BUITENLAND.
«11 2: THOMSON'S THEE.
BINNENLAND.
GEMENGD NIEUWS.
jaren zeer beschaamd geworden. B.
en W. schijnen te hebben getwijfeld
aan het geloof van dien ambtenaar,
dat hij redenen had te mogen aan
nemen, dat zij het in deze met hem
eens zouden zijn.
Wij echter, verklaren ons volkomen
te vereenigen met de bovenvermelde
beschouwingen van onzen keurmees
ter, die, zonder omwegen, zich on
machtig verklaart, om behoorlijk toe
zicht te kunnen houden, en reeds
drie jaren geleden op uitbreiding van
personeel aandrong.
In het vertrouwen dat de inhoud
van gemelden brief des keurmeesters
kome onder de oogen en de aandacht
van meerdere leden van den gemeen
teraad die regeling van dit onderwerp
even noodzakelijk achten als die
ambtenaar, gaven wij hem, nevens
onze beschouwingen ten beste. Bat
ons vertrouwen niet zal worden be
schaamd, dat weten we zonder
pedant te zijn - zeker. Een zoó
gewichtig ondei werp als in deze wordt
behandeld, trekt, neen eischt de aan
dacht, de toewijding van ieder lid van
den raad, vooral van die leden welke
wenschen te breken met het stelsel
van «onder den domper,dat de
laatste jaren, in tegenstelling met
vroeger, meermalen wordt gehuldigd
en toegepast.
De Europeesche bladen verheugen
zich over 't geheel, dat eindelijk de
«voorloopige" vrede in Konstantinopel
is geteekend. Sommigen zien in deze
vrede den aanvang van een nieuw
tijdperk vol rust en voorspoed in het
Oosten van Europa-
Doch de Grieksche pers is het
daarmee lang niet eens. Zij noemt
de vredesvoorwaarden heel drukkend.
De Asty zegt, dat Griekenland zeer
zwaar een uur van dwaasheid boet,
geslagen, belast met een zware oor
logsschatting, gedrukt door het verlies
van een deel zijner onafhankelijkheid
door de financiëele controle der mo
gendheden, staat het land thans daar
als een beeld van treurig ongeluk.
Als eenige troost in al het lijden, dat
op het Grieksche vaderland is aan
gevallen, blijft nog alleen, dat de
300.000 Thessaliërs ten minste niet
verloren zijn gegaan. Griekenland
heeft zijn 1870 gehad, alleen zonder
den Elzas.
Het orgaan der radicalen, De Em-
pros, vijandelijk gezind tegen de
regeering, meent daarentegen dat het
beter ware geweest Thessalië maar
op te geven, dan de ünanciëlee con-
tróle aan te nemen. De Akropolis
noemt de gebeurtenissen van dit jaar
de vruchten eener slechte staatkunde,
die al veel te lang heeft geduurd.
Natuurlijk zijn de bladen van Raili
en die van Delyannis ook in een zwa-
ren strijd gewikkeldde eerste noe
men den oud-minister den boozeri
genius van Griekenland, de Delyan-
nisten vallen daarentegen het tegen
woordige kabinet aan als de bion
van al het kwade, dat over het land
is gekomen.
Andere bladen noemen de grens
wijziging een afstand van grondge
bied, en beweren, dat de verdediging
des lands daardoor feitelijk onmoge
lijk, in elk geval, moeilijker is ge
worden. Over 't geheel kan men
zeggen, dat men zich in Athene slechts
met moeite schikt in het onvermij
delijke. Wat de Kamer nu deze week
van het verdiag zal zeggen, valt nog
niet te beslissen. Woelige zittingen
zijn te verwachten.
De correspondent der Indépendance
Beige in Madrid seint aan zijn blad
een bericht, dat voor Spanje van
zeer onrustwekkenden aard is, indien
het geloofd mag worden.
Men had gedacht, dat de Vereenigde
Staten nog al welwillend waren ten
opzichte van Spanje, en vooral do
brief, dien de nieuwe gezant, generaal
Woodford, aan de Koningin-Regentes
overhandigde, was in zeer vriend
schappelijke en verzoeningsgezinde
termen gesteld. Naar men verwachtte
zou het onderhoud, dat generaal
Woodlord daarna zou hebben met
den minister van buitenlandsche zaken
in Spanje, den hertog van Tetuan,
insgelijks een vredelievend karakter
dragen.
Die verwachting wordt verstoord
door het telegram van den corres
pondent der Jndép. uit Madrid.
Volgens dit telegram heeft Zaterdag
de nieuwe gezant der Vereenigde
Staten een onderhoud gehad rnet den
hertog van Tetuan, en heeft hij,
handelende volgens de instructies
zijner regeering, aan den Spaanschen
minister doen weten, dat de Ver
eenigde Staten niet langer onverschil
lig de voortzetting van den oorlog
op Cuba willen aanzien. Deze krijg
was voor de Noord-Amerikaansche
Unie een bron van zorgen, van
voortdurende beslommeringen, en,
wat een nog ernstiger zaak is, hij
was voor de Amerikaansche onder
danen een blijvend gevaar en een
oorzaak van belangrijke stoffelijke
verliezen. De regeering der Veree
nigde Staten meent daarom het recht
te hebben om tusschenbeide te
komen, en er op aan te dringen,
dat Spanje zich haaste met de paci-
licatie van het eiland. Men wil in
Amerika niet langer toestaan, dat,
door de stijfhoofdigheid van eenige
staatslieden, de strijd daar voortduurt.
Generaal Woodfoid heeft aan den
hertog Van Tetuan doen weten, dat
indien vóór het einde van October
de vrede niet hersteld was op Cuba
op de een of andere manier, dan
zouden de Vereenigde Staten zich
volle vrijheid van handelen voorbe
houden en alleen hun eigen belangen
raadplegen
Het is te vreezen, dat de regeering
der Unie hier het onmogelijke ver
langt. Zelfs generaal Weyler, hoe
optimistisch hij is, zal geen kans zien
zóó gauw den vrede te hersteilen op
het oproerige eiland, waar het
Spaansche leger tegenover de ge-
heele bevolking staat. De regeering
in Madrid heeft haar antwoord uit
gesteld tot na den terugkeer der
koningin-regentes in de hoofdstad.
Zij had het echter even goed terstond
kunnen geven. Zij had nu zoowel
als dan kunnen zeggen het is ons
feitelijk onmogelijk den vrede op Cuba
te herstellen voor het einde van
October.
Misschien zou er één middel wezen,
om n.l. dadelijk de hervormingen,
die men reeds heeft beloofd, te pro-
clameeren en uit te voeren. Maar
dat wil men in Madrid niet, men
zal het allerminst willen, gedwongen
door vreemden drang.
Er staat dus misschien een conflict
met de Vereenigde Staten voor de
deur. Indien althans de corres
pondent van het Brusselsch blad ge
loofd mag worden. Voor Spanje,
dat reeds met binnenlandsche ver
deeldheid heeft te kampen zou dit
een zeer treurig vooruitzicht zijn.
In de gisteren gehouden ver
eenigde zitting der beide Kamers
der Staten-Generaal, sprak de Ko
ningin-Regentes, ditmaal vergezeld
van H. M. de Koningin, de volgende
Troonreden uit
Mijne Heeren
Bij den aanvang van dit zittingjaar
is het Mij aangenaam U ter behar
tiging van 's Lands belangen op
nieuw bijeen te zien.
Worden Mijne dierbaarste wen
schen en die van het Neder'andsche
Volk vorvuld, dan zal vóór het einde
van dit zittingjaar Mijne Beminde
Dochter de Regeering aanvaarden.
De algerneene toestand, zoowel in
het moederland als in de koloniën,
is in menig opzicht bevredigend.
In handel, scheepvaart en nijver
heid is uitbreiding merkbaar.
Hier te lande was de oogst van
onderscheidene gewassen gunstig.
Door de heerschende ziekte onder
het vee en de daaruit voortvloeiende
belemmering van den vee-uitvoer
wordt nochtans groot nadeel geleden.
Op Java heeft de suikerindustrie
te kampen met moeilijkheden.
De betrekkingen met de buiten
landsche mogendheden blijven van
den meest vriendschappelijken aard.
Zee- en landmacht vervullen haar
taak met ijver en opgewektheid.
Aan den moed en de volharding
van het Nederlandsch-Indische leger,
door de vloot krachtdadig gesteund,
breng Ik warme hulde, de offers
diep betreurende, die nog steeds ge
vergd worden om in Adjeh, ten bate
van rust en vrede, onze macht duur
zaam te vestigen.
Gewichtige arbeid wacht U in dit
zittingjaar.
Een wetsontwerp tot afschaffing
der dienstvervanging bij de militie,
als voorbereiding van de hervorming
der levende strijdkrachten, hoop Ik
U eerlang aan te bieden.
Vereeniging van de zorg voor de
landbouwbelangen bij één Departe
ment van Algemeen Bestuur wordt
U voorgesteld.
Wetsontwerpen zullen U worden
aangeboden tot betere bescherming
en berechting van kinderen en jeug
dige personen, tot regeling van den
leerplicht en tot wettelijke verzeke
ring van werklieden tegen de gevol
gen van ongevallen in bepaalde be
drijven.
Weldra bereikt U voor Neder-
landsch-Indië een ontwerp mijnwet
benevens een voorstel betreffende
het uitvoerrecht op suiker.
De ontwerpen betreffende het
Militair Strafrecht en de Krijgstucht
worden op nieuw ingediend.
Wetsvoordrachten tot verbetering
van maatschappelijke toestanden, met
name betreflende de volkshuisvesting,
den arbeid en het armwezen, zijn
in bewerking.
Aan versterking der Rijksinkomsten
door wijziging van het tarief van
invoerrechten met behoud zijner be
staande grondslagen wijd ik Mijne
aandacht.
Op Uwen ijver en Uwe toewijding
tot volbrenging der veelomvattende
taak, die op rust, blijf ik bij voort
during staat maken.
Mogen Uwe werkzaamheden, onder
Gods zegen, strekken tot welzijn van
ons dierbaar Vaderland!
In naam der Koningin, verklaar
Ik de gewone zitting der Staten-
Generaal te zijn geopend.
H.H. M.M. de Koninginnen zijn
Maandagnamiddag, te 5 ure, van het
Loo te 's-Gravenhage teruggekeerd
onder het gejuich van de talrijke
menigte die zich buiten het station
in de Rijnstraat in twee rijen had
geschaard en langs welke Hare
Majesteiten in open rijtuigen voorhij
reden.
H.H. M.M. werden bij het verlaten
van den trein op het perron begroet
doop alle leden van het Ministerie en
voorts door de gewone autoriteiten
en verder o a. door den president
van de Rekenkamer, lid van den Raad
van Voogdij, door den vice-president
van den Raad van State en door den
burgemeester, die niet aan Hare
Majesteiten behoefde te worden voor
gesteld, daar dit reeds in zijn vorige
ambtsbetrekking is geschied.
De Koninginnen onderhielden zich
met verscheidene der Ministers en
in 't bijzonder met de Ministers van
Oorlog en van Binnenlandsche Zaken.
Door de Koningin-Regentes is
een staatscommissie ingesteld, aan
wie opgedragen is te onderzoeken,
welke maatregelen van Rijkswege
behooien te worden genomen, ten
aanzien van den aanleg, het gebruik
en de exploitatie van telegrafie en
telefonische leidingen en van dit on
derzoek vei slag uit te brengen, onder
bijvoeging van een of meer wetsont
werpen met memorie van toelichting.
Naar men verneemt, heeft de
heer Behrens, ingenieur en secretaris
der ontbonden staatscommissie voor
de droogmaking der Zuiderzee, van
den Minister van Waterstaat in op
dracht gekregen het opmaken eener
memorie van toelichting voor een
eventueel voorstel tot het maken
van den dam tot afsluiting der Zui
derzee.
PLAATSELIJKE BERICHTEN.
Door den Minister van Oorlog
is de reserve-sergeant H. J. Kuiper
van het 5o Regiment Infanterie van
zijn verband tot het reserve-kader
ontheven, en is aan hem vergund
eene nieuwe verbintenis aan te gaan
als vrijwilliger, in den graad van
sergeant-titulair bij voornoemd korps.
De Eere-medaille der Orde van
Oranje Nassau met de gekruiste
Zwaarden toegekend aan den Eleve-
muzikant P. J. II. Smeels van het
5e Regiment Infanterie, bij Koninklijk
Besluit van den 28 Augustus 1897
No. 30, zal op Donderdag den 22
September e.k. op eene plechtige
wijze, voor het front van den troep,
aan den belanghebbende worden uit
gereikt.
De tweede luitenants N. G. van
Gemert en C. S. Gomm van het 5e
Regiment Infanterie zijn aangewezen
om de scherm-, gymnastiek- en zwem
cursus bij te wonen welke van I Octo
ber a.s. tot 15 Januari 1898 bij de
Normaal-schietschool te 's-Gravenhage
zal worden gehouden.
De jongeling J. P. van Leusden
heeft eene verbintenis aangegaan als
adspirant-vaandrig voor het Reserve
kader bij het e Regiment Infanterie.
Dr. D. Romeijn, off. v. gez. Ie
kl., van het le reg. huz. alhier, pas
teruggekeerd van zijn reis naar Rus
land, wordt met 1 Oct. voor den tijd
van 3 maanden gedetacheerd in de
legerplaats bij Oldenbroek.
Ds. G. Mansvelt, predikant bij
de Ned. Hervormde gemeente hier,
is beroepen te Apeldoorn en Het Loo.
De bronzen draag-medaille met
loffelijk getuigschrift is bij Kon. besluit
toegekend aan den stukrijder 2e
klasse H. Clir. Schippers, van het Te
regiment veld-artillerie hier, wegens
de met levensgevaar volbrachte red
ding van een kind uit de Fiierbeek,
op 27 Juli j 1.
De Heeren A A. M Annegarn,
B. van Gelder, O. G. H. Heldring,
P. J. B. Jacobs, C. B. Kok, W. Kuiper,
G. van Nieuwenhuizen, J. C. Rolandus
Hagedoorn, G. J. Slothouwer, J. H.
A. E. Visser, tot eene voorloopige
Commissie vereenigd, hebben tegen
hedenavond eene vergadering uitge
schreven ter voorbereiding der plan
nen van versiering van de Langestraat
(gedeelte Oude Vischmarkt tot Kam
perbinnenpoort) bij de a s. kronings
feesten.
Hedenavond vergaderen ook
eenige bewoners van de Koningstraat
ter bespreking van het a.s. kronings
feest.
«De plaatselijke commissie in
zake het aan Hare Majesteit de
Koningin-Weduwe, Regentes van het
Koninkrijk, als teeken van dankbaar
heid voor Hare goede zorgen in het
waarnemen van Hare gewichtige be
trekking van Regentes en Voogdes,
aan te bieden Nationaal huldeblijk
verzocht ons te berichten, dat zij
voornemens is op 15 October a.s.
hare inzamelingen te sluiten en allen
die alsnog daarvoor wenschen bij te
dragen, uitnoodigt hun bijdrage
of de toezegging daartoe voor
dien datum te zenden aan den pen
ningmeester den Heer E. L. H.
van Lanschot Hubrecht, gep. luit.-
kolonel, Beukenlaantje alhier."
Gepasseerden Donderdag waren
groepen infanterie bezig oefeningen
te houden onder Leusbroek, in de
nabijheid van «Bavoort." Op zich zelf
is dit niets buitengewoons, maar wel
mag het een buitengewoon verschijn
sel heeten, dat men de groepen door
het land van de wed. Hoenderdaal en
den landbouwer Geertseina deed mar-
cheeren, schietende inarcheeren, zon
der daartoe vergunning te hebben
gevraagd of bekomen welke vergun
ning met het oog op 't vee dat in
den omtrek graasde, zeker zou zijn
geweigerd. De voerman van een aan
komend rijtuig van de wed. P., waar
van 't paard schrikte en met den wa
gen nagenoeg in den sloot terechtkwam,
ging, niet erg gesticht en daarom
misschien niet erg beleefd, naar eenige
op den Bavoortschen weg staande
officieren toe, om't onbehoorlijke van
de handelwijze hun onder 't oog te
brengen, en dat hielp. Aan «Bavoort"
was men er verwonderd over, dat die
oefeningen aldaar werden gehouden,
wijl men meent dat «de Leusder-
heide" voor 't houden van oefeningen
in 't gevechtschieten voldoende ruimte
biedt.
Gisteren bekwam de 10 jarige
G. Wacht, werkzaam in de fabriek
van Plemis, zulke ernstige kneuzingen
aan zijn arm, dat geneeskundige hulp
moest worden verleend.
Zaterdagavond kwam de tim-
merlieden-vereeniging Streven naar
verbetering" in feestelijke bijeenkomst
samen in het gewone vergader-locaal
de bovenzaal van Café «Bellevue",
van den heer W. Maters. De tooneel-
club dier vereeniging zou eene uit
voering geven, tot bijwoning waarvan
ook de huisgenooten der gezellen
uitgenoodigd waren en van welke
uitnoodiging een ruim gebruik was
gemaakt. Een drietal stukjes werden
ten tooneele gevoerd, als: «Liberaal
en conservatief of de verkiezingsrage"
«Tono of de wraak van een
Zigeuner"; en «Trouwlustig of de
bedrogen patient". Alle drie liepen
best van stapel, terwijl vooral in het
tweede genoemde stuk gevoelvol
werd gespeeld en in alle de toon van
voordracht vrij onberispelijk was en
de taal beschaafd.
«De verkiezingsrage" is eene aller
aardigste scène, waarin de beide
candidaten voor den gemeenteraad
Jacob Hoofdkaas, de gezel A. B., en
Klaas Bol, de gezel W. de W., op
uitmuntende wijze deden uitkomen
hoeveel bespottelijks er wordt verricht
en beloofd en gegeven soms om tot
het «eerebaantje" van raadslid te
worden gekozen.
De hoofdrollen in «de wraak van een
Zigeuner" werden uitstekend, gevoel
vol vertolkt door de gezellen W. W.
en P. de W., respectievelijk als baron
d'Entres en Tono zijn pleegzoon.
Vooral dit stuk legde beslag op aller
volledige aandacht en het spel ver
diende dat ook ten volle.
Voor zeer aangename afwisseling
had de gezel Beijer, een aangenaam
goed geoefend zanger, gezorgd, die ach
tereenvolgens «Ilaarlemsch liedeke",
«Adelaide" en «De schoorsteen veger"
op zeer verdienstelijke wijze ten ge-
hoore bracht «Adelaide" vooral boeide
zeer en werd door den zanger klaar
blijkelijk met groote voorliefde voor
gedragen Ten slotte werd door den
gezel W. W. uitmuntend het «Lied
voor den Timmerman" gezongen, en
onmiddellijk daarna had eene collecte
plaats voor «eene werkmansweduwe
en zes kinderen", die f (3.37'opbracht.
Zooals meri hieiuit ontwaart, werd
bij de vreugde niet vergeten liefda
digheid ten aanzien van den naaste
te betrachten. Dat een flink geani
meerd bal dezen feestavond besloot
behoeft niet gezegd, eveemin als dit:
dat alle aanwezigen volop hebben
genoten van hoogst betamelijke feest
vreugde en er een recht prettige,
hartelijke kameraadschappelijke toon
heerschte.
Wij sluiten dit kort verslag dan
ook met een woord van dank onzer
zijds voor de welwillende uitnoodiging
die wij ontvingen om op den feest
avond tegenwoordig te zijn en houden
ons bij voorkomende gelegenheid ten
zeerste voor eene invitatie aanbevolen.
Gewoonlijk wordt de compagnie
op oorlogssterkte die aan de geverhls
oefeningen te Oldenbroek deelneemt
van hier onder het spelen van mar-
schen naar den trein gebiacht.
Ook Maandag j.l. werd zij door het
muziekcorps uitgeleide gedaan. Geen
noot werd evenwel geblazen geen
trom werd geroerd en zulks als een
stille hulde aan de nagedachtenis van
den ontslapen luitenant-generaal Hen-
nus Inspecteur van het wapen der
infanterie.
De feestcommissie voor de kro
ningsfeesten die zich in de Vijverstraat
heeft gevormd, bestaat uit de heeren
L. van Zwol, G. Gouw en D. van
der Linden.
Scherpenzeel. Ds. O. Los te Oud-
Vosmeer, heeft het beroep naar de
Gere.fi gem. alhier aangenomen en is
voornemens de eerste Zondag in No
vember zijn intrede te houden.
355e STAATSLOTERIJ.
Vijfde klasse. Tweede week.
Trekking van 21 Sept.
(950 loten).
Ten kantore van den collecteur te
Amersfoort zijn aan de navolgende
nummers te beurt gevallen:
Prijzen van f 70.
4796 9557 15055 15161 en 20062.
Te zamen 5 prijzen.
Zonder prijs zijn uitgetrokken:
4554 4557 4772 4807 4980 4991 9573
13311 13327 15004150081507515166
15187 15194 15205 20013 en 20051.
Een mooie rechtzaak.
Uit Zwitserland komt het bijna
ongelooflijk bericht, dat in het dorp
Sattel van het kanton Schweiz een
vrij groot huis van twee verdiepin
gen, dat tegen een vrij steden berg
gebouwd was, met het tuintje dat er
omheen lag, ongeveer 15 meter is
afgegleden en toen op een vlak ge
deelte bijna rechtop is blijven staan,
zonder in te storten. Alleen een stuk
zijmuur is verdwenen. Ook een stuk
van den weg die naar het huis leid
de, is ongedeerd mee naar omlaag
gekomen en twee zware boomen heb
ben de reis mede naar beneden ge
maakt zonder te vallen. Het is ge
bleken, dat dit huis en de tuin op
een aardlaag van 1 a 1meter dik
te stonden, waaronder gele en blau
we mergelsteen letlfluhzich bevond.
Door het afsijpelende water is de
blauwe mergellaag allengs losgeweekt
en eindelijk wat er bovenstond afge
gleden.
De vraag is nuwien behoort
het huis thans? Aan den vroegeren
eigenaar of aan dien van den grond
waarop het nu staat?
