Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND.
DE STRANDJUTTER.
No. 68.
Zaterdag 25 Augustus 1388.
Zeventiende Jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Vooruitzichten.
BINNENLAND.
Feuilleton.
IMEB
COURANT.
VOOR
abonnementsprijs:
Ter S maanden 1.Franco per post door het gehecle Kijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Gent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort.
advertentien:
Van 1 6 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentien viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekende
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Dp voorstanders van invoerrechten
ter bescherming van de belangen
van landbouw en nijverheid hebben
terecht ingezien, dat bet zaak was
eenig geduld te oefenen. Men kon
niet verwachten, dat een Ministerie
van de rechterzijde, lieden optredende,
morgen reeds ontwerpen gereed zou
hebben tot een herziening onzer
tarieven, die niet maar eene
kleine wijziging in de cijfers zou be
treffen, maar een geheel andere
richting zou geven aan de tot dusver
gevolgde handelspolitiek. Voor der
gelijke dingen is tijd noodig.
Intusschen, het menschelijk geduld
is niet oneindig, en zeer begrijpelijk
bleven de mannen van het Zuiden
verlangend uitzien naar een teeken,
een wenk, of een enkele uitdrukking,
waaruit zou zijn af te leiden dat de
Regeering ten minste bezig is koers
te zetten naar de haven, die men
zoo gaarne met volle zeilen zou
binnenstevenen. Niet slechts liet deze
openbaring zich wachten, maar zelfs
heeft het hoofd van liet Kabinet, de
heer Mackay, op het congres te
Arnhem woorden gesproken, welge
schikt om al de hoopvolle illusiën
onzer naar bescherming hakende
landgenooten in rook te doen ver
vliegen.
Geen wonder, dat een der hoofd
leiders van de protectionistische be
weging, het Kamerlid Bahlmann,
de Regeering wil trachten te nood
zaken, kleur te bekennen. Zijn geest
verwanten verlangen te weten, wat
men aan dit Ministerie heeft. Met
besliste vijanden is liet gemakkelijker
om te springen, dan met vrienden
die ons, wanneer 't er op aankomt,
in den steek laten. Het door ge
noemden Afgevaardigde in te dienen
of reeds ingediend voorstel tot het
heffen van graanrechten zal de
quaestie onmiddellijk op liet tapijt
brengen, en tot een oplossing leiden,
welke die ook zijn moge.
Als een poging, om helderheid te
brengen in de bestaande verhouding,
niet slechts tussclien de Regeering
en een deel van de partij die haar
steunt, tnaar ook tussclien de econo
mische inzichten, die in de verschil
lende groepen van ons Pai lement de
overhand hebben, kunnen we dezen
stap met ingenomenheid begroeten.
Dat hij zal voeren tot de uitkomst,
door den voorsteller gewenscht, komt
ons hoogst twijfelachtig voor.
In tijden van zeer ruime productie
is het gemakkelijk de oogen te sluiten
voor de nadeelen, aan beschermende
rechten verbonden. Zijn de prijzen
zeer laag, dan wordt een, zelfs vrij
aanzienlijke verliooging door het tarief
van invoer, minder gevoeld en al
maakt inen ook, zooals in België en
in Frankrijk geschiedde, bij verlioo
ging van graanrechten het voorbe
houd dat op den maatregel
zal worden teruggekomen, wanneer
blijkt dat de stijging van de brood
prijzen, die er het gevolg van is,
drukkend wordt voor de mingegoede
klassen, men legt er zich bij neer
zoolang dit groote nadeel niet al te
scherp op den voorgrond treedt.
Daarentegen, niets is meer in staat,
het geloof aan het alleenzaligmakend
karakter van de leer der prolectionis-
ten aan het wankelen te brengen,
dan slechte oogsten. Natuurlijk doen
deze niets toe of af aan de waarheid
van de economische theoriëen; doch
het gros der menschen hecht zich
alleen aan hetgeen men ziet en voelt,
en laat wetenschappelijke beschou
wingen gaarne over aan hen die er
zich mee willen bezighouden.
Welnu, de uitzichten voor het
jaar 1888 zijn wel van dien aard,
dat zij tot omzichtigheid aansporen.
Over een groot deel van West- en
Midden-Europa zal de graanoogst
zeer onvoldoende uitkomsten opleve
ren, en, ware het niet dat Rusland,
Amerika en Britsch-Indië te hulp
konden komen, dan zou zelfs hon
gersnood voor de deur staan.
Nu kan rnen wel zeggen Ja, de
boeren, die weinig graan hebben
kunnen inzamelen, hopen op hooge
prijzen, om op die wijze het nadeel
te herstellen, hun door de ongunstige
weertoestanden toegebracht, en heb
ben dus alle reden, om op het hellen
van graanrechten te blijven aandrin
gen. Maar de wetgever heeft niet
uitsluitend rekening te houden met
de belangen van een enkele klasse.
De geheele bevolking ziet, als de
nood aan den man komt, met ver
langen uit naar toevoer van elders
en bij de thans zoozeer uitgebreide
middelen van vervoer behoeft gebrek
aan de noodigste levensmiddelen
nergens meer voor te komen, als de
Regeeringen niet zoo onverstandig
zijn, ter wille van de belangen der
schatkist, het vrije verkeer aan ban
den te leggen.
We zullen eens zien, wat Duitsch-
land thans doen zal. Ware het niet
ter wille van zijn verbeterde betrek
kingen met zijn oostelijken nabuur,
dat liet wellicht reeds genoopt zal
worden zijn tariefwetgeving te ver
zachten, dan achten wij het niet on
waarschijnlijk, dat de geringe produc
tie der voornaamste landbouwgewas
sen ook daar zal dwingen, tot ver
laging van de invoerrechten over te
gaan. Er is eens één opening gemaakt
in hel netwerk der invoerrechten,
licht gebeurt er dan meer, want
sterker dan men had kunnen ver
moeden doel zich ook daar de nadeel ige
werking van het beschermend stelsel
in de meeste takken van landbouw
en nijverheid gevoelen.
Slechts schijnbaar is er eenige
hardheid gelegen in den nadruk
waarmede we meenen de kans op
verhoogde graanprijzen, als middel
om onzen landbouwers eenige ver
goeding te schenken voor de schade,
door natuurlijke oorzaken aan hun
bedrijf berokkend, te moeten afwijzen.
Slechts enkelen zouden de invoer
rechten ten goede komen de groote
meerderheid zou in niet mindere
mate dan het niet landbouwend deel
der natie, door rijzing der graan- en
broodprijzen te lijden hebben. Niet
langs een kunstmatigen, door de
elders en vroeger verkregen ervaring
veroordeelden weg is redding te vinden.
Verlaging der landpachten in over
eenstemming met de waarde der
productie is het voor de hand liggend
middel, 0111 den last, waaronder de
landbouwers gebukt gaan, te verlich
ten. Ook hier is de productie de
vrucht van de samenwerking van
kapitaal, in den vorin van grond
eigendom, en arbeiden nu gaat
het niet aan, bij vermindering van
de waai de dier vrucht, het deel van
het kapitaal op dezelfde hoogte te
houden. Waar schade wordt geleden,
moet deze door beide medewerken
den worden gedragen. Om dit te
voorkomen, zou men lasten willen
leggen op heel de bevolking, die dus
cijnsbaar wordt gemaakt aan de
grondbezitters
Wij kunnen niet gelooven, dat de
Regeering aan deze politiek haar
zegel zal hangen. Duidelijker dan
ooit doet de tegenwoordige toestand
de nadeelen van graanrechten in het
licht treden.
De toestand van Z. M. den koning
is langzaam vooruitgaande. Intusschen
wordt 's konings lijfarts, dr. Vinkhuyzen,
lieden weder op het Loo terug verwacht.
De Koningin en haar dochtertje
rijden bijna dagelijks uit, hoewel de Prin
ses de vorige week ook eenige dagen
haar kamer moest houden, wegens ver
koudheid. De Koning liet voor Prinses
Wiihelmina een nieuw gebouwtje in liet
Park van het Loo zetten, dat bij gele
genheid van haar geboortefeest zal geo
pend worden. Het wordt o. a. gemeubeld
met een prachtig, licht gebloemd tapijt,
uit de beroemde, tapijtfabriek te Deven
ter.
In de bekende fabriek van Begeer te
Utrecht is een zeer kostbaar zilveren eet
servies voor de Prinses vervaardigd.
Op last van den Minister van Oor
log zullen in enkele garnizoenen proeven
worden genomen met Fransche gecon
serveerde levensmiddelen.
De raad van toezicht op de spoor
wegdiensten heeft den locaalspoorweg
DeventerAlmeloo opgenomen en goed-
ekeurd. Den lsten September zal ge
noemde lijn voor ~het publiek worden
geopend.
Naar aanleiding van de onlangs
door de officieren gevierde herdenking
van het wapenfeit van Simonoseki, waarbij
de état-rnajor en de bemanning van de
Medusa" zich hebben onderscheiden,
heeft een aantal schepelingen van de
Medusa, met den heer H. J. Vreeken
aan het hoofd, pogingen in het werk
gesteld om zelf een feestje van gelijke
strekking in te i ichten. De middelen ont
braken evenwel.
Toen word besloten, bij den Minister
aan te kloppen, om te verzoeken, de 25
jaar geleden door den commandant der
Medusa gedane, maar nog steeds niet
nagekomen belofte, om de bemanning
van dien bodem voor haar gedrag bij
Simonoseki te beloonen, in te lossen.
L>e heer li. J. Vreeken maakte zich tot
tolk der verzoekers en schreef den Minis
ter van Marine een blief, waarin hij uit
aller naam verzocht, hunne belangen te
deze te behartigen.
Op dit verzoek ontving de steller eenige
dagen later ten antwoord, dat het voor
inwilliging niet vatbaar was. Echo.
De vaderlandsche nijverheid schijnt
nog niet altijd tegen de vreemde te zijn
opgewassen.
Dit althans meenen wij te moeten af
leiden uit het feit, dat het aanbrengen
van de toestellen ter electrische verlich
ting van het Nederlandsche Staalsspoor-
wegstation Rozendaal is opgedragen aan
eene firma te Neurenberg (S. Schiiekert),
ofschoon wij in ons land o. a. hebben
eene „Ned. Maat. voor Electriciteit en
Metallurgie" en andere fabrikanten van
naam op dat gebied. C.)
Jeanne Lorette zal in September
e. k., na afloop van haren driejarigen
(Schets uit het Texelsche Volksleven.)
DOOR
D. DEKKER.
7) De jonge vrouw, die het kind in de
armen gesloten hield, is waarschijnlijk
de moeder van het geredde meisje; men
veronderstelt zulks uithoofde van de over
eenkomst in gelaatsttekken van het meisje
met die der gestorvene vrouw. Om den
hals van de ongelukkige vond men een
gouden ketting met een portret van een
man van middelbaren leeftijd, ook was er
een gouden horloge aan gehecht, waar
op gegraveerd staan de letters W. v. H.
De onsamenhangende woorden welke
't kind spreekt doen vermoeden, dat zij
van Engelsche afkomst is. Meerdere
herkenningsteekenen zijn er niet op te
geven. Wij hebben ze, bij bet opzenden
van dit bericht, willen vermelden, niet
uit begeerte om de maatregelen die door
't Bestuur van 't Eiland of door de strand
vonderij zullen worden genomen, om de
familie van dit kind op te sporen, voor
uit te loopen, maar omdat wij hopen
dat het arme verlaten schepseltje zoo
spoedig mogelijk aan zijne verwanten zal
worden teruggegeven."
Al de aanwezigen brachten dit dadelijk
in verband met een verhaal dat zij ge
durende de reis, verscheidene malen uit
den mond van den ouden heer gehoord
hadden, en konden den uitroep: zou het
mogelijk zijn! ook niet weerhouden. En
geen wonder ook. Het verhaal van den
ouden heer was zoo gemakkelijk met
dit courant-artikel in verband te brengen;
dit zult gij toestemmen wanneer wij het
in 't kort weèrgeven.
Ruim twintig jaar geleden was zijne
eenige dochter, die in Indië met een
Engelsch koopvaardij-kapitein gehuwd
was, en een meisje van omtrent twee
jaren had met haar man uit Indië ver
trokken, met bestemming naar Amster
dam, en nimmer had hij eenige taal of
teeken van hen ontvangen of vernomen.
Hij kon niet anders denken dan dat het
schip met man en muis was vergaan.
Voor hun vei trek had zijne dochter zijn
portret gegeven, één, even als hij er
nog bezat, en op het horloge dat zij
droeg waren hare initalen W v. H.,
Wiihelmina van Haven, gegrift geweest.
De overeenkomst met den tijd der ge
beurtenis, de leeftijd en 't geslacht van
't kind, dat portret, dat gouden horologie,
met haren, met zijnen familienaam van
Haven, zij waren zoo vele bewijzen, dat
zijne kleindochter gered was; maar wat
zou er van haar geworden zijn. De ka
pitein kwam het eerst op de gedachte
om den Texelschen loods, dien men reeds
aan boord had, in 't verhoor te nemen.
Deze werd geroepen en ondervraagd,
en de oude heer van Haven vernam
weldra de geheele geschiedenis van de
redding, opvoeding, de armoede en ellende
waarmede de familie en ook het geredde
meisje in den laatste» tijd te kampen
had gehad.
De loods verklaarde dat hij het por
tret meermalen gezien had en dat het
as twie drupels water leek" op dat, het
welk de oude heer van Haven hem liet
zien. Alle twijfel werd door deze mede-
deeling weggenomen, en de oude man
stortte tranen van vieugde toen hij door
zijne medepassagiers met dit gelukkig
bericht werd gefeliciteerd. No£ op den
zelfden dag kwam nde Vlinder" in het
Nieuwe Diep binnen en de heer van Ha
ven liet zich onverwijld naar Texel over
brengen, en zich dooi den loods, die hem
vergezelde, geleiden naar de woning, waar
zijne kleindochter, zijn eenige bloedver
wante op de wyde wereld, haar verblijf
moest houden. Het was reeds avond toen
de oude heer de hut van Jan Volkert
bereikte. Het drietal zat juist »te drinken.
Denk echter niet dat men sterken drank
dronk die werd in de woning van Vol
kert volstrekt niet geduld het avond
maal houden, in de beteekenis van soa
peeren heet op Texel „drinke"
Jan Volkerten zijne pleegdochter zagen
en de blinde hoorde wat vreemd op, dat
een onbekend heer hun een bezoek bracht,
en den ouden Volkert verzocht om aide
omstandigheden, voorgevallen hij het red
den zijner pleegdochter, te verhalen, en
toen deze hieraan had voldaan, toonde
van Haven hem het portret.
Hoe komt gij daaraan mijnheer zeide
de oude strandjutter, en keek zijn pleeg
dochter hierop een weinig ontevreden
aan, »hebt gij het verkocht, kind!" ver
volgde hij zacht bestraffend tot haar,
nlioe dikwijls heb ik u aanbevolen er u
nooit van te ontdoen, maar," zuchtte hij,
zeker was het om mij in mijne ziekte
eenige lafenis te verschaffen, anders hadt
gij mijn raad wel opgevolgd, want gij
waart mij steeds eene gehoorzame
dochter."
Maar Jansje was inmiddels naar de
plaats gegaan, waar hare kostbare klein-
noodiën geborgen waren en kwam met
haar portret aan. Verbazing sloot den
ouden Volkert den mond en nog was
hij er niet van bekomen toen de oude
heer van Haven zijne kleindochter in de
armen sloot en uitriep: Dank God met
rnel mij kindlief; uwe rampen zijn ten
einde. Ik ben uw grootvader, en u, edelen
Volkert dank ik, naast God, hel geluk
dat ik haar thans mag omhelzen. Uwe
hand, redder van het leven van mijne
kleindochter; hier ongelukkige broeder
en vriend van dit lieve kind; aan mijn
hart beste lieden! Al wat gij aan haar
gedaan hebt, wil ik rijkelijk vergelden;
al het leed dat gij den laatsten tijd te
zamen hebt gedragen zal eiudigen! Gij,
neen wij zullen gelukkig zijn, want ik
ben Goddank, rijk! O, 't is de eerste
maal dat ik gevoel wat geluk er in ge
legen is fortuin te bezitten't Was
eene schoone groep, die brave lieden el
kander te zien omhelzen, en lang duurde
het eer ze van Dunne ontsteltenis be
kwamen, eer ze geloofden aan hetgeen
hunne ooren zoo duidelijk hadden ge
hoord, aan hetgeen hun door het weder-
keerig bezit van tiet portret en de uit
legging die de oude heer van Haven er
vervolgens had bijgevoegd, zoo klaar be
wezen was.
De eerste gunst welke Jeane Cambel
van haren grootvader vroeg, was dat zij
niet zou gescheiden worden van deze