NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT en GELDERLAND
DE DEER TH M0NKSW00D.
verschijnt woensdag en zaterdag
Officieele Publicatie. I binnenland.
Gemengd Nieuws.
No. 37.
Woensdag, 8 Mei 1895.
Vier-en-twiotigste jaargang.
F euilleton.
AMEBSFOOBTSCIG COÜMNT.
VOOR
abonnementsprijs:
Fer 3 maanden f 1.—Franco per po9t door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
advertentien:
Van 6 regels f 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
ftroote letters en vignetten naar plaatsruimte.
SCHOUW.
De Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort,
Gezien art. 22 van het reglement op
het onderhoud en gebruik der wegen in
de provincie Utrecht d.d. 8 November
1853 (Provinciaalblad No. 102, alsmede
art. 104 van het algemeen politie-regle-
ment voor de gemeente;
Doen te welen, dat de bij voormelde
artikelen bedoelde voorjaars-schouw over
de wegen, slooten en waterleidingen, aan
hun toezicht of beheer onderworpen, zal
gehouden worden op Woensdag, den 22.
Mei aanstaande en volgende dagen.
Wordende bij deze de bepalingen van
bovengemelde reglementen aan de be
langhebbenden in herinnering gebracht.
Amersfoort, den 7. Mei 1895.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNJNCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
M——wa—gas——a—
SC HU LD INT ORDERINGEN.
De Gemeente-ontvanger van Amers
foort,
In ervaring gekomen dat liet te laat
indienen var. rekeningen weieens schade
aan belang hebbenden heeft berokkend,
Noodigt de ingezetenen, aan wie in
den loop des vorigen jaars de levering
van voorwerpen of het verrichten van
eenig werk ten laste van de gemeente
werd opgedragen en die totdusver geene
betaling deswege erlangden, bij dezen
met nadruk uit om zich te zijnen kantore
aantemelden en aldaar opgave van de
niet betaling te doen vóór ot nï-
terlijk op den 31. Hei aanstaande,
en brengt hun tevens in herinnering-
waai toe ook de op 13. Februari II. door
heeren Burgemeester en Wethouders ge
dane aankondiging strekte dat nè hei
einde der maand Juni inkomende schuld
vorderingen over 1894 verjaard en
alzoo niet meer voor eene verevening
vatbaar zijn.
Amersfoort, den 6. Mei 1895.
De Gemeente-ontvanger voornoemd,
J. C. LEINWEBER.
De Haagsche kroniekschrijver van
de iV. Gr. Ct. deelt mede, dat er eene
bespreking is gehouden, die ten doel
heeft een comité te vormen, om, Koningin
Wilhelmiiia bij haar troonsbeklimming
een nationaal geschenk aan te bieden
geen nieuw jacht, zooals onlangs de Midd.
Ct. aanprees, maar een zomerverblijf aan
het Scheveningsche strand.
De versiering van Maastricht voor
de Koninginnenfeesten belooft luisterrijk
te zullen worden. Men is reeds druk be
zig met het in elkaar zetten van de ge
raamten der eerepoorten, w^lke bjj het
begin van Stationstraat en Maasbrug zul
len verrijzen. De geheele Kesselkade, de
Visschermaas, Oeverstraat en Steenenwal
dragen palen met aanhalingen uit de
cantate van mr. G. D. Franquinet, welke
den Vorstinnen het welkom in de stad
toeroepen. Groote Markt en Boschstraat
prijken met hooge en smalle pyraraiden,
welke met illumineorglazen zullen ver
sierd worden.
In de Breestraat is men bezig nog eene
andere soort van versiering op piëdestals
aan te brengen, terwijl ook de overige
stialen een feestelijk aanzien zullen
krjjgen.
Met het oog op het groot aantal
commissiën en personen, die hunne op
wachting wenschen te maken aan H. M.
de Koningin-Regentes op de audiëntie te
's-Hertogenbosch en in verband met den
beschikbaren tijd, heeft H. M. bepaald,
dat zooveel mogelijk personen die gelijk
soortige betrekkingen bekleeden, te zamen
zullen worden ontvangen, terwijl H. M.
den Commissaris der Koningin heeft doen
verzoeken, waar noodig, bekend te maken
dat wenschelijk is het houden van toe
spraken te vermijden.
De Köln. Ztg. beweert dat weldra
de Pruisische regeering den invoer van
melk en van geslacht vee uit Nederl md
zal verbieden.
Kieswet.
Naar wij van goed ingelichte zijde ver
nemen, is in de ontworpen kieswet de
leeftijd voor de kiezers op 25 jaar ge
steld. (Arnh. Ct.)
Naar men verzekert, draagt de thans
van den Raad van State terug ontvangen
wet op de personeele belasting een pro
gressief karakter, waardoor de heffing
meer in overeenstemming wordt gebracht
met de draagkracht der bevolking, waar
van een verlichting van druk op den
middenstand en de kleine burgerij het
gevolg zal zijn.
Het beginsel van hel voorstel moet
door den Raad van State gunstig ont
vangen zijn.
Zondagavond brak te Harderwijk
hrai.d uit in de woning van den land
bouwer J. Rende, wonende bij de Groote
Kerk, welke brand zoo hevig was dat
het perceel evenals het daarnevens lig
gende, spoedig geheel uitbrandde. Intus-
schen was het dak der kerk, door den
vrij sterken vonkenregen, ook aangetast
en veel moeite koste het om daar het
vuur meester te worden. Uit de uitge
brande perceelen is het vee gered, be
halve een paard. De brand zou ontstaan
zijn door het breken der stallantaarn.
Uit het Westlnud.
Naar men uil het Westland schrijft, zijn
de vooruitzichten van het boomgewas
dit jaar niet schitterend de druif heeft
veel geleden door de vorst en den on-
gunstigen zomer van het vorige jear,
zoodat de knop zwak is en geen zwaren
tros belooft. De aalbessen bloeien flink,
doch lijden zeer door de spineters, die
op sommige plaatsen schrikkelijk huis
houden. De kruisbessen beloven een
goeden ogst.
Ook de pruimeboomen, die veel dood
hout vertoonen, doen niet veel vrucht
verwachten. De vroege perziken staan
zeer slecht, vooral die niet gedekt zijn
geweest; zij hebben sterk van de vorst
geleden en weinig of geen knop ontwik
keld.
De appelboomen hehben ineerendeels
zwakke knoppen, die Diet flink doorzet
ten; zij zijn eveneens door het ongedierte
en den winter zeer geplaagd. Alleen
de pereboomen staan beter en vooial
de trospeer belooft veel.
Schooltijden.
Te Berlijn zijn vele ouders ontevreden
over de regeling der schooltijden, welke
nog altijd aldus luidt, dat de kinderen,
nok de 6-jarige. in het winter-halfjaar
te 8 uur, in het zomer-halfjaar te 7 uur
's morgens in de school moeten zijn.
Drie eeuwen geleden begon de school
reeds te 6 uur 's morgens en duurde
dan tot 9 uuren 's namiddags van 122
of 3 uur. Men middagmaalde toen al om
10 of 11 uur, en om 9 uur was alles in
rust. In 1668 werd de begintijd in den
winter op 7 uur bepaald, wat 30 jaar
later ook voor den zomer werd toegepast.
In 1766 werd de winterschooltijd op 812
uur bepaald en de namiddagschool altijd
op 24 of 5 uur. Zoo is bet nog maar
vele ouders achten een zoo vroeg asn-
vangsuur niet meer in overeenstemming
met de tegenwoordige levenswijze, die
zich door laat opstaan en laat naar bed
gaan kenmerkt.
Een vclon" gevonden.
In den Figaro werkt Jern Aicard het
denkbeeld uit, van den tuin der Tuilerieën
een groote kinderspeelplaats te maken
bij gelegenheid van de tentoonstelling van
1900. Dit zou volgens hem de clou der
tentoonstelling zijn en wel een clou d'or.
In de Tuilerieën zou alles te zien en te
genieten zijn, waarin kinderen maar plei-
zier hebben. Poppenkasten van alle na
tiën zouden er vertoond, speelgoed en
kinderboeken ten toon gesteld, kinder-
tooneelvoorstellingen gegeven, kinder-con-
férences waar dichters sprookjes zouden
vertellen, gehouden worden.
Een deel van de opbrengst zou strek
ken ter bevordering van het doel der
vele liefdadige instellingen te Parijs, die
het lot van arme en zieke kinderen trach
ten te verbeteren.
Overbrenging van besmettelijke
ziekten.
Naar het schijnt zijn van alle dieren
de katten het meest vatbaar voor men-
schelijke diphtheritis. Zij kunnen, daar
zij sewoonlijk vrijen toegang hebben tot
slaap- en huiskamer, zeer gevaarlijke
verbreidsters van deze ziekte worden.
In een vergadering van liet Londensch
hygiënisch genootschap werd onlangs
mededeeling gedaan van twee gevallen,
waarin katten op kinderen diphtheritis
hadden overgebracht. Een kind, dat door
diphtheritic werd aangetast en daaraan
bezweek, had een kat, waar het steeds
mee placht te spelen en te sollen. Het
dier werd evereens ziek en tijdens zijn
ziekte verpleegd door vier kinderen uit
een ander gezin. Een dezer kinderen
kreeg insgelyks diphtheritus. Een met
de grootst mogelijke zorgvuldigheid inge
steld onderzoek leidde tot de ontdekking,
dat de overbrenging der ziektekiem enkel
en alleen door de kat had plaats gegre
pen. In het tweede aangehaalde geval
hadden vyf kinderen diphtheritis. Zy
speelden met drie katten, die achtereen
volgens stierven en aan diphtheritis lij
dende geweest bleken te zijn. Katten,
afkomstig uit woningen, waar genoemde
kwaadaaidige keelziekte heerscht, zijn
dus hoogst gevaarlijk te achten voor alle
kinderen uit de buurt.
Ten slotte wenschen wij nog met een
enkel woord te wijzen op een andere
verbreidingswijze van diphtheritis, die
kort geleden werd geconstateerd in Detroit,
Michigan. Onder de schoolkinderen was
diphtheritis in hevige mate heerschende.
Als oorzaak van het feit, dat de ziekte
zich zoo snel en algemeen verbreidde,
werd aangevoerd, dat de kinderen, wier
notlooden na afloop van den schooltijd
alle te zarnen in hetzelfde kistje werden
bewaard, om den daarop Volgende morgen
opnienw onder de leerlingen te worden
uitgedeeld, de potlooden in den mond
namen, een gewoonte, die met kracht
en geweld moet worden uitgeroeid met
bet oog op bovenvermelde mogelijkheid
en het gevaar, dat zij ook ten opzichte
van andere ziekte kan opleveren.
Een spion.
Een onaangenaam voorval is een Hon
gaar overkomen die te Parijs aankwam.
Voor het stalionsgef ouw werd hij prettig
verrast doordat remand hem in zijn moe
dertaal aansprak. Hij verzocht dezen
persoon hem naar het Hongaarsche con
sulaat te geleiden, doch de nieuwe vriend
wist den Hongaar te doen besluiten dit
bezoek nog wat uittestellen, om onder zijn
geleide eerst eens oppervlakkig kennis
te maken met Parijs of liever met
de Parijsche wijn- en bierhuizen, want
daarheen alle-n bracht de vriendelijke
geleidel den vreemdeling, wien dat heel
wat geld kostte. Toen de Hongaar ten
laatste dringend verlangde naar het con
sulaat gebracht te worden lokte de ge
leider een twist uit, die spoedig in een
uit het enqelsch van morley preston
door
4) M
Ik verwijderde mij met tranen in de
oogen van die laatste sombere voorstelling,
welke even als de vorigen ongelwijfe|d
met een doel gemaakt, een bittere levens
geschiedenis voorstelden, aan de werke
lijkheid ontleend. Ik begreep dit alles
en ging treurig gestemd verder.
De volgende kamer was gemeubeld
als de voorgaande, met uitzondering dat
er een ledikant was geplaatst dat veel
geleek op het myne, en bevatte slechts
éen portret. Het was dat van een slank
teeder meisje, van ongeveer negentien
jaren; zy had een klein doch zeer regel
matig gezicht met vriendeljjken mond
en groote grijze oogen, die eene zeer
zachte uitdrukking hadden, en bescha
duwd werden door lange, opgekrulde
wimpers; het kwam my voor alsof ik
dat gezicht meer had gezien. Een don
kerblauw rykleed omsloot de bevallige
gestalte, en een zwarte Spaansche hoed
rnet golvende witte veer, was los op de
blonde lokken gezet. Lang stond ik voor
dat portret in gepeins verzonken, en ver
moedde ook hier een treurige geschie
denis, want niettegenstaande het glim
lachend gelaat en die zachte schuwe
oogen, had het geheel toch, vooral in de
plooiing der dunne lippen, iets zeer droef
geestigs.
Intusschen was May, die rondgesnuf
feld had in de laden der schrijftafel naast
mij komen staan.
»Weet gij wie dat is, miss?" vroeg
zij, hare vroolijke stem veranderende in
een ernstig gefluister; »dat is hel meis
je dat oom Hugh's vrouw had moeten
worden; zij woonde hier dicht in onze
buurt en zij waren al lang verloofd, en
oom Hugh hield zoo heel veel van haar
maar ongeveer veertien dagen voor de
bruiloft, ging bij naar de stad, en terwijl
hij weg was, ging zij naar eene partij
en kwam verkouden te huis. Zij gaf
daar echter niet veel om, en toen kreeg
zij de koorts, en oom Hugh werd ge
haald, doch zij herkende hem niet eens
meer toen hij kwam, en miss, zij stierf
op den dag waarop zij zouden getrouwd
zijn. Vindt gij dat niet erg akelig? Mijn
arme oom Hugh was zoo bedroefd, dat
hy het nooit heeft kunnen vergelen, hoe
wel het nu meer dan tien jaren is gele
den. Dit portret en dat van oom, in de
salon, is op denzelfden tijd gemaakt, kijk
maar, hier staat de daluin."
Werkelijk was in het midden der lijst
een klein plaatje aangebracht waarop
niets anders stond dan de naam »Ada"
en een jaartal.
Toen ik mij bukte om het beter te
kunnen lezen, ging May voort
>Ik had nimmer iets van haar gehoord
tot nu onlangs op het laatste Kerstfeest,
toen grootmama en tante Grace over dat
alles spraken. Zij geloofden niet dat
oom Hugh die treurige geschiedenis ooit
zoude vergeten en zeiden ook, dat hij
oiet gaarne te huis kwam omdat hij Ada's
graf hier moest vinden. Zij dachten er
niet aan dat ik in de kamer was; geloof
ik, want toen ik opstond en uit de ven
sterbank kwam zeide tante, ik heb
waarlijk niet aan de aanwezigheid van
dat kind gedacht waarop grootmama
sprak. Oh, gij kunt May gerust ver
trouwen. En dut kan zij ook, miss
Tenton, want behalve aan u heb ik er
nog nooit met iemand over gesproken."
»Ik vrees toch dat gij het ook aan mij
niet had moeten vertellen, May," zeide
ik, beangst zijnde door de gedachte dat
ik, hoewel onwillekeurig, de aanleiding
was geweest, haar dat geheim te ont
lokken. Doch May had haar antwoord klaar.
»Oh, hoe komt ge er aan, miss! Gij
zijt juist als Ada," en naar liet portret
wijzende, ging zij voort, »het is mij
precies als of ik met haar had gespro
ken."
Om dit gezegde lachende, keek in on
willekeurig op naar de beeldtenis en nu
vond ik in de woorden van het kind de
reden opgehelderd van dien vreemden
indruk, die de schildery, dadelijk op mij
gemaakt hadik zag in liet gelaat van
Ada mijne eigen gelijkenis!
Ziet gij niet hoe gy op elkander ge
lijkt?" vroeg May, terwijl zij op haar
teenen ging staan om de trekken vari
het beeld nog beter met de mijne te
vergelyken.
»Ja," zeide ik aarzelend, »maar het
poitret is veel mooier dari ik ben,May!"
»Nu, misschien wel een weinig," gaf
het kind peinzende toe, »doch niet veel.
Gij zijt ook heel mooi, miss, dat zeg ik,
zoo gij die zwarte japon niet aan had,
en gekleed waart met dat rijkleed en
dien hoed zooals zij, geloof ik dat gij
even mooi zijn zoudt."
Eensklaps werd ik onrustig en zeide:
»kom May, gaat nu met mij mede, ik
geloof dat ik hier nooit had moeten ko
men; kom ga nu mede, mijn kind."
Ik drong haar de kamer uit eu wij
gingen daarop naar de mijne, alwaar ik
haar een boek met vertellingen gaf, dat
mij zelf in mijn kinderjaren in verrukking
had gebracht; ik zette mij toen neder
om brieven te schrijver, aan mijn oom,
miss Manvers, Carrie en Etta. Doch
onwillekeurig viel mij de pen uit de hand
en het papier bleef onaangeroerd voor
mij liggen; de schilderijen die ik gezien
en de geschiedenis die ik gehoord had,
hielden mijn geest uitsluitend bezig.
Hoe plotseling en wreed was het levens
geluk van dien Hugh Temple verwoest
geworden! en dan tien jaren van veidriet
en zorgen nutteloos doorgebracht Hij
kon nog niet ouder zijn dan vier-en-
derng jaren I Ik kon mij zoo verstellen
hoe hij dal schoone blonde meisje moest
hebben lief gehad. Die zuivere teedere
trekken, die zachte trouwe oogen en dat
eenvoudig woord »Ada" zeiden mij meer
dan een boekdeel vol hsd kunnen bevat
ten. Ik was wantrouwend geworden
door miss Manvers brief, te Monkswood,
gekomen met een gevoel ja mis
schien van baal tegen deszelfs meester,
en thans, nu ik zijne geschiedenis ge
hoord had, gevoelde ik in mijn hart enkel
diep medelijden met hem. Of was
dal gevoel van sympaihie en belang
stelling soms iets anders dan medely-
den ik gevoelde dat ik I loosde