BUITENLAND.
RTNNENLAND.
Plaatselijke berichten.
was voor een deel uitgeloopen, om den
held van Lombok te begroeten.
Op schaatsen over de zee.
De beide heeren v. R. en de heer J.
te Zwolle, alsmede een luitenant van het
Instr.-bataljon te Kampen, zijn Zondag
morgen van Kampen vertrokken om
over zee op schaatsen Amsterdam te be
reiken.
Te Harderwijk zijn ze even aan wal
geweest om een loods te halen voor den
verderen tocht. Vanwege de groote
sneeuwhoopen, die met den oostenwind
der laatste dagen naar de Holl. kust zijn
gewaaid, konden ze het niet verder
brengen dan in het gezicht van Muiden.
Ze zijn toen teruggekeerd en te Nijkerk
weer aan wal gegaan en per spoor te
rug naar huis.
Het ijs was op sommige plaatsen, vooral
onder de kust, zeer mooi; om den af
stand te bekorten gingen zij meer zee
waarts, en daar was het minder goed.
Ook niet zonder gevaar, want hier en
daar waren groote wakken.
Onderscheiden visschers waren midden
op zee bezig met de spieringvangst.
Spanje wordt weer met overstroo
mingen bedreigd, De Guadalquivir staat
9 meters boven zijn gewoon peil. Een
deel van Sevilla, Castro del Rio, en
Edji zijn reeds onder water gezet. Ook
de Sigura is hevig gewassenmen vreest
voor het vroeger zoo zwaar beproefd
Murcia. Tot nog toe heeft men slechts
enkele slachtoffers te betreuren, maar
de geleden verliezen zijn aanzienlijk.
Hel Spaansche dorp Leitariegos in de
prov. Orense is geheel van de wereld af
gesneden en zoo er niet spoedig bijstand
komt, staat hongersnood voor de deur.
15 woningen zijn geheel onder de sneeuw
begraven en dreigen in te storten. Het
lijk van een kind, dat op 2 Januari
gestorven was, bleef tien dagen lang
boven aarde en ten slotte moest men
door, 7 meter hooge sneeuw een graf graven.
In Italië is gedurende de laatste
dagen eene zoo groote hoeveelheid sneeuw
gevallen, dat het spoorwegverkeer daarvan
groote vertraging ondervond. De sneltrein
van Ancona naar Rome bleef by Fabriano
in de sneeuw steken. Uit Rome werd
een extra-trein ter hulp gezonden, maar
deze kon wegens de sneeuw het doel
niet bereiken. Een derde trein onder
ging hetzelfde lot. Het duurde acht uren,
voordal de reizigers van den sneltrein
uit hun allesbehalve aangenamen toestand
werden verlost.
Men schat de schade, welke door ver
schillende sneeuwvallen en lawinen werd
aangericht, op bijna zeven millioen lire.
Het aantal menschenlevens, dat verloren
ging, is niet op te geven. In Piemont
bedreigen groote troepen wolven de
dorpen en reeds werden een aantal
personen door de uitgehongerde dieren
gedood. Soldaten zijn uitgezonden om
jacht te maken op de verscheurende
boschbewoners.
In Zwitserland zijn de meren voor een
deel met ijs bedekt. In het Juragebergte
wisselt de thermometer reeds sedert een
maand tusschen 20 en 30 graden Celsius
onder nul, terwijl het verkeer op vele
plaatsen tusschen hooge sneeuwmuren
aan weerszijden der weger, plaats heeft.
Een zonderling.
Gisteren overleed te Maastricht de
heer P., een zonderling man, die zijn
doodkist reeds eenige jaren geleden liet
maken, waarin hij, naar men zegt dage
lijks een paar uren ging liggen, om zoo op
den dood voorbereid te zijn. Alles was
volkomen in orde, tot zelfs de schroeven
voor de doodkist en het zandpapier om
die schroeven te poetsen.
Wat men in den zonderling niet bil
lijken kan, zoo schrijft men aan de L. K.,
is, dat hjj twee dagen voor zijn dood
zijne geheele nalatenschap, welke geschat
wordt op twintigduizend gulden, aan de
armen heeft vermaakt, hoewel hij familie
heeft, die het goed kan gebruiken. Hij
leefde echter met deze in onmin.
Deze onsamenhangende en hartstochte
lijke woorden maakten Mario zeer ver
ward. Hij zou zijne nicht op deze ge
vaarlijke helling hebben willen tegenhou
den, want hij gevoelde, dat, zoo hij haar
door liet spreken, het hoe langer hoe
moeielijker zou worden haar een oprecht
antwoord te geven, maar zijne tong was
aan zijn gehemelte als vastgenageld.
«Gij antwoordt niet?" hernam zij,
Mario nog meer naderende.
Maar het slechte gevoel, dat Mario's
hart een oogenblik had bevangen, de
frissche avondlucht koelde zijn bloed af,
en hij maakte zich zachtjes uit Regina's
armen los.
«Regina," zeide hij toen met plechti-
gen maar treurigen ernst, «Regina, luister
naar mij."
»0! gij bemint mij dus niet I" ant
woordde Regina, door droefheid overstelpt
neerzinkende.
Mario onderdrukte zijn ongeduld, hief
haar op en deed haar naast zich zitten.
«Regina," zeide hij haar, «luister naar
mij, ik smeek het u."
Maar Regina hoorde nauwelijks; voor
dat hij gesproken had giste zij reeds
wat hij ging zeggen.
«Spreek," antwoordde zjj eindelijk,
«spreek, gij ziet wel dat ik geen kracht
meer heb, het is Bel Demonio niet, die
De Chineezen schijnen, ondanks de
verovering van Wei-hai-wei en de capi
tulatie hunner vloot, den moed nog niet
op te geven.
Tenminste, in Mandschoerije herhaal
den de Chineesche troepen onder bevel
van generaal Hso den aanval tegen de
posities, welke de Japansche bevelhebber,
generaal Nodzoe, na de veiovering van
Haitscheng daar heeft ingenomen. Even
als de eerste aanval, die de Chineezen
tegen deze plaats beproefden, bleef ook
deze poging geheel vruchteloos.
In drie afdeelingen gesplitst rukten de
Chineesche soldaten tegen Haitscheng op.
Ondanks den moed, dien de Chineezen
betoonden, konden zij de Japansche stel
lingen niet naderen wegens het kanonvuur,
dat de Japansche artilleristen onderhielden.
Na korten tijd werden de Chineezen
weer met groot verlies tol den aftocht
genoodzaakt. De Japanners, die achter
hun verschansingen slechts den aanval
hudden af te weren, leden geringe ver
liezen. Volgens de berichten uit Yokohama,
verloren de Chineezen bij dezen strijd
300 man.
Den 21en Februari wordt Li-Hung-
Chang te Peking verwacht. De onder
koning zal daar een ouderhoud hebben
met den keizer en dan over Tienstin
naar Japan vertrekken, teneinde de on
derhandelingen over den vrede te openen.
Als plaatsvervanger van Li-Hung-Chang
is de gewezen gouverneur van Yunan,
Wang, lot onderkoning van de provincie
Petchili benoemd.
Wellicht is Li-Hung-Chang gelukkiger
dan de eerste onderhandelaars en slaagt
hij er in den grondslag te vinden, waarop
met eenige kans op succes de vredes
onderhandelingen kunnen aanvangen.
Daarvoor is het echter noodig, dat de
keizer hem eene volledige en onbeperkte
volmacht verleene, want natuurlijk zal
anders zijne reis even vruchteloos blijven,
als die, welke de eerste gedelegeerden
naar Japan ondernamen. Yoorloopig
blijft evenwel de kans, dat de oorlog
spoedig tot een einde zal komen, nog
steeds even gering.
Uit Sofia wordt gemeld, dat Zankoff,
de bekende leider van de Russisch-gezinde
partij in Bulgarije en Oost-Rumelië nog
steeds ijverig in de weer is.
Tot dusver heeft vorst Ferdinand het
program, dat Zankoff aan zijne goed
keuring heeft onderworpen, nog niet
aangenomen. Zankoff eischt in de eerste
plaats de aftreding van het tegenwoordige
kabinet-Stoiloff en daarna eene ontbinding
van de Sobranje. Alleen op dezen voor
waarden beweert Zankoff in staat te zijn,
eene verzoening tot stand te brengen
tusschen Rusland en Bulgarjje, welke
tot een officieele erkenning van den vorst
dooi czaar Nicolaas zou leiden.
Mocht vorst Ferdinand inderdaad be
sluiten, zich te vereenigen met dit program
en weer broederschap sluiten met den
onruststoker Zankoff, dan zou zeker zijn
troon ernstig gevaar loopen, want de
Bulgaren willen, geljjk genoeg bekend
is, van Ruslunds voogdjj niets weten.
Volgens uit St. Petersburg ontvangen
berichten is Czaar Nicolaas met keizer
Wilhelm overeengekomen, dat prins Lo-
banoff, die onlangs tot gezant te Berlijn
is benoemd, daar voorloopig zal blijven.
Prins Lobanoff, voorheen gedurende
vele jaren gezant te Weenen, zal daar
door in staat worden gesteld, zich ook
op de hoogte te stellen van de betrek
kingen tus9chen Rusland en Duitschland.
Zoodra de gezant, die wpgens zijn lang
durig verblijf te Weenen de betrekkingen
tusschen Rusland en Oostenrijk volkomen
kent, ook de bedoelingen der Duitsche
regeering heeft doorgrond zal hij als
minister van buitenlandscbe zaken optre
den, als opvolger van den heer Von Giers.
Voorloopig zal de heer Schiskin de lei
ding van het departement van buiten
landscbe zaken te St. Petersburg blijven
waarnemen.
voor u staat, noch de gravin Orsini,
noch zelfs de Regina der bergen
het is een arm meisje, dat bemint en
weent."
Zij sprak deze woorden op zulk een
treurigen toor. dat Mario zelf er door
werd bewogen. De tranen kwamen hem
in de oogen.
Er was een oogenblik stilte. Het
geruisch van het door den wind bewo
gen gebladerte, verhoogde den weemoed
van het tooneel, dat hier plaats had.
»Ik wil openhai tig zijn, Regina, en het
is daarom dat ik een weinig kalmte en
reden van u vraag," hernam Mario, die
aan zijne woorden iets plechtigs en ern
stigs trachtte te geven. »Eene liefde
als de uwe is niet tevreden met eene
alledaagsche toegenegenheid, en ik beken
u, dat ik in mijne ziel niet die kracht
voel, die verheven hartstocht, die de
uwe zou kunnen beantwoorden. Als ik
mij heden liet overtuigen, welke verwijter,
zoudt gij mij dan eens toevoegen! Wat
zou uwe ontgoocheling zijn bij het ont
waken uit uw droomen! Neen, Regina,
ik bemin u, ik bemin u met al de op
rechtheid van een rechtschapen gemoed,
en geloof mij, ik stel te veel prijs, op
uwe genegenheid, om mij bloot te stellen
ze te verliezen door zulk eene dwaling
van éen dag in uw hart te laten voort-
De commissaris der Koningin in
Limburg, jhr. Ruijs van Beerenbroek, is
te's-Gravenhage aangekomen. Men biengt
dit bezoek in verband met de besprekin
gen aangaande het bezoek der Koningin
nen aan de Zuidelijke provinciën.
Omtrent de Rijkspostspaarbank kan
worden medegedeeld: de som sedert de
invoering der Rijkspostspaarbank tol aan
het einde van 1893 ingelegd, klom tot
109'/, millioen, waarvan 8I1/» werd te
rugbetaald.
Met inbegrip der in de spaarbank
boekjes bijgeschreven lente, bedroeg het
saldo te goed aan het einde van 1893
32'/t millioen, verdeeld over 401.046 in
leggers.
Naar wij vernemen, bestaat bij
commissarissen en directie van hel Nieuws
van den Day ernstig plan om binnenkort
een ochtendblad uit te geven.
De Tweede Kamer dei Staten-
Generaal is tot hervalling harer werk
zaamheden bijeengeroepen tegen Dinsdag
26 dezer, des namiddags te 8 uren.
In verband met een ter zake tot
den minister van oorlog gericht verzoek
heeft de minister ter kennis var, de
autoriteiten der landmacht gebracht, dat
de Goede Vrijdag voor de protestantsche
militairen moet gerekend worden le be-
hooren tot de feestdagen.
Men schrijft uit Amsterdam
Nu voor de Wereldtentoonstelling van
Hotel- en Reiswezen de beschikking over
de terreinen van Ijs- en Skatingclub is
verkregen, kan men flink g<an wei ken
ook aan de nog niet hegonnen gedeelten.
Er wordt dan ook eene electrische ver
lichting aangelegd ten einde dag en nacht
te kunnen doorwerken.
In het begin der volgende week zal
publiek worden aanbesteed de exploitatie
van de café's en restaurants in het
faqade-gebouw en van den electrischen
restaurant.
Niet lang na de opening in Juni of
daaromtrent zal in den Stadsschouw
burg een Vlaamschen avond worden ge
organiseerd, waarvoorde Belgische schrij
ver Frans Gitlens een Vlaamsch stuk
zal schrijven en waarop voorts Vlaamsche
liederen zullen worden gezongen.
Vrijstelling wegens broeder-
dienst.
Ged. Staten van Zuid-Holland hebben
bij hunne uitspraak ten aanzien van een
militie-reclame overwogen, dat de beslis
sing van de vraag, of de toelating tot en
deelneming aan de oefeningen van het
reserve-kadet een broeder recht verleent
op vrijstelling wegens broederdienst, af
hankelijk is van de beantwoording der
twee navolgende vragen:
a. Geldt de toelating tot deelneming
aan het reserve-kader als dienst bij het
leger hier te lande?
b. Zoo ja, wordt die dienst volbracht
in een lageren rang dan die van offi
cier?
Ten aanzien van de eerste vraag over
wogen zij, dat uit art. 5, al. 2 van ge
noemd Koninkl. besluit, luidende zonder
de wapenen dient hij in den regel met
en behoudens de uitzonderingen, ver
meldt in de ai tl. 2528 ("uitrusting en
soldij) op dezelfde wijze als de overige
vrijwilligers bij »het leger", alsmede uit
art. 13, waartoe de vrijwilliger bij het
reserve-kader zich verbindt, voldoende
blijkt, dat deze inderdaad in dienst is bij
het leger hier te lande;
Wat betreft de tweede vraag waren
zij van oordeel, dat de hoogste rang,
welke de vrijwilliger bij het reserve-ka-
der kan bereiken, volgens art. 1, is die
van vaandrig, terwijl de vaandrig, vol
gens art. 2, een graad beeft, onmiddel
lijk beneden den rang van tweede luite
nant
duren I"
Naarmate Mario sprak, droogden Re
gina's tranen op haar wangen allengs
werd haar blik weer vurig en zij hief
haar hoofd, tot nog toe aan de borst
van den jonkman gerust, koel en fier op.
Een bittere glimlach krulde haar lippen,
en zij verhief zich weder met de haar
eigen fierheid.
«Genoeg 1 Mario," zeide zij, «genoeg!
voeg den leugen ten minste niet bij de
beleediging."
«Wat meent gij?" vroeg Mario ver
wonderd.
«Ik meen," antwoordde Regina met
kwalijk verholen spijt, «ik meen dat het
een lechlschapen gemoed paste, in plaats
van verontwaardigd de liefde af te wjjzen,
die ik u bied, openhartig de liefde te
bekennen, die gij voor Alina koestert
«Alma!" zeide Mario.
»Jal" vervolgde het jonge meisje, «de
liefde voor Alma is zoo buitensporig en
belachelijk niet als de mijne, niet waar?
en gij zult, om ze te beantwootden, geen
behoefte hebben aan geestdrift en ver
heven hartstocht I"
«Heb ik dat gezegd?" merkte Mario aan.
«Gij hebt meer dan dat gezegd, want
gij bemint haar!"
«En wanneer dat zoo was?" zeide
Andrea's zoon, tol het uiterste gebracht.
Mitsdien verklaarden zij. dat de dienst
van et-n vrijwilliger bij het reservekader
valt onder den in art. 48 der militiewet
bedoelden dienst, die recht geeft op vrij
stelling van eenen broeder;
Wat betreft het betoog sub 2 van den
militieraad bovengemeld, luidt hunne
meening dat wel volgens art. 9 van het
Koninkljjk besluit, wie na het tijdstip
zijner inschrijving voor de militie een
verbintenis bij het reserve-kader aangaat,
verplicht is zijn militiedienst te vervullen,
doch het volgens de militiewet ook andere
vrijwilligers, indien hunne vrijwillige ver
bintenis na de inschrijving voor de militie
is aangegaan, niet van den dienst bij de
nationale militie zijn vrijgesteld.
Op die gronden namen zij aan, dat
mitsdien de loteling de derde is van een
gezin van zeven zonen, waarvan de eerste
en de tweede in dienst zijn in een la-
geren rang dan dien van officier en
mitsdien, volgens de tabel, gevoegd hij
art. 49 der genoemde wet, recht heeft
op vrijstelling.
In De Tijd wordt voorgesteld pastoor
Voogel, die zich bij de Lombok-expeditie
zoo onderscheidde en de liefde van alle
soldaten veroverde, een huldeblijk aan te
bieden, bestaande in het geld voor den
bouw van een kerkje te Magelang, de
standplaats van den pastoor.
De inzender schijnt te meenen, dat
alleen het katholiek Nederland met be
wondering voor patroon Voogel is ver
vuld, en richt zich uitsluitend tot zijn
geloofsgenooten.
Wij hopen dat de niet-Katholieken den
inzender op duidelijke wijze zullen toonen,
dat hij zich vergist.
Moge niemand in den vorm van het
huldeblijk een bezwaar zien hulde te
brengen, waar deze zóó verdiend is.
De in Friesland op touw gezette
beweging orn instemming te betuigen
met de adressen van do Ned. Protec
tionistische latidbouwvereeniging en de
motie van den Heer Dobbelman tot in
voering van graanrechten, heeft tenge
volge gehad, dat het getal handteekenin-
gen in het geheel slechts 379 bedroeg,
als te Leeuwarden 188, le Sneek 70, te
Harlingen 13, te Franeker 60 en te Bols-
ward 66.
Sclierpenzeel 18 Febr. Terwijl Zon
dagavond, B. B. en zijne nicht naar de Kei k
waren werd, door een landlooper bij hem
ingebroken. Toen te ongeveer acht ure
het meisje, te huis kwam, ontdekte zij
tot haar schrik licht in de woning, en
tevens den inbreker, die ook zelve onraad
vermoedende, door het raam van het pri
vaat, waardoor hij ook binnengekomen
was, trachte te ontvluchten. Door een
wakker jongeling, uit de buurt werd
hij evenwel gegrepen en zoolang vast
gehouden, tot meerdere hulp en ook de
politie kwam opdagen die hein gevangen
nam, en hem een verblijf onder den
toren aanwees. Hedenmiddag werd de
man onder geleide van den rijksveld
wachter Smits naar Utrecht getianspor-
teerd.
Slechts een goud slot en f2.50 werd
door hem buitgemaakt.
Ds. M. J. Bouman, predikant bij de
Gereformeerde kerk B alhier, staat op
het tweetal te Deventer.
Gister is alhier overleden Jan
Natter, oud-snijder van 183031 drager
van het Metalen Kruis in den ouderdom
van 82 jaren.
Een getal van vier lodgers heeft
zich slechts aangemeld ter bekoming van
het kiesrecht.
Ter herinnering aan den geboorte
dag vao wijlen Z. M. den Koning Willem
III was door het Hoofdbestuur der Ver-
»Gij bekent het dus?"
«Welnu I ja, ik bemin haar ["antwoordde
Mario krachtig. «En, daar ik het u toch
moet zeggen, weet dan, dat mijn hart
te vol van haar is dan dat eene andere
liefde er plaats in vinde!"
Regina had met saamgenepen lippen
geluisterd.
«Het is goedl" zeide zij met doffe
stem; «het is goedl maar als gij haar
dezen nvond ziet, Mario, zeg dau aan
Alma dat gij haar doodvonnis hebt uit
gesproken I"
Deze woorden zeggende, lachte Regina
koortsachtig en snelde heen.
Mario wilde haar volgen; maar zjj
was reeds tusschen de boomen verdwenen.
Hij keerde in de zalen van het paleis
terug, maar kon haar niet vinden. Het
aantal gasten was zeer verminderdhet
was reeds laat, en iedereen vertrok.
Mario, ongerust, wanhopig, daar hij Alma
niet had kunnen zien om haar tegen het
gevaar dat zij liep, te waarschuwen,moest,
evenals de anderen, vertrekken.
TWINTIGSTE HOOFDSTUK.
DE BRAND.
De nacht was reeds ver gevorderd.
Men zag geen ster meer aan den hemel
eeniging van gepensionneerde onderoffi
cieren en minderen van hel Nedeilandsch
leger, op den 19. Febrnari de machtiging
verleend om aan behoeftige leden en
weduwen eene uitkeering te doer, plaats
hebben.
Door den Voorzitter der afdeeling
Amersfoort den heer J. Busquet, werd
gister, onder mededeeling dier gunstige
beschikking van het hoofdbestuur, in
tegenwoordigheid van den Eere-Voorzit-
ter, Eereleden, den correspondent en van
hel bestuur der afdeeling overgegaan tot
de uitkeering aar: 5 leden iedei f20;
aan 3 weduwen van leden, gehuwd ge
weest vóór de pensionDeering van hun
overleden echtgenoot ieder f20; aan 2
weduwen van gepensionneerden, die na
het verlaten van den dienst door hunne
echtgenooten, gehuwd zijn, ieder f 12.50
terwijl aan één lid eene buitengewone
gratificatie van f 15 werd verleend. Uit
hoofde van den guustigen toestand van
de kas der vereeniging, werd aan de
leden tevens de contributie geschonken.
Dat sommige menschen in deze zoo
beklaagde tjjd nog roijaal of roekeloos,
met hun geld omgaan blijkt uit het vol
gende.
Gepasseerde vrijdag komt een boerin
netje bij een winkelier op den Hof, een
specialiteit in dekens, om eenige wollen
dekens te zien, Na lang kjjken, voelen
en meten, besluit zij tot 2 dekens van
5 gulden. De winkelier scheurt ze at en
pakt de dekens in papier.
Terwijl die inpakkerij plaats heeft
legt moeder de vrouw een muntje op
toonbank met bijvoeging. «Hier koopman
dat is krek pas." Even nadat de vrouw
de winkel verlaat, bemerkt de winkelier
dat het een biljet van f 50 was. Gelukkig
was de koopster nog niet zoo ver weg
dat zij terug kon worden geroepen, waarna
zij van hare vergissing overtuigd werd. Het
moedertje stond te rillen van verwonde
ring, en voegde er bij, «die breefjies zjjn
ook zukke beroerde dingen voor een boe-
remins, ze mosten nie maggen bestaan.
Noe ik zooveul overhouw verkoop min
nog een watte deken ook," hetgeen in
een ommezientje gebeurd was.
Het moedertje verliet heel voldaen de
winkel, en ook de winkelier was voldaan
over zijn handel.
Bij Kon. Besluit zijn benoemd
Bij het 4de regiment, tot majoor, de
kapitein H. T Chappuis, van het 5de
regiment
Bij het 5de regiment, tot luit.-kolonel
de majoor G. van Essen van het 3de reg.
tot kapitein, de eerste luitenant F. A.
Nieuwenhuis, van het reg. grenadiers en
jagers; tol eerste luitenant de tweede
luitenants H. de Haan Hugenholtz en
J. C. Wagner, beiden van het corps;
De korporaals M. Idzinga, J. Fra
terman, J. van Ilerson, J. C. Wilbergen
en J. Veenema, van het Instructie Ba-
taillon, zijn den 19e Februari, als zoo
danig bij het 5e Regiment alhier, over
geplaatst.
Door den Minister van Oorlog is
bepaald, dat de Goede Vrijdag voor de
protestantsche militairen voor het ver
volg moet gerekend worden te behooren
tot de feestdagen, en dat die dag, voor
wat de diensten betreft, door die cata-
gorie van militairen als Zondag moet
woi den beschouwd.
Uit de gehouden proef met grjjze
wollen handschoenen voor korporaals en
minderen bij het Wapen der infanterie
is gebleken dat die handschoenen in alle
opzichten te verkiezen zijn boven het
thans bestaande model van zwarte wollen
handschoenen.
Dientengevolge is door den Minister
van Oorlog bepaald dat de grijze hand
schoenen overeenkomstig het in beproe
ving geweest zijnde model, zullen worden
ingevoerd en de zwarte hansclioenen ko
men te vervallen.
de straten van Spoleto waren in eene
dikke duisternis gehuld.
Van lijd tot tijd ging er nog in eene
eenzame straat een edelman voorbij, door
lakeien, met fakkels gewapend, vooraf
gegaan, maar zoodra was de edelman
niet voorbij, of de straat toonde weder
de vroegere duisternis en stilte. Het
feest in het paleis Vitelli was geëindigd.
De waskaarsen schenen nog door de
venste>8, uit de geopende dubbele deuren
vertrokken eenige dier achterblijvers, die
niet gaarne het bal of het spel verlaten
voor dat de dag de waskaarsen vetbleekt.
De ramen van het paleis wierpen op de
duistere plaats een twijfelachtig licht.
De toortsen aan beide kanten van den
voorhof in den grond geplant, gingen
langzamerhand uit en geleken daardoor
op roode punten, meer op fantastische
dau op doelmatige wijze verspreid.
Op korten afstand van den voorhof
stond eene arme vrouw, in den hoek
eener muur verborgen, onverschillig te
kijken naar wat er voorviel; zij be
schouwde het paleis en groote tranen
biggelden haar langs de wangen.
«Beiden zijn daarl" mompelde zij,
«beiden jong,schoonverblindend schoon...
Maar welke, welke? O mjjn Godl geef
dat het Alma zijl"
Zij zweeg.
(Wordt vervolgd.)