Gemengd Nieuws.
Plaatselijke berichten.
Provinciale berichten.
officieren, nl. hulpofficieren, ingesteld.
De minister van oorlog wordt gemach
tigd, om aan de onderofficieren der infan
terie, die zich goed gedragen en die, na
acht jaren dienst, blijk geven voldoende
geïnstrueerd te zijn en de noodige
bekwaamheden te bezitten, een diploma
af te geven, krachtens hetwelk zij even
tueel de functie van hulpofficieren zullen
kunnen vervullen. In dat geval zullen zij
eene nieuwe voorwaardelijke verbintenis
van vijf jaren moeten aangaan. Na dien
tijd vervalt het diploma, dat ook tusschen-
tijds wegens wangedrag kan worden
ingetrokken. De dienstdoende hulpofficie
ren zullen hetzelfde tractement en dezelfde
toelagen genieten als een tweede luite
nant en de aan dien rang verbonden
insignia dragen. Zij zullen in de kaders
van het leger kunnen worden toegelaten.
In het Huis van vertegenwoordigers te
Washington diende de heer Randall een
wetsontwerp in tot herziening van het
tarief. Hij stelt voor verlaging der invoer
rechten en der binnenlandsche belastin
gen, wijziging der wetten over het innen
der belastingen en afschaffing van iederen
vorm van belasting op de tabak en van
alle wetten, die het verkoopen en kwee
ken van tabak belemmeren.
De wet, die den 1. Jan. in werking
zou treden, zou de inkomsten met 35
millioen dollars verminderen.
Men acht het onmogelijk, dat de wet
wordt aangenomen.
Zondag 4 Juli wordt de dienst in
de Remonstrantsche kerk waargenomen
door Ds. B. W. Colenbrander, predikant
te Herwen.
Zondag a.s. zal de Godsdienstoefe
ning der Vrije Ger. gemeente des mor
gens half tien en des avonds vijf uur
geleid worden door den Heer Roelofs
van Lunteren.
In de gisteren gehouden gemeente
raadszitting is tot conrector aan het gym
nasium alhier benoemd de heer Dr. A.
van IJzendijke te Winschoten.
Heden middag te 2 uur is de bron
zen Medaille, voor 12-jarige trouwe dienst,
aan den Adjudant ond.-officier dienstdoend
officier W. J. van Rhee voor het front
van de troep uitgereikt, door den gar-
nizoens-commandant den majoor Jhr.
V. A. de Pesters.
Door het O. M. aan de Arrondisse-
ments rechtbank te Utrecht werd tegen
H. H. en W. Z., beiden alhier wonende
en beschuldigd van diefstal van beesten
voeder, geeischt voor de eerste 3 dagen
celstraf en voor de tweede vrijspraak.
Door het bestuur van de Amers-
foortsche Afdeeling der Gustaaf-Adolf-
vereeniging" is aan het Afdeelingsbestuur
van Toonkunst alhier verzocht een Koor
ter harer beschikking te stellen bij gele
genheid van de jaarvergadering dier ver-
eeniging, op 5 October a. s. in de St.
Joriskerk alhier te houden.
Aan de j.l. Zondag gehouden wed
strijd voor tweewielers, uitgeschreven
door het A. N. W. B. namen deel de
heeren C. A. A. Dudok de Wit Jr., C.
W. Boer, C. Bleckmann, A. J. Korthals
Altes, H. P. Loggere Jr., Th. van Pal-
landt, C. H. Thiebout, J. Roling, J. F. J.
Huysser, L. E. Hartogh, O. H. Wildt,
Arn. v. d. Biesen, C. Rehbock, en P. L.
J. de Gavere. De weg, dezelfde als de
vorige malen, n.l. van Amersfoort over
Woudenberg, Ede, Schelmsche-tol, Roo-
zendaal, Velp, Zutphen, Voorst naar Apel
doorn, eene afstand van 100 K. M. werd
door den heer J. Roling afgelegd in 4
uur 45 sec., waardoor hij de eerste
prijs (gouden medaille) behaalde. De heer
J. F. J. Huisser, winner van de tweede
prijs (zilveren medaille) legde de afstand
af in 4 uur 45'/j sec., terwijl de heer
A. J. Korthals Altes als derde aanko-
mer bij haar' sluimerenden broeder, die
door al het geraas buiten niet wakker
geworden was. Lachend en schreiend
tegelijk wierp Isabella zich in hare armen.
Zij komen, tante Jakoba, de Geuzen
komen! Maar zal hij onder hen wezen,
en hoe zal ik hem wederzien?!"
ïBedaar, Isabella, houd u goed!" ver
maande Jakoba en hield haar tegen aan
den ingang der ziekenkamer. vWek
uwen vader niet, gij weet, dat hij in
onze vreugde van daag niet deelt."
Isabella boog het hoofd en zuchtte
diep. iHoe zal hij Comelis ontvangen
als hij komt? fluisterde zij en eene
schaduw vloog over haar zoo even nog
van vreugde stralend gezicht.
»Laat het mijne jzorg zijn, hem
daarop voor te bereiden," zeide Jakoba,
nik sta er u borg voor, dat hij hem
vriendelijk zal bejegenen en u zijne
hand niet zal weigeren."
Isabella zag haar ongeloovig en vra
gend aan. »0 tante, hoe wilt gij hem
daartoe bewegenAch neen, ik weet
dat ik nooit met mijns vaders zegen de
vrouw van eenen Geus mag worden, en
hoezeer ik Cornelis ook bemin de
vloek van eenen vader
Stil," viel Jakoba haar in de rede, ïik
heb u gezegd, dat gij de vrouw van
Cornelis Barneveldt zult worden en de
mende (4 u. 55Vi sec.) de derde, een
bronzen medaille, werd toegekend.
De heer Kiderlen, die zich mede voor
deze wedstrijd had opgegeven nam er
geen deel aan.
In den nacht van Zaterdag en Zon
dag l.l. zijn uit een bloemenvak nabij
Monnikendam in het plantsoen ontvreemd
ongeveer 25 lleliaiitropiiini». Den
genen die eenige aanwijzing omtrent den
dader kunnen doen, wordt beleefdelijk
verzocht zich tot dat einde aan het bureau
van politie alhier te vervoegen.
Sinds eenige dagen logeerde in een
der hotels hier ter stede eene Fransche
dame, Hezilia Friedenburg genaamd en
66 jaren oud. Maandagmorgen te 6 uur
kreeg genoemde dame het in 't hoofd,
dat zij lang genoeg had geleefd en poogde
zij daarom aan haar aardsch bestaan een
einde te maken, door nabij de Helling-
brug in de Singelgracht te springen. Het
mocht C. A. van Kalveen, mr. smid
alhier, geholpen door eenige andere per-
sonen, gelukken haar nog levend weder
op het drooge te brengen, waarna zij
naar het politie-bureau werd gebracht.
Hier bleek, dal zij haar zak, waarin nog
ongeveer 15 gulden, door middel van
haarspelden had dicht gemaakt en op
dezelfde wijze met haar horlogezakje had
gehandeld. Ofschoon bovengenoemde han
delwijzen het recht gaven te vermoeden,
dal deze dame een der vijf miste, bleek
dit toch niet zoo te zijn, daar door een
der heeren geneeskundigen alhier ver
klaard werd, dat er hoegenaamd geen
sprake van zwakke geestvermogens kon
zijn. Door de politie daarop weder in
vrijheid gesteld (te meer daar hare pa
pieren volkomen in orde waren) is zij
naar haar hotel teruggekeerd. Heden
morgen te negen uur is deze zonderlinge
logee, naar zij zeide, naar Amsterdam
vertrokken.
Vele vrienden en vereerders van
den heer W. J. Hofdijk, den bekenden,
in velerlei opzicht gevierden Nederland-
schen dichter en prozaschrijver, hadden
zich Zondagnamiddag tegen 1 uur in
sFelix Meritis" te Amsterdam vereenigd,
om ter gelegenheid van den 70. verjaar
dag den Kennemer bard hunne geluk-
wenschen aan te bieden.
Eene commissie, waarvan dr. Jan Ten
Brink het hoofd en de heer J. H. Rós
sing de secretaris waren, heeft getracht
den nog niet geheel verzorgden ouden
dag van den kunstenaar zoo goed moge
lijk te verzekeren. Eene niet onbelang
rijke som, waartoe 26 onzer stadgenoo-
ten het hunne hebben bijgedragen, is
daarvoor bijeengebracht, die hem met
eene warme toespraak door prof. Ten
Brink werd overhandigd. Het album der
schenkers bevat ongeveer 600 namen,
waaronder H. K. H. de groot-hertogin
van Saksen-Weimar en de ministers
Heemskerk, Blaem, Van den Bergg, Du
Tour van Bellinchave, Gericke en Spren-
ger van Eyk. Verder werden den jubila
ris nog een aantal bijzondere geschenken
aangeboden, o. a. door mr. Van Sorgen
een lauwerkrans uit Utrecht.
IKreelit. In het zoogenaamde »Har-
kennest" (standplaats voor kermiswagens
en dergelijke) aan den Amsterdamschen
straatweg onder deze gemeente, ontstond
jl. Zaterdagavond twist, tusschen zekeren
T. en diens meisje, welke spjedig zoo
hoog liep, dat de orgeldraaier S, de oom
van het meisje, het geraden achtte tus
schen beide te komen en de twistende
te scheiden. Naar het schijnt was T. met
deze inmenging in zijn zaken minder ge
dund, althans hij trok zijn mes en bracht
daarmede aan S. onverwachts een steek
in den rug toe, zoodat deze zich onmid
dellijk onder geneeskundige behandeling
moest stellen. De dader die na het ge
beurde op de vlucht was gegaan, werd
kort daarna aangehouden.
vloek eens vaders uw geluk niet zal
verstoren, dit woord doe ik gestand,
heden nog! Maar onderzoek en vraag
niet verderBlijf nu hier in uwe
kamer," voer zij voort, de deur naar
een klein vriendelijk vertrek openende,
sleg u neder en mst uit van de inspan
ning van den dag, opdat Cornelis niet
verschrikke van de bleeke wangen en
matte oogen zijner bruid. Ik wil intus-
schen de knechts roepen, om ze naar
de markt te zenden, waarheen de Raad
zeker terstond de levensmiddelen laat
bezorgen, die de Geuzen ons brengen,
om ze onverwijld onder de hongerige
inwoners van de stad uit te deelen."
Isabella legde zich uitgeput op het
bed en een verkwikkende slaap daalde
spoedig neder op hare vermoeide #ogle-
den. Jakob liep intusschen het huis door
om de bedienden te roepen en hen
naar de markt te sturen. Maar er was
niemand te vinden. Het gansche huis
was verlaten en in de ledige ruime ver
trekken werd de echo harer eigene stem,
akelig, spookachtig door de wanden
teruggekaatst. De weinige bedienden,
die het huis van der Meulen nog bezat,
waren door de mare van de ophanden
zijnde aankomst der met proviand gela-
dene geuzenschepen reeds lang naar het
marktplein gelokt, om onder de eersten
Aan de nationale harddraverij jl.
Zaterdag in de Maliebaan alhier gehou
den met paarden, welke niet meer dan
één prijs hadden gewonnen, gespannen
voor tweewielige rijtuigen, werd door
38 paarden deelgenomen. De eerste prijs,
een zilveren theeservies, ter waarde van
f375.— en f150.aan geld werd be
haald door de bruine bles-merrie »de
Deugd" van I. Liefhebber te Oud-Nie-
dorp, gereden door P. Ellerbroek. terwijl
de tweede prijs, een zilveren beker, ter
waarde van f150.en f 100.ten
deel viel aan de bruine merrie »de
Vogel" van A. C. van den Akker te
Hazerswoude, gereden door den eigenaar.
Door de Politie alhier werd j.l.
Zondag aangehouden en ter beschikking
der Justitie naar de cel overgebracht de
kermisreiziger van C., verdacht vandoor
middel van braak uit eene schuit lig
gende aan de van Wijkskade, ten nadeele
van zekeren van P., een veerenbed en
andere goederen te hebben ontvreemd,
deze daarna te hebben verkocht en de
opbrengst ten eigen bate besteed.
Baarn. De bepalingen regelende de
vrije wandeling in het niet omrasterde
gedeelte van Z. M. 's bosschen in de ge
meente Baarn-Soestdijk, zijn, met het oog
op den aanstaanden komst van de ko
ninklijke familie op Soestdijk, nog eens
weder in herinnering gebracht.
Behalve enkele voorschriften, door de
wellevendheid tegenover den Koning en
de Koningin als van zelf voorgeschreven,
is o. a. bepaald, dat het verboden is:
1. met brandende pijpen of sigaren in
de bosschen te gaan, of daarin te ver
toeven
2. buiten de paden door de beplantin
gen te loopen;
3. losloopende honden bij zich te
hebben;
4. bloesems, bloemen (uitgezonderd de
in het wild groeiende), mos of andere
planten, bladeren of twijgen te plukken,
af te knippen, af te snijden of af te
rukken
5. met eenig rij- of voertuig (uitge
zonderd handwagentjes voor kranken,
hand-kinderwagentjes en kinderbokke-
wagentjes), te rijden, deze te begelijden,
of goederen te slepen, tenzij men voor
zien is van een vergunningsbewijs van
den intendant, en daarbij stipt in acht
genomen worden de bij de vergunning
gestelde voorwaarden. Vélocipèdes zullen
van dit voorrecht steeds uitgesloten zijn;
6. dieren te drijven, of met een paard
of ezel te gaan, hetzij deze bereden, of
geleid worden, tenzij met gelijke vergun
ning als sub 5: vermeld is;
7. toe te laten dat kinderen, waarover
men gesteld is, zandhoopen of kuilen
maken, of zand, bloemen, bloesems, gras,
mos, bladeren of twijgen voor hunne
spelen gebruiken, voor het publiek hin
derlijk, of gevaarlijke spelen doen, of
baldadig geraas maken
8. kleedingstiikken in vijvers of andere
wateren te wasschen, of op, of langs de
paden, of aan boomen, takken of op
andere beplantingen te drogen te leggen,
of op te hangen;
9. croquet- of andere gezelschapsspe
len; zang- of andere liefhebberij-muziek
uitvoeringen te houden, of vuurwerk af
te steken, tenzij na vooraf gegeven ver
gunning van den intendant, en met stipte
opvolging der bij de vergunning gestelde
vooi waarden
10. te schieten, of wapenen zichtbaar
te dragen, tenzij daartoe gerechtigd
zijnde
11. gemaskerd of gecostumeerd te zijn;
12. maaltijden of drinkgelagen te hou
den buiten de daarvoor met vergunning
van den intendant bestemde plaatsen, en
papieren, flesschen, manden of andere
voorwerpen, gediend hebbende tot be
waring van spijzen of dranken, of andere
zaken, waarvan men zich wenscht te
ontdoen, op of langs paden, in vijvers of
andere wateren, aan takken, of op andere
beplantingen, of op banken neder te leg
gen, te werpen of te hangen
te zijn, die aan het vurig verlangde
brood den knagenden honger konden
stillen. Er schoot Jakoba niets over, dan
zelf naar de markt te gaan om brood
voor zich en de haren te halen. De
straten waren vol menschen, wier vroo-
lijk gejuich en schitterende oogen zon
derling afstaken bij hunne holwangige,
lijkkleurige gezichten en magere, bevende
leden. Allen stroomden naar de markt,
waar zoo even eene geheele lading
brood van het eerste geuzenschip was
aangekomen en uitgedeeld werd. Naar
elk brood strekten zich honderd gretige
handen uit, de sterkeren drongen de
zwakkeren achteruit en dus zou hel aan
Jakoba niet gelukt zijn een brood mach
tig te worden, als niet een jonge man,
dien de muts met de halve maan als
Geus onderscheidde, zich haar had aan
getrokken en ruimte voor haar gemaakt
had in de voorste rij. Eerst toen zij een
brood ontvangen had en hij haar zorg
vuldig weèr terug geleidde uit het steeds
dichter wordende gedrang, naar de
straat, waarin haar huis lag, herkende
zij in het door de zon gebruinde, door
kruitdamp zwart geworden gezicht van
den Geus de trekken van Cornelis Bar
neveldt.
vBedriegen mijne oogen mij niet,"
zeide zij, hem de hand biedend, uzijt
13. in vijvers óf andere wateren te
visschen. te baden of te zwemmen
14. in of op boomen, planken, palen
waarschuwings- of andere bordjes te
snijden, te krassen, te schrijven of te
kladden, of deze op eenige wijze te be
schadigen
15. in boomen te klimmen, of deze van
schors te ontdoen, aan takken te trek
ken of te hangen, of op takken te zit
ten of te staan
16. op eenige wijze op of langs paden,
tegen boomen of banken, in vijvers, of
andere wateren vuiligheden neder te leg
gen, te werpen of te doen loopen
17. baldadig geraas te maken, of an
dere baldadigheden te plegen, voor het
publiek hinderlijk, of voor de bosschen
en bijbehoorende werken nadeelig, of
zich schuldig te maken aan de goede
zeden kwetsende feiten;
18. koopwaren, waaronder ook vruch
ten die onrijp zijn, te verkoopen, of ten
verkoop aan te bieden;
19. zich, om verwacht loon, als weg
wijzer aan te bieden, of als zoodanig
werkzaam te zijn, zonder voorzien te
zijn van een vergunnings-bewijs van den
intendant;
20. te bedelen, of om geld, of in ver
wachting van geld, orgels of andere
muziekinstrumenten te bespelen, liederen
te zingen, of gedrukte liederen aan te
bieden, poppekasten, rarekieken of andere
schouwspelen, gymnastische of andere
kunsten te vertoouen
21. sterken drank te gebruiken en in
kennelijken staat van dronkenschap te
verkeeren.
De handhaving dezer bepalingen, die
in het buitenland gelijksoortig bestaan
en ook hier te lande door particulieren
op hunne voor het publiek toegankelijke
bezittingen worden toegepast, is opge
dragen aan den intendant van Soestdijk
en den burgemeester van Baarn.
Maandagmorgen viel een timmer
man van den 6en steiger, pl. m. 30 voet,
van het in aanbouw zijnde badhuis. Zwaar
gewond werd hij in de keet van aanne
mers opgenomen, waar hem ook de
eerste heelkundige hulp verleend werd.
Als pendant der ontmoeting van den
predikant in de cellulaire gevangenis te
Rotterdam, in ons vorig nummer ver
haald, kan het volgende dienen, dat
dezelfde geestelijke huiten de gevangenis
met een ontslagen veroordeelde gehad
heeft.
Deze dan melde zich na zijn ontslag
bij Z. Ew. aan met de boodschap, dat
hij werk had gekregen bij de reiniging,
waartoe hem wel een bezem verstrekt
was, maar hij zelf voor den stok moest
zorgen. Dominéé wist wel, dat zijn uit-
gangskas niet groot was geweest en hij
dus niet bij machte was den stok te
koopen, dominéé stond bekend als hulp
vaardig, dus zou ook hem zeker daaraan
wel willen helpen.
Gewis kenmerkte de geestelijke zich
als zeer hulpvaardig en wilde ook hem
van dienst zijn, Wacht maar een oogen-
blik.
Onze man verheugde zich al bij voor
baat, wellicht met de gedachte, dat hij
dominéé beet heeft genomen en hij toch
minstens een gulden van hem zou krij
gen. Doch hoe werd de man teleur ge
steld toen hij Dominéé in de gang zag
aankomen, met den stok van een „lui
wagen". Hier vrind gebruik dezen stok
dan maar, hij is bijna splinternieuw.
De man in zijne verwachting om geld
te krijgen te leur gesteld, werd woedend,
brak den stok door midden en liep erg
pruttelende, misschien wel scheldende,
de deur uit, dominéé bij den gebroken
stok alleen latende, met een mengeling
van gedachten omtrent het goed doen
aan sommige individuen.
Vier gelukkigen tegelijkertijd. Te
gij werkelijk Cornelis Barneveldt?"
ïDie ben ik," hernam hij, nik ben
Geus geworden, gelijk gij ziet, juffrouw
van der Meulen I"
»En dubbel heet ik u welkom als
zoodanig," hervatte zij vriendelijk.
»Ik vrees dat Isabella een' anderen
welkomstgroet zal hebben voor den
Geus!" mompelde Cornelis somber. »En
toch ik kon niet anders! Toen
ik indertijd te Brussel kwam en mijnen
vader in den kerker vond, van welks
drempel de Spanjaards mij spottend
wegjoegen, en ik daarna op hertog
Alva's bevel gedwongen werd, aan den
voet van het schavot te staan en het
aan te zien, hoe het dierbaar hoofd van
mijnen vader door het zwaard van den
beul viel, toen heb ik gezworen dat ikl
zijne nagedachtenis zou wreken aan a
wat den Spaanschen naam draagt. En
dien eed heb ik gehouden! En
menige zoon eener Spaansche moeder
heeft de scherpte van mijn zwaard ge
voeld tot heden op den Lammerdijk,"
voegde hij er bij, terwijl hij op zijnen
rechterarm wees, dien hij in een be-
bloeden doek droeg, seen vijandelijke
kogel mij trof en mijnen arm verlamde."
ïlsabella heeft eene zachte hand en
weet van kruiden heel krachtige zalven
te bereiden, zij zal uwe wonde verbin-
Konstantinopel is dezer dagen een hoog
geplaatst ambtenaar, die bij den Sultan
van Turkije zeer gezien is, onder zeer
bijzondere omstandigheden in het huwe
lijk getreden.
Daai hij schatrijk is behoefde hij niet
ter wille van het geld te trouwen, en
hij stelde zijner aanstaande vrouw eene
voorwaarde van geheel anderen aard.
Schoonheid, beschaving, smaak en andere
zaken dien men vaak in zijne echtgenoote
wenscht, werden niet gevraagd, maar de
dame moest drie zusters hebben, en het
viertal behoorde niet enkel deugdzaam
te zijn, maar ook het bewijs te leveren dat
het altijd in vrede en eendracht had ge
leefd.
De ambtenaar heeft namelijk drie broe
ders, waarmede hij vele jaren samen
heeft gewoond en het was hem niet mo
gelijk van hen te scheiden. Hij had de
overtuiging, dat de vriendschappelijke
verhouding voor de poes zou zijn, als hij
en zijn broeders vrouwen namen, die
niet van jongsaf, in goede verstandhou
ding hadden geleefd.
Daarom vier brave zusters gezocht
Dat ging niet heel makkelijk, maar ein
delijk vond inen het gewenschte in Bosnië
en de dames werden naar Konstantinopel
gezonden. Ieder der broeders nam de
jonge dame tot vrouw, die hem door het
lot werd aangewezen en het vierdubbel
huwelijk is met schitterende feesten ge
sloten.
Onlangs had te Milaan eene geheim
zinnige arrestatie plaats. Men nam een
man gevangen die, naar het scheen, als
vagebond rond trok. Hij beweerde Antonio
Bimercate te heeten, uit Napels afkom
stig en horlogemaker van beroep te zijn.
Toen men te Napels een onderzoek
instelde, bleek hij daar geheel onbekend
te zijn. Toch bleef hij bij zijn beweren,
dat des te meer opviel, omdat hij zich
hoogst beschaafd voordeed en, behalve
Italiaansch, vloeiend Duitsch, Fransch,
Engelsch, Russisch en Spaansch sprak.
Men deed thans allerlei nasporingen in
het buitenland, maar kwam niets te
weten en ten slotte moest de arrestant
wel weder in vrijheid worden gesteld.
Toen de man de gevangenis verliet,
voegde hij den directeur, met een spot
tend lachje, toe: »AI hadt gij rnij mijn
leven lang hier gehouden, toch zoudt ge
niets meer te weten zijn gekomen
Een nieuw Kanaan. Om eenig begrip
te krijgen van de vruchtbaarheid in het
zuidelijk Congo-bekken leze men de be
richten daarover van wijlen den reiziger
Paul Pogge. Te Mukenge, in de nabijheid
van de Lualuarivier had hij een station
gevestigd, dat zich uitnemend ontwik
kelde. Met het begin van den vroegen
regen legde hij rijst-, groente- en tabaks
plantingen aan en alles met den besten
uitslag. ïBij de groote vruchtbaarheid
des bodems," schrijft Pogge, en het
groote voorttelings-vermogen der dieren
zijn in korten tijd de piachtigste plantages,
van bananen, palaten, rijst, kool, tomaten
en tabak ontstaan en onze plaats zoowel
als de nabijgelegene hebben overvloedig
hoenders. Dagelijks worden er bij onze
nederzetting hoenders, honig en zout te
koop aangeboden. De bananen leverden
zooveel vruchten, dat de boomen moesten
gestut worden om niet onder hun last
te bezwijken. De rijstvelden op den lich
ten grond, leveren een opbrengst van
15 pd, per vierkante roede. Een derge
lijke uitkomst had men op alle plantages.
De Lualuastroom zelf is zeer rijk aan
smakelijke visch. Een geit kost vier ellen
katoen, een hoen een halve el, een liter
palmolie drie vingerhoeden kruit, waar
voor men ook twee pd. honig of drie
groote ananassen kan bekomen. De ge
steldheid van den bodem is licht, zoodat
de inboorlingen weinig te doen hebben
en telken jare nieuwe groote uitgestrekt
heden voor den bouw in gereedheid
brengen. Het klimaat is zeer gezond en
ik kan de verzekering geven, dat ik in
twee jaren mij niet onwel gevoeld heb.
De meening dat een Europeaan hier geen
den. Kom met mij naar huis, Cornelis,"
zeide Jakoba.
»Gij noodigt mij in uw huis!" riep
de jonge man verbaasd, »zal mijnheer
van der Meulen den Geus gastvrijheid
verleenen? En Isabella?"
Jakoba glimlachte. »Vraag niet verder,
maar volg mij," zeide zij en wenkte
hem, haar in het huis te volgen waar
zij nu voor stonden. »Treed hier binnen
en wacht, tot dat ik Isabella op uwe
komst heb voorbereid," voer zij voort,
terwijl zij de deur van een in de bene
denverdieping gelegen vertrek opende.
Het was dezelfde zaal, waar in den
nacht, toen hij Isabella voor de laatste
maal gezien had, het bal was gehouden,
dat Jan van der Meulen ter eere der
Spaansche officieren gegeven had. Nu
was het ruime vertrek, dat destijds van
helder kaarslicht had geschitterd, met
een aanzienlijk gezelschap was gevuld,
waar toen de tonen van vroolijke dans
muziek hadden geklonken en dat zulk
een feestelijk aanzien had gehad, een
zaam en ledig; overal lag eene dikke
stoflaag en door de hier en daar gebro
ken glasruiten joeg de herfstwind gele
bladeren van de buitenstaande boomen
naar binnen.
(Wordt vervolgd.)