NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT en GELDERLAND
Officieele Publicatie.
ONDER 'T OORDEEL.
IVo. 23.
Woensdag 22 Maart 1893.
Twee-en-twintigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
VLINDERS.
BINNENLAND.
Feuilleton.
VOOR
abonnementsprijs:
Per "3 ii,/iaiidcn 1Franco per post door het geheele Eijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
advertentie ni
Van 16 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden 9lechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
ZESoolren..
In een gemakkelijke stoel, voor het
raam geschoven, lig ik in dolce far-
niente een heerlijke sigaar terooken.
De blauwe rookwolkjes krullen kron
kelend omhoog, vormen een wolk-
laag boven mijn hoofd en hullen mij
in een dichten geurigen nevel, prik
kelend en opwekkend. Zoo verbeid
ik de nieuwe gezichtspunten en de
nog dralende ideeën, die als vlinders
moeten uitvliegen; want aan die
vlinders word ik juist herinnerd dooi
de ronddwarrelende Maartsche sneeuw
vlokjes, die aldus mijn zalige rust
komen verstoren. Kom, de vlinders
willen met dat weêr maar niet uit
vliegen. Anders geelt mijn sigaar wel
eens nieuwe gedachten, maar nu
tukt hei niet; ik zal eens een fijner
merk moeten probeeren. Wacht, daar
zie ik in het Zondagsblad van het
N. v. d. D. een advertentie van een
Amerikaanschetabaksverkoopersfirina
voor fijne sigaren. »De tabak, waar
van onze sigaren gemaakt worden,
groeit geheel in broeikassen, en de
sigaren worden bewerkt op mahonie
houten en marmeren tafels, door
welopgevoede Cubaneezen, in zwarte
rokken en met witte dassen en hand
schoenen aan. Als iemand deze sigaren
rookt, loopt hij op lucht en droomt
dat hij een vier karaats diamanten
doekspeld en een pak van 65 dollars
draagt en pas een rijk huwelijk ge
daan heeft. Zij maken de tanden
geurig en de adem wit en doen op
de gladste lip binnen korten tijd een
knevel groeien, zij verfraaien de ge
laatskleur en nemen taankleurigheid,
sproeten, puisten, alsook alle uitslag
op kale hoofden weg. Zij parfumeeren
het huis, de venstergordijnen en de
kleeren met den heerlijken geur van
heliotropen, versch hooi en Jockey
club. Geen welingericht gezin kan
huishouden zonder een kistje van die
sigaren, want de man, die ze rookt,
zal nooit vloeken, als hij kachelpijpen,
die gezakt zijn, moet opschuiven, of
na het avondeten naar »de post" gaan
en knorrig terugkomen of laat in de
club blijven, of altijd zijn zin willen
hebben. En als zij verbrand zijn, is
de asch van deze sigaren de beste
«geconcentreerde tandpoeder," die
ooit is uitgevonden."
Kijk, zoo'n merk zou mij passen
een panacee voor alle kwalen op den
koop toe, en een goedkoop middel
om, althans in verbeelding, gelukkig
te zijn. Het is een aardig staaltje van
Amerikaansche Humbug, maar voor
den echten l ooker wel voor een heel
klein gedeelte waarheid, voor hem
wien het rooken bijna een levens
behoefte geworden is, en een der heer
lijkste genietingen blijft. Het rooken is
vooral in ons land zeer algemeen. Het
is al een der eerste vragen, als ons
iemand bezoekt, »wil u rooken?" en
kleine diensten betalen wij met een
sigaar. Dit gebruik is niet overal zoo
algemeen en is ook niet altijd zoo
algemeen geweest. Ook de tabak heeft
zijne vijanden gehad. Er is een tijd
geweest, dat in Rusland het gebruik
van tabak met den dood gestralt en
in Italië met een banvonnis bedreigd
werd. Onder koningin Elizabeth kwam
het tabaksrooken meer en meer in
gebruik, ook bij de dames, maar Ja
kobus I ging het tegen en schreef
zelf een verhandeling tegen het ta-
bakrooken (A counterblaste to To
bacco). Daarin zegt hij»Wat de
ijdelheden betreft, waartoe deze mor
sige gewoonte aanleiding geeft, is het
niet een groote ijdelheid en zeer on
nut, dat aan tafel, waar eerbiedig
heid, zindelijkheid en zedigheid dien
den te heerschen, de menschen zich
niet schamen tabakspijpen te hand-
teeren en elkander den rook in het
gezicht te blazen, zoodat de leelijke
damp en stank zich over de schotels
verspreiden en de lucht verpesten
Om zijne verachting en afkeer van
het rooken uit te drukken, zeide hij
»Als ik den duivel te gast had, zou
ik hem deze drie gerechten voorzet
ten: een gebraden speen vu. kon, stok-
visch met mosterd, en een pijp ta
bak voor de spijsvertering." Een ge
nootschap van geneeskunde te Parijs
waarschuwde voor de kwade uitwerk
selen der tabak. In 1631 noemde een
schrijver de tabak »een stinkend, tot
Gods oneer misbruikt, kruid." Vele
vorsten verboden het gebruik ervan
op zware straften. De Turk, die op
rooken betrapt was, werd met een
door den neus gestoken pijp door den
straten, gevoerd. De Engelsche reizi
ger Sandijs was in 1610 te Konstan-
tinopel van /oo'n schouwspel getuige.
Een politie-verordeniug van Bern
van 1661 bevat een verbod tegen
het rooken. Een bijzondere rechtbank,
een Chambre du Tabac, moest dit
verbod handhaven. Maar spoedig
werd liet tabaksrooken f'gemeen, tot
zelfs in schouwburgen en keiken,
zoodat een paus een bul moest uit
vaardigen, waarbij zij, die tabak in
heilige plaatsen gebruiken, in den
ban werden gedaan. Bij ons werd
in de vorige eeuw nog gepreekt tegen
het rooken, als zijnde onzedelijk en
roet in de hersenen verwekkend.
Het is merkwaardig, dat nu juist de
geestelijken de sterkste rookerszijn;
gij zult hen thuis steeds vinden met
den onafscheidelijken gouwenaar en
verdere rookapparaten. De inboor
lingen in Amerika, waar de tabak
het eerst gevonden werd, schreven
aan de tabak geneeskrachtige eigen
schappen toe en wendden het tabaks
sap als geneesmiddel aan voor vele
ziekten. Nu zal een geneesheer dat
middel wel niet meer voorschrijven,
maar wel wordt het rooken als ont
smettingsmiddel aanbevolen en het
schijnt ook, dat tabaksrook de dood
is voor vele ziektekiemen, die als
baccillen en bacteriën, de at.mospheer
besmetten. Tijdens het heerschen der
influenza werd daarom ook liet rooken
aangeraden. Iedereen rookt wel, rijk
en arm, en het niet-rooken staat
onmannelijk. Van de vrouwen wil
men het niet zienbij ons zal men
een beschaafde, fatsoenlijke vrouw
niet zien rooken. In Indië en China
echter rooken ook de vrouwen, en
ook bij andere volken, waar bij het
rooken nog verschillende en soms
vreemdsoortige gebruiken worden in
acht genomen. Door Columbus kwa
men in Europa de eerste berichten
omtrent de tabak. Hij zag, dat de
inboorlingen tabaksbladeren in een
ma'isblad rolden en daarna rookten.
In 1511 werd zij naar Europa over
gebracht; in 1626 werd zij voor het
eerst in Europa, in Nederland ver
bouwd, waar vooral de Amersfoort-
sche tabak bekend werd, en in den
Franschen tijd bij gebrek aan beter
veel aftrek vond. In Frankrijk, Oos
tenrijk, Italië, Spanje en Portugal
bestaat een tabaksmonopolie, dat
groote voord Hen afwerpt voor dc
schatkist. Bij ons zijn tabak en si
garen, otsohoon het weelde-ai'tikelen
zijn, geheel onbelast. Bij ons is dan
ook liet verbruik van tabak naar
verhouding het grootst, en bedraagt
per hoofd (in Kilogrammen) 2,8 tegen
0,5 in Frankrijk en Engeland, 1,5 in
Duitschland en N.-Amerika, 2,4 in
België, 0,5 in Rusland en 0,75 in
Italië.
De onbereide tabaksbladeren bevat
ten een groot nicotinegehalte, waar
van een groote hoeveelheid den dood
veroorzaakt. In de bereide tabak is
liet gehalte nicotine zeer veel ver
minderd en bij het rooken nagenoeg
van geen invloed. Alleen bij de eer
ste pogingen om tabak te rooken on
dervindt men nog de werking van
het nicotine-gif. Ieder herinnekt zich
nog wel zijn eerste sigaar, in stilte
ergens in een hoekje opgerookt. Wat
gaf dat eon naar en beklemd gevoel,
zoo draaierig en unheimisch, en even
als bij een vuurspuwende berg, eerst
kwam de rook en toen de lava. Wij
hebben door een zuren appel moeten
heen bijten eer wij in het gilde der
rookers konden opgenomen worden,
maar nu ook niets heerlijker dan een
lekkere sigaar. Nu ondervinden wij
bij het rooken een streelende ge
waar wording, een aangename op
wekking. Zeer zeker is een aanhou
dend sterk rooken nadeelig, want dan
belemmert het de spijsvertering,
neemt het de eetlust weg, en het
ontsteekt het slijmvlies van keel en
strottenhoofdook is het gebruik
van tabak voor onvolwassenen sterk
af te raden en vooral het bekende
pruimen, wat zeer slecht is voor de
spijsvertering, om nog van het on
zindelijke snuiven niet te spreken.
Een matig gebruik echter van het
rooken schijnt geen nadeeligen in
vloed te hebben. De gevolgtrekking,
«rooken veroorzaakt dorst, dorst maakt
dronkaards en zoo leidt het rooken
verder tot allerlei misdaad," is te zot
om van te spreken. Ook bewijzen de
voorbeelden niets die men aanhaalt
van niet-rookers, die een boogen leef
tijd bereiken, want er staan evenveel
andere voorbeelden tegenover. Het
is als met de koffie, waarvan Vol
taire zeide: liet is een langzaam
vergif, maar men kan er oud bij
worden.
De BURGEMEESTER van AMERS
FOORT,
Gezien artikel 41 der gemeentewet,
Brengt ter kennis van de ingezetenen,
dat de Raad dezer gemeente zal verga
deren op Donderdag, den 23. Maart aan
staande, des namiddags te één ure.
Amersfoort, den 20. Maart 1893.
De Burgemeester voornoemd,
F. SCHIMMELPENNINCK.
De Japanees gebruikt buitengewoon
warme ba«ien; ongeveer 110 graden
Fahrenheit, waaruit hij zoo rood als een
kreeft te voorschijn komt; doch hij schijnt
geen vrees behoeven te hebben om koude
te vatten. Elk huis, dat niet bepaald
dooi.
MEVR. KAUTZMANN-VAN OOSTERZEE.
55) De baronnes was vol verbazing op
gestaan om den bezoeker te begroeten
belangstellend sloeg zij het oog op des
dokters vrouw, en maakte een hoog
aristocratische buiging voor den jongen
van Burgstede. De derde persoon zag zij
aanze kende hem doch wist zich niet
onmiddelijk zijn naam te herinneren,
doch haar echtgenoot hielp haar uit den
droom. Dominé Hester meent, mevrouw,
dat uw bijzijn in deze oogenblikken ge-
wenscht is wat Zijn Eerwaarde ons
te zeggen zal hebben, weet ik niet."
«En echter, heer baron, hadt gij kun
nen weten, dat dit uur mogelijk komen
zouhet is waar gij hebt mij als het
ware omgekocht om het geheim te be
waren, en
«A propos" viel de baron den spreker
in de rede, «wringt daar de schoen is
het geld op? Ik hoorde zoo van ter zijde,
dat ge uw emeritaat genomen hebt, een
domme streek tusschen twee haakjes;
maar nu begrijp ik wel dat er geld uoo-
dig is. Komaan zeg op maar, hoeveel
moet er wezen I
«Heb ik dan om geld gevraagd," vroeg
de predikant ernstig, «Neen, alleen om
goed te maken wat misdreven werd, om
te herstellen wat nog hersteld kan wor
den ben ik hier. Gij mijn jonge vriend
moet het weten wie hier recht heeft
over Elizabeth's hand te beschikken. Niet
de baron, hier tegenwoordig, noch de
baronnes, die de freule als hunne doch
ter opvoedden, en aldus in de rechten
harer ouders traden en het kapitaal als
machthebbenden bestierden, maar de
graaf van Asperen, haar vader."
«Ellendige huichelaar," riep de baron,
«wie geeft u recht ons aldus te laste
ren? De baronnes viel half bezwijmend
in de kussens terug, en strekte de hand
uit naar de zilveren tafelschel: «laat hem
door Jean de deur uitzetten," fluisterde
ze, en sloot de oogen.
De predikant stond stokstijf voor den
baron-, «indien ik u raad mocht geven,"
zeide hij bedaard, «het zou deze zijn van
in minnelijke schikking te treden."
«Waar bevindt zich de graaf," vroeg
des dokters vrouw.
«Op dit oogenbhk in een klooster te
Aken. De graaf, vereenigd met eene
protestantsche vrouw, werd letterlijk ge
broken bij haar dood. Vreemd gevoelde
hij zich tegenover het kind welks leven
haar sterven vooraf' ging. Hij had haar
zeer lief gehad, maar helaas de kerk
of liever haar dienaren wisten hem aan
het verstand te brengen, dat zij nu voor
eeuwig gescheiden waren, want niet de
alleenzaligmakende kerk had haar opge
nomen, noch het heilig sacrament der
stervenden was haar toebediend. Dit,
meer nog dan haar verlies bracht hem
schier tot wanhoop. Hij verliet zijn land
en familie, verzocht zijn broeder tijdens
zijn afzijn goed, fortuin en kind te be
hartigen, en doorreisde het land en het
buitenland overal hooggeplaatste leeraren
aansprekend om van hen eenig bewijs te
hooren voor de zaligheid zijner vrouw.
Helaas hij hoorde het niet.
Toen keerde hij tprug en zag zijn doch
tertje, het kind was hem vreemd ge
worden en beminde hem niet. De plaats,
die zoo oneindig veel smartelijke herin
neringen in hem opwekte, verschrikte
hem, ik ontmoette hem toen hij die plaats
ontvlood. Hij herkende mij, daar zijne
vrouw aan mijne moeder verwant was
en ik haar nu en dan had bezocht. Niet
waar, heer baron, tot hiertoe is mijn
verhaal niets dan zuivere waarheid
De baron antwoordde niet; zijn gelaat
was doodsbleek, zijn tanden vast opeen
geklemd.
Op dit oogenblik ging de deur open
en Elizabeth trad op den drempel. Met
een enkelen blik overzag ze de aanwe
zigenhier werd, dit zeide baar een
inwendige stem, haar lot beslist.
«Ga voort," sprak Van Burgstede, en
hij ieikte Elizabeth de hand en trok
haar naast zich als om haar in bescher
ming te nemen.
«Van toen af dagteekent een leven van
schuld de graaf droeg rne op hem een
maal jaarlijks tijding van zijne dochter
te zenden, en tiij betaalde mij voor dezen
dienst, de baron daarentegen stelde me
voor, dat het geheel in Elizabeth's belang
was, indien ieder haar als zijne dochter
beschouwde en hij betaalde mij ruim
indien ik tegenover de gansche wereld
dit geheim bewaarde. Welnu het is be
waard; ik giste niet dat de katholieke
partij aasde op het groot vermogen van
de freule Van Asperen, dat, indien ze
kinderloos blijlt of zich in een klooster
terug mocht trekken, aan de kerk komen
moet. Ik weet dit echter thans, en beter
is het, en Goddank, de graaf is tot deze
erkenning gekomen, dat twee jonge be
minnende harten gelukkig gemaakt wor
den, dan dat alleen ter wille eener for
tuin, en rouw het deel worden der
ongélukkige dochter, die het beeld der
te vroeg gestorven moeder maar al te
duidelijk weergeeft. Gij, baron, zoudt het
wel nimmer aan de freule opgebiecht
hebben, dat gij haar vader niet zijt
«Gij mijn vader niet," riep het jonge
meisje, en kiainpachtii: klemde ze zich
aan Adelheid vast als moest die haar
beschermen, «maar mijne moeder dan,"
en vragend zag ze op de barones.
Deze haalde de schouders op en Hester
ging voort: «uwe moeder, lieve freule,
stierf bij uwe geboorte."
Elizabeth stond getroffen stil, een
matte bleekheid ging over tiaar gelaat,
dat ze plotseling met de hand bedekte.
Het was als viel daar eensklaps de gor
dijn af van hare ziel, en als zag ze in
een helderen spiegel de beelden harer
kindsheid teruggekaatst, die herinnering
haar voor de aandacht looverde. Nu wist
ze waarom hare gewaande ouders haar
niet zulk een liefde hadden toegedragen
als waarom zij had kuimen bedelen, nu
wist ze waarom koude trots somtijds
in plaats trad van vertrouwelijke gene
genheid, naar nu ook maakte ze zich
niet langer schuldig aan ongehooi zaarn-
heid wanneer ze de inspraak haars har
ten volgde. Een oogenblik verrneidde ze
zich in deze gedachte, toen vroeg ze
zacht: «mijn vader leeft, niet waai?"
«Ja, freuleuw vader leeft. Langen