NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT en GELDERLAND.
EEN VROUW HIT DE KAART,
Na de verkiezingen.
Officieele Publicatiën.
N0 34. Zaterdag 28 April 1894. Drie-en-twintigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
BINNENLAND.
Feuilleton.
AMERSFOOBTSCHE CODRAMT.
VOOR
abonnementsprijs:
Per 3 maanden ƒ1.Franco per post door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nimmeri 3 Cent.
I nge/.onden stukken en berichten inte/enden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
advertentien:
Van 16 regels f 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentien viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
»Wel, heb je den uitslag van de
verkiezingen al gehoord? Jou partij
heeft het gewonnen, de Takkianen
hebben de nederlaag."
«Takkiaan Wat is dat veur een
beest? Dat ken ik niet. Maar ik ben
toch blie dat wi 't ewonnen hebben.
Maar wat hè-wi noen gewonnen
«Dat er niet zooveel kiezers zullen
komen als Tak wilde."
«Noen, dat's ook maar goedalle
minsen motten geen kiezer wezen.
Dan zou je wat belevenOmkoopen
voor een borrel en dan vechten en
oproer, ho maar! Dat soort minsen
heit ornmers geen verstand van dat
kiesgerij
«Dus daarom heb je op een tegen
stander gestemd?"
«Wat weet ik voor de weerlacht
van teugenstanders Wi minsen ver-
staon gèn polletik en stadhuuswoor-
den wi kiezen die we kennen en
^gapabel oordeelen en geen vremden
wat gèf ik om die vremde snaters,
ik schiet er in. Wé motten luj heb
ben die ons minder laoten opdokken."
Zoo begon een gesprek met een
Amerstoortsch kiezer, die trouw zijn
kiesplichten vervult en blijkbaar goed
op de hoogte is. Commentaar achten
wij overbodig, alleen willen wij op
merken, dat uit dit voorbeeld, dat
zeker niet alleen staat, blijken kan
hoe reeds veel gewonnen is als men
een bekend stadgenoot candidaat kan
stellen.
Voor viertien dagen berekenden
wij, dat er in het gunstigste geval
52 voorstanders van Tak zouden ge
kozen worden. Wij voegden er ech
ter bij, dat nog niets met zekerheid
te zeggen was, omdat de herstem
mingen verrassingen konden brengen.
En inderdaad zij hebben buitenge
wone verrassingen gebracht.
Het aantal tegenstanders is geklom
men tot 56; zoo'n groot getal was
niet te verwachten. Het heeft nu
allen schijn, dat de eerste verkiezing
voor vele kiezers een overrompeling
is geweest, dat de meening der meer
derheid, door lengte van tijd tot staan
gebracht, tegen Tak blijkt te zijn.
In alle districten zijn er ditmaal aan
merkelijk meer kiezers opgekomen
dan op 10 Aprildie toen thuis ble
ven hetzij uit onverschilligheid hetzij
om aarzeling in hun keuze, hebben
nu, voorgelicht door de eerste stem
ming waarschijnlijk zich bij de tegen
standers geschaard. Ook zullen niet
weinigen een tegenstander gestemd
hebben liever dan hun stem uit te
brengen op een voorstander, die niet
tot hun politieke partij behoort,
In 12 districten zijn dezelfde can-
didaten gekozen, nl. Gleichman en
W. H. de Baufort ieder in drie en
Borgesius, Roëll en Graaf van Limburg
Stirum ieder in twee districten. Er
zullen dus 7 nieuwe vrije verkiezingen
plaats hebben, die vermoedelijk geen
verandering zullen brengen in de
cijfers, zoodat er dus niet meer dan
43 voorstanders van Tak in de nieuwe
kamer zullen zijn.
En wat is nu het gevolg van dezen
uitslag. Dat het einde der kiesrecht
kwestie langer op zich zal laten
wachten. Het is waar, een finale
kiesrechtuitbreiding krijgen wij toch
men is het er over eens, om werk
lieden, die een geregeld bestaan heb
ben, het kiesrecht toe te staan, en
alleen proletariërs wil men uitsluiten.
Doch zoover hadden wij nu dadelijk
kunnen komen door de aanneming
van een wet, waarin de fouten dei-
vorige door den minister vermeden
warenen was het ontwerp niet
beter dan het vorige dan was immers
nog de beslissing aan de kamer
voorbehouden. Wij wenschten kies
rechtuitbreiding ineens, omdat deze
kwestie reeds tijd genoeg gekost
heeft, en opdat zooveel andere be
langrijke sociale hervormingen niet
langer behoeven te worden uitge
steld.
Dat het geheele ministerie, welks
verdiensten ook door tegenstanders
werden erkend, nu in den val van
Tak zal worden meegesleept, zal
zeker door velen worden betreurd,
vooral om Pierson, die zijn belasting
hervormingen nog had moeten voort
zetten Wij kunnen nu een ministe
rie Roëll verwachten, saamgesteld uit
conservatief-liberalen, misschien met
enkele katholieken. Misschien, want
de bij deze verkiezing gemaakte
splitsing in twee partijen van voor-
en tegenstanders van Taks ontwerpen
kan nu tot het verleden behooren.
In de nieuwe kamer heeft de liberale
partij een flinke meerderheidhaar
winst komt op rekening van de
anti-revolutionaire partij, die slechts
tien zetels beeft behouden. 24 leden
der ontbonden kamer zullen in de
nieuwe geen zitting hebben, wellicht
kunnen bij de zeven nieuwe verkie
zingen nog enkelen een zetel bemach
tigen.
De tegenstanders van Tak hebben
voor hun standpunt redenen opgege
ven, welke de voorstander moet eer
biedigen, zelfs gedeeltelijk moet toe
stemmen. Maar toch schijnt liet ons
toe, dat bewust of onbewust op hun
stemmen invloed had hun donkere
blik in de toekomst. Dat deel van
het volk, dat met ons kiezen zal,
behoeven wij niet met wantrouwen
te ontvangen. Als er werkelijk reden
voor is, dan is het voor een deel
onze eigen schuld. Wij gelooven
echter, dat wij veilig vertrouwen kun
nen hebben. Het volk vertrouwt op
de stuurlieden en de stuurlieden
mogen rekenen op de medewerking
van het volk. Wederkeerig ver
trouwen en wederkeerige tevreden
heid maken de reis van onze staats-
hulk voorspoedig."
De Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort,
Gezien art. 5 der wet tot regeling van
den kleinhandel in sterken drank en tot
beteugeling van openbare drrfhkernschap
Brengen ter openbare kennis, dat een
verzoekschrift om vergunning tot verkoop
van sterken drank in het klein hij hen is
ingekomen van W. A. Kleber, in het per
ceel wijk C, No. Jl, en van A. Dijkhui
zen, in het perceel wijk B. No. 257.
Amersfoort, den 25 April 1894.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
De Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort,
Gezien art. 5 der wet lot regeling van
den kleinhandel in sterken drank en tot
beteugeling van openbare dronkenschap
Brengen ter openbare kennis, dat een
verzoekschrift om vergunning tot verkoop
van sterken drank in het klein bij hen
is ingekomen van R J. Schoenman, in
het perceel wijk C, No. 114/115.
Amersfoort, den 27 April 1894.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris.
W. L. SCHELTUS.
Herstemming.
Hontenisse. Gekozen van Deinse 1551
van 2„24 Walter 1376.
Goes. Gekozen Lohman 1866 van 29J0
Stigter had 1065.
Dokkum. Gekozen Schaafsma 1329 van
2486 van Vliet had 1157.
Naar men meldt, is tegen de ver
kiezing van den heer De Meester, in het
district Eist, protest aangeteekend, daar,
volgens sommige kiezers, een der stem
briefjes op de heer De Meester uitge
bracht, geleekend was. Het stembureau
had dit biljet voor geldig verklaard, daar
het z. i. twee namen bevatte, in welk
geval alleen de eerste in aanmerking
komt.
De heer Tak van Poortvliet heeft
reeds eenige dagen na zijne verkiezing
tot lid van de Tweede Kamer voor Am
sterdam zijne geloofsbrieven bij het bu
reau der Kamer ingezonden, en dus de
benoeming aangenomen.
Naar mer, verneemt, zal de nieuwe
zitting der Staten-generaal op 16 Mei
niet in persoon door de Koningin-regen
tes, maar door een commissie van harent
wege worden ^geopend.
Nu de geheele aanschrijving bekend
is, die betrekking heeft op de teruggave
van tolgelden, betaald bij de paardenkeu-
ting, blijkt dat slechts weinig veehouders
hierop aanspraak zullen maken.
Ten eerste toch moeten de betrokken
personen een bewijs van ontvangst gaan
halen bij den tolgaauler (soms op meer
dun een uur alsland vau hunne woning
voor 10 of 15 ct.)ten tweede moe
ten zij eene vei klaring overleggen, waaruit
blijkt, dat de paarden uitsluitend ten
behoeve van de keuring den tol zijn ge-
passeeid (een schrijfproef, waaraan vele
zich met hel oog op het luttele bediag
niet zullen onderwerpen) en eindelijk
moeten deze beide franco worden opge
zonden aan den voorzitter der keurings
commissie. Vermoedelijk zullen de veehou
ders na accoordbevinding bericht ontvan
gen, dat zij de gelden persoonlijk in ont
vangst kunnen nemen. In dat geval zou
er voor velen nog eene dagreize mede
gemoeid zijn ook!
Zaak-He Jong.
Dinsdag is door de arrodissements-
rechthank te Amsterdam uitspraak gedaan
in de zaak van Hendrik de Jong, beklaagd
in 1892 den heer Kramer drie achtereen
volgende malen te hebben opgelicht, sa
men voor een bedrag van t 100.
Beklaagde werd, geheel overeenkomstig
den eisch van het O. M. veroordeeld tot
een gevangenisstraf voor den tijd van
vier jaar, verminderd met den tijd (zeven
maanden) doorgebracht in voorloopige
hechtenis.
DOOR
J. A. M.
2) «Een waar woord, dat je zegt," be
vestigde de sergeant, «maar om dan te
beginnen met mijn mededeeling, ik meen
dat de plaats waar het geval zich heeft
voorgedaan, niets ter zake doel, even
min de naam van het meisje. Ik kan
je echter verzekeren, dat ze een lief
bakkesje heeft. We waren al een
paar maal uitgeweest, en ik had ge
merkt, dat ik haar niet geheel onver
schillig was gebleven. Nu besloot ik
tot den hoofdaanval, en om het zoover
te brengen begon ik een praatje over
de telegraaf. Dat zult ge bespottelijk
vinden, niet waar, maar ik zal u van
het tegendeel overtuigen. Ik vertelde
haar dan, dat de electrische vonk, die
langs de draden overvliegt en op een
strook wit papier teekens achterlaat,
onstaat door bet vereenigen van twee
draden. Of dat nu wel precies in den
haak was, wist ik niet en weet ik nog
niet. Dat bracht mij heel geleidelijk
tot de vraag of ik haar ook eens iets
telegrafeeren mocht.
Ze zei heel nieuwsgierig te zijn, hoe
ik dat wel zou aanleggen, en daar er
gelukkig een bank op de wandelplaats
voorhanden was en geen onbescheiden
kijkers in de buurt aanwezig waren, stel
de ik haar voor te gaan zitten, aan
welk verlangen ze voldeed. Ik sloeg nu
den arm om haar lief middeltje, en ver
zocht haar zich te verbeelden, dat er
thans een telegraafdraad door ons bei
den heen liep en er op te letten, op
welke wijze ik de uiteinden zou vereeni
gen tot het overspringen van den vonk.
Daarom gaf ik haar een zoeneerste
vonk, het woord iknog een zoen twee
de vonk, met het woord heb-, weer een
zoen en het woord w; vierde vonk en
het mooiste woordje lief. Ge begrijpt,
dat ik haar vervolgens de vraag stelde
of zij mijn telegram goed had kunnen
lezen, maar ze antwoordde niet recht
streeks en bepaalde er zich toe mij te
zeggen, dat ze mij zoo'n aardigen jongen
vond-"
«Dat is wezenlijk mooi verzonnen,"
zei Kramers, «en ik zou er niet tegen
opzien om op zulk een wijze telegrafist
te zijn. Maar met uw permissie, ik
geloof niet, dat ge het ooit zoo zoudt
aanleggen 1"
«En waarom niet?"
«Het is .e gezochtI"
«En toch verzeker ik je, dat ik het zoo
aangelegd heb, en dat het uitstekend ge
lukt is."
«Sta me toe er aan te twijfelen. Dan
vind ik voor mij het nog natuurlijker,
wal men somtijds op de planken ziet
geschieden, waar de held in tegenwoor
digheid van ik weet niet hoeveel getui
gen met luider stern zijn liefde aan zijn
dame verklaart. Het is waar, men be
hoeft zich niet te schamen over de ge
voelens des harten en een meisje zal er
zich niet door beleedigd achten, dat men
haar in gezelschap van anderen zijne
liefde bekent, maar volgens mijn mee
ning moet zulk een bekentenis toege
fluisterd en niet toegeschreeuwd worden.
Zoo bij voorbeeld in Richard Wagner's
Opera Lohengrin. Wanneer deze aan
Elsa belijdt, dat hij haar lief heeft, of
beter gezegd, al de kracht van zijn lon
gen daarvoor aanwendt omdat de habi
tués in den engelenbak ook moeten
hooren, is hij omringd door een stoet
ridders, soldaten, herauten, dames uit
het gevolg zijner beminde schoone, en
als ik me niet vergis, is de Keizer van
Duilschland eveneens onder de gelukkige
hoorders. Dat is bespottelijk, iedereen
zal het toegeven, maar wat ik natuurlijk
in hem vind, is, dat hij zich zeer
zakelijk uidrukt zonder veel preliminai-
ren. Hij zegt kprt en krachtig «Ich liebe
dich."
«Je moogt zeggen, wat je wilt," bracht
de sergeant daai tegen in, «maar ik houd
staande, dat ik zeer goed gehandeld heb
en dat gij dien Lohengrin niet zoudt
durven nadoen."
„Ik zou niet weten waarom niet. Wel
durven maar niet willen."
«Neen, niet durven I"
«Ik wed van ja!"
«Om al wat je wilt van neen!"
«Goed, aangenomen-, luister eens,
mijnheer van Dun," en Kramers
stootte den boekhouder aan die er
slaperig uitzag, «het geldt een wed
denschap."
«Ik luister, mijnheer I"
«Gij neemt dus aan," herhaalde van
Beemde, «in tegenwoordigheid van getui
gen een liefdesverklaring aan een meisje
te doen; maar in vollen ernst?"
«Natuurlijk I"
«Dus met het doel haar later,
wanneer ze tl aanneemt, tot uw vrouw
te maken."
«Dat spreekt van zelf."
«Als mannen gewed, hier is mijn
handl"
«En hier de mijneI"
«En de tijd, binnen welken alles af
loopt?"
«Een jaar!"
«Goed, afgesproken I"
II.
Zeven dagen daarna was het wel weer
Zondag, maar volstrekt geen zon-dag;
want het hemellichaam, dat we als kin
deren op school reeds zoo roerend be
zongen, scheen op dien dag zijn gewone
functies geheel te verwaarloozen. Rot
terdam zag er somber en treurig uit, en
op alles was de stempel der verveling
gedrukt.
Kramers, onze goede kennis uit het
eerste hoofdstuk, vetveelde zich ook, en
toen hij om twaalf uur thuis kwam om
koffie te drinken, vond hij dat zijn kamer
er ongezellig uitzag. De verlichting had
daar alleen schuld aan, want het ver
trek was net en lief gemeubeld, en men
kon er door twee vrij breede ramen het
uitzicht genieten op een tuin, die des
zomers zeer fraai moest wezen, wanneet-
men naar den aanleg oordeelde. Maai
de bewoner bevond zich juist in geert
stemming om bij zichzelven na te gaan
welk een heeilijke schilderij zijn vensters
zouden omlijsten, als frisch groen en