Gemengd Nieuws. SGHAAKAFDEELING. BUITENLAND. Plaatselijke berichten. Probleem No. 88. Oct. 1741, op 30 Oct. 1370, en op 31 Oct. 1563 wageos, te zamen 8738 wagens, tegen 9893 in de vorige week, zoodat de toestand schynt te verbeteren. PrjjzeD zeer vast. Men spreekt van overleg der Ruhrorier haven handelaren om prijzen voor 1897 vast te stellen, die alle hooger zouden zijn dan voor dit jaar golden. Het is verbazend druk. Werkkrachten komen te kort. Voor Zaterdag 31 Oct. waren 13844 wagens aangevraagd. Naar het Dagbl. mededeelt, heeft de Regeering het voornemen, om bij de a. s. behandeling der Indische Begrooting in de Tweede Kamer over de Atjeh- aangelegenheden een comité-generaal uit te lokken. Bij het bestuur van Suriname is een concessie aanvraag gekomen, die zeggen de Surinaamsche bladen bladen als alles aan de verwachting beant woord, gerekend mag worden de toekomst der kolonie te verzekeren. Het betreft niet meer of minder dan den aanleg van een spoorweg van Panamaribo naar het Lawa-gebied en de exploitatie van meer dan 500,000 hectaren in het terrein tus- schen Suriname en de Marowyne. De eerste wetenschappelijke balans van het «Pensioenfonds voor weduwen en weezen van Ryks-ambtenaren» is gereed en wordt tegen het einde dezer week door het bestuur van het fonds bij den Minister van Financiën ingediend. Naar het Vad. verneemt, sluit zij met een aanzienlijk batig saldo. Het door Canova in Carrarisch mar mer gehouwen monument ter nagedachte nis van Prins Willem George Frederik van Oranje Nassau, dat enkele maanden ge leden uit de kerk der Heremilanen te Padau naar Delft is overgebracht, is daar thans, naar de Delftsche Ct. meldt, in het koor dei Nieuwe Kerk achter het praal- giaaf van Willem I geplaatst. Het is in den muur op manshoogte van den bega- nen grond aangebracht. De Engelsche hertog van Argyll schrijft in de Times over de Oostersche quaestie, die hy zou willen oplossen door Turkije verder te ontleden, een stuk aan dezen, een stuk aan genen te geven, en dan den Bosporus er. de Dardanellen onzijdig te verklaren. Rusland moet met zjjne vloot vryelyk de Zwarte Zee uit kunnen, gelijk de vloot van andere mogendheden de Zwarte Zee in. Maar geen Rusland te Kon8tantinopel schrijft de hertog. Hij zelf heeft toenadering van Engeland tot Rusland aangeraden, maar Turkije aan de Russen af te staan is een onmogelijk uiterste. Dat kunnen de Europeescbe mogendheden niet dulden. Immers is het evenwicht in Europa nu reeds ver broken door de ontzaglijke macht van Rusland, dat het achterland van geheel het overige werelddeel is, gelijk ook van de Aziatische rijken. Kieeg het nu nog gebied aan de Middellandsche Zee, dan hing de schaal te zeer in zjjn voordeel over. En met name kan Oostenrijk Rus land niet aan den Bosporus toelaten. Het zou zich daarvoor en terecht doodvechten. Geen mogendheid mag alleen, met uit sluiting van de andere, in Turkije de wet voorschrijven, en daarom keurt de hertog nog altjjd den Krim-oorlog goed, gelijk hij nu een geïsoleerd optreden van Engeland afkeurt. Maar een eensgezind Europa zal tot algemeene genoegdoening aan het Turksche wanbestuur een einde weten te maken. Men haaste alleen niet. De werkeloosheid der mogendheden is nog, volgens den hertog van Argyll, alleen hieraan te wijten, dat zij door de ge beurtenissen verrast en op het vraagstuk van de verdeeling van Turkije niet voor bereid zijn. dat Bertie beter leerde spreken.» Bertie waagt eene groote poging, doch zonder baat. «Ik denk dat hij wist dat hij stout was,» aldus vei volgt hij zijn verhaal: «want hij keek alsof bij ging huilen, en Fletcher was boos op hem.» «Waarom was Fletcher boos?» vraagt zijne moeder, zonder nog eenig gewicht aan het geval te hechten. «Bertie weet niet. De mijnheer wilde weten, waar wij woonden, en Fletcher wilde het niet zeggen. De mijnheer den zelfden naam hebben als Fairy (Bertie's benaming voor Lord Fairholme): «want Fletcher altijd maar tegen hem zeggen «Mylord.» Toeu voor het eerst rees er een ver moeden der waarheid in Viva's geest en kleurde haar wangen met een gloeienden blos. Zij wendt zich af om haar gelaat te verbergen, maar wie kan iets ver schuilen voor de doordringende oogen van een kind. «Mama, waarom is uw gezicht zoo rood?» vraagt hij met meedoogenloozen blik: «Fletchers gezicht ook rood, toen hij met den heer spruk. Was de mijn heer heel ondeugend om Bertie van zijn paard af te nemen?» De poney heeft omstreeks de hoogte van een Newfoundlandschen hond, maar Een ongewone strafzaak dient op dit oogenblik voor het assisenhof te Mélun. De markies de Cazeau had een zoon die niet veel anders uitvoerde dan paarden dresseeren en geld uitgeven. Op zeker oogenblik werd het te erg en moest en zou de jonge Bertrand examen doen voor Saint-Cyr. Daartoe was noodig dat hij eerst het examen als bachelier-ès-scien- ces aflegde, maar hy zakie herhaaldelijk. Nu kwam men wie is nog niet dui delijk gebleken op het denkbeeld een ander voor hem in de plaats te stellen. De jonge Cazeau en volgens de beschul diging ook de oude markies stelden zich in betrekking tot drie individuen, die deze taak op zich wilden nemen. De eerste, een zekere Courtois, stak frs. 1000 op, deed examen te Dijon onder den naam van Cazeau en zakte blijkbaar om zijn gezel ook wat te gunnen. Deze, Deon, stak frs. 2000 op, teekende alle noodige pa pieren met den naam van zijn lastgever, en kwam er door. De lust om voor den jongen Cazeau examen te doen liet de beide heeren nu echter niet meer los. Zij overstelpten den markies met aanbiedin gen en toen deze weigeide, begon een ware chantage, die den markies nog eens fr. 4000 kostte en hierop uitliep, dat de zaak aan het licht kwam. Nu staan de markies, zijn zoon en twee examinandi (de derde is niet vindbaar) terecht. De jonge Cazeau, een elegante zwakhoofd, die telkens door de vragen van den pre sident in de war raakt, neemt alle schuld op zich en pleit niet alleen zijn vader, maar ook de drie anderen vrij. Het lukt hem evenwel slecht. Zijn kansen op Saint-Cyr zullen nu wel verkeken zijn en hij zal zich voortaan maar aan de paarden dienen te houden. Te Madrid woedt eene steeds toene mende pokken-epidemie. In Juli stierven er 86 lijders aan die ziekte; in Aug. 142, in Sept, 195 en van 1 tot 25 Oct. 225. I)e sterfte is vooral groot onder de kinderen. Van de dooden waren ongeveer 82 percent kinderen onder de achttien maanden, die bijna allen nooit gevacci neerd werden. De gelegenheid tot vaccinatie is koste loos opengesteld voor alle inwoners der stad, en van de revaccinaiie heeft men goede resultaten gezien, vooral op de scholen en onder het garnizoen, waar slechts een paar niet ernstige gevallen voorkwamen. Uit Odessa wordt aan de Times gemeld, dat het mobiliseeren der reserves, vor mende de Ismaïlu- en de Donau-regimen- ten, ongerustheid heeft gewekt. Den 28sten October zijn de verschillen e regimenten geïnspecteerd door den opper bevelhebber der troepen in Zuid-Rusland. De manschappen waien geheel marsch vaardig; bepakking en amminolie hadder. een gewicht van ongeveer 70 pond. Men vermoedt, dat met deze onverwachte mobilisatie slechts een proefneming beoogd werd, welke tot groote tevredenheid der militaire autoriteiten is uitgevallen De Times ontvangt tevens uit Odessa het bericht, dat de Stedelijke Bank een contract heeft afgesloten met de Tur ksche regeering voor de levering van 4600 paarden voor de artillerie. Sultan Abdul Hainid schijnt maatrege len te hebben genomen om de hoofdstad zijns rijks te ontvluchten. De Weener correspondent van «Daily Mail» heeft althans vernomen, dat een der keizerlijke jachten reeds weken tegenover Beitik- tache voor anker ligt en dat de onder- aardsclie gang van bet paleis naar het strand voortdurend is verlicht en streng wordt bewaakt. Volgens een bericht van de correspon- de jeugdige heerschar staat er op, dat zij verwaardigd zal worden, met dien gewichtiger naam. «Neen, lieveling,» geeft zijne moeder ten antwoord; «Zeg mij wat heeft hij nog meer aan u gezegd?» «Hij niet veel zeggen tegen Bertiehij meest spreken met Fletcher. Hij Flet cher een stukje papier willen geven als Oom Bernard in zijne beuis bewaart, en toen Fletcher heel boos kijken, zoodat de mijnheer het weer wegbergen.» Weinig volwasschen menschen kunnen een gesprek opvangen, zooals kinderen dat doen, al mogen zij het ook niet ver staan, en toch is men gewoon in hun byzijn te praten, alsof zij oogen noch ooren, en bovenal geene oneindige nieuws gierigheid bezaten. Viva's argwaan vermeerdeerd bij elk woord, dat het kind spreekt. Haar hart klopt onstuimig, en toch weet zij zich geen rekenschap van haar gevoel te geven, of het slechts smart en angst is, of dal er zich eene straal van vreugde in mengt. Bertie gaat voort «Toen mijnheer aan Bertie vragen om hem te kussen, en Fletcher nog boozer worden, en mijnheer aan Bertie zijn naam vragen. En toen Fletcher oodeugend worden en Bertie's paard voorttrekken, maar Bertie hem mynheer achterna derit der «Dailly News» wekt de toestand te Konstantinopel in de diplomatieke kringen aldaar groote ongerustheid. Men overweegt weer het denkbeeld om den sultan af te zetten als hel eenige middel om een algemeene christenmoord, die heet te dreigen, te voorkomen. De gezanten der groote mogendheden te Konstantino pel hebben, zegt men, aan hunne regee ringen een dringende waarschuwing ge zonden en aan haar speciale instructies gevraagd. Volgens sommige Belgische bladen gaat Koning Leopold van België het volgende jaar een reis doen naar den Congo. Door den Minister van Oorlog ie voor de lotelingen der lichting van 1897 de gelegenheid opengesteld om indien zij met gunstig gevolg een examen afleggen, geplaatst te worden bij het korps en het garnizoen hunner keuze. Zy die aan dat examen wenschen deel te nemen behoo ren zich daartoe, per brief vóór 20 Jan. 1897 te wenden tot den heer Kolonel commandant van het 5e Regiment infan terie. In de aanvraag behooren de lote lingen te vermelden hunne naam, voor namen, woonplaats alsmede het wapen of het korps waarby en het garnizoen waarin zij by voorkeur hunne militie plichten wenschen te volbrengen. Het programma van bel examen is vastgesteld als volgt: 1. Het schrijven van eene goede lees bare hand. 2. De kennis van de gronden der spelling van de Nederl. taal, welke blij ken moet uit een te vervaardigen opstel. 3. De vier hoofdbewerkingen der reken kunde met geheele getallen. 4. De kennis van het Nederlandsche stelsel van maten en gewichten. 5. Eenige bekendheid met de Vader- landsche geschiedenis. 6. Voldoende kennis der aardrijkskunde van Nedeiland. Het examen wordt op een dag tusschen 20 en 25 Januari 1897 gehouden. De le luit. J. H. W. Dungerman Grootepas van hel le reg veld-art. te Amersfoort thans gedetacheerd bij de marechaussee, wordt definitief daarbij overgeplaatst en is bestemd om als dis tricts-commandant op te treden bij de 4e divisie te Leeuwarden, ter vervanging van den kapitein F. V. Quardekker die tot majoor is benoemd. Gedurende de a.s. Wintermaanden zal er bij het 5e Regiment infanterie eene Cursus worden gehouden voor onderofficieren die zich wenschen te be kwamen voor het examen om tot be vordering in de verschillende graden in aanmerking te komen. Hieraan wordt deelgenomen door: 25 onderofficieren voor eene opleiding lot sergeant dienst doend luiten int te velde, 8 onderofficieren voor eene opleiding tot Sergeant-majoor, en 12 onderofficieren voor eene opleiding tot adjudant onderofficier. Met het on derricht zijn belast de le luitenant-adju danten Groote en Peltzer, en voor de administratie de tweede luitenant-kwar tiermeester Pont. De tweede luitenant J. J. Beijerman, van het 5e Regiment infanterie die van 16 Augustus tot 31 Oetober 1.1. gedeta cheerd geweest is bij de Normaal schiet school te 's Gravenhage tot het bijwonen van een schietcursus, is aangewezen om van 16 December a. s. tot ultimo Fe bruari 1897, de zoogen. ballistische cursus die bij voornoemde inrichting zal worden gehouden, bij te wonen. De le luitenant P. W. van Weeren van het 5e Regiment infanterie is op zijn verzoek overgeplaatst naar het 4e roepen.» Hier herinnert hel kind zich eene andere gebeurtenis van zijn tocht en gaat daarop over, lot oneindige verlich ting zijner moeder. Zij luistert ter nauwernood naar het overige van zyn uitbundig gepraat, zoo eer is zij in ge dachten verdiept. Thans komt Désirée hem halen, en Bertie, die zijne moeder niet zulk een aangenaam gezelschap vindt als gewoonlijk, verwijdert zich gewillig. Viva gevoelt dat zij de waarheid moet weten. Er is slechts één middel om daartoe te geraken: door Fletcher. Maar zij kan niet terstond besluiten om de oude wonde weder te openen. Zy werpt zich een mantel om en treedt door het venster in den tuin. Er is een breede zoom van fluweelig gras, aan beide zijden met ouderwelsche, enkele rozen struiken omplant, en aan het eind daar van staat een fraai, oud prieel. Dit grasperk is Viva's geliefkoosde wande ling. Hoe dikwijls heelt zy bet niet op en neder gewandeld, pogende door bij zichzelven gebeden te stamelen, de ziele- smart en de gedachten aan vroeger tijden, welke zij waande dal gelukkig waren, en welke het thans zoude is ie herden ken, thans te verdrijven. Zij heeft God vurig en oprecht voor zijne kastijding gedankt, alsook, dat hij haar aan hare Regiment infanterie in garnizoen te Leiden. Aan den Sergeant-majoor J. A. Straling van het 5e Regiment infanterie, schrijver bij den Provó cialen adjudant iu Noord-Brabant, is de Zilveren medaille voor 24 jaien trouwen dienst, toegekend. Bedoeld eereteeken zal op de gebi uikelijke wijze aan den belanghebbende worden uitgereikt. Mevrouw M. E. Reijnders-Calkoen, mevrouw J. L. G. de Jong-Geerligs en mevrouw M. J. Heyligers-Reijnhardt heb ben de benoeming tot Regentes van het Burgerweeshuis aangenomen. De kermis heeft dit jaar aan staangeld opgebracht f 2892, waaronder f 2204.50 van de in Auguslus gehoudeh verpachting der standplaatren voor caroussels, draai molens. enz. De verloting, die gehouden zal worden door de Conferentie der Ver- eeniging van den H. Vincentius van Paulo, zal ditmaal bestaan uit 1200 loten a f 1 per lot. Bij de Centraal Spool wegmaat- schappij is geslaagd in 't examen voor ambtenaar 3e kl. resp. stationsklerk 3e kl* o. m. de surnumerair H. J, Fortuin alhier. De Heer J. W. van Achlerbergh Jr. alhier is benoemd tot ouderling bij de Ev. Luth. gein. alhier. Maandagmorgen half tien brak brand uit in de hooibergen van Timmer man aan den Heiligenbei gerweg, waarin rogge, haver en boekweit was geborgen de spuiten van Hamersveld en Leusden waren spoedig op de plaats des onneils aanwezig, de biandweer van Amersfoort was inmiddels aangerukt, maar behoefde geen hulp te verleenen. De bergen brandden geheel uit. Door den Minister van Oorlog is aan A. Wagenaar alhier de levering toe gewezen van aardappelen ten behoeve der soldaten-menage der cavalerie te Zutfen, tegen den prijs van f 2.10 den H.L. wegende 6ü Kg. Het wassende water. Het water w.ist in Frankrijk nog maar steeds. Ook de Seine, zoodal reeds ver scheidene kaden in Parijs onder water staan. In de provincie is het evenzoo. De Yvonne en de Boven-Marne stroomen over. Hier en daar storten huizen aan de oevers der liueren in. Men heeft,om een voorbeeld te noemen, tal van buizen te Alforlville moeten doen ontmimen wijl het water er tot 1.75 m. hoog in stond. Eveneens blijft het water slijgeo iu Zuid-Franki ijk, de Rhóne, Saone, de Isèie, Loire, enz. treden buiten haar oevers, overstroornen het land, werpen gebouwen omver, vernielen bi uggen, sleepen boomen mee en douden beesten, eriz. Badhanddoeken van papier. Tol het aanwenden van papier tot alle mogelijke en onmogelijke doeleinden is thans een practiscb Amerikaan met een door hem uitgevonden badcostuum uit papier voor den dag gekomen. Dit bestaat hoofdzakelijk uit een omslag (kleed), be werkt uit ongeveer 1 c.M. dik vloeipapier. Verlaat nu de badende het vei fnsschende nat, dan is slechts het omslaan van dezen papiermantel voldoende, om in een oogen blik afgedroogd te zijn. Ook hoofdbe dekking en voetomkleedsel bestsan uil vloeipapier, en met een uil hetzelfde «weefsel» gemaakten banddoek wrijft men de okselholten ooren, enz. droog. Daar papier, zooals bekend, een slechte warmte geleider is, d. w. z. de lichaams warmte niet doorlaat, beschut deze nieuwe mantel den gebruiker ook tegelijkertijd voor mogelijke verkoudheid. zonde ontrukte toen het nog tyd was; zij is gelukkig om elke hoop of vreugde in dit leven te ontberen, indien zij alleen maar ten laatste hare ziel moge redden. Zij is niet sterk; het vei moeit haar om lang te wandelen, en zij zet zich neder in het ouderwetsch priëel en gaat voort met haar overpeinzingen. Eindelijk neemt zij een besluit. Er werkt daar dicht bij een tuinman, en zij verzoekt hem naar binnen le zenden. Fletcher gord zich aan voor het onder houd; hij heeft verwacht dat hy geroe pen zou worden, en daaiom zorgvuldig zijne geschiedenis bedacht. Ongelukkig alleen maar, heeft hij zonder Master Bertie gerekend. Hij gaat terstond naar het priëel met luchtige, vroolijke houding, in de hoop van daardoor de vermoedens af le lelden. Heel zijn leven lang is Fletcher eerljjk en waarheidlievend ge weest; het is iets geheel nieuws voor hem om te veinzen, en hij beschouwt het als eene koude pijnlijke taak, bijna evenzoo als een leugenaar zich voor een maal zou moeten inspannen om de waar heid te spreken. Ook Viva moet veinzen, zij kan niet terstond het onderwerp aanvangen. Haar hart klopt als Fletcher haar nadert, en terwijl zij hel eenvoudig verzoek uit, dat zij als voorwendsel bezigde orn hem te Diep gezonkeueu. Onder degenen die zich jl. Zaterdag tot de politie le Utrecht wendden om als landlooper te worden opgenomen, bevond zich ook een mar,, die reeds 20 maai naar een Rijkswerkinrichting werd opge zonden, en een ex-notaiis. De laatste was voor enkele jaren in een aanzienlijke gemeente, doch was toen genoodzaakt zijn ontslag le vragen, waarna hij steeds dieper zonk, ten slotte door zijne familie aan zijn lot werd overgelaten en nu geen raad meer wetende, opzending naar een Rijkswerkinrichting kwam vragen. Al te nieuwsgierig. Iemand had zijn rijwiel, terwijl hij zich iu eer. koffiehuis ophield, voor het raam laten staan zoodat hy er het oog op kon houden. Daar komt een soort heertje aan, die bij bet rijwiel blijft slaan en het begint te onderzoeken; bij drukt de band in, trekt aan de rem, belt, draait de pedalen in de rondte en eindigt met de machine op te lichten om het ge wicht te constateeren. «Wacht,» zei het bondslid, «dat zal ik hem eens afleeren.» Hij gaat naar buiten, loopt op het heertje toe en be gint diens jas te bestrijken, daaina licht hij een der panden up, voelt hoe dik het goed is en wil juist den man zyn hoed afnemen om dien nauwkeurig te bekij ken, toen deze tegen hem begint uit te varen en hem vraagt of hij niet goed wijs is.' «Integendeel,» antwoordde het bonds lid, «ik ben zeer wijs en ik wensebte alleen u met gelijke muni le betalen.» Men scheidde in alle vrede en vriend schap. (De Kampioen.) Falb's weervoorspellingen. Falb voorspeld voor November droogte, behalve in de eerste en lausie dagen der maand; verwacht wordt sneeuw, terwyl bet weder in het laatst der maand koud zal woiden. 5 Nov. is een crilieke dag van den eersten rang. Onder redactie van J. W. TE KOLSTÉ. Van G. CHOC HOL US te Praag. Zwart. a b c tl e f g h H'n. Stand der stukken Wit: K. d 2, D. al, L. h 3, P. f3, P. b 1, g 2. Zwar tK. e 4, L. c 4. b 4. c 5, d 6, f 4. Wit geeft in 2 zetten mat. Oplossingen, inzendingen enz. worden inge wacht aan het bureau van dit blad of aan het adres van den redacteur: Damlust te Utrecht. Oplossing van No. 87. Dil 1. De 9e partij van den match Olland te Kolsté ging door een bèvue toch nog voor te K. verloren. Ook de 10e pailij werd door O. gewonnen waardoor O. de match met 6 winst- en 3 verliespun- ten bij 1 remise won. BELANGRIJK is de geluksaankondiging van Samuel Hecksclier Senr., Hamburg, welke z:ch in het huidige nommer van onze courant bevindt. Dit buis heeft zich door zijn prompte er, stilzwijgende uit betaling der hier en in den omtrek gewouuen bedragen eei zou goede faam verworven, dat wij al oi ze lezers aanbevelen op zijn huidige advertentie acht te geven. loepen, kan zij ter nauwei nood hare stem ïr: bedwang houden. «Ik wilde, Fletcher,» zegt zij: «dal gij zoo goed zoudt zijn een pakje naar het dorp te brengen. Het is voor de arme, onde Mrs. Smith. Stone zal het ti geven.» «Ja, mevrouw,» antwoordt Fletcher levendig, hopende dat zijne vrees onge grond was: «Kan ik iets anders doen?» «Neen, dank u,« geeft Viva ten ant woord, en Fletcher is gereed om le ver- liekken. Zij roept hem met zachte stem terug. «Master Bertie heeft mij gezegd,» spreekt zij op aarzelende toon, doch pogende natuurlijk le spreken: «dat er van morgen in het park een heer op hem toekwam, en hem van zijn poney afnam, en zoende.» En zij vestigt haar oogen, die tot nu toe afgewend waren, op hel gelaat van den man. Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1896 | | pagina 2