NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. ARTHUR HARRISON. i\o. 96. Woensdag 1 December 1897. Zes-en-twintigste jaargang. VERSCHIJ.VT WOENSDAG EN ZATERDAG FEUILLETON. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijk. Afzondert ij ke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in tezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort. ADVERTENTIËNi Van 16 regels f 0.40; iedere regel meer 5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. De doofstommen-vereeniging „Door Liefde Saaiugebracht", in haar nieuw Gebouw aan de Westermarkt, door J. A. Tours Eenige weken geleden ontdekte een inwoner van Deventer, die om zijn menschlievendheid bekend is, een be klagenswaardig meisje, dat in een treurige omgeving meer wegkwijnde dan leefde. Het achtjarige kind was zoo goed als doof en kon niet dan een hoogstgebrekltig geluid voortbren gen. Haar moeder was overleden haar vader gat zich aan dronkenschap over; haar broers, waarvan één krank zinnig is, werden niet voor eenig be roep opgeleid. Als gij u eerie ver waarloosde kamer m eene achterbuui t der genoemde stad voorstelt, kunt ge u, lezer, eenig denkbeeld vormen van de somberheid, waarin dit in zooveel opzichten misdeelde kind zijn leven moest slijten. Door bemidde ling van den menschenvriend werd de kleine opgenomen in het Stedelijk Ziekenhuis, waar het genas van eene hoofdziekte, die door gebrek aan ver zorging ontstaan was. Toen zij, als hersteld, moest ontslagen worden, bracht dezelfde vriendelijke hand haar in een goed kosthuis, met goedvinden van den vader, die zijn kind gaarne aan den belangstellenden vriend toe vertrouwde en afstond. Door bemiddeling der heeren cor respondenten van het Instituut voor Doofstommen te Groningen en van dat te Rotterdam werd gevraagd of het meisje in een dezer twee inrich tingen geplaatst zou kunnen worden. (Jit Groningen werd geantwoord, dat plaatsing niet wel mogelijk was, daal de lessen der nieuwelingen reeds ge- ruimen tijd geleden waren aangevan gen, zoodat het meisje die niet zou kunnen volgen. Bovendien was daar het getal der pas opgenomen leerlin- lingen, zóó groot dat de onderwijzers onmogelijk zich in het bijzonder met een achteraankomende leerling zou den kunnen bezighouden. Met de opneming zou dus moeten worden gewacht tot September 1898. Uit Rotterdam kwam een antwoord, waarin andere bezwaren werden ge opperd. Hier zou het meisje kun nen worden opgenomen, al was het leerjaar reeds begonnen. Maar werd gevraagd en alleszins met recht nwie zal zich verantwoordelijk voor het «kind stellen en hoe zal rnen de noodige gelden bijéén krijgen Wie zal het kind na volbrachten leertijd naasten en in de vacanties huisvesten?" Op die vragen moest een voldoend antwoord gegeven worden, voor dat het meisje kon worden opgenomen. Ondertusschen moest voor het kind gezorgd worden. Van Deventer uit werd geschreven aan het Bestuur der Vereeniging, welker naam boven dit opstel geplaatst is en gevraagd; kunt gij niet helpen »Ja", was het ant woord, «zend ons het kind en wij «zullen zien, wat we kunnen doen." Thans is de kleine opgenomen in het gezin van den heer J. Stuhr, die bij het gebouw der Vereeniging een woning vond, en zal daar blijven tot dat ze naar een der beide Instuten kan worden gebracht. In veilige haven is het meisje aangeland. Zij voelt zich thuis en op haar gemak in den nieuwen kring, en later, als zij de herinnering aan die sombere jeugd behoudt, zal zij het oogenblik zegenen, waarop ze in dit gezin werd binnen geleid. Ziedaar één der bemoeiingen mede gedeeld, waarmede «Door Liefde Saamgebracht" zich bezig houdtéen der vele, die telkens voorkomen en de aandacht vragen. Deze Vereeniging, die in Januari a. s. haar Dijarig be staan zal herdenken, ziet hare werk zaamheden gedurig uitbreiden en had behoefte aan een eigen gebouw, waarvan reeds vroeger door den schrijver dezer regelen in het open- baar melding is gemaakt. Thans, nu het gebouw bijna gereed is en weldra voor het jfubliek ter bezichtiging zal worden gesteld, zal een beschrijving van de verschillende localiteiten den lezer niet onaingenaam zijn. Welnu, hem stel ik voor, een wandeling te doen op drie verdiepingen en hier en daar eens stil te staan. Aan den gevel prijkt een bord, waarop de naam der Vereeniging in sierlijke letters geschilderd is, door een doofstomme, die dit werk met liefde deed, geschilderd, evenals het bord boven de poort, die tot de werk verschaffing leidt. We gaan de stoep op, de voordeur binnen en staan in de marmeren gang, die een aange nomen indruk maakt. Hier is de voorkamer, die gebruikt wordt als magazijn van werk der doofstommen, dat besteld is of ge maakt werd, in de hoop dat het een kooper vinden zou. Tafels, kasten, rekken, stoelen, bakken, allerlei kasten makers werk net afgewerkte speel- en schrijftafels damborden en nog zooveel meer, dat timmerman en kastenmaker u kunnen leveren dit alles vindt ge hier langs de muren geschikt. Uok een partij schoenen ligt ter verkoop gereed, en hoe meer arbeid kan worden aangenomen, hoe voller het in deze voorkamer worden zal. De suite van dit vertrek is de ontvang, tevens bestuurskamer, die eenvoudig wordt ingericht. Daarachter ligt een kamertje, bestemd om de gemaakte goederen te bewaren, die de doofstomme naaisters o zoo gaarne zullen leveren, en die de Commissie met genoegen als werksters zal aan nemen als zij genoeg middelen bezit, om het naaiwerk te betalen. De keuken is tot huiskamer ver anderd eu wordt bewoond door den heer J. Beelex, die sinds jaren de Vereeniging als tolk ter zijde staat, en thans onder leiding van den heer Stuhr als concierge is aangesteld. Willen wij den kelder even ingaan? Die is ruim eu hoog, en zal tot ver blijf strekken voor hen, die balletjes maken om ze aan de huizen onzer stadgenooten te verkoopen. 't Was niet gemakkelijk, een werk te bedenken, dat iproductief kon worden gemaakt. Het vogelvoeder, in pakjes afgeleverd, had, evenmin als gehakte brandhout, het gewenschte resultaat. De bloemen door een jenkele ge maakt, vonden geen koopers, maar de suikerballetjes gingen van de hand en worden gezocht meer dan al het andereeen vingerwijzing om met dit fabrikaat voort te gaan. Nu bestijgen we een trap en nemen een kijkje op de eerste verdieping die heel wat veranderd is, dank zij de hulp van timmerman en schilder. Aan de straat ligt de vergaderzaal, die 120 zitplaatsen bevat, waarachter een buffetkamertje van zeer kleine afmeting, maar groot genoeg, om eenige ververschingen te bewaren. Die vergaderzaal zal op den Zondag morgen dienst doen als kerk en de Protestanten vereenigen tot een gods dienstoefening, die de genoemde heer Stuhr sinds jaren in een kleiner lokaal, tot aller voldoening, heeft geleid. Mochten de Katholieken of de Israë lieten onder de leden dezer Vereeni ging hier eveneens willen samenkomen om eene godsdienstoefening, onder leiding van een geestelijke of daartoe geschikten leek te houden, het Bestuur zal zeker aan dien wensch trachten te voldoed. In die vergaderzaal zullen onderwerpen van algemeen belang besprokenIk wil zeggen be- handeld(') kunnen worden en alle leden opgeroepen, als aller tegenwoordig heid gewenscht is. Hier kunnen ook gezellige bijeenkomsten worden ge houden hier gemeenschappelijk feest gevierdwe denken b. v. aan het St. Nicolaasfeest, waarop de vrienden samenkomen en hun een prettigen avond wordt geboden, De m uziek moge bij elke feestviering helaas uitgesloten zijn en door den zang geen uiting aan de vreugde gegeven kunnen worden een tooverlantaarn kan haar lichtbeelden werpen op het witte scherm en allen verplaatsen naar verre landen en onder vreemde volken, of een andere, voor doofstommen ge schikte ontspanning worden aange boden. Zeer zeker zal die vergaderzaal als plaats van gezellige samenkomst hoog gewaardeerd worden want de doofstommen zijn in den regel gezellig van aard zij zoeken elkaar en hebben altijd veel te vertellengeen wonder hoeveel gedachten moeten ze dagelijks voor zich houden Zoo spoedig zij onder elkander zijn, lachen en schertsen ze, elkaar met een half gebaar één oogopslag één beweging der lippen begrijpend, en voor een poos vergetend wat zij missen. Als we ons nu begeven naar de meubelmakerij, gaan we door een niet groote ruimte die zal worden gebruikt als slaapplaats voor mannelijke doof stommen. In eene stad als Amsterdam is aan dergelijk tijdelijk logies behoefte. Een doofstomme, al heeft hij de midde len, naar een eenvoudig hotel te gaan, (velen hebben ze niet), gevoelt zich daar niet thuis. Hij wordt niet be grepen hij meent misschien dat men hem uitlachthij voelt zich vreemd onder de hoorenden. Maar hier zal hij gaarne komen, hier vindt hij lot- genooten. En als de reiziger zeer zuinig moet zijn, welnu hier zal hij niets, of zoo goed als niets, voor voed sel en ligging behoeven te betalen. Aan de andere zijde van het gebouw zal eene dergelijke slaapplaats voor doofstomme vrouwen worden ingericht. Nu naar den zolder, waar de meu belmakers zullen werken. Goed werk kunnen zij leveren en zullen zij leveren, als de bestellingen maar komen. Reeds bezet is een andere werkplaats, die der schoenmakers, die met hun achten aan den arbeid zijn, en wel sinds eenigen tijd onder leiding van een hoorenden baas. Deze moet natuurlijk behoorlijk betaald worden, maar die D. H. ENGELBERTS. 2) Lees dezen brief," zeide zij vervol gens en gaf dien toen aan mij. Hij schreef daarin, dat het hem onmoge lijk was, langer met haar samen te leven, dat eeuwigdurend getwist kon hij niet verdragen. Uwe schoonheid, schreef hij verder, heeft mij verleid, en waart gij zoo goed geweest, als gij schoon zijt, mijne liefde zou niet ver dwenen zijn. Ik zou u tegenover mijne aristocratische familie gehandhaafd hebben en wij zouden gelukkig zijn geworden. Nu is het onmogelijk, en om grooter ellende te voorkomen, verlaat ik u voor immer. Onbezorgd zal ik u echter niet achterlaten, daar voor heb ik u te zeer bemind. Inge sloten vindt gij in engelsche bank- nooten eene som van 3000 Pd. st., de rente daarvan is voldoende voor u om van te leven. Buitendien heb ik de kamerhuur voor de twee eerste jaren aan Mr. Harrison uitbetaald. Doe geen onderzoek, waar ik mij be vind, het zou vruchteloos zijn, want hij de ontvangst van dezen brief ben ik al mijlen ver verwijderd. Wees verzekerd, dat ik voor ons kind, onzen Cecil, een goed en liefderijk vader zal zijn. Daar ik later nog een zeer aan zienlijk vermogen te wachten heb, zoo zal ik u alsdan nog vrijgeviger ge denken, Denk, dat onze liefde een droom is geweest. Leef wel Lord G. CuNNLNGHAir. P. S. Daar gij uw kind nooit be mind hebt, zal het u niet zwaar vallen het te moeten missen, Onder mijne hoede staat hem eens eene groote toekomst te wachten. G. C. "Het is een treurige toestand,» zeide ik haar, »maar gij moet er u in schik ken, gelukkig nog, dat u geene gel delijke zorgen te wachten staan. Had ik mijne gevoelens tegenover haar uitgesproken, dan zou ik haar gezegd hebben.» Gij hebt u zelve dit lot berokkend, want haar echtgenoot had ik als een edel mensch leeren ken nen eu daarbij ook als een echt gent leman. Opnieuw begon de schoone vrouw hevig te snikken en zeide: Indien hij wist, dat ik andermaal moeder moet worden, hij zou terug- keeren. Er lag in haar gedrag een diep berouw, daardoor getroffen deed mijn man alle mogelijke pogingen, om de verblijfplaats van Lord George Cunningham op te sporen, schreef naar alle richtingen, maar alles te vergeefs. Arthur wilde spreken, maar zij zeide «Laat mij vervolgen. Eens was ook mij het geluk beschoren, de moeder vreugde te smaken, drie maanden lang genoot ik die, maar tegen het einde van het vierendeeljaars stierf mijn engelachtig klein meisje. Het was het eenige kind, dat mij ooit ge schonken werd. De dood van mijn kind trok ik mij zeer aan. Tegen den avond van den derden dag na mijn verlies, was ik genoodzaakt mij uit mijne vertwijfeling te ontrukken. Mrs. Cunningham had al sedert een paar dagen over onwelzijn geklaagd, en in den nacht van denzelfden dag beviel zij ontijdig van een kind. Op den tienden dag na de geboorte van het kind stierf de moeder. Ik was er niet bedroefd over, integendeel vervulde eene goddelooze vreugde mijn hart. In die tien dagen had ik de liefde, die ik voor mijn eigen kind gekoesterd had, op mijn pleegkind overgebracht. Het kind was een jon getje, Arthur. Ik heb het gevoed en bemind, altijd bemind. Geen moeder kon het teederder beminnen, dan ik het bemind heb. Och, dat deze liefde mij tot een misdaad moest drijven, Arthur. Gij weet, wie dat kind ge weest is, wie het is, zeg, kunt gij het mij vergeven?» Diep getroffen door het medege deelde, nam Arthur hare hand in de zijne en was in de eerste oogenblikken niet instaat één woord te spreken, eindelijk zeide hij: »Ja, moeder, door de liefde, die u mij altijd bewezen heeft, vergeef ik het u van harte. Maar mijne arme eigen moeder, wat moet die geleden hebben." »Laat mij eenige oogenblikken rusten, Arthur, om krachten te ver zamelen, want ik moet je nog meer zeggen, en geef mij mijne medicij nen in. Arthur voldeed aan haar verlangen en de zieke viel in eene zachte slui mering. Het waren pijnlijke oogenblikken voor hem. Indien zij nu zonder ver der te spreken, den laatsten adem uitblies, dan was het geheim slechts tenhalve opgelost, Met een angstig, kloppend hart sloeg hij de sluimerende gade. Gelukkig, de zieke bewoog zich en opende weder de oogen. Zij wenkte Arthur om dichter bij haar te komen en begon weder: »De schoone vrouw, uwe moeder, was al na de verwijdering van haar echtgenoot in eene droefgeestige stem ming vervallen en viel zichtbaar af. Met liefde en zorg stond ik haar ter zijde, dit kan ik voor God verant woorden, en zij schonk mij haar volle vertrouwen. Ik was zeer bevreesd, dat hare bevalling niet goed zou af- loopen. Dit geschiedde gelukkig wel en het scheen, dat het zien van haar kind, het evenbeeld van haar echtge noot, haar kracht en steun gaf, maar het was schijn, want vier dagen na hare bevalling nam haar toestand

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1897 | | pagina 1