NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
No. 89.
Woensdag 4 November 1896.
Vijf-en-twintigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
BINNENLAND.
Feuilleton.
Amersfoortsche Courant
abonnementsprijs:
Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijk.
Af 7. ouderlijke Nummers 3 Gent.
Ingezonden stukken en berichten in Lezen den uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
advertentien:
Van 1 6 regels f 0,40 iedere regel meer B Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
H.H. M.M. de Koninginnen hebben
aan Ireule van de Poll en Miss Winter
bij haar aftreden, respectievelijk al- suiin-
lendHiite en gouvernante der Koningin,
geschenken als aandenken vereerd en
beide vorstinnen deden deze dames bij
haar vertrek uit het paleis uitgeleide tot
in de vestibule.
Op den dag van haar vertrek mocht
de voormalige gouvernante der Koningin
vele bewijzen van belangstelling onder
vinden. Behalve het vorstelijk souvenir
ontving zy biiever. en telegrammen van
waardeering van verschillende leden der
vorstelijke familie in het buitenland.
De heeren van het Militair Huis der
Koningin boden haar een bouquet aan
en dergelijk blijk van sympathie ontving
zij ook van verschillende heeren van het
Civiele Huis.
Naar het station werd miss Winter
vergezeld door de hofdame der koningin-
regentes, baronnesse Van Iitersum, en
met deze bevonden zich aldaar freule
Rengers, hofdame van H. M., meviouw
van der Poll, baronesse van Tuijl van
Serooskerken, mevr. van Suchtelen, de
kamerheeren baron Taets van Ameron-
gen en ridder Huijssen van Kattendijke,
de stalmeester baron Bentinck, de inten
dant jhr. Hoeufft van Velsen, baron Clif
ford, hofmaarschalk, de hof-archivaris
I aron Snouckaerl van Schoubnrg, baron
van Tuijll, jhr. van der Poll, jhr. van
Tets, kapitein ter zee Zeegeig Veeckens,
jhr. v. d. Bosch, jhr. de Ranilz, particu
lier secretaris, jhr. Vegelin van Claer-
bergen, teferendaris bij het kabinet,
luit. graaf Dumonceau, Louden, en Six,
orden ance-ofDcieren.
Vbd de Groothertogin van Saksen-
W'eimar, Hare tante, heeft H. M. de Ko
ningin, als aandenken aan Hare be
vestiging in de Hervormde Keik, een
poitret ten geschenke ontvangen, vat)
wijlen Hare grootmoeder Annn Pouw
lowna, de weduwe van Koning Willem II.
Gisterennamiddag te half vijf zijn
HH. MM. de koninginnen via Bazel naar
Pugny lez Corbières bij Aix les Bains
afgereisd.
De Staatsspoortrein was behalve uit
de gewone reizigers-rijtuigen ten behoeve
van hel Hof, saumgesteld uit het koninklijk
salonrijtuig dat door een overdekt plan
kier in verbinding staat met een waggon,
bevattende slaap-compai timenten voor de
Vorstinnen; voorts uil een salonrijtuig
voor hel gevolg en een bagagewagen.
De op deze reis vergezellende leden
der hofhouding zijn: baronnessen Van
lttersum en Rengers, hofdames, luit.
generaal graaf Dumonceau, kamerheer
jhr. Van Pabst Van Bingerden, ad. luit
kol. jhr. Van de Poll, terwijl vanwege
het kabinet der Koningin is toegevoegd
de referendaris jhr. Vegelin van Claer-
bergen.
In open ryluig begaven H.H. M.M. zich
van het paleis naar het station, voor
welk gebouw een talryke menigte ge
schaald stond om de vorstelijke reizigers
te begroeten.
In de Hof-wachtzaal bevonden zich tot
het doen van uitgeleide de Ministers van
Buiteul. Zaken, van Binnen!. Zaken en
van Marine; de vice-president van den
Raad van State, jhr. Van Panhaijs, de
Commissaris der Koningin, de burge
meester, de luitenarit-geneiaal jhr. Ver-
spijck, de genei aal-majoor Dooi man, nieuw
opgetreden gouverneur der Residentie en
Hr. Ms. stalmeester baron Bentinck, met
alle welke autoriteiten zoowel de Koningin-
Moeder vóór dat zij naar den trein
gingen zich onderhielden.
HH. MM. bevonden zich nog op het
buitenbalcon toen de trein afreed, zoodat
"zij van die plaats de autoriteiten en het
publiek begroetten.
In deri trein waren de buffetten voor
zien om de Koninginnen en gevolg ge
durende de reis den middagmaaltijd en
andere spijzen te dienen.
De inspecteur der Staalsspoorwegmaat-
scliappij, de heer Silvergieler Hoogstadt,
begeleidde liet Koninklijke reisgezelschap
tot Emmeiik.
De Minister van Binnenlandsclie
Zaken heeft goedgevonden te bepalen
dat met ingang van 5 November 1896
het vervoer van herkauwende dieren en
varkens verboden is uit een kring, om
vattende de provinciën Overysel en Gel
derland, alsmede de gedeelten van de
provinciën Noord-Brabant en Limburg.
Door het bestuur van den Alge-
meenen Nederlandschen Wtelrijdersbond
is aan de Tweede Kamer een adres in
gezonden, naar aanleiding van het ont
werp tot heffing eener rijwielbelasting.
Op den voorgrond stellende dat het
ingediende ontwerp door de billijkheid
der belastingsom en de eenvoudigheid
der invordering zich gunstig onderscheidt
van de meeste andere wijzen, waarop het
wielrijden zou kunnen worden belast,
wijst de Bond echter op eenige voor
schriften, die niet aan denzelfden eisch
van billijkheid voldoen en die bij de
practische uitvoering z. i. Int velerlei
moeilijkheden aanleiding zuilen geven.
Zoo op de verplichting, opgelegd aan
een ieder, die zich op den openbaren weg
met een rjjwiel bevindt zonder dit te
berijden, om op verbeurte eener boete
van ten hoogste 75 gulden een wielrij-
derskaart te bezitten. In plaats daarvan
zou adr. wenschen te bepalen, dat een
ieder, die op den openbaren weg een
rywiel berijdt of zich met een rijwiel
daarop bevindt met het klaarblijkelijk
doel om dal te berijden, voorzien moet
zijn van een wielrjjderskaart.
Voortk vraagt aar. lo. aan rijwielher
stellers of handelaren in rijwielen de
gelegenheid open te stellen voor loop
jongens kosteloos kaarten te verkrijgen;
2e te bepalen, dat de fabrieksarbeiders,
ambachls- en handwerklieden kosteloos
een wielrjjderskaart kunnen verkrijgen,
die echter slechts geldig is voor werk
dagen jen waarvan de ijjder op Zor.- en
algemeen erkende feestdagen geen ge
bruik mag maken 3o. dal aan hen die
een zeker aantal kilometer van eene in
richting van onderwijs verwijderd zijn,
kosteloos kaarten voor schooikindeten
worden verschaft, waarmede ook alleeD
op schooldagen en wanneer de school
werkelijk bezocht woidt, het rijwiel be
reden mag worden 4o. dat ten behoeve
van lien die het wielrijden leeren, zonder
te weten of zij zulk een rjjwiel kunnen
of zullen aanschaffen, worde opgenomen
de bepaling, dat hij die met behulp van
anderen het wielrijden leert, tijdens dat
leeien van de belasting worde vrijgesteld
5o. dat vreemdelingen, die voor enkele
uren ons land bezoeken en dus niet een
vaste, tjjdelijke verblijfplaats in Nederland
hebben, zoowel van de belasting als van
de formaliteiten die hei wetsontwerp
vooischrijft, vrijgesteld worden; 6o in
de wet uitdrukkeljjk te bepalen, dat liet
rijwiel of het wielrijden door den provin
cialen en den gemeentelijken wetgever
niet door belasting mag worden getroffen.
Het bestuur verzoekt de Kamer ten
slotte de wet tot heffing eener rijwiel-
belasting aan te nernen, nadat zoo mo
gelijk aan de bezwaren, door adressant
uiteengezet, zal zijn tegemoet gekomen.
Dat 't met de betaling van de be
lastingen te Rotterdam niet vlug gaat,
blijkt uit de mededeeling in de N. R.
Cf., dat in het ressort van de aldeeling
der directe belastingen een aanvang is
gemaakt met liet uitreiken van omstreeks
7000 dwangbevelen aan inwoners, die
in het betalen der verschuldigde belas
ting nalatig bljjven.
Het tweede jaarverslag van de Kwart-
gulden-Vereeniging voor heide-ontginning
getuigt van den bloei der vereeniging.
Het ledenaantal steeg van 4196 tot 6604
aan giften en jaariijksche bijdragen werd
de netto som van f 4003.14'/, ontvangen.
In den loop van het jaar werden de sta
tuten heizien en is de Koninkljjke goed
keuring daarop verkregen.
Sedert haar ontstaan in Juli 1894,
werd door de Kwurtgulden-Vereeniging
ruim f8000 ontvangen. Door middel van
dit bedrijfskapitaal is het Bestuur van
den Oranjebond van Orde iri staal gesteld
teirein aan te koopen voor de Erica-
Stichting: deel te nemen in het kapi
taal der Kolonisatie-Maatschappij tEigen
Haard" van den «Bond van Orde door
Hervorming" te Groningen zich gronden
aan te schaffen op het Hotveld en het
Haltemscheveld voor de cultuur van de
Lathyrus Wagneri, en op de Erica-Stich
ting voor den aanleg van graslandver
keerswegen op de drie stichtingen te
laten maken en een terrein aan te koopen
voor eeri nieuwe stichting «Huis en Hof'
nabjj Amersfoort. Tei voltooiing van
»Ori8 Huis" op bet Hofveld weid oen
subsidie van f400 geschonken.
Volgens eene mededeeling in Het
Vaderland van den heer Jurriaan Kok,
directeur dor Haagsche plateelbakkerij
«Rozenburg», heeft de minister van
buitenlandsche zaken aan het hoofdbestuur
der Vereeniging tot bevordering van
fabrieks- en handwerksnijverheid in Ne
derland verklaard, dat de regeering Diet
voornemens was om aan de Kamer voor
stellen te doen om eeD belangrijke sub
sidie toe te staan voor de Parysche
Wereldtentoonstelling, en ook geen plan
nen koesterde om een oÈGcieele commissie
te benoemen.
De minister meende, dat het oordeel
der Kamer over deze zaak genoegzaam
bekend was, sedert ter gelegenheid van
de expositie van 1892 te Chicago de
subsidie voor de afdeeling «Kunst» door
haar werd afgestemd. Tevens deelde de
minister mede, dat hem was gebleken
uit rapporten van vroegere tentoonstellin
gen, dat subsidies, door vroegere regeerin
gen verstrekt, weinig kwamen in het
belang van de exposanten zelf. Het
eenige, wat de minister aan de Kamer
wenschte voor te stellen, was een post
voor de bestrijdiDg van de kosten van
een officieelen regeeringsvertegenwooidi-
ger; maar dit zou alleen geschieden om
de Nederlandsche exposanten in de gele
genheid te stellen te exposeeren, daar
de Fransche regeering niet anders wenscht
te onderhandelen dan met oCGcieele
regeeringspersonen.
Dr. M. Call Theal, Zuid-Afrika'a
welbekende geschiedschrijver, is onlangs
naar Europa op reis gegaan en is voor
nemens om een langdurig bezoek te bren
gen aan 's-Gravenhage, alwaar de boeke
rijen en archieven nog een schat van
vuor Zuid-Afrika wetenswaardige gegevens
bevatten; dl. Theal is van plan otn die
gegevens zorgvuldig te onderzoeken en
afschriften van interessante stukken te
verzamelen.
Het vooi beeld is gegeven en wekt
reeds tot navolging. De. emigratiewoede,
in het Oldamht eens zoo fel, ontwaakt
langzaam. Pas is de arl eider H. Koning
vari Oudedijk met zijn geziu de onbekende
verte tegemoet gelogen, of thans hebben
zich uit dezelfde plaats alweder twee
andere gezinnen naar Chili ingescheept.
Het eene beslaat uit 10, het andere uit
6 personen. Een hetle onderneming dus.
De kolenaanvoer per waterweg
wordt zeer belemmerd door den hoogen
waterstand. Vrachten zijn hoog. Aanvoer
per spoorweg gaat tamelijk geregeld,
hoewel vooral voor cokes het voortdurend
wagengebrek groote moeilijkheden geeft.
Er mankeeiden op 26 Oct. 520, op
27 Oct. 1486, op 28 Oct. 2050, op 29
95)
«Ryvendale!»
Alsager keert zich om.
«Indien ik haastig gesproken heb,»
zegt zyn vriend, «vergeef het my dan.
Ik bedoel hiermede niet dat ik iels van
wat ik gezegd heb terugtrek of minder
gevoel, maar slechts dat ik het misschien
liever had moeten zwygen. Maar om
Gods wille, bedenk wat gy doen zoudt
door het kind te zien of op te merken
Zyne toekomst is verzekerd; de men-
schen kunnen de waarheid omtrent hem
vermoeden, doch nimmer zeker weten.
Gy spreekt van vaderlijk gevoelwelnu 1
Ik zou denken dat, indien dit gevoel op
recht is, het u allereerst zal doen in
aanmerking nemen, wat tot zyn bestwil
is en u bereid zal maken uzelf, maar
niet uw zoon, op te offeren.
«Ik dank u voor uw raad,» geeft Alsa
ger, met een toornigen gloed in zijn
oogen, ten aDtwoord. «Maar het komt
my voor dat gy er zelf te veel belang
bij hebt om als raadgever veel waarde
te hebben.»
Loid Fairholme geeft geen antwoord,
en Alsager gaat heen en sluit de deur
achter zich.
Dien middag ziet men Lord Fairholme
Diet in de club; hij blijft te huis en
dekt na; maar noch tijd noch overpein
zing helpen hem; hij weet er geen mid
del op, indien Alsager toegeeft aan zijn
zelfzuchtig verlangen naar don knaap.
Wat zal Viva doen I Indien hij haar vraagt
om het kind te zien, zal zy dan den moed
hebben, hem te weigeren, of wel, zal zij
toegeven? Misschien zal Bertie hen weder
by elkander brengen; zij zal genoodzaakt
zyn hem te zien; en vaarwel dan aan
alle rust of vreugde voor haar en ook
voor de arme Lady Ryvendale hier be
neden. Hij gelooft dat Alsager haar
slechts behoeft terug te zien, met het
gevoel dat hy onherroepelijk van haar
gescheiden is, om geheel zijne liefde voor
haar terug te roepen. Hoezeer Lord
Fairholme Viva ook bemint, is het toch
geene gedachte aan zichzelven, welke
hem met eene folterende vrees zulk eene
mogelykheid te gemoet doet zien.
Terwijl Alsager zich uit Albemarle
Street verwydert, is zijn hart vervuld
van toom en ijverzucht. Hy zegt tot
zichzelven dat Fairholme zich schande
lijk, ja, op eene geheel onteerende, siink-
sche wyze gedragen heeft van het begin
tot het einde.
Indien hij dit slechts geweten had,
toen hij hoopte hem met Riette te doen
trouwen en hem voortdurend op het land
goed wilde hebben! Hij bedenkt met
eene sarrende gewaarwording van erger
nis, hoe hij gewoon was hem over Viva
en het kind te spreken, en dat terwijl
de huichelaar hen steeds zag, hoewel hij
zich door woord noch gebaar verraadde.
Het maakte hem woedend, te weten
dat er mogelykheid bestond dat Viva
hem zoude trouwen; het vertoornde hem
niet minder dat Lord Fairholme haar
zoude willen huwen. In spijt van al het
onrecht dat hy haar aangedaan had,ge
voelde Alsager dat zy na hem aan geen
ander kon of mocht toebehooren. Hij
had haar verlaten; hy had eene andere
vrouw getrouwd en toch zeide hy bij
zichzelven, dal zij voor eeuwig zijne her
innering moest bewaren.
En toen verbaasde hij zich over de
betooveriog, welke gemaakt kon hebben
dat hij Osyth boven haar verkoos!
«Het is het Noodlot,» sprak hij met
een zucht: «Het Noodlot!» Geen oogen
blik kwam hel hem in de gedachte om
zijne eigeD ontrouw, zijue eigen zelfzucht
te beschuldigen. Zijne zonde had hem
uitgevonden, maar hij bekende zichzelven
niet, gezondigd te hebben. In zyn eigen
oogen was hy slechts het slachtoffer van
«de macht der omstandigheden.»
HOOFDSTUK XXXY.
«Het laatst vaarwel."
Viva eD Désirée stonden op den drem
pel der deur met angstig hart uit te
zien naar Bertie's terugkeer. Beiden
waren overtuigd dat hem niets kon over
komen, waar Fletcher by hem was, en
toch werd haar vrouwelijk gemoed, dat
zoo bereid is lot zelfpijniging over dege
nen, die het liefheeft, door allerlei vree
zen gekweld, welke zij niet aan elkander
durfden mededeelen. Het was kwartier
vóór eenen: hy was om tien uur ver
trokken; nog nooit te voren was hij zoo
lang afwezig geweest. Désirée ging hel
rijpad af, opende de poort, en keek naar
builen. Bertie en Fletcher kwamen juist
op dat oogenblik rond de kromming van
den weg, en Désirée zond een vroom
gebed van dank op. Toen daarop haar
gemoed gerust was gesteld, ging zij op
vrouwelijke wyze over tot hel vlammend
aanzien van haar slaaf Fletcher, en hem
met uitbundigheid uit te schelden dat
hij Mevrouw zulk eene vrees had vei
oorzaakt.
«Ga weg en plaag Fletcher niet!»
roept Master Bertie op bevelenden toon.
En daarop, zijne moeder op hem ziende
afkomen, roept hij vtooltjk uit:
«Mama! mama! Bertie naar Londen
geweest. Bertie duizend heeren en dames,
en paarden, en Anaom Cabs gezien. Laat
mij er af, Fletcher, gauw!» En afgeste
gen zijnde, vliegt hij in de armen zijner
moeder. Fletcher haast zich weg met
de poney; hij verkeert in doodelyken
angst dat hij het kind de ontmoeting
met den zonderlingen heer in het Park
zal hooren vertellen. Hy heeft een ge
voel van schuld, alsof hij aansprakelijk
ware voor het ongeval. Maar in zijne
opwinding heelt Bertie voor het oogen
blik dit voorval op zijn rijtocht vergeten.
Het is niet voordat hij zijn middagmaal
reeds halverwege genuttigd heeft dat hy
het zich herinnert. Hij houdt stil met
zijn lepel halverwege den mODd.
«Mama!» zegt hij.
»Nu, lieveling.»
«Er was een heer, die Bertie van zijn
paard nam, en hem zoo tegen zich aan
drukte. Het riarn Bertie's adem bijna
weg.»
«Deed hij dat, lieveling?» zegt Viva
glimlachend: «Wal dwaas vari een mijn
heer om dat te doenl Maar ik wilde wei