NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. BUITENLAND. BINNENLAND. Dit Amerika naar Holland.'' No. 55. Zaterdag 10 Juli 1897. Zes-en-twintigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG Ei\ ZATERDAG. Feuilleton. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Kijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in tezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Amersfoort. AD VERTENTIËN: Van 16 regels 0.40; iedere regel meer 5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekenc Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Nog altijd weet men niets zekers te zeggen omtrent den alloop der onderhandelingen over den vrede te Konstantinopel. Allerlei tegenstrijdige berichten komen weer vandaar. Zeer geruststellende tijdingen echter niet. Zelfs weet de Standard uit de Turk- sche hoofdstad mee te deelen, dat de ministerraad der Porte een mede- deeling heeft gedaan, waarin hij, met liet oog op de moeilijkheid om tot een vrede te geraken met Grieken land door bemiddeling van de Euro- peesche mogendheden voorstelt de vijandelijkheden weer op te vatten. En van den anderen kant wordt uit Athene bericht, dat kolonel Smolensk; na een lang onderhoud met koning George naar de Thermophylen is vertrokken om daar het bevel op zich te nemen over de eerste divisie. Ook dat wijst juist niet op een spoe- digen vrede. Griekenland vooral schijnt niet langer te kunnen wachten op vrede. De inkomsten raken op, van buiten noch van binnen komen meer vrij willige giften, daarentegen verslinden de uitgeweken Thessaliërs elke week 100,000 drachmen. En de Turken halen juichende den oogst binnen in de bezette provincie en genieten van hetgeen de arbeid der Grieken heeft gezaaid en geplant. Dit jaar zal voor Griekenland denkelijk sluiten met een deficit van 50 miljoen, en daarbij komt dan nog de oorlogsschatting. De schatkist is uitgeput, het wordt eiken dag moeilijker het leger te onderhouden, en de soldaten verlan gen naar huis, naar vrouw en kinde ren, naar den gewonen arbeid. De opbrengst der hinnenlandse.be leening van 16 miljoen, die slechts voor de helft was volteekend, is reeds uitge geven. Het is moeilijk voor de Grieksche regeering de traktementen der ambtenaren uit te betalen, liet ziet er inderdaad treurig voor Grie kenland uit. Een nieuwen krijg kan het onmogelijk voeren, en indien Turkije den oorlog vei klaart, doet het dit niet aan Griekenland, maar aan Europa. Zoover is het echter nog lang nietmen zal in Konstan tinopel wel wijzer zijn. De president der Vereenigde Staten wil weer het munt-vraagstuk aan de orde stellen. Hij zal een boodschap aan het congres zenden, waarin wordt aangedrongen op de instelling eener commissie van 9 leden die het vraag stuk zal onderzoeken. De Amerikaansche Senaat heeft alle amendementen op het tariefontwerp verworpen op een na. Dit was een voorstel van den democratischen senator Pettus van Alabama, behel zende dat de wet eerst in werking zal treden op en na den dag van den aanneming. De New- York-Herald komt met een sensatie bericht: Mac Kinley zou niets tevreden zijn voor den toestand in de Unie, en het zou zeer wel mogelijk wezen, dat hij zijn ontslag nam. Hij heeft er dan wel gauw genoeg van. Bryan zou misschien juichen. De conservatieve dagbladen in Ber lijn willen ook de poslerij en telegrafie hervormen, in reactionairen zin. Daaronder verstaan zij hoofdzakelijk: afschaffing der gunstige bepalingen voor de dagbladen, verhooging van het abonnement der telefoon, verande ring in den postpakkettendienst, enz Overigens gevoelt men in Duitscbland al dat men een generaal tot minister der posterijen en telegrafie heeft ge kregen, want de bestellers ten platten lande zullen voortaan een sabel dragen. Er loopen in Berlijn thans weer allerlei geruchten omtrent benoemin gen. Zoo zou generaal Yon Waldensee worden benoemd tot rijkskanselier ook de zoons van Bismarck zouden bij den nieuwen koers goed varen en graaf Herbert zou Oberprdsident worden van Sleeswijk-IIolstein. Raden Majang Koro, de ver dienstelijke en veelvuldig onderschei den luitenant-kolonel, commandant van de Barisan van Madoera, heeft, meldt de Socrab Cl., aari het gou vernement van Ned.-Indië zijn wensch te kennen gegeven om op kosten des lands in de gelegenheid te worden gesteld bij het kroningsfeest van de Koningin tegenwoordig te zijn. Het schijnt dat de berichten om trent de reis van den Sultan van Joliore, die indertijd de Koningin van Engeland bezocht, hem tot dien wensch hebben geleid. Indien zijn verzoek wordt toege staan, zal de sultan van Solo zich bij hem aansluiten. Terwijl het niet onwaarschijnlijk mag worden geacht, dat ook de sultan van Koetei, indien hij de verhalen van de ontvangst van zijn zoons verneemt, ook den lust bij zich voelt opkomen om bij zijn Souvereine persoonlijk zijn opwachting te maken. Zoo zou het denkbeeld van den heer Cremer, doch op andere wijze dan het aanvankelijk werd voorgesteld, toch tot uitvoering kunnen komen. (B.NJ Naar de Midd. Ct. verneemt, wordt to 's Gravenliage liet plan over wogen om in een adres de aandacht van de Regentes te vestigen op hel gevaar, dat het leven en de ge zondheid van de Koningin bedreigt bij een eenigszins langdurig ver blijf in den door de uitwaseming der grachten verpesten dampkring der residentie. Men zou daarom II. M. in overweging geven den terugkeer van het Hof naar Den Haag niet te doen plaats hebben vóór dat, hetzij van wege het Rijk, hetzij vanwege de gemeente, hetzij door samenwerking, afdoende vei betering gebracht zal zijn in een toestand, die wel is waar alleen gedurende de zomermaanden voorde ingezetenen nagenoeg ondragelijk is, doch in alle seizoenen liet weerstands vermogen drr gestellen tegen ziekte- invloeden ondermijnt. Deze motiveering wordt gestaafd door de statistiek, welke over een reeks van jaren steeds een hooger percentsgewijs sterftecijfer aanwijst voor de Haagsche buurten, die aan grachten, dan voorde zoodanige, welke op eenigen afstand van deze besmet tingshaarden gelegen zijn. Van het voornemen om de Tweede Kamer in deze maand bijeen te roepen ter afdoening van eenige kleine wetten en de huishoudelijke raming der Kamer, is naar men ver neemt, thans afgezien. Uit Groningen wordt aan de Asser Ct. geschreven »De nieuwe wet op de personeele be lasting brengt de provincie Groningen in ongelegenheid, (n een voordracht van Gedeputeerden aan de Provinciale Staten wordt dit medegedeeld, en gezegd, dat hoogstwaarschijnlijk de opbrengst dezer belasting pl. m. zelfs 'U minder in de provinciale kas zal opbrengen, dan dit vroeger het ge val was." De vrijzinnige kiesvereeniging te Grouw, district Leeuwarden, heeft met algemeeiie stemmen den heer H. Pyttersen tot voorloopig candidaat gesteld voor het lidmaatschap der Tweede Kamer. Door de anti-revolutiounairen is de heer W. C. van Munster, hoofdonder wijzer te Leeuwarden, candidaat ge steld. In eene Woensdag j.l. gehouden vergadering van leden der Vrijzinnig democratische partij in 't district Win schoten zijn tot voorloopige candidaten gesteld, de heeren C. V. Gerritsen en mr. Z. van den Bergli. De bevolking van Nederland is in liet vorig jaar inet 09,207 gestegen en bedroeg, volgens de hevolkings registers, op 1 Jan. 1897 4,928,651 De 5 miljoen zijn dus nog niet hereik en zullen ock-in 't eiiul van 1897 no niet aanwezig zijn, ténzij-dg vermeel dering in den loop van dit jaar if-t grooter is dan in 1896. Daartoe zo de toeneming nog niet eens zoovec behoeven të bediagen als in 189; toen zij op 195 na 160,000 bedroeg Bovendien is bij elke volkstelling ge bleken, dat de cijfers der hevolkings registers te hoog waren in het ein van 1889 was het verschil 37.181 In allen gevalle mag rnen aanne men, dat op het tijdstip waarop H de Koningin de regeering zal aanvaai den, haar rijk in Europa over d 5,000,000 inwoners zal tellen, twee malen zooveel als waarover liaa overgrootvader, 75 jaren geleden, wa Noord-Nederland betreft, regeerde. De vermeerdering bedroeg in 189 1.4 pet. over het geheele land, maa liep in de verschillende provincie nog al uiteen In Friesland was z 1.6 pet., ruim 500; nadat zij ir. di provincie over 1895 1559 had bedrs geil, en in de beide vorige jaren ever als van 18671890 zelfs achteruitge gaan. In Zuid-Holland was de toenemin daarentegen tuim 1.9 pet., in Noon Holland, Overijsel en Limburg 1.5 pc In Zeeland was de stijging slecht 1 pet., in Brabant en Utrecht 1.2 pet in de andere provinciën ongeveer al die van het geheele lijk. De vermeenlering door overschc van levendgeborenen hoven de ovei ledenen is in 1896 veel grooter ge weest dan in een der vorige jareri n.I. 75,933, tegen 68,123 in 1895 ei 66,752 in 1.594, De bevolking nam echter minde toe, omdat 6726 personen meer ui de gemeenten vertrokken dan ziel daar vestigden In 1895 was he nadeelig verschil 3300, in 1894 3984 Onder begunstiging van goei weder werd j I. Woensdag in het Mid Fidelis usque ad mortem. DOOR BLACK. 12) Ik zag hem bijna zonder verdriet ver trekken, want ik werd gedurig aan gehaald. De Heer streelde mij ge durig op mijn hoofd, terwijl de vrouw uitriep. Wilden zij je doodslaan, arm dier, nu, hier zult gij het goed heb ben. Zij gaf mij dadelijk een schotel eten, maar ik raakte het niet aan, zoo verheugd was ik, door de ontvangst die mij te beurt viel. Sinds het ver lies van Karin, was ik nooit meer zoo aangehaald. Ik maakte allerlei spron gen, ik sprong tegen mijne nieuwe meesters op en likte huil aangezicht. Ik was uitgelaten van vreugde, 't Was alsof ik een voorgevoel had, dat er een beter leven voor mij aan zou breken, dat mijne zorgen geëindigd waren. Daarop hoorde ik hoe mijne nieuwe meesteres aan den ouden Heer vertelde, hoe Zoutman van plan was geweest, om mij te dooden, omdat ik zoo lui was. Dat ik hem aangevlogen had, schenen zij haar niet verteld te hebben. Nu antwoordde de oude Heer, dan zijt gij nog op het juiste oogen- blik gekomen om hem te redden. Dan zijt gij, als het ware zijn «goede ge nius» geweest.» Ja, dit is zij zeker geweest, doch uit mijn later verhaal zal blijken hoe ik hare goedheid heb trachten te vergelden; later heb ik haar echtgenoot uit een sneeuwstorm, haar zeiven ook misschien het leven gered. Men legde mij vooreerst vast aan hetzelfde touw waarmede Teunis mij gebracht had. Maar ik had niet het minste plan om weg te loopen. Ik was aan zulk eene goede behandeling, sinds lang niet meer gewend. Ik be gon weer vroolijk te worden. Daarbij kreeg ik goed eten. Mijne meesteres scheen in Indië gewend te zijn, rijst te eten. Dat kreeg ik ook te eten, doch ik kreeg er altijd een klein stukje vleesch door en wat zout. Veel vleeseh is niet goed voor honden, zei mijn meester, doch een beetje moeten zij hebben, dat hebben zij noodig. Deze hond schijnt mij toe nog jong te zijn. Krijgt hij misschien de hondenziekte nog, dan kan hij die beter doorstaan. Ik was nu toch reeds over het jaar oud. Dagelijks hoorde ikNu, die hond knapt op, hij wordt dikker en hij groeit flink, hij wordt nog groo ter ook. Het scheen dat mijn nieuwe mees ters daar voornamelijk waren gekomen om eene farm te koopen voor hun oudsten zoon. Zij woonden daar voor loopig zeiven op, en de zoon leerde een en ander van het Amerikaansche farmers leven op eene farm in de buurt. Hij kwam dikwijls even aan. 't Was een ferme kerel van 24 jaar. Doch van dieren scheen hij niet veel te houden. Hij joeg mij altijd het huis uit. «Zulke honden behooren buiten, niet in huis,» zeide hij dan, «Marsch.» Gelukkig was er een Iersch meisje dat het keukenwerk deed; die was altijd goed voor mij, met haar deed ik wandelingen op de prairie, want alleen mocht zij daar niet rond- loopen. En als wij «tramps» tegen kwamen, zoo noemen ze daar het volk, dat bedelend het land afloopt, dan begon ik te brommen, en dan zette het haar op mijn rug zich als eene kam overeind, en dan riepen ze altijd. »Roep je hond terug, meisje.» Dus ik paste goed op haar. Op zekeren dag was mijn meester met zijn zoon uitgegaan. Ze waren naar Rugby gereden, een stadje dat een paar uren van ons af lag. Er werd daar eene verknoping gehouden op eene farm en mijn meester wilde daar paarden en koeien voor zijn zoon koopen. Mary was in de keuken bezig, en ik was in de naburige kamer bij mijue meeste res. De buitendeur van de keuken stond open en ik kon er juist inzien, omdat ook de deur van onze kamer op eene kier stond. Ik begon zoo wat in te dommelen. Mary was juist bezig, vleesch klaar te maken en dat rook zoo heerlijk, toen ik eensklaps Mary's stem hoorde. «Help Black riep zij. Ik heb nog vergeten te melden dat ze mij mijn eersten naam haddeD terug gegeven. Ik vloog in eens op, de keuken in en daar zag ik hoe een havelooze kerel Mary bij den arm vasthield. Ik vloog tegen hem op en hij rolde op den grond. Ik had hen in zijn kin gebeten en had nu zijm das met mijne tanden vast terwij mijue pooten op zijne borst gedruk waren. »Boep uw hond terug, meid roep hem terug, hij zal mij vermoor den,» riep de man angstig. Mary rie] mij, doch ik luisterde niet naar haar Ik wilde den man niet loslaten. Daai kwam mijne meesteres, hevig verschrik de keuken binnen. Zij pakte mij var achteren bij mijn hals beet en riep «Maak nu maar dat gij spoedig wég komt man, want die hond is zoo sterk dat ik hem niet lang kan houden Hij ging spoedig de deur uit, dit Mary achter hem dicht wierp. Ne liet mijue meesteres mij los en ik vloog blaffend naar het venster. »Zie toch eens naar dien hond riep Mary uit, het schuim staat hem op zijn bek. Kom hier Black komaan, gij moet beloond worden, trouw dier,» en meteen gaf zij mij een groot stuk koud vleesch. «Mary, zeide daarop mijne meesteres, hoe dikwijls heb ik u reeds gezegd dat gij de deur ge sloten moet houden als Mr. uit is Gij hebt zelve in de couranten gelezen dat iedereen gewaarschuwd wordt, da'

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1897 | | pagina 1