NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND.
IN HET VUUR.
No. 53.
Woensdag 2 Juli 1890.
Negentiende jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
AMEBSFOORTSCHE COÜRANT.
VOOR
abonnementsprijs:
Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Kijk.
Afzondert ij ke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort.
advertentien:
Van 16 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
De Amst. Ct. meldt van het stoom
schip de Prins Frederik
Uit de nadere bijzonderheden, welke
over de aanvaring tusschen de Prins
Frederik en de Marpessa aan het Hdbl.
worden gemeld, blijkt, dat de gezagvoer
ders der beide booten geen der voorge
schreven maatregelen hebben verzuimd.
Wegens den dikken mist stoomden beide
schepen met halve kracht en waren bui
tengewone wachters in het want op den
uitkijk geplaatst. Toch merkten beide
schepen niets van elkaar, voordat de
schok werd gevoeld.
De Marpessa trof de Prins Frederik
midscheeps, met zoo groote kracht, dat
het water onmiddellijk de machinekamer
en de hutten vulde. Er was geen oogen-
blik te verliezen. Alleen aan de uitmun
tende tucht, welke op de Prins Frederik
heerschte, was het te danken, dat nog
het grootste gedeelte der opvarenden kon
worden gered. De koloniale troepen
75 man gaven een uitstekend voor
beeld, dat goeden invloed op de ontstelde
passagiers oefende.
Onmiddellijk na de aanvaring comman
deerde de bevelvoerende officier der troe
pen de soldaten op het dek en spoedig
daarna stonden allen boven, geschaard in
gelid, alsof er parade werd gehouden.
Aangemoedigd door dit voorbeeld van
een uitstekende tucht, gingen de matro
zen terstond aan den arbeid en ook de
passagiers, onder wie natuurlijk eerst groote
ontsteltenis heerschte, werden daardoor
gerustgesteld. Dat een algemeene paniek,
welke zeer ernstige gevolgen zou gehad
hebben, voorkomen werd, is voor een groot
deel aan de flinke houding onzer kolo
nialen te danken.
Met grooten spoed werden door de
matrozen de booten neergelaten. De passa
giers werden daarin gebracht, het eerst
natuurlijk de vrouwen. Een klein opont
houd werd veroorzaakt, daar eenige pas
sagiers hun bezittingen nog wilden mede
nemen, maar daarvoor was geen tijd
want de Prins Frederik zonk steeds die
per. Een dame slaagde er in haar kost
baarheden nog te redden, maar een andere
dame, die 4200 p. st. aan geld bij zich
had, werd tegengehouden, toen zij haar
leven in de waagschaal wilde stellen, om
weer naar beneden te gaan en haar eigen
dom te redden.
Terwijl de passagiers in de booten
werden gebracht, hield de commandant
der troepen appèl Over zijn manschappen.
Helaas, er ontbraken er zeven, de luite
nant van Wijk en zes soldaten. Blijk
baar waren zij door het plotseling in
dringende water overvallen, voordat zij
het dek konden bereiken. Een poging om
hen nog te redden, was toen vruchteloos
en zou slechts gediend hebben om nog
meer menschenlevens in gevaar te bren
gen.
Er was trouwens geen oogenblik te
verliezen. Nauwelijks was de laatste boot
in zee gestoken, of de Prins Frederik
zonk in de diepte. De geheele ontscheping
was in zeven minuten volbracht, zeer
zeker een kranig stuk, wanneer men in
aanmerking neemt, dat 170 personen on
der zulke moeilijke omstandigheden in de
booten moesten gebracht worden.
De Marpessa was zoo zwaar beschadigd
dat het eerst scheen, alsof deze boot ook
zou zinken. Het voorste gedeelte stond
geheel vol water, maar gelukkig hielden
de schotten, die het water uit het overige
gedeelte van het schip moesten keeren,
stand. Een gedeelte der lading werd over
boord geworpen en zoo gekikte het de
Marpessa met alle opvarenden behouden
binnen te brengen.
De commandant der koloniale troepen
was majoor Voorsluijs van Eik en de ge
zagvoerder van de Prins Frederik was
de heer Visman. Aan de kloeke houding
van deze beide bevelhebbers, die een uit
stekende tucht onder hun ondergeschikten
handhaafden, is het te danken, dat het
treurige ongeval nog niet meer slacht
offers heeft gekost."
De N. P. Ct. vermeldt nog:
«Omtrent de aanvaring tusschen de
stoomschepen Prins Frederik en Mar
pessaseint onze Londensche correspon
dent ons de volgende bijzonderheden
Beide schepen stoomden onder mistig
weder met halve kracht in de Golf van
Biscaye. Des avonds den 25sten Juni, te 10
u. 25 min., op 47» NBr. en 6» 30' WL.
had de botsing plaats. De Marpessa liep
de Prins Frederik midschips aan bak
boordzijde in, makende een groot gat,
waardoor eene overstelpende watermassa
binnendrong, tengevolge waarvan de
Prins Frederik binnen acht minuten zonk
In het geheel werden 170 personen
gered, waaronder 86 man der equipage,
die op de Marpessa werden aan boord
genomen. Deze liep zelf groot gevaar, de
wijl de voorste afdeeling vol water stond
en de beide boegen ingedrukt waren Ge
lukkig bleken de waterdichte schotten
tegen het indringende water bestand te
zijn, en door het overboord werpen van
eenige lading en andere hulpmiddelen,
bleef het boven en slaagde men er in de
haven van Falmouth te bereiken.
De luitenant van Wijk zou aanvankelijk
eerst in November van dit jaar naar
Indië vertrekken. Hij ruilde echter met
den luitenant Velde, die wilde huwen en
gaarne eer. huwelijksreisje deed. Deze
was voor dien vriendendienst zoo erken
telijk, dat hij II. Zaterdag nogteYmuiden
was met zijne vrouw, om van luitenant
van Wijk afscheid te nemen. Van Wijk
was ongehuwd en maakte reeds bij zijne
komst aan boord door zijne opgeruimd
heid op allen een recht preltigen indruk.
Hetzelfde blad meldt, dat de Maatschap
pij Nederland op het asco der Prins
Frederik f 300,000 eigen risico liep.
Naar aanleiding van de krijgsver
richtingen in Atjeh gedurende het tijdvak
van 12 December 1889 tot 1 April 1890,
is bij Kon. besluit van 26 Juni 1890 no
27, de sergeant der infanterie N. J. 01-
dendorp benoemd tot ridder 4e kl. der
Militaire Willemsorde; aan den kapt. van
den generalen staf J. B. van Hentsz toe
gekend de eere-sabel met het gebruike
lijke opschrift, en bepaald dat de fuselier
P. A. Jansens bij afzonderlijke dagorders
zoo in Indie als in Nederland eervol zal
worden vermeld.
Voor den dienst bij het boschwezen
in Ned.-Indië kunnen twee jongelieden
die den leeftijd van 22 jaren niet hebben
overschreden, in opleiding worden geno
men. Gegadigden, die in het bezit zijn
van een diploma van landbouwkundige
van de Rijkslandbouwschool, worden op
geroepen om zich vóór 1 Augustus a. s.,
bij gezegeld request aan te melden bij
het departement van Koloniën onder de
voorwaarden, vermeld in de St.-Ct.no. 150
Wanneer de wet op de spoorwegen
in de Eerste Kamer zal worden goedge
keurd, zullen verschillende stations met
het daaraan geplaatst personeel, thans
beheerd door de Maatschappij tot Exploi
tatie van Staatsspoorwegen, door de Hol-
landsche IJzeren-spoorwegmaatschappij
worden overgenomen. Daar eerstgenoemde
maatschappij aan dat personeel geene
restitutie van de door haar gestorte gel
den in het pensioenfonds zal verleenen,
heeft in verband daarmede de Holland-
sche IJzeren-spoorwegmaatschappij het
voorstel gedaan, om dat personeel toch
lid te doen blijven van het pensioenfonds
der Staats-spoorwegmaatschappij,zullende
alsdar. door haar zorg worden gedragen,
dat de verschuldigde contributiën steeds
worden betaald.
Bij invaliditeit ontvangen die ambte
ren en beambten dientengevolge pen-
>en ten laste der Exploitatie-maat
schappij.
De Minister Mackay heeft voor de
Augustus te Zutfen te houden land-
bouw-tentoonstelling, die door hem en
ook door de Ministers van Waterstaat
en Justitie, zoomede door den Commis
saris des Konings in Gelderland zal wor
den bezocht, eene groote gouden medaille
voor de inzending van Melkkoeien uit
geloofd.
Te Aurich is dezer dagen een sla.
ger tot drie maanden gevangenisstraf ver
oordeeld wegens invoer van Amerikaansch
spek uit Groningen, door hem als Hol-
landsch spek bij de douanen aangegeven
Toch waren de geleide-papieren in orde.
Aan de Köln Ztg. wordt daaromtrent
geschreven dat bij onderzoek te Groningen
is gebleken, dat de slager aldaar Ameri
kaansch spek had gekocht. Hoe zulk be
drog met de papieren mogelijk is, blijkt
uit het volgende De kooper van Hollansch
spek krijgt een verklaring van een keur
meester, welke door den burgemeester
gewaarmerkt, ter verdere verificatie naar
den Duitschen consul-generaal wordt op
gezonden. Met het heen- en weder zenden
dier stukken gaan eenigen dagen heen
en intusschen is niets gemakkelijker dan
het gekeurde spek door ongekeurd te
vervangen.
Om dit te voorkomen wordt thans te
Bentheim, waar 't meeste spek voor invoer
wordt aangegeven,op elke zijde de stempel
van den keurmeester en van de politie in
Nederland gevorderd.
De Nederlandsche Vereeniging van
liefhebbers en fokkers van rashonden
zal eene nationale hondententoonstelling
organiseeren, die te 's Hage gehouden zal
worden in het begin van September aan
staande.
Uit Haarlem schrijft men«De be
langstelling in het hier te stichten „Kur-
haus" ten behoéve van de exploitatie der
staalwaterbronnen, blijft steeds levendig.
Zaterdagmiddag werden er verschillende
opmetingen gedaan zoowel in de Koe
kamp als op andere punten van den Hout.
Hiermede valt alleen dit te resulteeren,
dat het wanhopige vasthouden aan het
idee, dat de Hout ongeschonden moet
blijven, tenminste is opgegeven. Waar
het Kurhaus zal komen, is nog op geen
stukken na te zeggen, maar dat het komt,
en dat het in den Hout komt, is zeker.
Zondag middag woedde boven de
gemeente Vaassen een kort, doch hevig
onweér. De bliksem sloeg in de bouw
plaats de «achterste Kouwenaar", bewoond
door J. Simons. In een oogenblik stond
alles in volle vlam, zoodat er weinig ge
red kon worden, Een paard en een koe
verbrandden, terwijl het andere paard en
eenige varkens erge brandwonden be
kwamen.
Uit Hoorn meldt men: „De ten
toonstelling te Buenos-Ayres gehouden
en waaraan ook is deelgenomen door de
afdeeling Hollands Noorder-kwartier van
de Holl. Maatschappij van Landbouw, moet
voor die afdeeling als geheel mislukt be
schouwd worden. Uit de dezer dagen
ontvangen lijsten van bekroningen toch
is gebleken, dat aan geene der veeinzen
dingen een eerste prijs is toegekend. Vol
gens geloofwaardige mecledeelingen moet
de jury op die tentoonstelling al zeer
zonderling in hare uitspraken zijn ge
weest.
Den 23en Mei jl. werd op het tentoon
stellingsterrein eene publieke veiling van
vee gehouden. De Hollandsche konden
toen geen redelijk bod verkrijgen en moes
ten worden opgehouden. Uit een en ander
kan gemakkelijk het besluit worden ge
trokken, dat de inzending te Buenos-Ayres
als eene dure mislukking zeer zal doen.
De gemeenteraad van Nijmegen
heeft tot dekking der gemeentelijke kos
ten voor het maskeradefeest aan den
burgemeester een crediet van f650 ver
leend, alzoo f150 meer dan aanvankelijk
was gevraagd.
Naar het Zweedsch,
VAN
M. ROOS.
14)
De volle maan stond helder boven het
bosch toen Melcher, nadat Bertha was
ingeslapen, de villa verliet. De meesten
der badgasten waren naar bed gegaan
het was stil en eenzaam in de door de
maan vellichte parklanen.
Melcher hoorde het ritselen zijner voet
stappen op het kiezelzand en hij zag de
scherpe omtrekken zijner gestalte op den
lichten grond afgeteekend. Aan het einde
der groote laan lag een kleine vijver, het
water glinsterde zilverachtig en de neve
len dansten af-en-aan, over de heesters
langs den oever en namen wonderlijke,
phantatische vormen aan. Het geheel
was als een tooverachtig ballet-decora
tief.
Melcher hoorde in de hem omgevende
stilte zijn hart kloppen. Hij gevoelde een
drukkenden, pijnigende» angst, maar het
verlangen dat zijne schreden verhaastte,
bracht tevens alle bezwaren tot zwijgen.
Een oogenblikje zocht hij op de slin
gerende boschwegen naar haar en eene
doffe teleurstelling .begon hem reeds te
kwellen, toen hij haar eindelijk op eene
bank, en geheel alleen, zag zitten. Zij
hield de handen op haar schoot saamge-
vouwen en het hoofd achterover geleund.
Zij zat naar de lucht te staren en haar
oogen waren strak op een punt geves
tigd.
Wat was zij schoon in die peinzende
houding! Het scherpe, eenigszins verval-
lene harer trekken, dat hij dag uitkwam,
was nu niet zichtbaar zij zag er in het
phantastisch maanlicht jeugdig en zacht
uit, geheel hare gestalte, met schoonge
vormde buste, had iets onbeschrijfelijk
bevalligs en haar groote oogen schitter
den met een ongewonen glans.
Zij scheen niet verrast door Melcher's
komen, niet eens verwonderd. Bij het
geluid zijner voetstappen was zij een
weinig van houding veranderd. Zij keerde
zich tot hem en groette hem op recht
vriendschappelijke wijze.
Hij was veel sterker ontroerd. Niet in
staat een woord te spreken, drukte hij
de hand, die zij hem bood en bij die aan
raking merkte Mathilde, hoe zenuwachtig
de zijne beefde.
«Een goddeljjke avond I" begon zij,
hare vorige houding weder aannemend.
«Welk een rust, welk een kalmte!
Komt het u ook niet voor als
een diepe, lange, teruggehouden zucht
in de natuur? Het is alsof zij vraagde,
luisterde verwachtte Ik geloof,
dat op een avond als deze, iedereen
dichter zou kunnen worden Bij die
woorden had zij zich weder tot Melcher
gewend, die naast haar op de bank plaats
nam en glimlachend toestemde.
Zeker; vooral als men het reeds is,
zooals u. Ik ben er van overtuigd, dat
u een heel pakje schoone gedichten te
huis hebt liggen
Zij begon hartelijk te lachen.
«Neen, neen geen enkel, dat verzeker
ik u. Ik ben mij niet bewust ooit iets
anders dan rijmpjes bij Kerst- of St. Ni-
colaas-geschenken te liebnen geschreven
en die waren doodeenvoudig. Ik zeide
het reeds, ik heb hoegenaamd geen schep
pingsvermogen, helaas; ik zou mij zoo
gelukkig achten als ik die gave had, als
ik dichteres of schilderes ware vooral
schilderes. Dan zou ik een bepaald onder
werp voor oogen hebben, waarmede ik
mij jaren lang kon bezighouden om er
ten slotte uitdrukking aan te geven
«En dat is?
„Dat is: de Verlosser en Maria, zittende
aan zijne voeten," vervolgde zij, terwijl
hare oogen droomende en half gesloten
in de schemering staarden. «O, gij kunt
u niet voorstellen welk een schoon stuk
dat zou worden, indien althans de schil
derij zoo uitviel als ik die voor mjjne
verbeelding zie. Ik weet in de geheele
wereldgeschiedenis geen tweede beeld,
dat mij zoo aantrektNatuurlijk be
minde Hij Maria. Hij moet hebben
bemind, want Hij is immers een mensch
geweest en in alle dingen verzochten
wie zou hij eer hebben bemind dan Ma
ria, de zachte, teedere, lieve Maria? Stel
u nu voor" en plotseling zag zij Melcher
met hare groote, schitterende oogen vol
in het gelaat «hoe het roode licht der
avondzon door de open deur naar binnen
schijnt; die gloed moest op de gestalte
van Jezus vallen, Hij zit bij de deur en
Maria aan zijne voeten. En Hij ziet haar
aan en in dien blik ligt zijn gansche
hart, waarin eene reine, aardsche liefde
met hemelsche grootheid en waardigheid
vereenigd is. En zij zit daar en ziet adem
loos tot Hem op, bevende voor zijne hei
ligheid, maar door zijne liefde verheven.
O, welk een onderwerp voor een kun
stenaar, voor een dichter, een schilder of
wien ook; een aardsche liefde in de borst
van den goddelijkel"
Plotseling hield zij verlegen op te spre
ken. Hij zag haar vragend aan. Hoe on
gelijk was zij thans aan haar die bij
vroeger had ontmoet! De vrouw van de
wereld, de fiere, terughoudende vrouw van
de wereld was weg; een droomende,
dweepende, bijna kinderlijke uitdrukking
lag over haar geheele wezen verspreid
het was als had zij zich in de schaduwen
van den avond voor hem ontsluierd.
«Je vindt mij vreemd en overspannen,"
vervolgde zij ernstig «en in zekeren zin
ben ik dat ook. Maar vergeet niet hoe
mijn leven is geweest. Vergeet niet, die
vijf lange jaren, waarin ik van dag tot
dag, van uur tot uur, geketend was aan
een zieken man, dien ik als een kind heb
opgepast, die als een kind begon te hui
len, zoodra ik hem een oogenblik verliet.
Stel je daarbij een vurige verbeeldings
kracht voor gedachten die het geheele
leven wilden omvatten een soort slui
merende kunstenaars natuur een ver
langen, dat nooit mocht worden uitge
sproken, dat zich nimmer lucht kon
verschaffen en, niet waar, je vind het
niet langer vreemd dat ik niet juist als
anderen ben geworden?"
«Neen" riep Melcher bewonderend uit
„neen, je bent niet als anderenJe bent
de meest beschaafde vrouw, die ik ooit
heb ontmoet
«Zeg dat niet" viel zij hem hoogernstig