Plaatselijke berichten. Statistik" tracht men dit op de volgende wijze te verklaren. Terwijl eenerzijds werkgever en werk nemer meer dan vroeger geneigd zijn zich voor het minst beteekenend onge val aan te melden, maakt anderzijds het bewustzijn, bij een ongeval op eene toe reikende ondersteuning te kunnen reke nen, den arbeider lichtvaardiger of min der zorgzaam. Valscli zilvergeld. Dezer dagen werd door Het N. v. d D. melding gemaakt van een uit Indië ont vangen hoeveelheid zilvergeld, waarbij een gedeelte van meer dan duizend gul den valsch bleek te zijn. Dit valsche geld is ter onderzoek opge zonden naar het munlcollege te Utrecht. Inmiddels \?erd mede dezer dagen aan het accijnzen-kantoor in het Oostindische Huis een rijksdaalder ontvangen, dien men na een nauwkeurig onderzoek ook valsch achtte. Ook dit muntstuk werd naar Utrecht opgezonden en daaromtrent is gisteren de mededeeling ontvangen, dat de samen stelling is ais volgt: eene geelkoperen schrijf met ingeklopt randschrift, waarop ter weerszijden door tinsoldeersel beves tigd waren twee roodkoperen plaatjes, zijnde galvanoplastische kopieën van den beeldenaar van een echten rijksdaalder, het geheel verzilverd het stuk heeft mits dien het uiterlijk voorkomen van eene echte rijksmuntspecie, maar dat in samen stelling daarmede niet overeenkomt. Dit stuk, naar het gewicht onderzocht, gaf een gewicht van 22,234 gram, zynde beneden het wettige gewicht der rijks daalders. De geheele wijze van uitvoering herin nert aan de groote vervaardigheid in bewerking van koper, waarin de Cl.inee- zen uitmuntten. Het drama te Harlingeu. Uit Harlingen schrijft men aan het N. v. d, D.: •Eindelijk komen de gemoederen een weinig tol kalmte, nadat het bekende vreeselijk voorval d« bevolking de vorige week in spanning en opwinding had gehouden an voor en na komen nu som mige bijzonderheden aan het licht, waarop eerst niet was gelet of die nog niet be kend waren. Bleek reeds dadelijk, dat men met een overlegd plan had te doen, in het verhoor gaf ds. Barger te kennen: »Ik weet zeer goed wat ik deed, ik ben vol komen normaal," en daarna: »Gij be hoeft mij niet uit te hooren, ik zal u alles tot in de bijzonderheden mede- deelen. Op den avond van 4 Maart, toen ds. B. de godsdienstoefening in de gioote kerk leidde, sprak hij zeer opgewekt en treffend naar aanleiding van Lucas 23 28 (Weent niet over mij, maar over uzel- ven en uwe kinderen), en toen moet hij het voornemen hebben gehad om een tragisch einde aan zijn leven te maken, door zich te doorsteken want hjj had zich ook een dolk aangeschaft. Doch het meisje in de kerk ziende, waarop hjj zjjn hart had gezet, kwam hij tot andere gedachten, daar hij in die omstandigheid een voor zijn wenschen gunstig teeken zag. Zijne vrouw was geheel als door hem gebiologeerd, zoodat zij op zijn last herhaaldelijk moeite deed om het meisje in huis te lokken. Men vond bij het lijk negen briefjes van mevr. B., alle ten doel hebbende om de arme meid in huis te krijgen, zoo zjj (mevr. B.) meende, om een laatste ontmoeting tot afscheid te doen plaats hebben; •want", zoo was haar beloofd, >dan kan hel tusschen ons ook vrede zijn." Vermogensbelasting. Dat minister Pierson alles in het werk zou stellen om de zoozeer tegengevallen opbrergst der vermogensbelasting, grooter te doen worden, lag voor de hand. De ontvangers der registratie hebben dan ook circulaires ontvangen, inhoudende aanvang maken." Schouderophalend ging Gualbus naar de hem aangewezen plaats. Berthold en Adgil plaatsten zich tegen den steen en spanden hunne krachten; slechts even werd het gevaarte bewogen. •Ontzettend!" riep Berthold. Verdubbel uwe krachten, Berthold het moet." En nogmaals stelden zij zich tegen den steen; hunne voeten drongen in den grond en hunne gordels sprongen door de uitzetting hunner spieren. Houd vol, Adgil, het moet, nog een weinig, zie zoo." En Berthold zette zijn reuzenschoude- ren onder den steen en met de vuisten op zijne knieën steunende, schraagde hij het gevaarte. Toen de maan een oogenblik van wol ken bevrijd was, sloeg Gualbus van be wondering de handen ineen. Kunt gij het houden, Berthold?" vraagde Adgil. •Graaf geiust, het bewustzijn dat het moet, verdubbelt rojjne krachten." En Adgil haalde van onder zijn kleed eene spade te voorschijn en ging met ijver aan den arbeid. verschillende voorschriften om tot eene betere controle op de aangiften te gera ken. Zoo is o. a. nu bepaald, dal de ontvangers in het vervolg van alle ver krijgingen bij erfenis of scheiding door personen onder andere kantoren wonende, aan hunne ambtgenooten renvooi zullen moeten doen, ook zelfs al bediaagt die verkrijging f50 of f 100, (lol dusverre behoefden sommen beneden de f2000 niet gerenvoyeerd te worden). Eveneens zullen de ontvangers aan- teekening moeten houden, wanneei bij verkoop van onroerende goederen, de opbrengst belangrijk verschilt met het 20 of 15-voud der belastbare opbrengsi. Bovendien is o. a. ten aanzien van bouwterreinen bepaald, dat de ontvangers van deze terreinen onder hun kantoor gelegen een staat moeten aanleggen, en deze terreinen door een deskundige moeten doen waardeeren. De circulaires bevatten tevens meerdere voorschriften om zoo na mogelijk de aangiften te kun nen controleeren. Een nieuw leger-welaontwerp. Van de hand van den luitenant-kolo nel der infanterie A. O. Rehm is bij Thieme te Zutfen verschenen een »Proeve eenei organisatie der Nederlandsche Strijdkrachten", gegrond op de adviezen der staatscommissie en de wet Bergansius. Aan het eigenlijke plan gaat een hoogst belangrijk overzicht van de leger-organi- satie der Europeesche staten vooraf; de schrijver stelt zich natuurlijk op het standpunt van den persoonlijken dienst plicht en doet zich bovendien kennen als een tegenstander van zeer korte oefe- ningstjjden voor militie-kader. In dit op zicht is men z. i. hier te lande en ook in andere stalen in den laatsten tijd den verkeerden weg opgegaan. Wat het eigenlijke plan betreft, dit leert men natuurlijk slechts uit het werk zelf kennen. Wij willen volstaan met enkele mededeelingen. De heer Rehm wenscht een jaarlijksch contingent van 14965 man (De wet-Ber- gansius eiscbte 16300, de Staatscommisie 15624 man. Het leger wordt verdeeld in Veldtroe- pen, reserve-troepen en bezettings-troe- pen. De veldtroepen bedragen 45500 man; 36 bataljons infanterie, 18 batterijeu, 18 e*cadions, voorts rijdende batterijen, pon tonniers, veldgenietroepen, hospitaal-sol dalen, verplegings-colonue en trein. De reserve-veldtroepen bestaan uit 38,000 man36 bataljons infanterie, 9 batterijen, voorts pontonniers, veldgenie troepen, hospitaalsoldaten, verplegings- colonne en trein. De bezettings-lroepen bedragen 42,000 man; 24 bataljoas infanterie, 80 compag nieën vesting-artillerie, voorts vesting-ge nietroepen, toipedi8ten, verplegin:s-co- loune en trein. Bij deze manschappen komen nog voor de depóts beschikbaar 25 pCt., zoodat het geheele leger een sterkte krijgt van 125,500 31,375 156,875 man. Door deze uitbreiding zal het officiers- kader met 100 officieren en het on derofficierskader met 1700 hoofden moeten vermeerderd worden. Behalve het eigenlijke leger heeft men nog een landstorm van 21 jaargangen ongeoefenden en 8 jaargangen geoefen- den, te zamen 8600.' man. Als eersten oefeningstijd eischt de heer Rehm 1 jaar voor de onbereden, l'/,jaar voor de bereden wapens, Reserve-luite nants dienen evenzeer l'/a jaar. De meerdere uitgaven, door zjjn plan veroorzaakt, raamt hij op 1 millioen, waai tegenover de kosten der schutterij, f228,000 vervallen. De wet-Bergansius raamt de meerdere kosten op fl.5o0,500: daaibij was in het kader van de landweer, wat de re serve aangaat, niet voorzien, hier daaren tegen bij de reserve wel. Naar men wil zullen de koningin nen den 3en April haar jaailijksch bezoek aan de hoofdstad brengen. De datum is DE ONTVLUCHTING. Toen de grauwe wolken, die in het noorden den horizon bedekten, zich scheurden en de zon haar rossen gloed over het slapende Moguntiacum uitspreid de, stond de steen weder in zjjn vorigen stand. Niet de minste verandering was er in den omtrek te zien en den berg van aarde die Adgil achter zich opgeworpen, hadden zij in den Rhenus gewoipen. Met onverschillige houding stapte een Romeinsch krijgsman door de straten en geheel in de verte volgden hem twee eenvoudige burgers. En nauwelijks had de nacht de Germaansche vlakte weder met haar sluier bedekt, of de drie man nen bevonden zich weder op han post en hervatten hun werk Op het midden van den vijfden dag wandelde Guulbus in gedachten verzon ken door de straten van Moguntiacum, toen hij plotseling een hand op zijn schou der voelde leggen en verschrikt omzag. Ha, Nillasl wees gegroet." Wees gegroet! Gualbus; ik wilde u gaarne even spreken, hebt ge er op legen indien ik een weinig met u ga?" Integendeel, gij zult mjj zeer veel genoegen doen." •Gjj herinnert u zeker wel," zoo be- echter nog niet met zekerheid vastgesteld, omdat 't nog niet vast staat, of de vorstinnen, na haar bezoek ann Amster dam, naar Den Haag zullen teiugkerren of onmiddellijk van hier het zomerverblijf te Soestdijk zullen betrekken In het laatste geval zouden zij 10 April in Am sterdam komen. Zaterdag, den 10en dezer, had in De Keizerskroon" alhier de vergadering plaats, die door den schoolopziener, den Heer Dr. K. W. van Gorkoui, voor zijn Arrondissement was uitgeschreven. De vergadering was trouw bezocht, zoowel door onderwijzers als door onderwijze ressen. Bovendien werd zij bijgewoond door den Heer D. de Groot, schoolopzie ner van hel Ar rondissement Utrecht, door de Heeren Göbel en Lustig, hoofden van scholen te Utrecht, door den Heer Bur gemeester van Hoogland en door nog enkele autoriteiten Na het openings woord van den Voorzitter, hesprak de Heer Dr. van Leersuin, arts te Baarn.de voordeelen van het loodrechtschrift op medische en hygiënische gronden. De Heer Lustig stelde hetzelfde op paeda- gogische en practische gronden in het licbt. Eigenlijk debat volgde niet. De Heer Ten Btoeke stelde de vraag of niet andere oorzaken dan het schuinschrift myopie en ruggegraadavei krommingen in de hand werkten. De Heer Onvlee toonde zich een groot voorstander van het loodrechtschrift. De Heer Huibers, hoewel zeer voor steil- of loodrechtschrift gestemd, brucht toch eenige kleine be zwaren in het midden, die de piaktijk hem geleerd had. De Heer de Groot stelde duidelijk in het licht, dat het loodrechtschrift een natuurlijk gevolg is van eene doelmatige en ongedwomen houding der leerlingen. Zeker door het schuinschrift af te schaf fen, zullen bijziendheid en scheefheid wel niet verdwijnen, doch zij zullen ver minderen, daarom acht hjj de invoering van het loodrechtschrift een gebieden den eisch. Hierna kwam de Heer Lustig nogmaals aan het woord om zooveel mo gelijk de ingebrachte bezwaren tegen bet loodrechtschrift weg te redeneeren. Met een slotwoord van den Voorzitter, den Heer Dr. K. W. van Goikom, ter aanbeveling van dit schrift en een woord van dank aan H. H. Autoriteiten voor hunne tegenwoordigheid, alsmede aan de spiekers, werd de vergadering gesloten. De gemeenteraad hield gister middag, onder presidium van den burge meester, Mr. F. D. graaf Schimmelpen- ninck, eene betrekkelijk kortstondige vergadering. Doch in het tijdvak van slecht» een uur. deed hij de negen punten groote agenda af. In de eerste plaats vereenigde de raad zich met een voorstel van B. en W. om het terrein achter den Lievevrouwetoren en een gedeelte van het terrein »de Zandhoopen" aan te wijzen als plaatsen waar de ingezetenen zich van het puin kunnen ontdoen, dat afkomstig is van afgebroken gebouwen en muren, en wel gedurende vier uren, door B en W. nader op te geven, van eiken werk dag. Voor de storting is niets verschul digd, doch deze zal moeten geschieden overeenkomstig de aanwijzing van den met het toezicht belasten ambtenaar. Achter den Lievevrouwetoren mag slechts dat puin worden gestort hetwelk wordt aangevoerd per kruiwagen of handkar van hoogstens een halven kubieken meter inhoud, terwijl dat, aangevoerd per schuit, paardenkar of -wagen, op het bedoelde gedeelte van »de Zandhoopen" moet wor den gestort. In verband met de aan wijzing van laatstgenoemd terrein, werden B. en W. gemachtigd: 1. met den heer T. A. M Vermolen, optredende voor zich en als gemachtigde van de oveiige erf genamen van nu wijlen den heer R. G. M. van Beek, te contracteeren tot ont binding van het huurcontract in 1873 tusschen de gemeente en genoemden heer gon Nillas, »dat ik eenige weken geleden voor u den nachtdienst heb waarge nomen." •Ik ben u nog dankbaar maar waar toe die herinnering?" •Omdat ik thans die zelfde dienst van u verlang." •Ah zoo; van dezen nacht?" •Ja." En waar?" Voor de gevangenis De beurt is van nacht aan mjj en ik zou gaarne daarvan ontslagen zijn." •Ik wil het met liefde voor u doen, ten minste indien het goedgevonden wordt." •Ik zal voorgeven ziek te zijn en u over gehaald te hebben, mijne plaats te ver vullen zonder twijfel zal het mij worden toegestaan." •Ik ben volkomen bereidmaar zeg mij waai om doet gjj het zelf niet?" „Och, wat zal ik zeggen, ik ben inder daad niet al te wel." Dat is dwaasheid, zooeven hebt gij nog gezegd, dat ge voorgeven zoudl on gesteld te zyn; kom, zeg mij de reden gerust, ge kunt Gualbus immers wel ver trouwen." Het is misschien eene kinderachtige vrees, maar welaan, ik zal u zeggen, waarom ik het liever aan u overlaat." van Beek gesloten, opzichtens een ge deelte van het terrein »de Zandhoopen", en 2. aan genoemden heer Vermolen tot ultimo September 1898 een gedeelte gronds van voormeld terrein te verhuren tegen f I 's jaars. Aan twee tamelijk oude zaken maakte de raad een einde. Eerstens besloot zjj een «uitgang" waar mede is belast een peiceel grond aan den Soesterctraatweg gelegen, vroeger eigen dom van wijlen den heer S. Abrahamson, thans in gedeelten door zes verschillende eigenaren bezeten wordende, op te heffen, en het bedrag van den uitgang, sedert 1880 achterstallig en f 11.20 beloopende, oninbaar te verklaren. Ten andere verstrekte de raad aan B. en W. de macht om te bewerken dat eenige strooken gronds langs den Leus- derweg gelegen, door eene abusievelijk verrichte hermeting ten haren name by het kadaster gebracht, en. op grond van de uitkomst dier foutieve meting, aan de belendende eigenaren in gebruik gegeven, van haren naam worden afgevoerd, ver mits bij nader onderzoek is gebleken, dat die strooken gronds werkelijk aan die belendende eigenaren en niet aan de gameente toebehooren. Sedert eenige jaren hadden deze dan ook geweigerd de retributie voor het gebruik gevorderd, te betalen, en de raad verklaarde ook dat luttel bedrag oninbaar. Een voor stel van B. en W. tot openbaren verkoop ven vijf iepeboomen, aan beide zijden Monnikendam" staande, werd aangeno men. Door het bederf in het hout aan wezig, leveren deze, overigens r.og fraaie boomen, gevaar op voor de openbare veiligheid, en daarom zijn zij terecht ten doode opgeschreven. Op voorstel van B. en W. is door den voorzitter, omdat de raad de benoeming niet aan zich wenschte te behouden eene com missie benoemd tot onderzoek naar het belang voor de gemeente gelegen in de overname van de gasfabriek, waartoe zij na i894 gerechtigd is. Die commissie beslaat uit de heeren W. A. Croockewit, wethouder, H. W. A. van den Wall Bak», mr. J. Heyligers, J. Zandijk en M. F. W. J. de Jong. Zij heeft de bevoegdheid met de tegenwoordige concessionarissen in overleg te treden omtrent de zaak. Het kohier van den hoofdelijken om slag, dienst 1894, werd vastgesteld op f49835.041/, De raad kende gratificatiën toe aan twee rjjks-politie-ambtenaren, voor be wezen diensten. Aan den brigadier der rijksveldwaeht D. Otten n.l. eene van f 15 en aan den brigadier-titulair G. St»a! eene vun f 10. Voorts werd besloten tol openbare verhuring bij inschrijving van de voormalige hoofdondeiwijzerswoning in de Koestraat. By de aanneming als huurder zal niet uilsluitend worden gelet op den geboden prijs, maar ook op de geschiktheid van den persoon om met het toezicht op het schoonhouden van de voormalige schoollocalen te worden be last. Eindelijk zijn de stembureaux voor de in 1894 te houden verkiezingen samen gesteld Het bureau van slemopneming voor verkiezingen voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal bestaat uit de heeren E. L. H. van Lanschot Hubrecht en D. Gerritsen; dat voor de provinciale staten, tevens plaatsvervangers voor het bureau der Tweede Kamer, uit de heeren H. W. A. van den Wall Bake en E. L. Visser dat voor den gemeenteraad, tevens plaatsvervangers voor het bureau voor piovinciale staten, uit de heeren G. J. baron van Hardenbroek van Ammerstol en mr. J. G. A. van Zijst, terwijl als hunne plaatsvervangers zijn aangewezen de heeren M. F. W. J. de Jong en F. W. J. H. Tengbergen. Aan het einde der vergadering vroeg de heer Van den Wall Bake of de Minister van Waterstaat reeds geantwoord had op het verzoek van B. en W. ora inzage te mogen erlangen van de teekeningen betreffende het nieuw te bouwen centraal-spoorwegstation en wanneer of het rapport, uitgebracht door de commissie van onderzoek in zake de •Ik ben inderdaad nieuwsgierig." Ik had van nacht de wacht bij de Collapoort, waar de Rhenus de stad ver laat; om drie uren werd ik afgelost en begaf mij brngs de gevangenis om mijn weg te verkorten. Toevallig valt mijn blik op dien ontzaglijken steen, en ik kon mijne oogen niet gelooven, ik zag een man die dat schrikkelijk gevaarte op zijn schouders had. Ja, gij zult het niet gelooven, maar zoowaar ik Nillas heet, is het zooals ik zeg. Een enkel man schraagde dien steen, hij zag er zoo verschrikkelijk uit en ik hoorde zulke vreemde geluiden dat de schrik mij om het hart sloeg. Kom, Nillas, gij hebt, terwijl gij voor- bijgingt om de sprookjes gedacht die er van deze plaats veiteld worden en in uw angst meenen te zien, wat ge daar zegt." •Neenl neen I bij Jupiter, ik hecht niet aan sprookjes en ik dacht ook aan ge heel iets andersik denk dat een paar goden uit den Olympus in Moguntiacum nedergedaald zyn." En wat zouden die onder dien steen doen?" „Misschien een kuil graven om er de schimmen, die om de gevangenis zweven in te begraven." •Dat is zeer mogelijk, nu begin ik verbetering van de rivier de Eem, in den raad zal worden behandeld. Ten aanzien van hel eersle antwoordde de Voorzitter ontkennend en met betrekking tot de tweede vraag gaf hij te kennen, dat hij voornemens is bedoeld rapport in de eerstvolgende vergadering ter behan deling aan de orde te stellen. Ingekomen is de goedkeuring van Gedeputeerde Stalen op de gemeente-rekening over 18t)3 en op het 3e aanvulliugs kohiei van den hoofdelijken omslag, dienst 1893; voor notificatie. Voorts is ingekomen een rekest van de afdeeling Amersfoort van den Neder- landschen Typografenbond, waarin ver zocht wordt in de tegenwoordige manier van aanbesteding der levering van druk werk verandering te brengen, en aan een boekdrukker hier ter stede, by ex piratie van het contract met na te noe men firma, op te dragen de levering van de verslagen der raadszittingen, die thans door de firma L. E. Bosch te Utrecht worden geleverd. Zondag 1 April hoopt onze stadge noot, de heer H. Li m pers, den dag te herdenken, waarop hij voor veertig jaren het eerst optrad als Godsdienst onderwijzer en Krankenbezoeker. In het jaar 1878 van Apeldoorn naar hier benoemd, heeft hij gedurende dien tijd zijne gewichtige betrekking met de grootste lust en toewijding vervuld. De heer Limpers is een eigenaardige persoonlijkheid, die altijd aantrekt, nooit afstoot. Door ernst en humor afwisselend te bezigen als hij tot u spreekt, tracht hij altijd leerzaam, immer nuttig te zijn, waarhjj hij dan de beelden en bloemspra- ken maar voor het grijpen schijnt te hebben. Vooral ook zijn »Oefeningen" op den zondag voor de armen (tusschen twee haakjes: de meergegoeden profitee- ren er ook graag van) in d# gasthuis- kerk geven hiervan een doorslaand be- wijs. Zijn godsdienstonderwijs op de scholen «buiten de schooluren" en zijn zondagschoollessen, op de Diaconieschool, hebben bijzt nder veel nut gehad en wor den dientengevolge op hoogen prijs gesteld. W e twijfelen niet of de eenvoudige, waardige Limpers zsl op zijn feestdag van alle zijden vele blijken van belang stelling en waardeering ondervinden. In plaats vun den tot majoor bÜ het 3e regiment vesting-artillerie benoem den kapitein S. O. van der Straaten, wordt hier met het bevel over de 5e bat terij le regiment veld-artillerie belast de kapitein E. C. Boogaert, thans comman dant der 2e treincompagnie te Utrecht. Bij Koninklijk besluit is benoemu tot le luitenant, de 2e luitenant J. Reijers van het 5e regiment infanterie. De 2 Luitenant J. A. Westhoffvan bet 5 Regiment Infanterie, alhier in gar nizoen, is ta rekenen op 15 Maart a. s. op zijn verzoek overgeplaatst bij het 4 Regiment Infanterie te Delft in garnizoen. Op uitnoodiging van het Bestuur van Amicitia, zal morgen Donderdagavond in die Sociëteit professeur Henry Wilden een séance geven. De leden, die den beroemden billard- speler eens willen gadeslaan, verzuimen niet te gaan kijken. Wellicht is hier een amateur te vinden, die hem een partij aanzet. Op 600 ca ramboles geeft hij er 400 voor. Ook faritaisie- en kunststooten zal hij ten beste geven. Bij genoegzame deelneming zal het gunstig bekende specialiteiten-gezelschap van den heer G. Stroober te Rotterdam aanstaanden Maandag, den 19en, in Amicitia een voorstelling geven. Lijst van brieven geadresseerd aan onbekenden verzonden van het postkan- iuderdaad te gelooven dat gjj goed gezien hebt, hebt gij uw wedervaren reeds aan andeien verteld?" Wel neen, men zou mij uitlachen en niet gelooven." •Gij hebt het dus aan niemand gezegd?" •Tusscoen niemand en iemand is een groot onderscheid, alleen aan Naldus, wien ik verzocht voor mij de beurt te willen waarnemen. Hij drong er zoo sterk op aan, dat ik hem de oor zaak zeggen zou, dat ik er geen weer stand aan kon bieden." En toen durfde hij zeker niet?" Dat met alleen, maar hij kon ook niet want hij heeft de wacht aan den beneden Rhenus." •Ah zoo wat zeide hij wel?" Hij meende dat ik wel geljjk kon hebben, er waren wel meermalen goden uit den Olympus gekomen, zeide hy en dus kon dit au ook wel zijn." Dacht hij dat?" •Ja hij hoopte dat zij den Rhenus niet zouden afkomen, want hy begeerde geenzins een paar hemelbewoners te ont moeten." Dat geloof ik gaarne. Na alles wat ge mij gezegd hebt, gevoel ik weinig lust van nacht op die vervloekte plaats de wacht te houden, maar ik heb eens mijn woord gegeven en wil dit nu niet terug nemen." (Wordt am-mlfd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1894 | | pagina 2