Gemengd Nieuws. BINNENLAND. Plaatselijke berichten. De indaba, de bijeenkomst, duurde vier uur en de discussie werd met groote levendigheid gevoerd. De princes legden de grieven harer naties bloot, welke hoofd zakelijk gericht waren tegen de ir.landsche politie, die, zooals de Matabelen verklaar den, vrouwen onteerden en vee stalen en Sikombo klaagde vijf inlandsche «com missionersc aan. Alle hoofden verzochten om verbanning van zekere hoogeambte naren, vroeger in dienst van de Maat schappij. De heer Rhodes gaf toe, dat de inland sche politie een fout was en beloofde een onderzoek omtient de klachten der hoof den. De princes verzochten den heer Rhodes, in het land te blijven. Toen de indaba geëindigd was, riep Sikombo uit «Ga in vrede, mijn vader, grootste aller opperhoofdenDe heer Rhodes verklaart dat zulk een tooneel het leven van het leven waard was.c Ten einde de beschrijving te volmaken laten wij volgen het verhaal, dat wij in de Daily News vinden omtrent den rit van Rhodes, van Buluwayo naar de Ma toppo's. Het feit wordt beschreven in een telegram, Zaterdag 22 Augustus af gezonden uit Buluwayo: «Gister, tegen den middag, kwam John Grootboom in het kamp van Rhodes en vroeg den commandant te spieken. Hij verklaarde, dat zes voorname hoofden twee prinsen, de broeders van Lobengula vier-en-dertig induna's en kapiteins van de impi's der Matabelen in plechtige raadsvergadering waren bijeengekomen in de heuvelen, vier mjjlen daar van daan. De bijeenkomst werd in het geheim gehouden, daar de hoofden bang waren om in het open veld te komen, vreezende dat zij door blanke troepen zou worden verontrust. Zij verlangden evenwel den heer Colenbrander te spreken, dien zjj als vriend vertrouwden en omdat zij zulk een groot man als mr. Rhodes niet durf den verzoeken in den Raad te versche nen. Maar toch zou deze welkom zijn, wanneer hij wilde komen. Daarop besloot mr. Rhodes onmiddel lijk te gaan. Zijn militaire omgeving wilde hem vergezellen, ten einde voor zijn veiligheid zorg te dragen, doch Groot boom gaf den ernstige» raad zulk een stap niet te doen, daar deze het doel slechts zou doen mislukken en tnr. Rho des persooriljjk in groot gevaar zou bren gen. Dientengevolge vertrokken mr. Rho des, dr. Sauer. mr. Colenbrander en de vertegenwoordiger der pers naar de aan geduide plaats, ieder met een revolver in eiken zak, behalve mr. Rhodes, die ongewapend giiig en geweigerd had eenig wapen bij zich te steken. John Grootboom en John Makings vul den het troepje aan tot zes man en samen gingen zij naar de Matoppo'e; de weg daarheen was bedekt met kopjes en be zaaid met holen. Uiterlijk waren allen kalm; zjj namen zelfs een onverschillige houding aan, maar toch waren allen angstig, daar zij meenden dat de inboor lingen een valstrik gespannen hadden om het gioote blanke opperhoofd Rhodes levend gevangen te nemen en de ande ren te dooden. Dit zou heel gemakkelijk kunnen geschieden. Juist vier mijlen van het kamp bereik ten de zes mannen den voet van een woest kopje en honderd yards verder bevond zich de plaats van bijeenkomst. Mr. Rhodes en zijn metgezellen stegen zwijgend af, vatten post bij een groot mierennest en bleven wachten. Het wach ten scheen eindeloos en ofschoon er de stilte des doods heerschte, wisten alle zes zeer goed dat de plaats omringd was met honderden gewapende Matabelen. Elk teeken van angst zou noodlottig zijn geweest; doch niets van dien aard werd getoond. Het kritieke oogenblik was gekomen, toen Grootboom naar hel kopje ging om te zeggen, dat de mannen gekomen waren u elk aantal van Greenwich diners, of vermaken van dien aard geven, altijd op voorwaarde dat gij, evenals de onsterfe lijke Becky uw herdershond met u mede- neemt; hij mag u bouqetten bij duizenden zenden (de hemel weet dat ik steenkolen tusschen zijn veroorloofde schenken kon voegen), muziek bij menigte hij mag u toeslaan hem te plunderen aan hand schoenen, bij de wedrennen, en dat op de meest onbedekte wijze; hij mag u een poedel of een mops, of elk ander soort van hondje ten geschenke geven; niets van dat alles is gewaagd. Maar van het oogenblik af, waarop ik u in toiletten zie, welke gij u niet kunt aanschaffen, of wel met mij onbekende juweelen zie beladen, zal ik uw gedrag met minder toegevend oog dan te voren gadeslaan. De hemel weet,* (voegt hjj er met een zucht hjjj: «hoe dankbaar ik den man zou wezen, die mjj mijne vrijheid terug gaf, door u weg te voeren, maar daartoe zijt gij te slim. Dus moet ik mij zoo goed ik kan beschermen om niet bespot telijk en verachtelijk te worden ge maakt. «Gij zjjt bepaald onmenscheiijk,* zeide zjjne viouw van ergems weenende: «En te denken,» (voegt zij er met eene be weging van afgrijzen bjj): «dat ik een maal van u hield." en op de komst der opperhoofden wachtten. Plotseling verscheen er iets wits op het kopje en al de opperhoofden kwamen te voorschijn, voorafgegaan door iemand die een witte vlag droeg. Zwijgend kwa men zij tot in de nabijheid der mannen en schaarden zich in een halven cirkel rondom hen. De indaba duurde vijf uur... Toen stonden de opperhoofden op en ieder legde een stokje aan de voeten van mr. Rhodes, ten bewjjze, dat zij bereid waren hun geweren over te leveren, ter wijl een ander stokje beteekende, dat zij ook bereid waren hun assegaaien over te geven. Mr. Rhodes, die geen oogenblik zij kalmte en koelbloedigheid verloor, ant woordde daarop, dat het afschaffen der inlandsche politie in overweging zou wor den genomen.* HH. MM. de Koninginnen woonden met een gevolg van zes personen Zondag morgen de godsdienstoefening hij in de Ned. herv. kerk te Basrn. Voorganger was prof. Valeton, uit Utrecht. Een groot gala-diner ten hove zal dit jaar op den verjaardig der Koningin niet plaats hebben. De viering op het paleis te Soestdijk zal zich in hoofdzaak tot den hofkring bepalen. Te Soestdjjk zijn Zaterdag aange komen de jonge Prinsen van Bentheim De Hertogin van Albany was den vorigen avond te 7 uur met hare kinde ren vandaar vertrokken. Zij hebben den overtocht naar Engeland gemaakt over Vlissingen. Men bereidt zich ook in de Trans vaal voor om den verjaardag van onze Koningin feestelijk herdenken. De Eerste Kamer behandelt de vol gende week de kieswet; het laatste van de nog aanhangige ontwerpen. Atjeb. Aan het Hbl. werd Maandag uit Bata via geseind Gisteren zijn vier bataljons infanterie en marechaussees door de XXII Moekims Jen Zuid-Oosten van onze stelling) opge rukt, naar Indrapoeri. De excursie zal vermoedelijk zes dagen duren. De tocht, thans door kolonel Slemfoori ondernomen, blijkt een herhaling te zijn van den grooten veldtocht in de XXII Moekims, in 1879 door generaal Van der Heijden gemaakt. Het schijnt dat men even ver wil gaan als vroeger, en wel tot het aan de Aljeh rivier gelegen Indrapoeri, de plaats waar de pretendent-sultan heet te vertoeven. Over den nu ondernomen tocht wordt aan de N. R. Ct. gemeld, dat onze troe pen Zondag tot voorbij den opgeheven post Anak-Galoeng oprukten en daar vrij hevig beschoten werden. Onze vei liezen bedroegen 2 gesneuvelden en 12 gekwet sten, allen beneden den rang van officier. Deze tocht door het gebied van Toekoe Baid heeft, volgens het Hbld., geleid tot de gevangenneming van genoemd hoofd, die zich aan kolonel Stemfoort overgaf. Deze Toekoe Baid is een bekend figuur uit den Atjeh-oorlog. Hij is hoofd der VII Moekims en een zeer onbetrouwbaar peisoon. Generaal Van der Heijden verbande hem indertijd. Generaal Demmenie riep hem terug. Onder generaal DeykerJioff peelde hij weder dubbelzinnig spel. Hij genoot vddr zijn afval in de eerste dagen van April een iractement van 400 gulden, waarvoor hij eigenlijk niets in ons belang deed. Zijn eenige veidiensteschijnt te zjjo geweest dal hij biuikbaar was als barometer van de pressie, door het «En te denken,* antwoordde hij: «dat ik vier duizend pond per jaar opgaf ter wille van mijn huwelijk met u. Ik ver zeker u, lieve, dat het een waar vermaak is te zien, hoe andere mannen zich dwaas voor u aanstellen. Indien ik het eenige slachtoffer van uwe betoovering was, zoude ik mij naar Hanwell begeven heb ben en reeds lang geleden gesmeekt hebben dat men mij binnen liet.* Er is geene vrouw op aarde, die zich geminacht kan hooien door een man, ie eens van haar hield, ook al is zij er toe gekomen, hem te haten en te ver achten, en Mrs. Faistar was geen uit zondering op den regel. Toch trok zij uitstekend partij der vriendelijke bejege ning van haar echtgenoot. Zjj stond niet veel bjj haar droefheden stil of beweende ze niet, dewijl zij wist dat zulks de man nen verveelt, maar zjj had eene onweer staanbare manier om gedurende een oogenblik droevig te kijken, en te zeggen dat «de wereld rijk aan teleurstellingen was,* dat, «eene vrouw, die de liefde van haar echtgenoot niet bezat, het on gelukkigste wezen ter wereld was,* en dat, «te beminnen en bemind te zjjn met ware leederheid het eenige was dat het leven waard was* ztjzelve (en t werd met een blik van zachte gela tenheid gezegd) was van dat geluk ver- diepere gedeelte der Atjeh-vallei en door Pedir uitgeoefend. Of hij het lot van Nja Makam zal dee- len en zal worden gefussileerd, is nog niet bekend. Douimelen we weer in? Onder dit opschrift schrijft men aan de Haagsche Ct, Kort nadat bekend was geworden, dat Toekoe Djohan weder Toekoe Oemar was geworden, was het zeer geruststellend te zien hoe de autoriteiten kalm, maar flink, maatregelen namen om «mennekens" naar Indië te zenden. Van de koloniale reserve vertrokken een paar detachementen en van net Werfdepót een duizend man binnen een paar maanden. Maar sedert eenige weken is 't alsof er in Indië geen aanvulling van militairen meer noodig is. Van verdere uitzending van detachementen door de Koloniale Reserve hoort men niets, en van het Werfdepot gaan nu slechts zoo om de drie vier weken detachementjes van een 40 a 50 man. Toch zou men uit de berichten uit Indië, dunkt ons, moeten besluiten, dat daar nog dagelijks heel wat soldaten, vooral tengevolge van vermoeienis en uitputting, buiten gevecht worden gesteld. En niet alleen in Atjen, maar ook op Lombok worden zware diensten van de troepen gevergd. Gedenkt men bovendien, dat in October en November a.s. de detacheeiingstermijn van twee jaren eindigt van het nog al aanzienlijke getal miliciens, die in die maanden van 1894 (tijdens de affaires tegen Lombok) naar Indië vertrokken, en dus meerendeels binnenkort zullen terugkeeren. dan vraagt men zich werke lijk af: moet er niet wal meer, zelfs wat héél véél meer gedaan worden om de werving te bevorderen en te zorgen, dat er wat heel veel meer aanvul lingstroepen nog in deze maanden naar Indië vertrekken? Luit. Eloff, die onlangs ook een bezoek aan ons land bracht, is met de Norman naar Zuid-Afrika teruggekeerd. Bjj zijn vertrek werd hij nog geïnter viewd door e»n berichtgever van South- Africa. Op diens vraag, hoe Eloff dacht over de oppositie tegen dr. Leyds, ant woordde hij Dr. Leyds zal het volgende jaar met een groote meerdeiheid als staats-secre- taris herkozen worden. Ik geloof, dat hem een groote toekomst wacht en dat. als «Oom Paul* aftreedt, hij tot presi dent van de Republiek zal worden ge kozen. Door den heer A. J. Krieger te Gouda is, onder overlegging van de noo- dige stukken, aan de regeering concessie gevraagd voor den aanleg en exploitatie van een stoomtram van Tiel over Buren naar Kuilenburg. In verband met deze aanvrage is door den heer Kiieger legen 14 Sept. e. k. te Tiel eene vergadering van autoriteiten en bestuurders van vereenigingen in de be trokken streek belegd, tot bespreking van het plan en zoo mogelijk tot samenstelling van een comité van uitvoering. Te Achlum zijn bij de afgraving der groote terp op Sopsum dezer dagen weder tal van voorwerpen gevonden, die vroeger tot huishoudelijk gebruik moeten gediend hebben. Een rood steenen pot, gelie-l gaaf en van een fatsoen, zooals ze thans nergens meer gemaakt worden, was van buiten geheel zwart, kennelijk door de herhaalde aanraking met het haardvuur. Een klei ner potje met één oor had zeker voor drinknap gediend. Verder zag de cor respondent der L. Ct. nog een stuk van een fraaie beenen haarkam, een kope en sleutel van vreemd model, een beenen spoel, met nog andere kleinigheden. Een beenen spijker zal zeker wel geen uitpluizer geweest zijn, daar de tabak eerst in het midden der 16e eeuw in Europa werd ingevoerd. stokenhaar bleef niets over dan de armzalige schillen des levens. Zjj moest voortlachen en beproeven de wereld te misleiden, ofschoon haar hart langzaam wegstierf bij gebrek aan medegevoel. En dit te bekennen aan een man, een jongen man, een man zonder ondervin ding van vrouwen, was veel gezegd. Terwijl hij toeluisterde, brandde Otto van verlangen om den ellendeling van een echtgenoot neer te schieten en zijne weduwe te vertroosten, maar wanneer het toeval wilde dat Mr. Faister midden onder het verhaal de kamer binnentrad, moest Otto hem altijd hartelijk de hand schudden, en eer beleefd dan anders zijn pmerkingen beantwoorden. Loid Ryvendale brengt nog telkens bezoeken aan Mrs. Faistar, en het ge beurt niet zelden dat hij en Otto elkan der aldaar ontmoeten. Er ligt eene soort van vijandigheid tusschen de twee mannen, die niet alleen toe te schrijven valt aan hunne wederzydsche bewondering voor hunne schoone gastvrouw. Otto is veel meer jaloersch voor Lady Ryven- dale's rekening dan voor zjjne eigen, of schoon er oogenblikken zijn, waarop hij geneigd is persoonlijk wrok te gevoelen over Alsagers liefkozende manieren en fluisterende bekentenissen tegen Mrs. Faistar. Wat behoeft een gehuwd man, Uit Rhenen wordt gemeld: In de plaats van de heeren H. Zwaar demaker en E. van Imgen, die bedankt hadden als Bestuursleden van de Fer- eeniging voor het Vreemdelingenverkeer. alhier, zijn als zoodanig gekozen de hee ren C Sandbrink en L. van Wijngaarden Nadat deze vereeniging een vorig jaar vele banken en handwijzers heeft ge plaatst aan de oostzijde der stad, heeft dit jaar de Westzijde een beurt gekregen Vooral de banken, waarvoor de mooiste plekjes zijn uitgekozen, en ook de sier lijke handwijzers worden door de vele bezoekers van elders ten zeerste gewaar deerd. Het dagelijksch bestuur van het Nederlandsch Landbouw-comité heeft aan de ministers van waterstaat en van jus titie een adres verzonden, waarin het, gevolg gevende aan de opdracht van de onlangs gehouden algemeene vergadering van het Comité, aandringt op eene wij ziging van de boterwet, in den zin als door hel comité noodig werd geoordeeld De le luitenant der Artillerie W. H. Doorman, gedetacheerd bij de Hoogere Krijgsschool is aangewezen om tijdens de najaars oefeningen, dienst te doen bij het 5e Regiment Infanterie. Genoemde officier wordt ingedeeld bij het 2e batal jon van genoemd Korps. De Minister van Oorlog heeft be paald dat de tweede luitenant kwartier meester J. Veenendaal, werkzaam bij de Controleur der inwendige administratie der Korpsen, tijdens de najaarsoefeningen zal worden ingedeeld bij het 3e bataljon van het 5e Regiment infanterie, en zulks ter vervanging ian den eerste luitenant kwartiermeester J. J. M. E. Muijser, die daartoe vroeger was aangewezen, doch nu tijdelijk gedetacheerd wordt bij de Permanente Militaire Spoorweg-Com missie. Bij vonnis van den krijgsraad in hel 3e Militaire arrondissement le Arn hem van den 21 Augustus 1896, is»P. C. Karssen, soldaat bij het 5e Regiment in fanterie schuldig verklaard aan: Diefstal In de Chambrée ten nadeele van een kameraad, en veroordeeld tot eene militaire gevangenisstraf voor den tijd van drie maanden en in de proces kosten. Donderdag a.s. zal met den trein om 6.52 morgens van hier naar Oldebroek vertrekken een detachement van het 5e Regiment infanterie, sterk 3 officieren en 100 onderofficieren en minderen, onder bevel van den kapitein J. F. Bekkers, om deel te nemen aan de praclische oefeningen van de Vesting Artillerie die aldaar in de legerplaats gekampeerd zijn. Bedoeld detachement keert dienzelfden dag met den trein om 9.12 's avonds naar het garnizoen teiug. Op Donderdag a.s. komen hij het 5e Regiment infanterie de milicien ver lofgangers van de lichtingen van 1892 en 1893 onder de wapenen voor herha lingsoefeningen en voorts om geoefend te woiden in de exercitie en het schieten met het nieuwe geweer Model '95. De Minister van Oorlog heeft be paald dat de vaandels en standaarden van de Regiments infanterie en Cavalerie zoodra mogelijk of anders naar afloop van de najaars oefeningen naar's Graven- hage moeten worden overgebracht om te worpen voorzien van de opschriften ver meld in het Koninklijk Besluit van 7 Augustus 1896 N. 41. De overbrenging zal geschieden door de adjudanten onderoffiicier vaandel- of standaarddragers, vergezeld van een officier van het betrokken korps. Onze studgenoot De WelEerw. lieer B. M. Brom is benoemd als Kapelaan te Ankeveen. iemand die daarenboven getrouwd is met de liefste, zachtste vrouw van Gods aarde, teedere blikker, en streelende woordjes voor eene andere vrouw te kennen! Hij vraagt allijd scherp nuai Lady Ryvendale, zoo vaak zij elkander aan huis bij Mis. Faistar ontmoeten, en Mylord tracht tel kens, ofschoon eigenlijk verward door den loon des jongeling», eene onverschillige houding aan te nemen bij zijn ant woord. «Dat is iets, dat ik nooit zal begrij pen zegt Otto met nadiuk bij zichzel- ven: «hoe zij dien kerel kon trouwen!* Om op de eerste regels van mijn hoofdstuk terug te komen Sir Otto Desmond is bezig aan zijn ontbijt in zijn vertrekken van St. James' street. De «Morning Post* ligt vddr hem, en hij heeft juist het bericht gelezen dat Sir John er. Lady Courtland en Miss Court- land aangekomen zijn voor het seizoen, en dat van Soutlislire naar No. Eaton Square. «Ik zal daar heden aangaan,* besluit Sir Otto: «ik heb ze in geen eeuw ge zien. Het zal mij verwonderen of de mooie Alice wat meer uit zichzelve zal kunnen zeggen dan de laatste maal dat ik haar outmoette. Op mijn woord, ik geloof niet haar aanschouwd te hebben na dien dag, waai op Charlie en ik daar Door den kerkeraad der Ned. Her vormde gemeente hier is besloten, wegens de tijdelijke afwezigheid der beide predi kanten, het beroep ir. de vacature-ds. Irnmink uil het drietal, uit te stellen tot de maand September a.s. Door den Burgemeester is met in gang van 25 Augustus benoemd tot agent der 2e klasse hier L. Coomans, thans gemeente-en onbezoldigd rijksveldwachter te Driewegen (Zeeland). Majoor A. M. Tromp van Holst, commandant der dienstdoende schutterij te Amersfoort, heeft vergunning verkregen van den Minister van Oorlog om van 6 tot 16 September deel te nemen aan de groote manoeuvres der 2e divisie infan terie, in Drente en Overijsel te houden, en wordt daartoe ingedeeld bij het 5e regiment infanterie. Naar wij vernemen zullen bij ge legenheid der op 11 September te Putten te houden Land- en Tuinbouw-Tentoon- stelling de navolgende extra-treinen op den Centraal-Spoorweg loopen van Amersfoort v.m. 9.22 Nijkerk 9.34 Aank. le Putten 9.42 van Putten n.m. 9.25 Nijkerk 9.34 Aank. Ameisf. 9 47 Onaangenaam avontuur. Zaterdagavond zat een kolonel van 't Britsch-Indische leger in een restaurant van een Parijschen boulevard. Een wel gekleed jongmensch tegenover hem deed, naar aller- schijn bij ongeluk, spuitwater op zijn overhemd spatten en rustte niet of hij moest, onder een vloed van ver ontschuldigingen, alles met zijn servet afwisschen. Terwjjl de officier voor een spiegel boord en das in orde bracht, be taalde de ander en ging heen. Toen de kolonel hetzelfde wilde doen miste hij zijn zakportefeuille met 150 p. st. in Fransche en Engelsche banknoten. lleclanie-opbrengst. Voor eenige jaren werd Pear's zeep fabriek het eigendom eener maatschappij en daardoor is men te weten gekomen de verhouding, waarin de kosten voor advertentiëu en zuivere winsten tot elkaar staan. In 1885 gaf Pear voor annoncen uit 37j,948 gulden en de winsten be droegen driemaal zooveel. In 1886 waren de kosten der annoncen ruim f 706,608 en de winsten f 1,410,780. In 1891 waren de advertenliekosten f 1,243,152 en de winsten ruim 2 miljoen gulden. Het blijkt dus, dat Pear in 7jaartijds voor meer dan 7 miljoen gulden annon ceerde, doch een zuivere winst van 11.5 miljoen gulden behaalde. Nieuwste methode vnn reizen. Een paar jonge Amerikanen willen op handen en voeten den weg van San-Fran- cisco naar New-York afleggen. Deze afstand bedraagt 5000 kilometer. Zij hopen per dag 15 a 20 kilometer te vor deren en alzoo in veertien maanden hun tocht te volbrengen. Nu de renstal en stoeterij van wijlen baron Hirsch in Engeland vei kocht is, kan men eerst berekenen hoeveel hjj in Engeland heeft nagelaten. Men schat zulks op 16'/3 millioen gulden. Nu is dit Engelsche gedeelte slechts een klein gedeelte van 't geheele reuzenvermogen. Men schat dat baron Hirsch in 't geheel heeft nagelaten 250 miliioeD gulden. Een dure krnnt. Uit Medan schrijft men aan liet Bat. Hbl. dd. 15 dezer: Op de vendutie, heden gehouden te Karnpoong-Bezaar, ten huize van den heer W. C. L. Jansz, heeft een enkel exemplaar van De Oostkust den noemens waardige» prijs gehaald van f 105, Zegge één honderd vijf gulden, door koop en wederverkoop. Heeft ooit een exemplaar van een cou rant zooveel opgebracht? Een nieuwe stad. Reeds sedert eenigen tijd bestond in Rusland het plan een niauwe stad te bouwen aan de kust van Murman, op het schiereiland Kola, niet ver van Jeka- terinenpoort. Dit plan zal nu ten uitvoer worden gebracht. Een Noorsch ingenieur, de heer Blom Olsen, uit Vardö, is elast met de leiding der werkzaamheden en zal eerst de noodige havendammen bou te samen een bezoek brachten. Die me, oude Charlie! Te denken dat hij een zoon en erfgenaam bezit. En zich dan te zeggen, indien ik riiijn zin had kunnen hebben, zou ik thans een gezeten, oud gehuwd man zijn. Ik ben tevreden dat het zoo niet was. Ik ben overtuigd dat zoo ik Riettn op dit oogenblik zag, ik mij zoude verbazen dat ik ook iets in haar vond, waarover ik mij zoo ellendig kon gevoelen.* Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1896 | | pagina 2