NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad DE [RFEOEDBGITTEE UTRECHT EN GELDERLAND. No. 65. Woensdag 14 Augustus 1889. Achttiende jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. BINNENLAND. Feuilleton. &MERSFDORTSCIE COURANT. VOOR abonnementsprijs: Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Rijk. Afzonderlijke Nnmmers 3 Cent. Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort. advertentien: Van 1 6 regels 0,10 iedere regel meer 5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetteu naar plaatsruimte. De Minister van Financiën maakt bekend, dat hij onder postmerk s'Herto- genbosch ontvangen heeft ƒ60 wegens te weinig betaald successierecht. Het aantal bezoekers der musea en monumenten gedurende het 2e kwar taal 1889 bedroeg: het Koninklijk kabi net van schilderijen te 's-Graver.hage, 6587; het museum Meermanno West- reenianum, idem, 38; het Koninklijk penningkabinet, idem, 43; het Rijksmu seum, te Amsterdam, 62990 bet Rijks kabinet van prenten en pleisterbeelden idem, 48; de Historische 2aal in het Prinsenhof, te Delft, 2321de Gevangen poort, te 's-Gravenhage, 5428; het Mui- derslot 808; de ruine van Brederode 4118; hel Monument te Heiliger lee 701. De Minister van Oorlog brengt ter kennis van de weduwen van overle- leden officieren, deelgenooten van de weduwen- en weezenkas voor de offi cieren van de landmacht, en van de voogden van onverzorgde kinderen van deelgenooten, dat op 1 Januari 1890 in werking treden de bij Kon. besluit van 18 Mei 1889, no. 21, goedgekeurde nieuwe statuten van gemelde kas, en dat daarin o.a. de navermelde van de bestaande afwijkende bepalingen voor komen a. Het pensioen van eene weduwe van een luitenant is vastgesteld op f 400 'sjaars. b. Ingeval uit een ontbonden huwelijk meer dan twee onverzorgde kinderen aanwezig zijn, geniet de pen- sioentrekkende weduwe voor elk dier kinderen boven het getal van twee eene toelage van flOO per jaar. c. Ten be hoeve van onverzorgde, wier moeder overleden is, of om andere redenen geen pensioen uit de kas geniet, wordt aan de moeder-voogdes of aan den voogd uit de kas toegekendlo. zoo er een of twee zoodanige kinderen uit één huwe lijk aanwezig zijnvoor elk kind een onderstand, gelijkstaande aan de helft van het pensioen, waarop de weduwe van den deelgenoot recht zoude hebben 2o. zoo er meer dan twee zoodanige kin deren uit één huwelijk aanwezig zijn een onderstand, gelijkstaande aan het pensioen, waarop de weduwe van den deelgenoot recht zoude hebben, en bo vendien eene toelage van f 100 per jaar voor elk dier kinderen boven het getal twee. De onderstand en de toelage onder lo. en 2o. bedoeld, worden voor de kinde ren uit elk huwelijk van den deelgenoot afzonderlijk berekend en toegekend; d. Door onverzorgde kinderen worden ver staan weezeu en vaderlooze halve wee zen van overleden officieren deelgenooten uitgezonderd de kinderen, die lo. den leeftijd van twintig jaar bereikt hebben 2o. een huwelijk hebben aangegaan3o. eene burgerlijke Rijksbetrekking beklee- den, waaraan een bezoldiging van f600 'sjaars of meer verbonden is; 4o. bij de zee- of de landmacht hier te lande of in de Overzeesche bezittingen den rang van officier bekleeden 5o. voor 's Rijks re kening kosteloos worden verzorgd. Tot het bekomen van de toelage en van den onderstand, 2 en 3 bedoeld, moeten voor ieder belanghebbend kind aan het departement van ooi log worden ingezonden: a. de geboorte-akte b. eene attestatie de vita c. eene desverkie- zende in de attestatie de vita op te ne men verklaring van den burgemeester dat het kind niet valt in een der termen onder lo.5o. van punt c. van artikel 2 der statuten (zie biervoren lo.5o. van punt d.) omschreven. Onder leiding van dr. H. van Wijn gaarden uit Breda heeft Donderdag x>de Nederlandsche Vereenigiqg van spoorweg artsen" haar veertiende algemeene ver gadering gehouden. Uit het door den se cretaris^!'. C. Ekania uit Haarlem, gegeven jaarverslag bleek, dat het aantal leden thans 95 bedraagt en de geldmiddelen in een bloeienden toestand verkeeren. Het aftredend bestuur werd met alge meene stemmen herkozen. In plaats van wijlen professor Donders werd benoemd tot eere-lid dr. W. H. Snellen uit Utrecht. Met groote meerderheid werd vervolgens besloten, wederom een toelage van f25 toe te staan aan de «Vereeniging tegen de kwakzalverij." De heer de Mooy, luit.-kolonel, dirigee- rend officier van gezondheid 2e kl. te Amersfoort, deed ten slotte eenige me- dedeelingen over het gipsverband en liet een hechtnaald zien, door hem uitgevon den, zeer dienstig op het platteland, en die, door de bijzondere wijze, waarop de punt is geslepen, door de hardste deelen dringt, een naaldvoerder onnoodig maakt en ook de schaar buiten dienst stelt. Naar het Vaderland verneemt, is het bericht, dat door Z. M. aan de offi cieren in het algemeen, verboden is deel te nemen aan wedrennen en races, in zoover juist, dat hun dit verboden is in andere plaatsen, dan waar zij zich werkelijk in garnizoen bevinden. De volgende reclame komt in de Amsterdammer voor Een bezoeker der Tentoonstelling te Parijs had zeven dagen besteed oin alles daar nauwkeurig op te nemen. Toen hij vertrok vroeg de portier hem in gewoon Fransch, wat hem van de geheele expo sitie het best bevallen was. Ofschoon de vreemdeling voor het uiterlijk niets bijzonders vertoonde, gaf hij een antwoord, dat den portier letter lijk onverslaanbaar was. En bij vernieuwde vraag kwam steeds hetzelfde antwoord nl. iets dat als het volgende klonk Del ibi erhe bikhe tli efs te. De politie vond geen aanleiding hem te arresteeren, doch nog steeds verkeert men in hel onzekere, wat de bedoeling des vreemdelings is. Mocht het zijn, dat zich onder de le zers van dit blad taalkundigen bevinden, die eene verklaring kunnen geven, dan wil zich de directie gaarne met de op zending daarvan belasten. Men adresseere de mededeelingen onder het motto «ver- klaring" Spuistraat 147. Vrijdagmiddag kwamen te Scheve- ningen in liet gezicht een twaalftal oorlogsvaartuigen van de Duitsche marine, die keizer Wilhelm II uil Engeland naar een Duitsche haven terugvoerden. Men kon te Scheveningen de schepen duidelijk waarnemen. De afwijking in den koers van het Duitsche eskader, waardoor dit voor Scheveningen verscheen, had niet bij toe val plaats, maar ter eere van Prins Albert, wien daarvan bericht was gezon den. Bij de nadering van Scheveningen nam het eskader eene bepaalde orde aan en salueerde, terwijl, gelijk met sterke kijkers duidelijk merkbaar was, de keizer op de brug van de Hohenzollern verscheen. Prins Albert kwarn met zijne familie op het balkon, om zijn «verren" bloedver want een groet te brengen. Op bijna twee-en-tachtigjarigen leeftijd is te Arnhem overleden P. D. Eeg- ner, een der oud-strijders uit den veldtocht van 1830—1831. Van de beruchte serie H. B. valsche bankbiljetten van f 25, waarvan er in Mei dezes jaars een in de kas der gasfabriek te Dordrecht verzeilde en er ook in an dere plaatsen zijn uitgegeven, is er gister aldaar op nieuw een aan het verkeer onttrokken. De heer W. de J. van Dub beldam, kreeg namelijk ten kantore van den ontvanger der dir. belastingen aldaar zijn aanslag van omstreeks f 40 voldoen. Hij legde daartoe twee biljetten van f25 neder, maar reeds bij het opnemen ont dekte de klerk, met de ontvangst belast, aan de dikte van het papier dat een der biljetten valsch was. De uitgever ver klaarde zich terstond bereid, een echt biljet daarvoor in ruil te geven, maar de ontvanger nam daarmede geen genoegen hij hield het valsche briefje in en stelde het later ter hand aan de politie, die het in beslag genomen heeft. In alle opzichten is het gelijk aan bovenbedoeld biljet alleen met dat verschil, dat het een ander volg- nommer (2181) voert. Deze cijfers zijn, gelijk trouwens duidelijk te zien is, later bijgedrukt, om geen twee biljetten van hetzelfde nummer te hebben. Overigens is de druk veel zwaarder en grover dan van de echte biljetten de kleur harder geel, ontbreken alle watermerken, en wemelt de zeer slordig afgedrukte aan haling van art. 232 van het wetboek van strafrecht van fouten. Zijn wij goed ingelicht, dan heeft liet alleszins den schijn, dat de uitgever geheel te goeder trouw heeft gehandeld, en hem van de valschheid niets bekend was. D. C. De Londensche correspondent van de N. R. Ct. schrijft «Naar ik uit Brixham verneem, zijn de fundamenten van het gedenkteeken, ter eere van Prins Willem de Derde en zijne landing op 5 Nov. 1888, aldaar te onthullen, sedert eenigen tijd gereed en rusten daarop de platte granietblok- ken, die hel eigenlijke granieten onder stuk van het acht Eng. voet hooge stand beeld des prinsen zullen schragen. De Heeren Wils alhier, die met de uitvoering van het werk belast zijn, leggen aan dat beeld de laatste hand, en zullen in de volgende maand daarmee gereed komen, als wanneer het per spoor naar Brixham zal worden gebracht, ter op stelling aan de kade. De uitvoerende commissie aldaar heeft echter den dag der onthulling nog geenszins vastgesteld. Aanvankelijk wilde men den laatsten dag dezermaand er voor afzonderen, in verband met andere feeste lijkheden te Torquay. Toen echter de beeldhouwers Wills eindelijk verklaren moesten niet tijdig genoeg met hunne taak gereed te kunnen komen, moest de commissie wel noode besluiten den ont hullingsdag tot nader order uit te stel len. Vermoedelijk zal de plechtigheid nu, gelijk ik indertijd warm aanbeval, op 5 November e. k. plaats vinden. Dit zal een dubbel voordeel opleveren. In de eer ste plaats zal de inwijding dan geschie den op een dag, die eene beteekenis heeft en in de tweede plaats zal graaf van Bylandt, onze geachte gezant te de zer stede die voor zijne gezondheid ge- ruimen tijd in Duitschland moet vertoe ven, in dat geval, gelijk verleden jaar tegenwoordig kunnen zijn als represen tant des Konings, wat natuurlijk zeer gewenscht is. Z. M. heeft een verder blijk zijner hooge belangstelling in dit gedenkteeken kenbaar gemaakt, door gevolg te geven aan het hem overgebrachte verzoek, om een llollandsch inschrift voor liet stand beeld zijns beroemden voorzaats te be denken. Dit is Engeland's vrijheid,door Oranje hersteld. Het zal de zijde vullen van het voetstuk, die naar de hoofdstraat van Brixham genoemd zal zijn. Naar de andere zijde komt een Engelsch opschrift, vermeldende hoe liet gedenkteeken door openbare in schrijvingen en medewerking van eenige Engelsche en Hollandsche vaderlanders tot stand kwam. Het hoofdonderschrift zal natuurlijk gebeiteld worden aan den voorkant, te genover de Smalle Kade, waar het beeld binnen een ijzeren hek zal verrijzen. Het zal melden, dat dit de plek is waar Prins Willem twee eeuwen geleden landde en EEN YERHAAL DOOR OUST A A F Ai l K R I TZ. 17) Doch dit verlangen werd steeds door zijn fijn gevoel onderdrukt. Toen de boomen al in vollen bloei stonden, keerde de kamerheer met zijn familie naar zijn buitenverblijf, 't kasteel Durrenstein terug. Hij bracht iemand mede, die, hoewel een nauwe bloedverwant van Hans, hem toch geheel onbekend was zijn zoon, den luitenant bij de huzaren, die voor langen tijd met verlof naar de ouderlijke woning kwam. Edgard, zoo heette hij, was twee jaar ouder dan Bertha hij had een zeer knap uiteilijk, waarop hij zich dan ook veel liet voorstaan. Ten gevolge van zijne talrijke veroveringen was hij tot de meening gekomen, dat vrouwelijke deugd alleen in naam bestond, en hjj beweerde ronduit, dat ook het zedigste vrouwenhart zich overgaf, als men het maar op zijn zwakke plek wist aan te pakken. Toen Edgard en Hans aan elkander werden voorgesteld, zeide de eerste lachend »'t Verheugt mij persoonlijk kennis met u te maken, cher cousin Papa heeft me veel van u verteld, dat ge wel is waar uw stokpaardjes liadt en een wonderlijke snaak zijt,maar voor 't overige een door en door braaf mensch. Laat ons niet alleen neven maar ook vrienden zijn. Geef mij de hand daarop en zeg van ganscher harte ja." Men begrijpt licht dat Hans aan die vriendschappelijke uitnoodiging gehoor gaf. «Zoo trotsch als zijn vader is de toe komstige erfgoedbezitter niet," sprak Hans bij zichzelven, «maar hij schijnt •ne veel lichtzinniger toe. Men kon ook niet weten of Edgard niet wispelturig is en men even spoedig zijn vriendschap verliezen kan als hij ze schenkt. En daarom, Hans, wees niet al te vertrou welijk met Edgard, wees op uwe hoe de Edgard was nog maar eenige dagen op 't kasteel toen hij tot Hans zeide «Onze tegenwoordige boekhouder schijnt me een druiloor te zijn. Hij heeft zoo'n melankolieken trek om zijn diep inge zonken oogen en spreekt geen woord meer dan hoog noodig is. Zijn jonge vrouw daarentegen is een prachtexem plaar van een wijfje beeldschoon, frisch, vlug, ongedwongen, met vurige oogen, zonder crinoline, zonder chignon of ander vreemd aanhangsel, 't Doet ie mand goed, als men eens in plaats van de smachtende, opgepronkte en misvormde vrouwen en meisjes een natuurkind ontmoet. Treesje is wel waard door een fermen huzaren-luitenant te worden gecourtiseerd." «Ik bid u, Edgard I" sprak Hans ern stig, «verstoor niet de rust van een gelukkigen echt. Willner zoowel als zijn vrouw zijn zeer achtenswaardige lieden, en door hun onomkoopbare trouw van veel nut voor uw vader." «Bahhernam Edgard, «Willer zal en moet 'tzich tot een eer rekenen, als de zoon van zijn meester en zijn toekomstige gebieder hem onder zijne duiven komt schieten. En Treesje? Nu, die zal zeker zoo ongevoelig niet zijr. voor mijn aanzoeken en zooals Hendrik IV denken Toujours perdrix." «Daar zoudt ge u toch erg in vergis sen," sprak Hans met gefronst voorhoofd. «Treesje is in alle opzichten zoo eerlijk als goed en verleidingskunsten zouden tot uw schil en schande afloopen. «Daar hebt ge zeker zelfs al eens de proef van genomen vroeg Edgard op spottenden toon, «en hebt een blauwe scheen geloopen Dan hebt ge 't toch stellig al heel dom aangelegd. De ijdel- heid der vrouwen gaat boven hare trouw, de zinnelijkheid boven haar verstand; als men zich maar niet laat afschrikken, geeft het zedigste vrouwenhart zich ein delijk over, vooral wanneer de belegeraar, zooals ik, een uniform draagt." «Ik kan uw twijfel aan vrouweneer en vrouwenwaarde niet deelen," hernam Hans, «hoewel er ook onder rnogen zijn die volkomen op het door u afgeschetste beeld gelijken." Dit zeggende dacht Hans aan Bertha. «Al was 't maar alleen om u te over tuigen, zal ik Treesje achtervolgen." sprak Edgard, «en u trouw op de hoogte hou den van de vorderingen mijner belege ringskunsten." Deze woorden verontrustten Hans zeer. Zou hij Treesje waarschuwen Haarman bekend maken met de onzuivere bedoe lingen van zijn neef? Voor 's hands besloot bij te zwijgen en den loop der dingen af te wachten. Niet lang daarna had Hans wederom reden om ontevreden over zijn neef te zijn. «Hoor eens, Hans," sprak deze tot hem, «mijn oude vrouw lieeft me onder vier oogen meegedeeld,dat deheeilijkheid Durrenstein onder uw beheer bijna twee maal zooveel als vroeger opbrengt. Die tijding verraste mij des te meer, daar ik er niets van kon merken in de geld zendingen aan mij door mijn ouden heer. Ge weet dat een vroolijk luitenant een beurs noodig heeft, die nooit gespekt genoeg kan zijn, dat hij speel- en andere schulden heeft, ge begrijpt ook dat de kleermakers, schoenmakers, hand schoenenmakers, suikerbakkers, wijnkoo- pers, zadelmakers en paardenkoopers niet zoo lang geduld willen hebben met hunne rekeningen totdat ik heer en meester van Durrenstein zal zijn gewor den. Juist nu zit ik vrceselijk in de schuld en in groote verlegenheid. Even als de geruïneerde Engelsclien naar 't goedkoo- pere vasteland trekken, heb ik ook om dezelfde reden de residentie voor liet vervelende Durrenstein verwisseld. Gij echter zijt de man die mij helpen kan, zal en moet. Uw kas is toch zeker gevuld met zilver, goud en banknoten, en 't zal u dus niet moeielijk vallen, mij meteen paar duizend gulden uit den brand te helpen. Tot zekerheid zal ik u een quitan- tie afgeven voor het bedrag der ontvangen som. Doch slechts in den hoogsten nood moogt ge die quitantie aan mijn ouden heer toonen, die dan goed of kwaadschiks, de ïindemniteits-bill" verleenen zal."

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1889 | | pagina 1