NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND.
ANKARSTROM.
No. 63.
Woensdag 6 Augustus 1890.
Negentiende jaargang.
abonnementsprijs:
VERSCHIJNT WOENSDAG EIV ZATERDAG.
BINNENLAND.
Feuilleton.
1MERSF00RTSCHÏ COURANT.
VOOR
Per 3 maanden 1.Franeo per post door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort.
ADVERTENTIE Ni
Van 16 regels f 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Zondag had eene voormiddag-gods
dienstoefening plaats in de kapel van het
paleis Het Loo, voor H. M. de Koningin
en H. K. H. de Prinses. Behalve de hof-
dignitarissen waren vele genoodigden aan
wezig.
De voorganger, Ds. Bourlier, Waalsch
predikant te 's Hage, had tot tekst ge
kozen Col. 315.
Naar men verneemt, zou bij H. M.
de Koningin het voornemen bestaan, in
de maand September met H. K. H. Prin
ses Wilhelmina een bezoek aan Breda te
brengen.
Onder het opschrift: Naar Frank
rijkFront! dat aan duidelijkheid niets
te wenschen overlaat, is bij den uitgever
L. J. Veen te Amsterdam, eene brochure
verschenen, die thans, nu het militaire
vraagstuk meer dan ooit aan de orde is,
meer dan actueel mag woiden genoemd.
«Het doel van dit geschrift," zegt de
schrijver, ris te betoogen, dat de veilig
heid en het zelfstandig voortbestaan van
Nederland in de naaste toekomst een
nauwe aansluiting bij Duitschland, met
het oog op een oorlog dringend vorderen.
Dit is zonder voorbehoud de uitge
sproken meening van den schrijver, die
door velen betwist, doch. na de lezing
van het op zaakkennis gegronde betoog,
ook door velen beaamd zal worden.
Te wenschen is het dat men Aldegonde's
(peseudoniem waaronder de brochure ge
schreven is) voorstel rijpelijk in overwe
ging neme.
Het verdient dit, en om het heldere
betoog, èn om de ruiterlijke verklaring
van een meening, die door velen, ook
door deskundigen in den lande, gedeeld
wordt. De prijs is 35 cent.
In de Maasbode geeft de eerw. heer
W. F. N. van Rootselaar de volgende
redenen aan, waarom de door den minis
ter Bergansius ingediende ontwerp-leger-
wet z. i. veroordeelenswaardig is.
I. Veroordeelenswaardig, omdat dit
ontwerp rechtstreeks in strijd is met den
krachtig uitgesproken wil van een zeer
groot gedeelte der natie. Het zijn niet
alleen de r.-katholieken, die den persoon
lijken dienstplicht verfoeien. Een groot
getal liberalen, en anti-revolutionairen
hebben even luid en duidelijk van hun
afkeer bewijs gegeven.
II. Veroordeelenswaardig, omdat door
dit ontwerp op de meest roekelooze wijze
het bestaan van dit ministerie uit de
rechterzijde op het spel wordt gezet,
't Is immers volstrekt niet zeker, dat deze
voordracht door de Tweede en de Eerste
Kamer wordt aangenomen.
III. Veroordeelenswaardig, omdat door
dit ontwerp het gevaar geboren wordt,
dat de vrucht van jarenlangen strijd, een
vrucht, die toch al niet groot is, dreigt
verloren te gaan.
IV. Veroordeelenswaardig, omdat het
ontwerp uitgaat van een ministerie, dat
zijn ontstaan en bestaan grootendeels
dankt aan de r.-katholieken. 't Is de daad
van den ontaarden zoon, die zijn moeder
in het aangezicht slaat.
V. Veroordeelenswaardig, omdat geheel
onnoodig aan de natie een zeer drukkende
last wordt opgelegd. Bloedwet wordt de
militiewet geheeten. Waarom de bloedwet
verscherpt en uitgebreid?
VI. Veroordeelenswaardig, omdat wij
geheel onnoodig ons laten medesleepen
door den bedorven, pantheïstische geest
van onzen eeuw. Die geest eischt, dat
iedere burger soldaat zij, dat wil zeggen
dat ieder, met hel geweer op den schou
der en de hand aan de sabel, in zijn on
derhoud zal voorzien. Op die wijze zijn
eenmaal de muren van Jeruzalem ge
bouwd. Dit is echter geschied in tijd van
nood. Het gevaar was dreigend. En het
feit zelf, dat de burgers gewapend de
muren der stad opbouwden, staat dan
ook als hoogst mei kwaardig, als een uit
zondering in de gewijde boeken opge-
teekend. Thans wil men de uitzondering
tot regel verhellen.
VII. Veroordeelenswaardig, omdat door
dit ontwerp, ook al wordt het ten uit
voer gebracht, de annexatie van ons land
of de schending onzer neutraliteit geen
seconde vertraagd zal worden.
VIII. Veroordeelenswaardig omdat dit
ontwerp geheel en al in strijd is met
ons volkskarakter, onze historie en ge
woonten.
IX. Veroordeelenswaardig, omdat door
dit ontwerp een twistappel geworpen
wordt te midden der natie. De gevolgen
der verdeeldheid, die daardoor ontstaan
zal, zijn niet te berekenen.
X. Veroordeelenswaardig, omdat die
wet nimmer uitgevoerd zal worden, zoo
als het behoort. De oppositie zal toene
men en sterker worden naar gelang de
hatelijke bepalingen meer in leven tre
den. Met een groot woord«de strijd
moet uit zijn," zooals in zake het onder
wijs gesproken is, maakt men aan het
verzet geen einde. Men spiegele zich aan
hetgeen toen geschied is.
XI. Veroordeelenswaardig, omdat door
het ontwerp het leger niet versterkt,
maar verzwakt wordt. Het getal doet
zeker iets af, maar waarheid is het ook,
dat één soldaat die soldaat is gelijk hij
behoord te zijn, meer waard is dan hon
derd mannen, die de uniform verfoeien
of ten minste met weerzin dragen. Hier
vooral geldt het woord: un homme en
vaut milLe. In geen ge~ kan de kracht
van het leger verhoogd worden, door toe
voeging van slechte bestanddeelen. Ver
geten wij niet, dat die miliciens tegen
hun zin en wil een krachtigen steun vin
den bij hun ouders en familie.
XII. Veroordeelenswaardig, omdat het
geheel ongepast is, dat de minister zijn
meening zoo geheel in strijd met de her
haaldelijk uitgesproken overtuiging van
de meest eminente personen, minstens
even bekwaam als hij, tot wet tracht
te verheffen.
XIII. Veroordeelenswaardig, omdat dit
ontwerp in strijd is met de stoffelijke
belangen van het minder gefortuneerd
gedeelte der natie. Daar worden er ge
vonden, die door het geld, dat zij als
plaatsvervangers verkregen en bespaard
hebben, erin geslaagd zijn, een fatsoen
lijk burgerlijk bestaan te verkrijgen.
XIV. Veroordeelenswaardig, omdat dit
ontwerp in strijd is met de Grondwet,
die voorschrijft dat het leger in de eerste
plaats bestaan zal uit vrijwilligers.
XV. Veroordeelenswaardig, omdat dit
ontwerp in strijd is met de belofte van
onzen eersten Koning.
XVI. Veroordeelenswaardig, omdat er
gevaar bestaat, dat door dit ontwerp een
groot nationaal belang: hervorming van
het leger, a door verbetering van het
kazerneleven, b ander remplacanten-stel-
sel c toezicht op het zedelijk gedrag van
den soldaat, zoowel van officieren als van
minderen, geheel en al op den achter
grond zal geraken.
Generaal P. Joubert, die in het be
gin dér vorige week van Londen over
Vlissingen naar 's Hage reisde, keerde
Vrijdagavond te Vlissingen terug, en ver
volgde zijne reis naar Londen met de
nachtboot Prinses Marie van de maat
schappij Zeeland. De generaal was ver
gezeld van zijnen secretaris en een paar
heeren.
Mr. Th. Heemskerk zal ambtshalve
als rechtsgeleerd raadsman aan Aafke
Kuijpers worden toegevoegd. 1Ibl.
Zaterdag jl. heeft te Utrecht van
gemeentewege de eerste afkondiging
plaats gehad van het verbod op het hou
den van huizen van ontucht.
Dit verbod zal van kracht zijn van af
1 November 1890.
Dr. H. van Vollenhoven deelt aan
Ilct Vaderland mede, dat de schrijver
van het betoog in Het Centrum, dat
zinkwit geen doodend vergift is, zich
grovelijk vergist heeft. Hij verwarde n.l.
het in de apotheek tehuis behoorende ge
neesmiddel oxydum zinci (flores zinci)
met het enkel als verfstof gebruikt wor
dende carbonas zinci of zinkwit. De be
trekkelijke onschadelijkheid van het eerste
behoefde, zegt de heer Van Vollenhoven,
nauwelijks met zooveel uitvoerigheid te
worden aangetoond, daar die wel alge
meen bekend zal zijn en er van het ge
bruik daarvan in de aanhangige rechts
zaak geen sprake is. Het carbonas zinci
of zinkwit, de zinkverbinding waarvan
daarbij sprake is en die uitsluitend als
verfstof, meestal ter vervanging van het
spoedig aanslaande loodwit, wordt sfan-
gewend, is waarschijnlijk minder on
schuldig. Of het in casu al of niet als
oorzaak van den dood kan of mag wor
den aangenomen, daaromtrent zal men
verstandig doen vooralsnog het oordeel
op le schorten."
De Raad van Zaandam heeft B. en
W. gemachtigd, in de bestekken voor
gemeentewerken aan de aannemers de
verplichting op te leggen om het bij die
werken in dienst zjjnd personeel te ver
zekeren tegen invaliditeit en ongelukken.
Uit Hoorn wordt geschreven:
>11 et volgende moge ten bewijze strek
ken van hoe verbazend groot belang de
ansjovisvangst, die nu geheel geëindigd
is, dit jaar is geweest. Uit een nauw
keurig onderzoek is gebleken, dat alleen
hier pl. m. 30,000 ankers zijn ingemaakt.
Een anker telt gemiddeld 3150 stuks,
zoodat men komt tot het niet onbedui
dend getal van 94 millioen en 500,000
vischjes. Alweder gemiddeld kan men
aannemen, dat er besomd is f3'/, per
1000 stuks. Men verkrijgt alzoo de be
langrijke som van f330,750. Zooals ge
zegd, geldt dit alleen voor Hoorn. Neemt
men nu in aanmerking, dat te Enkhui
zen, Medemblik, Volendam enz. niet min
der in eerstgenoemde plaats zelfs nog
meer is ingemaakt, dan behoeft het waar
lijk niemand te verwonderen, dat onze
visschers voor dit jaar zonder èénige zorg
den winter tegemoet gaan. En zoovele
anderen varen er wèl bij. De koppers
dat zijn de menschen, die de vischjes
één voor èén den kop aftrekken heb
ben ook een aardig sommetje kunnen
overleggen, als men nagaat, dat voor 1000
stuks 20 centen werd betaald. Men krijgt
dan voor de bovengenoemde 94,500,000
stuks 18,900 gulden."
De «Vereeniging tot Verbetering
van den Volkszang" wenscht haar werk
kring uit te breiden en ook op andere
wijze dan tot nu toe de verbetering van
het volksgezang te bevorderen.
Al meer en meer vertoont zich in ver
schillende plaatsen des lands het streven,
om den verjaardag van H. K. H. Prinses
Wilhelmina te maken tot een feestdag
voor oud en jong. Vooral voor kinder
feesten is deze dag in bijzondere mate
geschikt. En nu openbaart zich daarbij
de behoefte aan een lied, een Prinsesse-
lied, dat door kinderen en volwassenen
kan gezongen worden.
De «Vereeniging tot Verbetering van
den Volkszang" heeft getracht zulk een
lied te scheppen. Het mocht haar geluk
ken den heer F. J. Haverkamp en den
componist Rich. Hol voor haar plan te
winnen: het resultaat hunner samenwer
king hebben beide heeren bereidwillig
aan de Vereeniging afgestaan. De Ver-
eeniging acht zich gelukkig te kunnen
verklaren, ook op gezag van bevoegden,
dat de arbeid van componist en dichter
DOOR
Mr. William J. teil Boet.
Aan Wolfgang.
5) Biedt niet de natuur,in alles wat ons
omringt, al geheimzinnigs genoeg aan?
Moeten wij er kunstmatige eigen ge
maakte verborgenheden nog bij gaan ver
vaardigen, louter om er ons verstand mee
te plagen? Neen, waarachtig, mij be
keert gij nooit, en hier baron Aarberg
hoor ik, ook niet, in wien ik versterking
voor mijn wapenen meende te bespeuren.
Oda, dat's wat anders, ze is het wel met
me eens, dat weet ik, maar dat's nu
eenmaal zoo'n ongelukkig mensch dat
verzen maakt. Die lieden willen geen
gezond verstand en men moet ze in vrede
laten begaan. Oom scheert er den gek
mee en neef vraagt wat Oda zegt en dan
zegt hij 't ook gij ziet baron wat
verstooteling ik ben dat zal nu an
ders worden, hoop ik. Laat ik u eens op
de lioogte brengenEen jaar of drie ge
leden kwam hier een klein kereltje aan.
Nu ja oom, ik wil niemand te kort doen,
en er kan buitendien heel weinig van
hem gemist worden, maar mijnheer zal
hem wel zien. Dat manneke zei dat hij
Franken heette en hij was dokter in de
philozophie en een geboren Duitscheren een
Astronoom en een Mineraloog weet
ik het al, en hij was heelemaal verliefd
op deze landstreek, een erg bijzondere
smaak, als ge 't mij vraagt. Die dokter
nu of wat hij was, vertelde voorst dat
die oude burcht midden in een afschu
welijk moeras gelegen, apart gemaakt
was tot een recht prettig plekje voor
een philozoof, de ronde toren was net goed
voor sterrenkijkerij om 't niet te
lang te maken, hij verzocht ons dan of
hij in dat oude ratten- en muizennest de
wetenschap beoefenen rnocht «Mij wel
zei oom, het nest werd een beetje betim
merd en de spinwebben er uitgeraagd,
daar zat Franken erin. Die observeerde,
botanizeeade en mineralogizeerde met
engelengenot en geen schepsel zag wat
anders in hem dan een van die verdien
stelijke Germanen die met blikken trom
meltjes en mappen op den rug, hamer
tjes in de handen en groote brillen op
den neus de wereld doortrekken en geen
mensch kwaad doen Toen hier onze
geëerde vriend, kapitein in dienst des
Konings, Heer Hopman Johan Jacob van
Ankarstrom kwam, die rook het. Die
merkte dadelijk, dat achter dat peper en
zout heertje nog iets extra'seen verba
zingwekkend geheim zat. Hij vond hem
ervaren in alle wonderdingen die Swe-
denborg niet gedaan heeft, misschien
ook wel, geschreven en niet geschreven
heeften huldigt het welgezegde manneken
met een allervreeselijkste vereering. En
dat hij nu in alles wat dat heerschap
zegt of doet, een peilloos diepen zin
vindt, al zegt hij maar: Goejen mor
gen samen, dat vind ik best; maar,
om een profeet en een ziener en een
wonderdoener van hem te maken dat
ergert me. En nog liet ik 't gaan als die
Franken, in plaats van hem hardop uit
te lachen, hem niet in zijn gekke ver
beelding sterkte!"
«Dat kan rnen toch eigenlijk niet be
weren," sprak Oda bezadigder. «Nooit
pronkt Franken met verborgen wijsgeerte
of magnetische geheimen en valt het ge
sprek daarop, dan breekt hij 't veeleer
af."
»Ja en waarom ijverde Klara. «Om
iemand belust te maken, om te laten
raden, wat hij ronduit niet zeggen durft.
«Maar gij kunt het niet loochenen
freule!" beweerde Ankarstrom stroef be
leefd, «dat hij onbewimpeld en beslist
allerlei dingen voorspeld heeft, die zon
derling nauwkeurig uitkwamen om
zoo iets vooruit te zien, daartoe is slechts
een scherper geoefend geestesoog dan 't
onze in staat."
«Ja vergun me," zei Aarberg hoffe
lijk, «maar diende 't ergens toe? Kan
rnen iemand b. v. een ongeluk vooruit
zeggen, dan een van beidenhij ontloopt
het en de profeet heeft gelogenof, hij
slaat de waarschuwing in den wind en
laat zijn noodlot overkomen wat be
hoefde hij er dan voor den tijd al last
van te hebben? Ik vind het een wijze
voorzorg dat de Almacht den sluier zoo
dicht geweven heeft die ons van de sterk
geteekende grens der toekomst scheidt."
«En toch," sprak Ankarstrom met een
zucht die uit het diepst zijner ziel te
wellen scheen, «toch zijn er oogenblikken
waarin de mensch graag vragen richten
zou tot een wezen, dat hooger op de
trappenreeks der geesten staat dan hij"
«Aan een heks bij voorbeeldzei Klara
ondeugend.
Ankarstrom werd zichtbaar kwaad en
hield met moeite een zich gemakkelijk
voordoende scherpe repliek terug.
«Dat heeft de koning wel gedaan
zei jonker Frederik den neef, beleefd het
gesprek afleidend.
«Wat bedoelt u?" vroeg baron Aar
berg opmerkzaam.
s'tls algemeen bekend," nam de Vrij
heer met een tint van misnoegen nu 't
woord, «dat Zijne Majesteit Gustaaf de
III, die 't waardiger te vinden schijnt
om burgers voor te schrijven hoe ze zich
kleeden moeten, dan met zijn ouden
adel in buffelleder aan te zitten, die mu
zikant, God weet het danser in zijn
leegen tijd, i) het niet versmaad heeft
meer dan een bezoek te brengen aan
zekere juffer Aarwedsen, een kaartlegster,
te Stokholm." z)
«Uwe wellicht rechtmatige ontevreden
heid over den gang van 's lands zaken,
maakt u bitier, lieve vader," sprak Oda
vergoelijkend. Ze zag daarenboven in dat
de nieuwe gast. kennelijk met de regee
ring bevriend, moeilijk in dien toon van
't gesprek kon instemmen. «De Minister
van Justitie had Zjjn Majesteit het besluit
tot Aardwedsen's uitbannirfg voorgelegd,
Gustaaf III was een groot voorstander van
het tooneel, daarenboven zelf goed muzieklief
hebber. IIij heeft een opera gecomponeerd:
«Gustaaf Wasa" die met goed gevolg te Stok
holm werd opgevoerd en te vinden is in de
verzameling zijner werken, gedrukt te Parijs,
bij Scholl 1805.
2) In een oorspronkelijk Engelsch werk van
John Brown onder den titel«les cours du Nord"
vertaald door M. Cohen wordt van die bezoeken
gewaagd: III pg. 157 vlgg.