Gemengd Nieuws.
Officiëele Publicatiën.
Ingezonden
BUITENLAND.
Plaatselijke berichten.
Provinciale berichten.
een en twintig in ijsmassa's veranderd
en bezweken.
Het weekblad vDe Amsterdammer"
bevat onder den titel «Bij den Haard,"
de volgende geestige persil'flage op de
moderne poëzie:
De keuken schemerig. Zeven uur.
Gas neer. Vlamschemeringen van het
haardvuur.
Roode sleenen dommelig rood weg
gezonken.
koper helder ovorblonken.
Een witte poes en een poesje
en een spits grijs muizensnoetje
bij elkaar met hun drietjes,
poes ziet 'et.
Een pieppiep van het muisje
van de poesjes geen geluidje,
in de vuurgloed allebei roodwit.
Geen mensch in de keuken zit.
Die lekkere gloed van de kachel,
ik zit te wachten.
Lamplicht licht in de kamer
Kou door de ramen,
mijn koüe arm
mijn voeten lijken wel warm,
hoe stil is hel huis;
buiten snecuwgepluis.
Kraakvoetstappen komen aan
ik hoor de bel gaan
lekker warm in de kamer
wij zitten er samen.
Hel rapport over de wereldtentoonstel
ling te Chicago, door den President van
het Congres toegezonden, zegt o. a., dat
de tentoonstelling Mei 1893 zal werden
geopend, oiri 30 October te eindigen
Gedenkt den vogels! Zij hebben nu
niets.
RomantischVerleden jaar deed een
Berlijnsch koopman met zijn zoon, leer
ling van het gymnasium, eene reis naar
zijne familie in Zevenbergen, Oostenrijk.
Na veertien dagen keerde papa terug,
terwijl het zoontje nog eenige weken zou
genieten van de verrterkeride berglucht.
De jonge gymnasiast ondernam alleen
tochtjes in het gebergte en verdween ein
delijk plotseling. Men deed onderzoek,
doch alles te vergeefs: de student in den
dop was weg en bleef weg, en de ouders
schreiden diepbedroefde tranen over den
verloren zoon, die minstens door een of
twee beeren moest zijn opgegeten.
Gedurende het Kerstfeest, dat in Roe
menie twaalf dagen later wordt gevierd
dan bij ons, meldde zich by een bewo
ner van een Roemeensch dorp een hoog-
opgeschoten jongen aan, verstijfd van
koude en met louter lompen aan zijn
lichaam, die in gebroken Roemeensch
beweerde de zoon te zijn van den Ber-
lijnschen koopman M. Men had mede
lijden met den jongen, bracht hem in eene
warme kamer, doch waaischuwde tege
lijkertijd de politie te Bucharest, die dade
lijk den jongeling herkende.
Papa werd gew .arschuwd, kwam oogen-
blikkelijk over en herkende zijn zoontje.
Dit wederzien was echtei minder harte
lijk, grootendeels door de schuld der po
litie, die den ouden koopman verraste
met het bericht, dat zij reeds eenigen
tijd zoontjelief zocht, als verdacht de
medeplichtige te zijn van Leschinsky, een
bekend roover, dief, moordenaai enz. enz.
een Roemeensche Troppmann.
Met tranen in de oogen verhaalde de
jongeling, hoe htj nooit deelgenomen had
aan Leschinky's rooftochten, hoe hij alleen
diens hut had bewaakt en zoo nu en dan
met de boot op zijn baas had mogen
wachten, wanneer deze op expeditie uit
was.
Deze bekentenis maakte een zeergun-
stigen indruk op de politie, die eindelijk
na loven en bieden het zoontje teruggaf
aan papa.
Of thuis het gemeste kalf geslacht werd
over den terugkeer van dezen zoon, die
verloren was, doch terug is gevonden,
melden de bladen niet. Beweerd wordt,
dat papa hem niet meer op het gymna
sium beeft, doch een plaatsje voor hem
heeft gevonden op een effectenkantoor.
Zeker is dit laatste echter niet.
Uit Cettinje wordt geseind, dat in Mon
tenegro buitengewoon veel sneeuw is ge
vallen. Cettinje is geheel afgesloten van
de gemeenschap met het binnenland, en
als het zoo blijft voortduren vreest men
ernstige rampen, vooral door het verlies
van vee. Vele reizigers zijn in de stati
ons langs den postweg ingesneeuwd, en
de gevaren aan de reis verbonden wor
den nog verergerd door groote kudden
wolven," die door koude en honger gedre
ven uil hunne schuilplaatsen naar de be
woonde streken komen.
Men heeft al herhaaldelijk gezonnen
op een nieuwe manier van groeten in
plaats van het hoed-afnemen, dat bij
guur weder niet zonder gevaar is. In het
militaire Duitschland werd het «aanslaan"
op soldatenmanier voorgesteld en ook al
bier en daar toegepast. Franschen stelden
voor, bij het groeten van dames te bui
gen met de rechterhand op het hart enz.
Maar de Amerikanen hebben er wat an
ders op gevonden. Een fabrikant te New
York, zoo bericht men, maakt zelfwerken
de groethoeden. De drager daarvan heeft,
zoodra hij groeten wil, inaar even aan
een koordje te trekken en terstond ver
rijst er uit een klepje in den hoed een
heertje dat beleefd staat te groeten en
te buigen.
Chineesche zeeroovers. Het stoom
schip Namoa vertrok 10 December van
Honkong naar Swatow met vijf salon-
en 220 Chineesche dekpassagiers, de
laatste meerendeels koelies, die van de
«Straits" terugkwamen, met hun spaar
penningen bij zich Op de hoogte van
het eiland Pinghoi gekomen, kwam plot
seling uit de Chineesche dekpassagiers
een bende zeeroovers te voorschijn, tus-
schen de 40 en 50 mansteik. Zij waren
allen met revolvers en sabels gewapend
en naar een zooals later bleek zorgvuldig
overlegd plan, verdeelden zij zich in vier
afdeelingen. Een afdeeling begaf zich naar
de salon, waar de gezagvoerder zich met
de passagiers aan tafel bevond, een naar
de brug, een andere naar het verblijf
der stuurlieden en machinisten en de
vierde naar de machinekamer. Vooraf
hadden zij de scheepswagens en ammu
nitie weten te bemachtigen. Alle Euro
peanen werden opgesloten en bewaakt
door vier roovers, die nu en dan hun
revolvers en sabels door de houten jalou-
zieën van de deur staken. De roovers
plunderden nu op hun gemak hel stoom
schip. Van de Chineesche equipage en
passagiers hadden zij niet het minste ge
vaar te duchten, en voor zij zich van
boord begaven, wierpen zij een zak met
ongeveer 200 dollars in de machinekamer,
als een geschenk aan de Chineesche sto
kers. Zij namen ongeveer 20.000 dollars
aan waarde mede, na bijna 8 uren in
het bezit van het stoomschip te zijn ge
weest. Er waren 40 kisten opium aan
boord, waarvan niets werd gestolen. Na
dat de zeeroovers het stoomschip hadden
verloten, werd besloten naar Honkong
terug te keeren. Het dek lag bezaaid met
voorwei pen, welke de roovers eerst ge
stolen, maar later weder weggeworpen
hadden. Ook werd een der passagiers,
Pedersen genaamd, vermoord op het dek
gevonden. Btj aankomst werden de ge
wonden naar het hospitaal gezonden. Er
waren vele rijke Chineezen aan boord van
San Francisco en van de Straits, die via
Hongkong naar Swatow terugkeerden.
In de Vereenigde Staten van Noord-
Amerika zijn tegenwoordig 2959 schoenen
en laarzenfabrieken, die door stoom, en
59 die door electrische kracht gedreven
worden. In het geheel zijn in dezen tak
van industrie 311,152 personen werkzaam
mannen, vrouwen en kinderen. Aan loo
nei) wordt jaarlijks 83 rnillioen uitgekeerd
en de waarde van het jaarlijks vervaar
digde schoeisel bedraagt 266 millioen dol
lars.
Bij koD. besluit is bepaald, dat vrij
willigers voor alle corpsen der landmacht,
die zich voor de betrekking van schoen-
of laarzenmaker dan wel als kleermaker
aanbieden, bij vacaturen in die betrek
king, kunnen worden aangenomen met
eene minimum leogte van 1.55 M.
Naar aanleiding van de pogingen,
welke te Amsterdam zullen worden be
proefd, om door eigen krachten een nieuw
beursgebouw te verkrijgen, wat door het
gemeentebestuur sedert tal van jaren
wordt uitgesteld, is bij de kamer van
koophandel en fabrieken in de hoofdstad
een voorstel ingekomen van drie harer
leden, ten doel hebbende het benoemen
van een commissie, door de kamer, ten
einde in onderhandeling te treden met
het bestuur der vereeniging voor den ef
fectenhandel en de heeien Van Eeghen
Co., ten einde middelen te beramen
om een nieuw beursgebouw voor den Am-
sterdamschen handel te verkrijgen.
Door de krachtige en welwillende
tusschenkomst van het loodswezen wordt
met ijsjollen allerlei proviand van Ter
schelling naar Vlieland overgebracht. De
winkeliers leveren hunne waren, voor
zooverre zulks mogelijk is, zonder eenige
prijsverhooging, en enkele boeren blijven
bij de leveiantie vim rogge 25 cent he
mden de maikt, voor een bakker, die
aan de armen moet leveren.
Het gemeentebestuur van Nijmegen
neemt aan de Waalkade omvang) ijke
maatregelen tot beveiliging der beneden
stad tegen overstrooming bij het losgaan
der Waal en eventueele ysopschuiving.
Ook de bewoners der Betuwe zien bet
losgaan van den Rijn en de Waal, tus-
schen welke groote livieren zij ingeslo
ten zijn, met angst te gemoet. Velen
der Beluwbewoners hebben bereids boo
ten of schuiten op hunne erven in ge
reedheid liggen, voor hel geval eene door
braak van Rijn of Waal door ijsgang
hen overvallen mocht, om zich daarin
te redden.
Door de Belgische Regeering zijn twee
lichtingen der militie met spoed opgeroe
pen. De bij die lichtingen behoorende
miliciens moesten zich Zondagavond bij
hunne regimenten hebben vervoegd. Er
werden velerlei gissingen gemaakt over
dezen maatregel.
Men beweert dat de regeering door
hare geheime agenten onderricht zou zijn
van een gewelddadig plan door de socia
listen en radicalen beraamd om dit bij
de groote betooging die men heden
wenschte te houden ten uitvoer te leggen
Om tegen alle gebeuilijkheden voorbe
reid te zijn liet de regeering twee klas
sen der militie onder de wapens komen
en liet o. a. gisteren morgen 3000 gewe
ren, die in het oude paleis van justitie
geborgen waren, wegnemen.
Generaal Miles heeft aan den minister
van oorlog geseind dat het geheele India-
nenkamp, sterk vierduizend mannen, vrou
wen en kinderen, in het agentschap te
Pineridge gekomen is om zich te onder
werpen, en dat zij bezig zijn, overeen
komstig de gemaakte afspraak, hunne wa
pens af te geven. Kicking bear, de aan
voel der heeft het voorbeeld gegeven. De
generaal hield het er voor dat de andere
bevelhebbers dat voorbeeld zullen volgen,
en al mogen de jongere heethoofden zich
onttrekken, de ontwapening zal dan toch
in het algemeen tot stanu gebracht zijn.
Daarna is de rustberstelling nog slechts
eene vraag van tijd en beleid. De gene
raal houdt den oorlog voor geëindigd.
Opnieuw verzwakt, en vele schieden
nader tot zijne geheele uitroeiing, kornt
het Roodhuidenras uit den strijd.
Er is een onderzoek ingesteld naar
den afzender eener kist, die op Nieuw-
jaaisdag uit Maagdenburg aan het adres
«O, neen! Maar gij veroorzaakt hem
meer moeite, zoo hij aan den fcovendam
moet aanleggen, en zoo het getij slechts
weinige minuten veiloopt, kan hij eenige
uren aan den grond zitten."
«Nu, ik zal hooren hoe hij er zelf over
denkt. Mr. Aynard^" zeide Delancy, «ik
vrees dat ik u te veel moeite geef, als
ik mij door u aan den havendarn laat
afzetten. Ik wil gaarne op een anderen
tijd het genoegen hebber, van een water
tochtje met u te doen."
«Spring in de boot," antwoordde Hugh.
«Ik zal je niet laten verdrinken, man."
«Dat geloof ik, dat zou voor mij de
moeite niet eens waard zijn," zeide Ned,
terwijl hij in de boot stapte. «Goeden
nacht, Day."
«Goeden nacht."
Nog eenigen tijd vertoefde George Day
aan den kant, nadat de boot was afge
stoken; hij zatt hoe Ned Delancy voorin
had plaats genomen en Aynard zijne rie
men gemakkelijk hanteerde. Hij hoorde,
terwijl hij daar stond, dat Ned hem vroeg:
«Wil ik ook een riem nemen?"
«Neen, dank u, het gaat goed zoo. Zit
zoo stil mogelijk, want de boot is zeer
rank. Bonsoir, George," riep Aynard, en
Day beantwoordde den groet en bleef de
boot nazien, terwijl hij eens naar de ra
men van het hotel opzag om te zien of
van den Duitschen Keizer te Berlijn is ont
vangen entoen, wegens eene leemte in de
formaliteit van afzending,naar Mecklenburg
is teruggezonden. Daar te dier plaatse
de afzender niet bekend was en men hem
niet heeft kunnen opsporen, is de kist
op last van de politie geopend en bleek
zij gevuld te zijn met socialistische ge
schriften.
Als correspondent van 's lleerpn
Loo, gesticht tot opvoeding en verpleging
van Idioten en achterlijke kinderen is al
hier opgetreden de heer H. Moll.
335ste STAATSLOTERIJ.
Vijfde klasse. (Tweede week.)
Trekking van 20 Januari.
(950 loten.)
Ten kantore van den Collecteur te
Amersfoort zijn aan de navolgende num
mers te beurt gevallen
Prijs van f lO OOO
op No. 2150.
Prijzen van f70
21H4 2963 2970 2976 4126 13971
•18329 18347 19243 19253 en 19937
Te zamen 12 prijzen.
Zonder prijs zijn uitgetrokken:
2133 2964 2979 4116 4142 4185 4364
4376 4388 4393 18318 18325 18343
18354 19225 19227 19244 19280 19283
19949 19975 19976 en 19989.
Hoogland. De eerw. heer Th. A.
Smit, sedert 1889 kapelaan alhier, is door
Z. D. Hw. mgr. P. M. Snickers, aarts
bisschop van Utrecht als zoodanig benoemd
in de parochiekerk van Onze Lieve
Vrouwe-kerk te Utrecht, in de plaats van
den weleerw. heer J. H. Rolfes, die tot
pastoor te Dokkum is benoemd.
De Train éclair tusschen Parijs en Brus
sel, welke dien afstand in 4'/2 uur zal
moeten afleggen, wordt met 1 Mei a. s.
ingevoerd.
Zondagnacht is te Leeuwarden een sur-
veilleerend politiedienaar door twee half
beschonken fabrieksarbeiders, die hij tot
rust aanmaande,op ergerlijke wijze mishan
deld. Slechts door de hulp van een juist
voorbijkomend militair kon hij zich van
hen losmaken. De woestelingen werden
kort daarna door de politie-patrouille in
gerekend.
In Denemarken heeft het hooggerechts
hof beslist, dat lijkverbranding verboden
is. zoolang de wet op het begraven niet
veranderd is en daardoor het begraven
niet meer verplichtend zal zijn.
Uit vrees. Op de galei ijen van
't pas geopende parlementsgebouw in
Japan is op een bordje de waarschuwing
te lezen: «Toegang voor dames vei bo
den." Booze tongen beweren, dat dit is
geschied opdat geen parlementslid tegen
over zijn vrouw behoeft te kl»uien, wan
neer hij haar berispt over'1 vele onnutte
gebabbel op dames-kransjes.
Een stoombootje uit Rotterdam dat,
behalve stukgoederen en pen ter uitleve
ring bestemden Franschtnan, zeven en
twintig prachtige koeien voor Duinkerken
aan boord had, had zooveel van de ijs
koude stortzeeën te lijden, dat slechts
drie koeien te Vlissingen aankwamen.
Drie waren er over boord geslagen en
zijne zuster op het balcon stond doch
hij bemerkte er niet de minste beweging.
«Ik geloof dat alles goed gaat," dacht
hij, alsof hij zich wilde geiust stellen,
«maar ik wenschte dat Ned Delancy naar
Prospect Terrace gewandeld was," zeide
hij, terwijl hij naar het hotel terugkeerde.
TIENDE HOOFDSTUK.
De verzoeking.
Aan de twee mannen, die over hel
het Backwater vertrokken waren, dacht
George Day reeds niet meer, toen hij de
zijkamer binnentrad en zijne zuster be
merkte. Hij vond haar, die toen hij de
kamer verliet zich zelve zoo geheel scheen
te beheerschen, in een half zittende, half
hurkende houding op den giond, met hare
armen op de sofa uitgestrekt en het ge
laat in hare handen verborgen. Hij had
hare snikken gehoord toen hij naar bo
ven kwam, en haastte zich de deur te
sluiten om met zijne zuster alleen te
zijn, ten einde den bediende geen aan
leiding te geven, om over hem of haar
te praten.
Hij naderde haar ijlings.
«Lieve Clara," zeide hij, terwijl hij
over haar heen bukte en haar zachtkens
wilde opbeuren, «is dat nu niet kinder
achtig en dwaas? Wat moet dat bedui
den?"
«Niets," fluisterde zij. «Laat mij slechts
een oogenblik met rust, het zal spoedig
beter zijn."
En zij begon op nieuw te 6nikken, ter
wijl George Day met hare hand in de
zijne zat en zijn gelaat peinzend en treu
rig naar zijne zuster gewend was. Meer
dan eens begon hij haar toe te spreken,
maar telkens vernam hij dezelfde smee-
kende woorden met de belofte
«Laat mij slechts een oogenblik met
rust, het zal spoedig beter zijn, George."
Eindelijk waagde hij het niet meer haar
met zijn troost lastig te vallen, maar
wachtte en wachtte als een vader wachten
zou tot de eerste hartstochtelijke losbar
sting van zijn kind voorbij is; en weldra
hielden de snikken op, en zij hief haar
hoofd omhoog en zag hem aan, meteen
gelaat zoo droevig en zoo treurig.
«Waarom hebt gij hem ook hier ge
bracht? Waartoe anders moesten wij el
kander, na eene scheiding van vier jaar,
weder zien, dan om beiden vreeselijk te
lijden?"
«En waarom zoudt gij vreezen hem te
ontmoeten?"
«Ik wilde mijn woord houden en ik heb
het gehouden, het kostte wat het wilde.
Nu beoordeelt hij my beter, George. Ik
hoop het ten minste ja, ik ben er ze
ker van
«Zulk eene opheldering na zoo langen
tijd diende nergens toe," zeide Day, «en
ik heb u getoond dat ik in u en hem
vertrouwen stelde, door u toe te staan
hem opheldering te geven. Maar Clara,
ik wil weder goed maken wat ik vroeger,
door hetgeen gij wereldsgezindheid noemt,
bedorven heb en laat u geheel vrij in
uwe keuze tusschen Aynard en hem.
En toch weet gij dat zoowel uw onder
gang als de mijne het gevolg zijn moet,
als gij Aynard aan Edmund opoffert."
«George, ik heb u vergelen - en dacht
alleen aan mij zelve. Bijna had ik hem
in mijne vernedering gevraagd mij te hu
wen, en hij was trotsch en hard tegen
mij. Geen enkel vonkje der oude liefde
is in zijn hart overgebleven."
«Hij was niets meer dan een knaap,
toen hij u het eerst beminde. Hij was
eerst een en twintig, toen gij van elkan
der scheiddet."
«Toen gij ons scheiddet," wilt gij zeg
gen.
«Ja, nadat ik eerst met u gesproken
had, toen hij u geschreven had van hem
af te zien, iets dat rond en eerlijk van
hem was."
«Doch nimmer hebt gij mij dien brief
doen zien, dan toen ik te ziek was om
In weerwil van het in vele gezinnen
nijpend gebrek is te Luinjeberd (gemeente
Aengwirden) toch nog eene werkstaking,
zij hel ook op kleine schaal, uitgebroken.
Daar de gewone wijze van vervoer van
turf onmogelyk is en de vraag naar deze
brandstof zeer groot, liet de vervener W.
aldaai zijne turf met sleden naar het sta
tion brengen. Hiermede maakten de ar
beiders eene daghuur van 75 c. Zij eisch-
ten 90 c., en toen die eisch werd afgewe
zen, volgde er onmiddelijk staking van
den arbeid. Thans heeft het vervoer met
paard en wagen plaats.
In de provincie Grenada blijft de sneeuw
overvloedig vallen. Alle wegen zijn met
sneeuw bedekt. De veldarbeid is gestaakt.
Een zwaie koude heerscht te Montril:
men vreest dat het suikerriet zal bevrie
zen.
De exprestrein van Madrid naar San
Sebastian heeft een oponthoud ondergaan
door de groote hoeveelheid sneeuw op
het plateau van Castilie en in de Pyre
neeën.
De BURGEMEESTER van AMERS
FOORT
Gezien art. 21 der wet van den 4. De
cember 1872 (Staatsblad No 134);
Brengt ter kennis van de ingezetenen
dat in de afgeloopen week vier sterfge-
vtllen aan MAZELEN in deze gemeen
te zijn voorgekomen.
Amersfoort, den 19. Januari 1891.
Dc Burgemeester voornoemd,
T. A. J. VAN ASCH VAN WIJCK.
De BURGEMEESTER en WETHOU
DERS van AMERSFOORT,
Gezien art. 8 der wet van den 2. Juni
1875 (Staatsblad No. 95),
Brengen ter kennis van het publiek,
dat bij koninklijk besluit van den 6. Jan.
1891, No. 12, aan de Hollandsche IJzeren
Spoorwegmaatschappij en hare rechtver
krijgenden vergunning is verleend om een
stoomketel te plaatsen in een gedeelte
der locomotiefiemise te Amersfoort (Staat)
kadastraal bekend onder sectie C, no. 647.
Amersfoort, den 20. Januari 1891.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
T. A. J. VAN ASCH VAN WIJCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
De Commissie tot het verleenen van
ondersteuning aan hen die in gewone
omstandigheden zonder hulp in het on
derhoud van hun gezin kunnen voorzien,
doch in dezen langdurigen stjengen win
ter daartoe niet in staat zyn, bericht dat
het aantal gezinnen die in de termen
van ondersteuning vallen, veel grooter is
dan aanvankelijk werd vermoed, maar
dat gelukkig ook de gelden ruimer zijn
toegestroomd dan kon verwacht worden.
Bij den aanvang, 2 Jan., rekende de
Commissie dat ongeveer 100 gezinnen
zouden moeten gesteund wordende
stad werd in vier deelen gesplitst, en den
volgender. dag reeds ving het onderzoek
aan, Watenaan de verschillende subcom-
missiën respectievelijk credieten verleend
van f 100, f 100, f125 en f125, deze
morsten na de eerste week gebracht
worden op f200, f100, f200 en f200,
zoodat in plaats van f450 wekelyks f700
noodig was, welk bedrag heden op f775
moest gesteld worden, en toch werd
slecht zeer zelden de maximum-toelage
van f4 p. w. toegekend. De toelagen wis
selen af tusschen fl eu f4 p. w. 311
gezinnen worden gesteund, welk getal
voor de volgende week waarschijnlijk
336 zal bedragen. Werd een bedrag van
f2500 a f3000 noodig gerekend om ge-
hem te lezen en mijne trotschheid alleen
er eene verkeerde uitlegging aan gaf."
«Hebben wij elkander het verledene
niet geheel vergeven'' zeide hij met een
somber gelaat. «Waartoe dan mij nu
weder zulks verweten? Ik heb alleen uw
welzijn op bet oog gehad, zoo als altijd.
Hoe jong hij ook ware, hij was altijd mijn
beste vriend. Nimmer heb ik voor een
ander gevoeld, wat ik voor hem gevoelde.
Ik gevoel dat betere gevoel van voor vier
jaar weder in mij opkomen, wanneer ik
hem zie en wenschte zoo gaarne een
einde te maken aan al die listen en kui
perijen, waarin de noodzakelijkheid mij
geketend houdt en waarvan ik mij niet
meer kan losmaken."
«O, gij weet het niet hoe innig ik hem
heb liefgehad. Hij was altyd zoo trouw
en oprecht en braaf, zoo geheel anders
als andere jongelieden, en ik heb zijn le
ven verbitterd."
«Dat kan ik niet inzien."
«Hij is geheel veranderd zijne denk
beelden zijn gestreng en hard."
«Gij bedriegt u, Clara. Doch laat ons
dit punt niet weer aanroeren en over
wegen, wat ons nu te doen staat."
(Wordt vervolgd).
