Gemengd Nieuws.
BINNENLAND.
Plaatselijke berichten.
De indaba, de bijeenkomst, duurde vier
uur en de discussie werd met groote
levendigheid gevoerd. De princes legden
de grieven harer naties bloot, welke hoofd
zakelijk gericht waren tegen de ir.landsche
politie, die, zooals de Matabelen verklaar
den, vrouwen onteerden en vee stalen
en Sikombo klaagde vijf inlandsche «com
missionersc aan. Alle hoofden verzochten
om verbanning van zekere hoogeambte
naren, vroeger in dienst van de Maat
schappij.
De heer Rhodes gaf toe, dat de inland
sche politie een fout was en beloofde een
onderzoek omtient de klachten der hoof
den. De princes verzochten den heer
Rhodes, in het land te blijven. Toen de
indaba geëindigd was, riep Sikombo uit
«Ga in vrede, mijn vader, grootste aller
opperhoofdenDe heer Rhodes verklaart
dat zulk een tooneel het leven van het
leven waard was.c
Ten einde de beschrijving te volmaken
laten wij volgen het verhaal, dat wij in
de Daily News vinden omtrent den rit
van Rhodes, van Buluwayo naar de Ma
toppo's. Het feit wordt beschreven in
een telegram, Zaterdag 22 Augustus af
gezonden uit Buluwayo:
«Gister, tegen den middag, kwam John
Grootboom in het kamp van Rhodes en
vroeg den commandant te spieken. Hij
verklaarde, dat zes voorname hoofden
twee prinsen, de broeders van Lobengula
vier-en-dertig induna's en kapiteins van
de impi's der Matabelen in plechtige
raadsvergadering waren bijeengekomen
in de heuvelen, vier mjjlen daar van
daan.
De bijeenkomst werd in het geheim
gehouden, daar de hoofden bang waren
om in het open veld te komen, vreezende
dat zij door blanke troepen zou worden
verontrust. Zij verlangden evenwel den
heer Colenbrander te spreken, dien zjj als
vriend vertrouwden en omdat zij zulk
een groot man als mr. Rhodes niet durf
den verzoeken in den Raad te versche
nen. Maar toch zou deze welkom zijn,
wanneer hij wilde komen.
Daarop besloot mr. Rhodes onmiddel
lijk te gaan. Zijn militaire omgeving
wilde hem vergezellen, ten einde voor
zijn veiligheid zorg te dragen, doch Groot
boom gaf den ernstige» raad zulk een
stap niet te doen, daar deze het doel
slechts zou doen mislukken en tnr. Rho
des persooriljjk in groot gevaar zou bren
gen. Dientengevolge vertrokken mr. Rho
des, dr. Sauer. mr. Colenbrander en de
vertegenwoordiger der pers naar de aan
geduide plaats, ieder met een revolver
in eiken zak, behalve mr. Rhodes, die
ongewapend giiig en geweigerd had eenig
wapen bij zich te steken.
John Grootboom en John Makings vul
den het troepje aan tot zes man en samen
gingen zij naar de Matoppo'e; de weg
daarheen was bedekt met kopjes en be
zaaid met holen. Uiterlijk waren allen
kalm; zjj namen zelfs een onverschillige
houding aan, maar toch waren allen
angstig, daar zij meenden dat de inboor
lingen een valstrik gespannen hadden om
het gioote blanke opperhoofd Rhodes
levend gevangen te nemen en de ande
ren te dooden. Dit zou heel gemakkelijk
kunnen geschieden.
Juist vier mijlen van het kamp bereik
ten de zes mannen den voet van een
woest kopje en honderd yards verder
bevond zich de plaats van bijeenkomst.
Mr. Rhodes en zijn metgezellen stegen
zwijgend af, vatten post bij een groot
mierennest en bleven wachten. Het wach
ten scheen eindeloos en ofschoon er de
stilte des doods heerschte, wisten alle
zes zeer goed dat de plaats omringd was
met honderden gewapende Matabelen.
Elk teeken van angst zou noodlottig
zijn geweest; doch niets van dien aard
werd getoond.
Het kritieke oogenblik was gekomen,
toen Grootboom naar hel kopje ging om
te zeggen, dat de mannen gekomen waren
u elk aantal van Greenwich diners, of
vermaken van dien aard geven, altijd op
voorwaarde dat gij, evenals de onsterfe
lijke Becky uw herdershond met u mede-
neemt; hij mag u bouqetten bij duizenden
zenden (de hemel weet dat ik steenkolen
tusschen zijn veroorloofde schenken kon
voegen), muziek bij menigte hij mag
u toeslaan hem te plunderen aan hand
schoenen, bij de wedrennen, en dat op
de meest onbedekte wijze; hij mag u
een poedel of een mops, of elk ander
soort van hondje ten geschenke geven;
niets van dat alles is gewaagd. Maar van
het oogenblik af, waarop ik u in toiletten
zie, welke gij u niet kunt aanschaffen,
of wel met mij onbekende juweelen zie
beladen, zal ik uw gedrag met minder
toegevend oog dan te voren gadeslaan.
De hemel weet,* (voegt hjj er met een
zucht hjjj: «hoe dankbaar ik den man
zou wezen, die mjj mijne vrijheid terug
gaf, door u weg te voeren, maar daartoe
zijt gij te slim. Dus moet ik mij zoo
goed ik kan beschermen om niet bespot
telijk en verachtelijk te worden ge
maakt.
«Gij zjjt bepaald onmenscheiijk,* zeide
zjjne viouw van ergems weenende: «En
te denken,» (voegt zij er met eene be
weging van afgrijzen bjj): «dat ik een
maal van u hield."
en op de komst der opperhoofden
wachtten.
Plotseling verscheen er iets wits op
het kopje en al de opperhoofden kwamen
te voorschijn, voorafgegaan door iemand
die een witte vlag droeg. Zwijgend kwa
men zij tot in de nabijheid der mannen
en schaarden zich in een halven cirkel
rondom hen. De indaba duurde vijf uur...
Toen stonden de opperhoofden op en
ieder legde een stokje aan de voeten van
mr. Rhodes, ten bewjjze, dat zij bereid
waren hun geweren over te leveren, ter
wijl een ander stokje beteekende, dat zij
ook bereid waren hun assegaaien over
te geven.
Mr. Rhodes, die geen oogenblik zij
kalmte en koelbloedigheid verloor, ant
woordde daarop, dat het afschaffen der
inlandsche politie in overweging zou wor
den genomen.*
HH. MM. de Koninginnen woonden
met een gevolg van zes personen Zondag
morgen de godsdienstoefening hij in de
Ned. herv. kerk te Basrn. Voorganger
was prof. Valeton, uit Utrecht.
Een groot gala-diner ten hove zal
dit jaar op den verjaardig der Koningin
niet plaats hebben. De viering op het
paleis te Soestdijk zal zich in hoofdzaak
tot den hofkring bepalen.
Te Soestdjjk zijn Zaterdag aange
komen de jonge Prinsen van Bentheim
De Hertogin van Albany was den
vorigen avond te 7 uur met hare kinde
ren vandaar vertrokken. Zij hebben den
overtocht naar Engeland gemaakt over
Vlissingen.
Men bereidt zich ook in de Trans
vaal voor om den verjaardag van onze
Koningin feestelijk herdenken.
De Eerste Kamer behandelt de vol
gende week de kieswet; het laatste van
de nog aanhangige ontwerpen.
Atjeb.
Aan het Hbl. werd Maandag uit Bata
via geseind
Gisteren zijn vier bataljons infanterie
en marechaussees door de XXII Moekims
Jen Zuid-Oosten van onze stelling) opge
rukt, naar Indrapoeri.
De excursie zal vermoedelijk zes dagen
duren.
De tocht, thans door kolonel Slemfoori
ondernomen, blijkt een herhaling te zijn
van den grooten veldtocht in de XXII
Moekims, in 1879 door generaal Van der
Heijden gemaakt.
Het schijnt dat men even ver wil gaan
als vroeger, en wel tot het aan de Aljeh
rivier gelegen Indrapoeri, de plaats waar
de pretendent-sultan heet te vertoeven.
Over den nu ondernomen tocht wordt
aan de N. R. Ct. gemeld, dat onze troe
pen Zondag tot voorbij den opgeheven
post Anak-Galoeng oprukten en daar vrij
hevig beschoten werden. Onze vei liezen
bedroegen 2 gesneuvelden en 12 gekwet
sten, allen beneden den rang van officier.
Deze tocht door het gebied van Toekoe
Baid heeft, volgens het Hbld., geleid tot
de gevangenneming van genoemd hoofd,
die zich aan kolonel Stemfoort overgaf.
Deze Toekoe Baid is een bekend figuur
uit den Atjeh-oorlog. Hij is hoofd der
VII Moekims en een zeer onbetrouwbaar
peisoon.
Generaal Van der Heijden verbande
hem indertijd. Generaal Demmenie riep
hem terug. Onder generaal DeykerJioff
peelde hij weder dubbelzinnig spel.
Hij genoot vddr zijn afval in de eerste
dagen van April een iractement van 400
gulden, waarvoor hij eigenlijk niets in ons
belang deed. Zijn eenige veidiensteschijnt
te zjjo geweest dal hij biuikbaar was
als barometer van de pressie, door het
«En te denken,* antwoordde hij: «dat
ik vier duizend pond per jaar opgaf ter
wille van mijn huwelijk met u. Ik ver
zeker u, lieve, dat het een waar vermaak
is te zien, hoe andere mannen zich dwaas
voor u aanstellen. Indien ik het eenige
slachtoffer van uwe betoovering was,
zoude ik mij naar Hanwell begeven heb
ben en reeds lang geleden gesmeekt
hebben dat men mij binnen liet.*
Er is geene vrouw op aarde, die zich
geminacht kan hooien door een man,
ie eens van haar hield, ook al is zij er
toe gekomen, hem te haten en te ver
achten, en Mrs. Faistar was geen uit
zondering op den regel. Toch trok zij
uitstekend partij der vriendelijke bejege
ning van haar echtgenoot. Zjj stond niet
veel bjj haar droefheden stil of beweende
ze niet, dewijl zij wist dat zulks de man
nen verveelt, maar zjj had eene onweer
staanbare manier om gedurende een
oogenblik droevig te kijken, en te zeggen
dat «de wereld rijk aan teleurstellingen
was,* dat, «eene vrouw, die de liefde
van haar echtgenoot niet bezat, het on
gelukkigste wezen ter wereld was,* en
dat, «te beminnen en bemind te zjjn
met ware leederheid het eenige was dat
het leven waard was* ztjzelve (en
t werd met een blik van zachte gela
tenheid gezegd) was van dat geluk ver-
diepere gedeelte der Atjeh-vallei en door
Pedir uitgeoefend.
Of hij het lot van Nja Makam zal dee-
len en zal worden gefussileerd, is nog
niet bekend.
Douimelen we weer in?
Onder dit opschrift schrijft men aan
de Haagsche Ct,
Kort nadat bekend was geworden, dat
Toekoe Djohan weder Toekoe Oemar was
geworden, was het zeer geruststellend
te zien hoe de autoriteiten kalm, maar
flink, maatregelen namen om «mennekens"
naar Indië te zenden.
Van de koloniale reserve vertrokken
een paar detachementen en van net
Werfdepót een duizend man binnen een
paar maanden.
Maar sedert eenige weken is 't alsof
er in Indië geen aanvulling van militairen
meer noodig is. Van verdere uitzending
van detachementen door de Koloniale
Reserve hoort men niets, en van het
Werfdepot gaan nu slechts zoo om de
drie vier weken detachementjes van
een 40 a 50 man.
Toch zou men uit de berichten uit
Indië, dunkt ons, moeten besluiten, dat
daar nog dagelijks heel wat soldaten,
vooral tengevolge van vermoeienis en
uitputting, buiten gevecht worden gesteld.
En niet alleen in Atjen, maar ook op
Lombok worden zware diensten van de
troepen gevergd.
Gedenkt men bovendien, dat in October
en November a.s. de detacheeiingstermijn
van twee jaren eindigt van het nog al
aanzienlijke getal miliciens, die in die
maanden van 1894 (tijdens de affaires
tegen Lombok) naar Indië vertrokken,
en dus meerendeels binnenkort zullen
terugkeeren. dan vraagt men zich werke
lijk af: moet er niet wal meer, zelfs wat
héél véél meer gedaan worden om
de werving te bevorderen en te zorgen,
dat er wat heel veel meer aanvul
lingstroepen nog in deze maanden naar
Indië vertrekken?
Luit. Eloff, die onlangs ook een
bezoek aan ons land bracht, is met de
Norman naar Zuid-Afrika teruggekeerd.
Bjj zijn vertrek werd hij nog geïnter
viewd door e»n berichtgever van South-
Africa. Op diens vraag, hoe Eloff dacht
over de oppositie tegen dr. Leyds, ant
woordde hij
Dr. Leyds zal het volgende jaar met
een groote meerdeiheid als staats-secre-
taris herkozen worden. Ik geloof, dat
hem een groote toekomst wacht en dat.
als «Oom Paul* aftreedt, hij tot presi
dent van de Republiek zal worden ge
kozen.
Door den heer A. J. Krieger te
Gouda is, onder overlegging van de noo-
dige stukken, aan de regeering concessie
gevraagd voor den aanleg en exploitatie
van een stoomtram van Tiel over Buren
naar Kuilenburg.
In verband met deze aanvrage is door
den heer Kiieger legen 14 Sept. e. k. te
Tiel eene vergadering van autoriteiten en
bestuurders van vereenigingen in de be
trokken streek belegd, tot bespreking van
het plan en zoo mogelijk tot samenstelling
van een comité van uitvoering.
Te Achlum zijn bij de afgraving
der groote terp op Sopsum dezer dagen
weder tal van voorwerpen gevonden, die
vroeger tot huishoudelijk gebruik moeten
gediend hebben.
Een rood steenen pot, gelie-l gaaf en
van een fatsoen, zooals ze thans nergens
meer gemaakt worden, was van buiten
geheel zwart, kennelijk door de herhaalde
aanraking met het haardvuur. Een klei
ner potje met één oor had zeker voor
drinknap gediend. Verder zag de cor
respondent der L. Ct. nog een stuk van
een fraaie beenen haarkam, een kope
en sleutel van vreemd model, een beenen
spoel, met nog andere kleinigheden.
Een beenen spijker zal zeker wel geen
uitpluizer geweest zijn, daar de tabak
eerst in het midden der 16e eeuw in
Europa werd ingevoerd.
stokenhaar bleef niets over dan de
armzalige schillen des levens. Zjj moest
voortlachen en beproeven de wereld te
misleiden, ofschoon haar hart langzaam
wegstierf bij gebrek aan medegevoel.
En dit te bekennen aan een man, een
jongen man, een man zonder ondervin
ding van vrouwen, was veel gezegd.
Terwijl hij toeluisterde, brandde Otto
van verlangen om den ellendeling van
een echtgenoot neer te schieten en zijne
weduwe te vertroosten, maar wanneer
het toeval wilde dat Mr. Faister midden
onder het verhaal de kamer binnentrad,
moest Otto hem altijd hartelijk de hand
schudden, en eer beleefd dan anders zijn
pmerkingen beantwoorden.
Loid Ryvendale brengt nog telkens
bezoeken aan Mrs. Faistar, en het ge
beurt niet zelden dat hij en Otto elkan
der aldaar ontmoeten. Er ligt eene
soort van vijandigheid tusschen de twee
mannen, die niet alleen toe te schrijven
valt aan hunne wederzydsche bewondering
voor hunne schoone gastvrouw. Otto is
veel meer jaloersch voor Lady Ryven-
dale's rekening dan voor zjjne eigen, of
schoon er oogenblikken zijn, waarop hij
geneigd is persoonlijk wrok te gevoelen
over Alsagers liefkozende manieren en
fluisterende bekentenissen tegen Mrs.
Faistar. Wat behoeft een gehuwd man,
Uit Rhenen wordt gemeld:
In de plaats van de heeren H. Zwaar
demaker en E. van Imgen, die bedankt
hadden als Bestuursleden van de Fer-
eeniging voor het Vreemdelingenverkeer.
alhier, zijn als zoodanig gekozen de hee
ren C Sandbrink en L. van Wijngaarden
Nadat deze vereeniging een vorig jaar
vele banken en handwijzers heeft ge
plaatst aan de oostzijde der stad, heeft
dit jaar de Westzijde een beurt gekregen
Vooral de banken, waarvoor de mooiste
plekjes zijn uitgekozen, en ook de sier
lijke handwijzers worden door de vele
bezoekers van elders ten zeerste gewaar
deerd.
Het dagelijksch bestuur van het
Nederlandsch Landbouw-comité heeft aan
de ministers van waterstaat en van jus
titie een adres verzonden, waarin het,
gevolg gevende aan de opdracht van de
onlangs gehouden algemeene vergadering
van het Comité, aandringt op eene wij
ziging van de boterwet, in den zin als
door hel comité noodig werd geoordeeld
De le luitenant der Artillerie W.
H. Doorman, gedetacheerd bij de Hoogere
Krijgsschool is aangewezen om tijdens
de najaars oefeningen, dienst te doen bij
het 5e Regiment Infanterie. Genoemde
officier wordt ingedeeld bij het 2e batal
jon van genoemd Korps.
De Minister van Oorlog heeft be
paald dat de tweede luitenant kwartier
meester J. Veenendaal, werkzaam bij de
Controleur der inwendige administratie
der Korpsen, tijdens de najaarsoefeningen
zal worden ingedeeld bij het 3e bataljon
van het 5e Regiment infanterie, en zulks
ter vervanging ian den eerste luitenant
kwartiermeester J. J. M. E. Muijser, die
daartoe vroeger was aangewezen, doch
nu tijdelijk gedetacheerd wordt bij de
Permanente Militaire Spoorweg-Com
missie.
Bij vonnis van den krijgsraad in
hel 3e Militaire arrondissement le Arn
hem van den 21 Augustus 1896, is»P. C.
Karssen, soldaat bij het 5e Regiment in
fanterie schuldig verklaard aan:
Diefstal In de Chambrée ten nadeele
van een kameraad, en veroordeeld tot
eene militaire gevangenisstraf voor den
tijd van drie maanden en in de proces
kosten.
Donderdag a.s. zal met den trein
om 6.52 morgens van hier naar Oldebroek
vertrekken een detachement van het 5e
Regiment infanterie, sterk 3 officieren en
100 onderofficieren en minderen, onder
bevel van den kapitein J. F. Bekkers,
om deel te nemen aan de praclische
oefeningen van de Vesting Artillerie die
aldaar in de legerplaats gekampeerd zijn.
Bedoeld detachement keert dienzelfden
dag met den trein om 9.12 's avonds
naar het garnizoen teiug.
Op Donderdag a.s. komen hij het
5e Regiment infanterie de milicien ver
lofgangers van de lichtingen van 1892
en 1893 onder de wapenen voor herha
lingsoefeningen en voorts om geoefend
te woiden in de exercitie en het schieten
met het nieuwe geweer Model '95.
De Minister van Oorlog heeft be
paald dat de vaandels en standaarden van
de Regiments infanterie en Cavalerie
zoodra mogelijk of anders naar afloop
van de najaars oefeningen naar's Graven-
hage moeten worden overgebracht om te
worpen voorzien van de opschriften ver
meld in het Koninklijk Besluit van 7
Augustus 1896 N. 41.
De overbrenging zal geschieden door
de adjudanten onderoffiicier vaandel- of
standaarddragers, vergezeld van een
officier van het betrokken korps.
Onze studgenoot De WelEerw. lieer
B. M. Brom is benoemd als Kapelaan te
Ankeveen.
iemand die daarenboven getrouwd is met
de liefste, zachtste vrouw van Gods aarde,
teedere blikker, en streelende woordjes
voor eene andere vrouw te kennen! Hij
vraagt allijd scherp nuai Lady Ryvendale,
zoo vaak zij elkander aan huis bij Mis.
Faistar ontmoeten, en Mylord tracht tel
kens, ofschoon eigenlijk verward door den
loon des jongeling», eene onverschillige
houding aan te nemen bij zijn ant
woord.
«Dat is iets, dat ik nooit zal begrij
pen zegt Otto met nadiuk bij zichzel-
ven: «hoe zij dien kerel kon trouwen!*
Om op de eerste regels van mijn
hoofdstuk terug te komen Sir Otto
Desmond is bezig aan zijn ontbijt in zijn
vertrekken van St. James' street.
De «Morning Post* ligt vddr hem, en
hij heeft juist het bericht gelezen dat Sir
John er. Lady Courtland en Miss Court-
land aangekomen zijn voor het seizoen,
en dat van Soutlislire naar No. Eaton
Square.
«Ik zal daar heden aangaan,* besluit
Sir Otto: «ik heb ze in geen eeuw ge
zien. Het zal mij verwonderen of de
mooie Alice wat meer uit zichzelve zal
kunnen zeggen dan de laatste maal dat
ik haar outmoette. Op mijn woord, ik
geloof niet haar aanschouwd te hebben
na dien dag, waai op Charlie en ik daar
Door den kerkeraad der Ned. Her
vormde gemeente hier is besloten, wegens
de tijdelijke afwezigheid der beide predi
kanten, het beroep ir. de vacature-ds.
Irnmink uil het drietal, uit te stellen tot
de maand September a.s.
Door den Burgemeester is met in
gang van 25 Augustus benoemd tot agent
der 2e klasse hier L. Coomans, thans
gemeente-en onbezoldigd rijksveldwachter
te Driewegen (Zeeland).
Majoor A. M. Tromp van Holst,
commandant der dienstdoende schutterij
te Amersfoort, heeft vergunning verkregen
van den Minister van Oorlog om van 6
tot 16 September deel te nemen aan de
groote manoeuvres der 2e divisie infan
terie, in Drente en Overijsel te houden,
en wordt daartoe ingedeeld bij het 5e
regiment infanterie.
Naar wij vernemen zullen bij ge
legenheid der op 11 September te Putten
te houden Land- en Tuinbouw-Tentoon-
stelling de navolgende extra-treinen op
den Centraal-Spoorweg loopen
van Amersfoort v.m. 9.22
Nijkerk 9.34
Aank. le Putten 9.42
van Putten n.m. 9.25
Nijkerk 9.34
Aank. Ameisf. 9 47
Onaangenaam avontuur.
Zaterdagavond zat een kolonel van 't
Britsch-Indische leger in een restaurant
van een Parijschen boulevard. Een wel
gekleed jongmensch tegenover hem deed,
naar aller- schijn bij ongeluk, spuitwater
op zijn overhemd spatten en rustte niet
of hij moest, onder een vloed van ver
ontschuldigingen, alles met zijn servet
afwisschen. Terwjjl de officier voor een
spiegel boord en das in orde bracht, be
taalde de ander en ging heen. Toen de
kolonel hetzelfde wilde doen miste hij
zijn zakportefeuille met 150 p. st. in
Fransche en Engelsche banknoten.
lleclanie-opbrengst.
Voor eenige jaren werd Pear's zeep
fabriek het eigendom eener maatschappij
en daardoor is men te weten gekomen
de verhouding, waarin de kosten voor
advertentiëu en zuivere winsten tot elkaar
staan. In 1885 gaf Pear voor annoncen
uit 37j,948 gulden en de winsten be
droegen driemaal zooveel. In 1886 waren
de kosten der annoncen ruim f 706,608
en de winsten f 1,410,780. In 1891
waren de advertenliekosten f 1,243,152
en de winsten ruim 2 miljoen gulden.
Het blijkt dus, dat Pear in 7jaartijds
voor meer dan 7 miljoen gulden annon
ceerde, doch een zuivere winst van 11.5
miljoen gulden behaalde.
Nieuwste methode vnn reizen.
Een paar jonge Amerikanen willen op
handen en voeten den weg van San-Fran-
cisco naar New-York afleggen. Deze
afstand bedraagt 5000 kilometer. Zij
hopen per dag 15 a 20 kilometer te vor
deren en alzoo in veertien maanden hun
tocht te volbrengen.
Nu de renstal en stoeterij van wijlen
baron Hirsch in Engeland vei kocht is,
kan men eerst berekenen hoeveel hjj in
Engeland heeft nagelaten. Men schat
zulks op 16'/3 millioen gulden. Nu is
dit Engelsche gedeelte slechts een klein
gedeelte van 't geheele reuzenvermogen.
Men schat dat baron Hirsch in 't geheel
heeft nagelaten 250 miliioeD gulden.
Een dure krnnt.
Uit Medan schrijft men aan liet Bat.
Hbl. dd. 15 dezer:
Op de vendutie, heden gehouden te
Karnpoong-Bezaar, ten huize van den
heer W. C. L. Jansz, heeft een enkel
exemplaar van De Oostkust den noemens
waardige» prijs gehaald van f 105, Zegge
één honderd vijf gulden, door koop en
wederverkoop.
Heeft ooit een exemplaar van een cou
rant zooveel opgebracht?
Een nieuwe stad.
Reeds sedert eenigen tijd bestond in
Rusland het plan een niauwe stad te
bouwen aan de kust van Murman, op
het schiereiland Kola, niet ver van Jeka-
terinenpoort. Dit plan zal nu ten uitvoer
worden gebracht. Een Noorsch ingenieur,
de heer Blom Olsen, uit Vardö, is elast
met de leiding der werkzaamheden en
zal eerst de noodige havendammen bou
te samen een bezoek brachten. Die
me, oude Charlie! Te denken dat hij
een zoon en erfgenaam bezit. En zich
dan te zeggen, indien ik riiijn zin had
kunnen hebben, zou ik thans een gezeten,
oud gehuwd man zijn. Ik ben tevreden
dat het zoo niet was. Ik ben overtuigd
dat zoo ik Riettn op dit oogenblik zag,
ik mij zoude verbazen dat ik ook iets in
haar vond, waarover ik mij zoo ellendig
kon gevoelen.*
Wordt vervolgd).