeerd, wijst
het 't requisitoir af.
De zaak wordt hierop voortgezet.
Alsnu worden gehoord Bronkhuijzen
te Scheveningen, buurman van besch.,
die de gunstigste getuigenis geeft om
trent haar ingetogen leven. Hij had veel
last van nieuwsgierigen, die bij haar
over de heining klommen.
Get. van Schermbeek, hoofdcommissa
ris van politie, deelt mede wat hij ge
daan heeft, na van getuige Bauduin
vc-rnomen te hebben, dat besch. het
aan Sakurada lastig maakte. Hij wilde
haar over de grenzen laten zetten, daar
zij geen bewijs van toelating had en
geen middel van bestaan. Ten haren
huize heeft hij een doos met revolver
patronen in beslag genomen.
Get. Becht deelt mede den revolver
voor besch. te hebben schoongemaakt en
constateert dat de revolver zoodanig is,
dat als geen geoefende hand er mede
omgaat en men de veer vasthoudt, men
de haan kan overtrekken zonder dat het
schot afgaat. Te Rotterdam heeft hij
bij den rechter-commissaris den revolver
geprobeerd en de patronen hem door
dezen verschaft, gingen niet af.
Daarna wordt gehoord get, Trosty,
ambtenaar bij de administratie der spoor
wegen, te Molenbeek St. Jean. Hij kende
besch. omdat ook zijn vrouw, evenals de
moeder van besch. dames-costuums maak te.
Hij hoorde van den vader der besch. dat
Jeanne 500 a 600 francs met piano- en
zanglessen verdiende. Zij is hem en zijne
vrouw later gepresenteerd als de bruid
van Sakurada met wien zij naar Den
Haag ging. Vóór den moord heeft hij
nooit iets vernomen van een onzedelijk
leven harerzijds, wel heeft hij groote opof
fering voor haar familie bij haar waar
genomen. Zij heeft hem een paar maan
den voor de daad gesproken over zelf
moord, doch gezegd dit na te laten uit
vrees voor het toekomstig leven. Op de
vraag van mr. Haas zegt get., dat Sa
kurada aan de vrouw van get is voor
gesteld als de fiancee vas bes. en dat
toenSakurada er bijvoegde: Oui, madame!
Nooit heeft get. iets slechts in besch,
gezien of van haar vernomen, voordat de
rechter van instructie zelf in zijn woon
plaats hem het een en ander er van mede
deelde. Get. verklaart ook, dat besch.
hem verzocht interessante boeken te
sturen, doch liefst niet vaa Zola, get.
was tegenwoordig bij de inpakking van
het ameublement van besch. naar Den
Haag. Sakurada heelt toen zelf een handje
meegeholpen.
Nu wordt gehoord getuige J. de Man,
handelsagent, speciaal in Japansche zaken
Deze getuige zegt Hollandsch te kennen
maar blijkt niet voldoende het te ver
staan, zoodat de tolk als bemiddelaar op
treedt. Hij vraagt om te mogen protes
teeren tegen de beschuldiging van som
mige dagbladen, maar wordt in de rede
gevallen door den voorzitter, die zegt,
dat hij daarvoor niet hier is?
Hij heeft besch. pas voor 't eerst ge
zien op het diner in 't Café Riche, waarop
Sakurada hem noodigde om te beoordee-
len of besch. goed genoeg Fransch ver
stond om 'l hem te leeren. Get. vond
dat zij vloeiend Fransch sprak. Verdei
bevestigd get. dat hij tegen het einde
van Februari van Sakurada vernam, dat
besch. ondragelijk werd, steeds meer geld
vroeg, een paard verlangde en dat besch.
hem gevraagd heeft Sakurada te spreken
over een scheiding tegen betaling, daar
zij geld behoefde. Zij zeide toen genoeg
te hebben van Holland en dien duivel-
schen Japannees. Ten laatste heeft besch.
volkomen genoegen genomen met de fres.
3000, en zich bereid verklaard naar Brus
sel terug te keeren. Zelfs heeft get. nog
een paar dagen later van Sakurada een
brief ontvangen meldende, dat de schei
ding en bon accord had plaats gehad.
Hij was overtuigd, dat alles in goede
orde was afgeloopen.
Besch. ontkent de 3000 francs ont
vangen te hebben als betaling. Ze wer
den haar opgedongen in het gezantschaps
hotel, omdat Sakurada haar met de politie
dreigde.
Noch deze getuige, noch get. Fosty
heeft ontwaard, dat besch. met weerzin
heenging, veeleer met tevredenheid.
Tiende getuige is de wed. Goossens,
huishoudster van de Japansche legatie
Zij heeft besch. op den eersten Kerstdag
en op Nieuwjaarsdag voor 't eerst zien
dineeren aan de legatie en later bij Sa
kurada zien blijven.
In Februari dineerde besch. bij Saku
rada: nis er nog eten, zet het dan op,
zij kan afeten en blijven, maar ik kom
niet terug. Hij sprak slecht Fransch en
besch. heeft haar gezegd, dat zij daarom
moeielijk vertrouwelijk met hem kon zijn,
dat zij weinig om Sakurada gaf, dat
hij haar beloofd had 50.000 francs
als zij bij hem bleef, totdat hij
naar Japan terug ging, dat besch. had
laten onderzoeken of dit mocht, dat zij
zonder geld de legatie niet uitging, dat
daarna de besprekingen met de Man
plaats hebben gehad, dat de verslagene
nog eenmaal haar bezocht heeft, en dat
Sakurada aan get. verbood haar verder
toe te laten. Verder, dat het slot van
de deur, waarvan besch. de sleutel had,
is veranderd en dat op 13 Maart Saku
rada op nieuw haar gelast heeft aan
besch. te zeggen, dat hij afwezig was.
Den 14den Maart heeft getuige verno
men, dat beschuldigde een dolk had
gekocht. Op getuige maakte het den in
druk, dat besch. niet van Sakurada
hield maar integendeel blij was heen te
gaan. Sakurada was zeer lief voor haar.
Besch. was daarentegen altijd in slecht
humeur.
Blijkens mededeeling van den con-
sulgeneraal der Nederlanden te Lissabon,
heeft de Poitugeesche Regeering, te re
kenen van 1 dezer, de haven van Paler
mo besmet verklaard dooi cholera, terwijl,
te rekenen van denzelfden datum, de
overige havens van het eiland Sicilië als
van genoemde ziekte verdacht worden
beschouwd.
Onder de 149 leerlingen van de
Rijkslandbou wschool te Wageningen, zijn
er uit alle provinciën des lands, behalve
uit Drente. Na Gelderland, hetwelk alleen
63 leerlingen leverde, volgen Zuid-Holland
met 21 en Noord-Holland met 13. Een
aantal leerlingen, vooral van de afd. B.,
hebben Indië tot bestemming, terwijl het
getal leerlingen uit Nederl.-Indiën afkom
stig 26 bedraagt. Duitschland leverde
één leerling.
Terwijl eerst als aanstaand direc
teur van de Rijkslandbouwschool werden
genoemd: de heeren II. F. Bultman te
Haarlemmermeer en M. Hartog te Barne-
veld, wordt te Wageningen thans verze
kerd, dat de inspecteur van het M. O. dr.
M.Salverda, daarvoor in aanmerking komt.
Aan het sta tion te Maastricht
waar zich ter gelegenheid van de kermis
veile reizigers en daarenboven vele met
verlot gaande militairen bevonden, had
Dinsdagavond eene schermutseling plaats,
tusschen soldaten die eenigzins beschon
ken waren, en 2 marechaussés, belast
met het handhaven der orde. Een soldaat,
die zich tegen zijne verwijdering uit het
station verzette, werd hierin bijgestaan
door andere militairen, waardoor hij ge
legenheid had te ontkomen. Algemeen is
men van oordeel, dat bij buitengewone
gelegenheden een weinig meer politie
aan het station niet ongewenscht zou zijn.
De Nederlandsche commissaris-
generaal bij de internationale tentoonstel
ling te Antweipen heeft aan de Regeering
mede gedeeld, dat, met het oog op eene
wegens misstellingen noodzakelijke her
ziening der in den Belgischen Mouiteur
geplaatste lijst van bekroning, de oBi-
cieele opgaven omtrent de Nederlandsche
bekroonden op die tentoonsteling eerst
kunnen worden bekend gemaakt nadat
de herziening zal hebben plaats gehad.
Thans zijn in de Heldring-gestich
ten te Zetten 312 meisjes en kinderen
geplaatst, waarvan 56 in de normaalschool
en opleidingshuizen, die tot onderwijze-
res of andere maatschappelijke betrek
kingen worden opgeleid. Sedert de op
richting van deze gestichten zijn daarin
reeds 3472 meisjes en kinderen verpleegd
18 aanvragen tot plaatsing zijn weder
ontvangen.
De heer J. Van 't Lindenhout direc
teur der Weesinrichting te Neerbosch
ontving zeer gunstige berichten uit Trans
vaal van de weezen, die derwaarts trok
ken. Pijpstra, is nog altijd bij den heer
Bührman, terwijl Klavers en Scholten
een zeer goed tihuis geven len Lebben bij
den heer De Jager, een ouden, vromen
Transvaalschen boer.
Eenige leden van het Alg. Ned
Werkliedenvei bond, hebben in een adres
de Tweede Kamer uitgenoodigd, zich in
de aanstaande zitting allereerst met de
grondwetsherziening bezig te houden, om
daarin aan alle burgers van Nederland
het stemrecht toe te kennen. Adressan
ten beweren daarbij, dat hot grootste
deel des volks, thans als nnulliteiteni
beschouwd, overtuigd zou zijn, dat de
vermindering van 's lands welvaart moet
geweten worden zijn naan de onbe
kwaamheid der regeerders", met name
van de leden der Kamers. »Het is
zoo eindigt het adres van zelf vooru
mijneheeren, niet pleizieiig om aan te
hooren, dat wij u niet langer in het
Staatsbestuur duldenmaar dit juist
moet voor u een prikkel te meer zijn
om die veranderingen aan te brengen
waardoor een volksvertegenwoordiging
kan worden gekozen, die door het volk
woidt ge wenscht.
»Dat dit verzoek door u in overwegin
zal worden genomen, en door u alles zal
worden aangewend om op [vredelievende
wijze een einde te maken aan alle be
staande onrechtvaardigheden, is de wensch
van eenige leden van het verbond."
- De Spaansche regeering heeft maat
regelen genomen om de haven Guipozcoa
en de Chassarina-eilanden op de Marok
kaansche kust te versterken. Ook de
ministerresident Testa, die Duitschland te
Maiokko zal vertegenwoordigen is naar
Berlijn geroepen, en reisde, na aankomst
aldaar, direct door naar Varzin om van
Bismarck zeiven instructies te ontvangen
Een en ander moet in verband staan
met plannen van de Fransche regeerin
tot bezetting van Marokko. De Konin
van Spanje is licht ongesteld waardoor de
ministerraad tot lieden werd uitgesteld
In zake de quaestie der Carolina-eilanden
is weinig nieuws. De militaire gouver
neur van het eiland Yap, de heer Ba
brilis, is te Manilla aangekomen, In be
zadigde kringen der Spaansche hoofdstad
begintmen hoe langer meer zoo te gelooven
dat Duitschland eindigen zal met Spanje
rechten te erkennen, mits aan Duitsch
land vrijheid van handel en scheepvaai
op de Carolina-eilanden worde vergund
Het vonnis van Louis Riel, de gevan
gen hoofdman der mediezen, is uitgesteld
Men zal de beslissing afwachten van de
Privy Council te Londen. Verschillende
Fransche bladen, waaronderde\Républiqu
Franfaise, kiezen in heftige bewoordin
gen partij voor Riel.
Naar van Engelsche zijde wordt be
richt is de Cholera te Parijs uitgebro
ken. De ziekte zou ontstaan zijn door de
buitengewone hitte in de laatste dagen
Geen der Parijsche bladen maakt hier
van evenwel melding.
In Griekenland wordt thans de Staats
begrooting voor 1886 in gereedheid ge
bracht. Door groate bezuinigingen en
vooral door het leger tot op de helft te
verminderen, wil de heer Delyamis, mi
nister van Financiën, niet meer dan 72
millioen minder uitgeven. De oppositie
bladen verklaren evenwel eenparig, dat
hij op weg is om den financieelen toe
stand nog erger te maken, dan zij reeds is.
Uit Kaapstad wordt bericht, dat het
voornemen bestaat om Bechuanaland te
maken tot een Kroon-kolonie, geheel af
gescheiden van de Kaap-kolonie en met
een afzonderlijk bestuur.
Men meldt uit Alexandrië, dat 12000
Abyssiniërs de grenzen zijn overgetrok
ken tot ontzet van het benarde Kassala.
Door Generaal Courcy werd de voort
vluchtige keizer van Annam afgezet en
prins Chauk-Meng, een pleegzoon van
den voormaligen Keizer Tu-Duc tot kei
zer geproclameerd. Naar het Journal des
Debats bericht zal de Chineesche regee
ring hier tegen opkomen. Nieuwe moeie-
lijkheden zijn dus weer op til.
De Berlijnsche telegraaf-conferentie
werd Donderdag 1.1. gesloten met eene
toespraak van den opper-postmeester,
Stephan, waarin hij de leden dankte
voor hunne hulp tot het verkrijgen van
een goeden uitslag.