Officieële Publicatiën.
BUITENLAND.
Plaatselijke berichten.
Provinciale berichten.
enkele Vereenigingen werd aangenomen,
en de opwekking bevat tot het plegen
van een strafbare daad.
De bekende componist Verhuist
heeft Donderdag zijn zilveren jubilé ge
vierd als directeur der Diligentia-concer
ten. Hij werd bij zijn optreden met fan
fares en een donderend applaus ontvan
gen. Van een aantal toonkunstenaars
ontving hij een grooten bloemenkrans,
van het orkest een zilveren lauwerkrans.
De leden boden hem een bloemvaas van
zilver en glas aan met toepasselijke
inscriptie.
Diep bewogen antwoordde hij op eene
toespraak van den burgemeester, eere
voorzitter van Diligentiaen op de aan
bieding van het geschenk van het orkest.
Donderdagavond is trein no. 24
van Arnhem, die te 9 u. 48 m. uit
Utrecht vertrekt, nabij Breukelen gede
railleerd, waardoor vrijwat oponthoud is
veroorzaakt. Persoonlijke ongelukken zijn
niet voorgevallen.
In een gister gehouden vergadering
van het Hoofdcomité van het Roode
Kruis is besloten, hulp te verleenen aan
de zieken en gekwetsten in den Servisch-
Bulgaarschen oorlog.
Het Hoofdcommité stelt zich daartoe
in verbinding met de commités van het
Roode Kruis te Belgrado en Sofia.
D. v. Z.-H.
Onder de dames die bij het exa
men voor apothekersbediende te Breda
zijn geslaagd, is ook eene geestelijke
zuster uit het klooster der liefdezusters
te Maastricht, geëmployeerde in de apo
theek van het gesticht Calvariënberg.
Zij is, zegt de Courrier de la Mcusc,
de eerste religieuse, die hier te lande
aan dit examen deelnam.
Wel is tusschen de Bulgaren en
Serviërs eene wapenstilstand gesloten,
maar toch zijn beide mogendheden het
nog niet eens over de voorwaarden waar
op deze definitief moet worden vastge
steld. Den 2en Dec. kwam een Servisch
officier in het Bulgaarsche hoofdkwartier
met het voorstel de wapenstilstand te
sluiten tot 1 Januari '86 terwijl de
voorposten en de legers in de stellin
gen zouden blijven welke zij, op 't oogen-
blik dat de vijandelijkheden werden ge
staakt hadden ingenomen. Vorst Alexan
der wees dit voorstel onmiddelijk van de
hand. Hij stelde van zijn kant den vol
gende eisch: volledige ontruiming van
het Bulgaarsch grondgebied door de Ser
viërs, terwijl de Bulgaren als schadeloos
stelling voor de behaalde overwinningen
in hunne stellingen zouden blijven. Tot
dusver heeft geen van beiden toegegeven.
De Sultan zond ondertusschen reeds twee
gemachtigden naar Oost-Rumelië, die door
de bevolking niet alleen welwillend wer
den ontvangen, maar letterlijk werden
overstroomd met verzoekschriften ten
gunste der inlijving van het land bij Bul
garije.
De Arabieren in Egypte doen ook we
der eens van zich spreken. Zij zijn tegen
de Engelschen opgerukt en reeds sinds
eenige dagen wordt eene aanval op Kos-
hay verwacht eene plaats door Schotten
bezet. Het aantal Arabieren is zeergroot.
Met behulp van verrekijkers kon men
van uit de belegerde plaats 40 standaar
den tellen. De Engelsche soldaten zijn
evenwel vol moed en vreezen den aan
val niet.
De Carolina-quaestie is nu voor goed
uit de wereld. De Spanjaarden worden
als souvereinen over de Carolina-archipel
erkend. Duitschland heeft vrijen handel
en scheepvaart, benevens het recht om
een kolenstation en landbouw-koloniën
op de eilanden aan te leggen.
In Frankrijk wordt de beweging tegen
de ontruiming van Tonkin steeds grooter.
De republikeinsche afgevaardigden wor
den van alle kanten aangespoord om het
voornemen der radicalen te verijdelen en
de ontruiming niet toe te laten.
Kolonel Herlinger, die reeds eenmaal
voor de krijgsraad in Tonkin terecht
stond, omdat aan hem de nederlaag der
Franschen aldaar geweten werd, maar
daar schitterend werd vrijgesproken, is
nu wederom door zijn legercommandant
Brière de l'Isle aangeklaagd. De kolonel
is op weg naar Frankrijk en zal bij zijne
aankomst te Marseille kunnen lezen, hoe
hem door zijn onmiddellijken chef zijne
eer wordt ontnomen.
Generaal Caceres heeft gezegevierd
over het bewind van Iglesias, laatstge
noemde heeft zich moeten overgeven.
Ensebio Sanchez is benoemd tot voor-
loopig president. Eene commissie werd
met het opperbevel over het leger belast
en moet tevens zorg dragen voor de
verkiezing der leden van het nieuwe
congres. Peru is alzoo weder voor eenigen
tijd in het genot van vrede.
Mandalay werd door de Engelschen
genomen. Theebau werd' gevangen ge
nomen en zal waarschijnlijk naar Ceylon
worden verbannen.
De bevolking van Mandalay scheen met
de bezetting der Engelschen zeer inge-
omentegenstand werd althans niet
teboden. Een later bericht meldt, dat de
p^elsche soldaten, toen ze na hunne
overwinning met hunne gewone zorge
loosheid uitrusten, plotseling door Bir-
maansche roovers werden overvallen en
over de kling gejaagd, waai na de stad
door de roovers werd geplunderd.
De verkiezingen iu Engeland leverden
tot dusverre het volgende resultaat. Ge
kozen werden: 263 liberalen, 213 con
servatieven en 54 Ieren, 192 verkiezin
gen moeten nog bekend worden.
Een voldoende meerderheid der libera
len over de vereenigde conservatieven en
aanhangers van Parnell mag dus niet
worden verwacht.
PIETER HARTING. IN MEMORIAIVI.
Donderdagavond half zes is de
Oud-Hoogleeraar dr. P. Halting,
zacht en kalm ontslapen. Het va
derland verliest in dezen bij oud
en jong, niet alleen bekenden,
maar ook beminden man, een
zijner beste en edelste burgers.
Wat de wetenschap in hem ver
liest, en wat zijne verdiensten als
geleerde betreft, zal zeer zeker
elders beter worden geschetst, dan
wij dit zouden vermogen. Een
woord ter nagedachtenis aan dezen
beroemden land-, en sinds korten
tijd ook stadgenoot, mag evenwel
in onze kolommen niet ontbreken.
Den 27e Februari 1812 te Rot
terdam geboren, ontving Harting
zijn eerste opleiding aan het
Instituut van Kinsbergen. Daar
na studeerde hij te Utrecht, tot
dat de opstand met België uit
brak. Ais vrijwilliger nam hij deel
aan den Tiendaagschen Veldtocht
hetgeen hem evenwel niet belette,
reeds in 1835, dus op 23-jarigen
leeftijd te promoveeren als Doctor
in de Genees- en Verloskunde,
waarna hij zich te Oudewater als
geneesheer vestigde. In 1841 werd
hij tot hoogleeraar aan het sedert
opgeheven Atheneum te Franeker
beroepen, en twee jaren daarna
naar Utrecht overgeplaatst. Hier
doceerde hij aanvankelijk ontleed-
en plantkunde doch later alleen
dierkunde. De ontleedkunde en
vooral de toepassing van den mi
croscoop waren zijne lievelings
vakken; zijne eerste geschriften
(wie kent niet: De macht van het
kleine) handelden dan ook groo-
tendeels over het gebruik en de
toepassing van genoemd werktuig.
Het is hier de plaats niet om de
lange reeks van Harting's geschrif
ten (waarvan zeer velen in 't Bui
tenland werden vertaald) op te
sommen. Wij wijzen alleen op zijne
talrijke en populaire geschriften
als bewijs van Harting's innige
overtuiging, dat de wetenschap om
al het nut te stichten, dat van
haar kan uitgaan, niet moet be
sloten blijven binnen het studeer
vertrek of in de collegezaal, maar
dat hare vruchten zooveel moge
lijk onder het bereik van allen
moeten worden gebracht. Tevens
begreep hij, ook buiten zijn eigen
lijken werkkring noch plichten te
moeten vervullen jegens de maat
schappij. Hiervan getuige zijn
krachtig optreden voor de Trans-
vaalsche stamgenooten en voor de
in Rusland mishandelde Israëlie
ten, zijn pogingen, in gemeen
schap met zijn broeder, tot wering
van het schoolverzuim, die aan
leiding gaven tot het stichten van
liet Schoolverbond. Hij was een
man van innige overtuiging, die
met geestdrift den vooruitgang
der wetenschap volgde en haar
populair trachtte te maken en
daarom vooral had de naam van
Pieter Harting zulk een uitne-
menden klank bij het Nederland-
sche volk.
Zacht en kalm, zonder licha
melijke smart, was het einde van
het leven van hem die kon en
mocht getuigen: nik heb inder
daad een gelukkig leven geleid."
Pieter Harting was een sieraad
van zyn tijd en steeds zal zijne
nagedachtenis in eere blijven.
De begrafenis zal plaats hebben
Maandag ten half twee. Naar uit
goede bron wordt medegedeeld,
heeft de overledene den uitdruk-
kelijken wensch te kennen gege
ven, dat bij zijn graf geene toe
spraken zullen worden gehouden.
Door Z. M. den Koning is benoemd
tot commies der posterijen 4de kl. de
heer J. van Nijmegen Schonegevel, surnuin
der posterijen aan het postkantoor alhier.
Bij Kon. Besl. van 30 Nov. 1885
is onze stadgenoot, de heer H. L. Erzey
le luit. bij 't escadron Ordonnancen be
noemd tot ritmeester bij het 2e regiment
Hussaren, terwijl bij hetzelfde Besl. de
heer A. Geel, 2e luit. cbij het le reg.
Hussaren, mede alhier in garnizoen be
vorderd werd tot le luitenant.
Door H.H. Ingenieurs, belast met
opnemingen in de Geldersclie vallei, zijn
in de onmiddelijke nabijheid dezer ge
meente in de beken peilingen en stroom-
snelheidmetingen gedaan met het oog op
de verbetering van den waterstaatkundi
gen toestand der Geldersche valei.
VERGADERING van den RAAD der
gemeente AMERSFOORT, op Maandag,
den 7. December 1885, des namiddags
ten 1 Va ure.
Ponten Tan behandeling
1. le aanvullings-kohier van den hoofde-
lijken omslag.
2. Ontwerp-besluit tot heffing van den
vollen aanslag in den hoofdelijken om
slag voor 1886.
3. Benoeming van een herschatter inge
volge art 5 der verordening tot heffing
van vergunningsrecht, voor den ver
koop van sterken drank in het klein.
4. Benoemingen van
a. een curator van het Gymnasium
b. een lid der commissie van toezicht op
het middelbaar onderwijs
c. een lid der commissie van toezicht op
het lager onderwijs
d. twee leden van het burgerlijk armbe
stuur
e. drie leden der Commissie van fa
bricage
f. twee leden der Commissie voor de
gemeente-reiniging
g. een lid der openbare gezondheids
commissie.
Omtrent de bezwaren in bet voor-
loopig verslag der Eerste Kamer aangevoerd
tegen de met de Holl. Spoorwegmaatschappij
gesloten overeenkomst betreffende de exploi
tatie van de spoorweg AmersfoortNijmegen,
lezen wij in 't Handelsbl. het navolgende
De bewering werd voorgestaan, dat de
Maatschappij tot exploitatie der Staatsspoor
wegen moet geacht worden de Maatschappij
te zijn aan wie de exploitatie der van Rijks
wege gebouwde spoorwegen bij voorkeur be
hoort te worden opgedragen, indien zich
daartegen althans geen volstrekt afdoende
redenen verzetten. Men erkent, dat van dit
beginsel reeds is afgeweken en dat bijvoor
beeld een gedeelte van de Staatsspoorwegen
aan de Holl. Sp.-Mij. in exploitatie is af
gestaan, maar daarvoor golden goede
gronden.
Het belang der Expl.-Mij. is zoo nauw
verhouden aan dat van den Staat, het aan
deel van den Staat in hare winsten is zoo
groot, dat de Staat zeker verstandig handelt
door het belang der Expl.-Mij. zooveel moge
lijk te bevorderen.
Men meende, dat, mocht al door deze
overeenkomst oogensehijnlijk aanvankelijk
althans eenig meerder voordeel voor het Rijk
verkregen worden, geldelijke nadeelen echter
met het oog op het gansche net der Staats
spoorwegen, die door de Expl.-Mij. werden
geëxploiteerd op den duur voor den Staat
niet zullen kunnen achterblijven. Zij zullen
ongetwijfeld aanzienlijk zijn.
Hetgeen hieromtrent door den directeur-
generaal is aangevoerd is door de Regeering
niet wederlegd, deze schijnt dat verlies ver
keerd te berekenen. Zij berekent bovendien
de opbrengst van de lijn Amersfoort
Resteren slechts als die van eene loeaallijn.
Nu zoude, bijaldien Exploitatie-Maatschappij
met hare treinen te Amsterdam mocht komen,
wel is waar tot het maken van de noodige
inrichtingen voor het goederenverkeer voor
die Maatschappij aldaar moeten worden over
gegaan, waarvan de koston voor het oogen-
blik met geen zekerheid zijn te bepalen,
maar die in ieder geval een zeer beduidend
cijfer zulleu bereiken, in de memorie van
toelichting wordt bovendien gewezen op het
betelen van schadeloosstelling aan de Holl.
Spoorw. Mij. Maar wat zegt daarvan de
directeur-generaal in zijn adres aan deze
Kamer? „Het is blijkbaar aan allen ontsnapt,
dat de Exploitatie-Maatschappij noch voor
vergoeding eventueel te betalen aan de Hol-
landsche IJzeren Spoorwegmaatschappij voor
eenig medegebruik, noch voor de stations
emplacementen te Amsterdam van den Staat
een enkel otfer, een enkele penning vraagt".
Op grond van deze mededeeling schijnen de
kosten dus geen bezwaar op te leveren om
de bewuste maatschappij te Amsterdam te
brengen. Gaarne zoude men van de Regee-
geering vernemen of zij hierdoor omtrent het
geldelijk bezwaar tot andere gedachten is gc-
komeu.
Dat het voor de Exploitatiemaatschappij
eene lovensquaestie is, te Amsterdam te ko
men, en dat dit zoowel voor het Zuiden als
voor het Noorden des lands gewenscht zoude
zijn en dat door de aanneming van dit
wetsontwerp, misschien voor langen tijd zoo
al niet voor altoos, daartoe de kans wordt
benomen, is in den breede uiteengezet in de
adressen, door den directeur-generaal zoowel
aan de andere Kamer als aan doze Kamer
gericht.
In plaats van een regeling tot stand te
brengen, waarbij door over en weer running-
power of libre parcours te verleenen, de Holl.
Spm. do lijn AmsterdamNijmegen zoude
kunnen gebruiken en de Exp.M. hare trei
nen zoude kunnen laten loopen tusschen
Amsterdam en NijmegenVeuloMaastricht,
waardoor beide maatschappijen zouden zijn
gebaat cn waardoor den Amsterdamschen
handel voor zijn transitovervoer twee wegen
zouden worden geopend, blijft bij aanneming
van dit wetsontwerp de onzekerheid omtrent
beide verbindingen bestaan.
Ook zag men er groot bezwaar in, dat in
het geral bedoeld bij art. 6 der gesloten
overeenkomst, de Staat na verloop van 5
jaar gebonden zal zijn, terwijl de Holl. Spm.
naar goedvinden kan handelen.
Wanneer dit wetsvoorstel wordt verworpen
kan door een gepast gebruik van den invloed
der Regeering eeue regeling tot stand wor
den gebracht als boven is aangegeven; ter
wijl zelfs, al mocht deze verwachting ijdel
blijken te zijn, het nog de voorkeur ver
dient om wat toch ieder oogenblik mo
gelijk is de Expl. M. eenvoudig met de
exploitatie der geheele lijn Amersfoort
Nijmegen te belasten.
Daartegenover stond het gevoelen van
andere leden. Bij het ontwerpen van de lijn
AmersfoortNijmegen is juist van het denk
beeld uitgegaan, om de exploitatie aan de
Holl. Mij. op te dragen en de Expl. Mij.
had zich dan ook vroeger daarbij nederge-
legd.
Het doel, om aan Amsterdam in eene
hand eene nieuwo verbinding met Duitsch
land te geven, kan het best worden bereikt,
wanneer de Holl. Sp. Mij. haar exploiteert.
Deze beschikt immers over de lijn Nijmegen-
Kleef en kan daarmede de noodige aanslui
ting geven aan de Duitsche lijnen. Tot het
geven van running power over de lijn
AmsterdamAmersfoort zal de Holl. Sp.
Mij. thans, zoo deze overeenkomst verwor
pen wordt, wel niet te bewegen zijn en de
Regeeriug is buiten machte haar daartoe te
dwingen. Art. 5 der wet van 9 April 1875
(Stil. No. 67) ziet op gedeelten van lijnen
en aansluitingspunten, maar niet op geheel
zelfstandige spoorweglijnen. Wil de Expl M.
dan in Amsterdam komen, de aanleg der
nieuwe spoorwegverbinding van uit Amers
foort zoude noodig wezen, maar tot zulk een
kapitaalverspilling zal do Regeering hare
hand wel niet leenen. Ook de financieelc
uitkomsten van den maatregel, waardoor de
Expl.-M. in Amsterdam werd gebracht, ook
zelfs tegen den wil der Hollandsche Spoor
wegmaatschappij, met toepassing van art. 5
der wet van 1875, gesteld dit ware moge
lijk zouden voor den Staat minder voor-
deelig zijn dan men zich voorstelt. De in
komsten toch zouden voor een goed deel
bestaan uit aandeelen in de vrachten van
groote. doorgaande goederenvervoeren, welke
vrachten gelijk men weet zeer laag zijn ge
steld en dikwijls nauwelijks do vervoerkosten
dekkeu.
De directeur-generaal der Exploitatie-maat
schappij neemt den aanleg van alle werken
te Amsterdam en de betaling van alle scha
deloosstelling voor hare rekening, maar zul
len de aandeelhouders dit goedkeuren en
zoo ja, de daaruit voortvloeiende verplich
tingen zouden •ch uit de opbrengst der
Staatsspoorwegen worden gekweten en op het
aandeel daarin van den Staat van niet ge
ringen invloed kunnen zijn.
De aanneming van dit wetsontwerp laat
de quaestie of de Exploitatie-maatschappij
Amsterdam zal bereiken onveranderd. Zeker
blijft dit wenschclijk, en vroeger of later zal
daartoe do gelegenheid worden gegeven.
Maar door afstemming van deze overeen
komst zal van de Hollandsche Spoorweg
maatschappij niet licht eene minnelijke schik
king daartoe zijn te verkrijgen. De zwakke
zijde van dit wetsontwerp is echter hierin
gelegen, dat het groote doel, het verkrijgen
van eene internationale lijn in céne hand,
niet dadelijk wordt bereikt, maar slechts de
mogelijkheid om bet te bereiken wordt ver
schaft.
Die leden wenschten dan ook aan den
Minister te vragen niet alleen of bij gebruik
wenscht te maken van art. 4 der getroffen
overeenkomst, waarbij de Holl. Mij. zich
verbind om ten allen tijde op do vordering
van den Minister de exploitatie op zich te
nemen van het spoorwegvak van Resteren
naar Nijmegen maar ook of hij die vor
dering onmiddellijk zal instellen en zorg zal
dragen dat zoo spoedig mogelijk uiterlijk
binnen den tijd van twee jaren na de aan
neming van dit wotsontwerp de treinen van
de IIoll. Mij. tot Nijmegen doorloopen.
Te meer wenschte men hierop een stellig
en afdoend antwoord te ontvangen en daar
door eiken twijfel weg te zien nemen om
trent de gedragslijn, die de Regeering denkt
te volgen, omdat in het adres van den heer
W. Vrolik, voorkomt„Hier zij alleen nog
geconstateerd dat de Minister van Waterstaat
in de refereutie vau 19 Sept. 18S4 mede
deelde, dat de H. IJ. S. M. hem verklaard had
zij zich niet kon noch mocht verbiuden ver
der te exploiteeren dan tot Resteren. En
toch teekende hij deze sehiju-overeenkomst,
ofschoon de onbevoegdheid dor andere con
tractanten hem bekend was." Men achtto
deze beschuldiging van zoodanigen aard, dat
het den Minister aangenaam moet zijn de
gelegenheid te hebben om daaromtrent de
Kamer in te lichten.
Van zijn antwoord op de hier boven ge
melde vragen maakten vele leden ten slotte
hunne stem over dit wetsontwerp afhankelijk.
Utrecht. Door de Politie alhier werd
j.l. Zondagavond de hand gelegd op H.
v. d. E.J. E. en eene vrouw van ver
dachte zeden E. de B. genaamd, allen
in de Boterstraat te dezer stede woon
achtig en verdacht den vorigen dag ten
nadeele van een buitenman een Bank
biljet van f300. te hebben ontvreemd.
Van het geld werd ongeveer f 60 door
de beiden eerstgenoemden te Amsterdam
verteerd, terwijl ruim f150 in een lin
nen zakje aan den voet van een boom
werd verborgen en het overige bij aan
houding nog in hun bezet werd bevon
den. Alle drie werden heden ter beschik
king der Justitie naar de cel overge
bracht.
üooglund. Door het bedanken van
de HH Walet en Ruyster, respectivelijk
als ouderling en diaken der Herv. kerk
alhier, was er eene nieuwe stemming
noodig, die jl. Dinsdag plaats had. Ge
kozen werden tot ouderling de heer H.
van de Hoef en tot diaken de heer K.
van Dijk.
De heer J. Pommer alhier is aan
nemer geworden van de op te richten
baak met toebehooren vóór den Eemmond.
Loosdrecht, 3 Dec. In den vroegen
morgen van 11. Zondag verbreidde zich
in deze gemeente de treurmare, dat de
heer Pieter van de Poll op bijna 86-
jarigen leeftijd na eene zeer korte onge
steldheid was overleden.
De overledene behoorde tot een der
aanzienlijkste familiën des lands, en was
bekend om zijn eerlijk, oprecht karakter
en zijn voortdurend ijveren voor het
welzijn van Loosdrecht.
Hij was oud-lid van de Provinciale
Staten, oud-lid van den raad en wethou
der dezer gemeente, en bekleedde sedert
onheugelijke jaren een kerkelijk ambt;
in al die betrekkingen deed hij zich
steeds kennen als een man van overtui
ging, die, waar het de belangen van
Loosdrecht gold, uitstekend op de hoogte
was, en die de daad aan het woord
paarde, waar er sprake was van het wel
zijn van Loosdrecht in het algemeen of
van enkele personen in het bizonder te
bevorderen.
Veenendaal. In verschillende gedeel
ten van hier en Geld. Veenendaal, wor
den de laatste nachten de kippenhokken
geplunderdvele lijden geen geringe
schade. Men is van meening, dat hierbij
wederom honden of ander schadelijk ge
dierte in het spel zijn, daar men hier en
daar deerlijk verminkte kippen vond.
Reuswoude. Een der vruchten van
de drankwet is zeker, dat het misbruik
van sterken drank bij boeren-erfhuizen,
waarop het in een groot gedeelte van
ons land dikwijls zeer ruw toeging, sterk
is verminderd. Geheel weggenomen is de
kwaal evenwel niet, want zonder ver
gunning wordt daarbij toch veeltijds nog
getapt; zoo ook in deze streken.
De rijkspolitie van Veenendaal, en de
gemeente-politie van hier, merkten op een
Vrijdag bij de weduwe R. Gijsbertsen
onder dit dorp in de Melm gehouden
erfhuis, o. a. door den abnormalen toe
stand van eenige personen, dat er
sterken drank werd verkocht, maar zochten
langen tijd te vergeefs naar den over
treder. Ten laatste vond men de geheime
tapperij en wel in een dichte wal; de
verkoopster, zekere J. van Ginkel, huis
vrouw van D. Lieftink onder Amerongen,
werd op heeter daad betrapt, waarvan
proces-verbaal werd opgemaakt, terwijl
bijna 2 liter sterken drank daarbij m
beslag werd genomen.
De BURGEMEESTER en WETHOU
DERS van AMERSFOORT,
Gelet op art. d8 der wet van den 4.
December 1872 (Staatsblad No. 134),
Brengen ter algemeene kennis, dat
eiken Maandag, 's namiddags te één ure,
voor eenieder de gelegenheid tot kos-
tclooze inëntiug wordt gegeven in
de daartoe bestemde localiteit, gelegen
aan de Breedestraat, Wijk F, No. 133.
Amersfoort, den 4. December 1885.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
T. A. J. VAN ASCH VAN WIJCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
DE BURGEMEESTER van AMERS
FOORT,
Gezien artikel 41 der gemeentewet.
Brengt ter kennis van de ingezetenen,
dat de Raad dezer gemeente zal verga
deren op Maandag, den 7. December
aanstaande, des namiddags te twee uren.
Amersfoort, den 5. December 1885.
De Burgemeester voornoemd,
T. A J. VAN ASCH VAN WIJCK.
BURGERLIJKE STANDEN.
Amersfoort.
Geboren 26 Nov. Willebrordu9, z. van
Johannes Spijker en Evertje Kreijermaat.
27 Nov. Cornelia Johanna, d. van Johannes
Arend Stoopendaal en Oatharina Jacoba van
de Water. Johanna Jacoba, d. van Jaco
bus van der Linden en Rika Reijerse.
28 Nov. Areke, d. van Cornelis Hendrikus
van Buuren en Antonia Deenik. Karel,
z. van Dirk Stam en Woutera Jagtenberg.
29 Nov. Willem Hendrik en Alijda Hennina,
z. en d, van Jacobus Priem en Willemijntje
Quint. Johann Hermann, z. van Johan
nes Wilhelmus Ising en Maria Johanna
Blommers. Aalbertus, z. van Dirk Schim
mel en Cornelia Schuuring. 1 Dec.
Alberta Alijda, d. van Teunis van Egmond
en Fraugien de Jonge. 2 Dec. Gerritje,