BIJVOEGSEL
BITTEN LAM).
F E V 1 l L E TON.
ARTHUR HARRISON
BINNENLAND.
BEHOOEENDE BIJ DE
VAN
ZATERDAG 5 MAART 1898.
Df. Lieber heeft in den Duitschen
Rijksdag al heel wat gestreden om
de demokratische elementen van zijn
partij te doen berusten in de eischen
die de regeering stelt voor Uitbreiding
der vloot.
Al lang heeft hij als zijn meening
te kennen gegeven dat, zoo niet de
kosten kunnen bestreden worden uit
de gewone middelen, er in elk geval
voor moet worden gezorgd dat de
belasting der kleine luiden niet zou
worden verhoogd. Alleen de rijken
zouden de vloot moeten betalen, dat
zou in de wet moeten gezegd worden.
Dr. Lieber heeft daarom nu een
nieuw artikel voorgesteld, waardoor
dit zou bereikt worden.
In dit' artikel wordt bepaald, dat
7.00 noodig in allo bondsstaten die
een inkomstenbelasting hebben, van
elk inkomen boven de 10.000 Mark
een extra vjoot-belasting zal worden
geheven, voor inkomens van 10.000
tót 50.000 Mark 1voor 50.000 tot
100.000 Mark van 100.000 tot
200.000 Mark en boven 200.000
Mark 1 pCt.
Nu moet niet uit het oog worden
verloren, dat, vooral in Pruisen, de
welgestelden reeds sedert jaren even
redig zwaarder belast zijn dan de
minder'bedeelden, en al moppert ook
nu en dan eens een enkele daarover,
de meesten zien toch de rechtvaardig
heid van zulk een stelsel wel in.
Maar of men nu ook zoo maar zonder
een zuur gezicht te trekken een be
lasting zal slikken, die bestemd is
voor de verwezenlijking van een al
gemeen landsbelang, en die drukt op
slechts een bepaalde klasse der be
volking, dat zal nog de vraag zijn.
In alle stilte heeft in Servië een
merkwaardige gebeurtenis plaats ge-
i l. De zoogenaamde vooruitstre
vende partij is overgegaan in het
kamp der radikalen. Het leven
makende troepje, dat totnogtoe onder
den banier der vooruitstrevenden bij
elkaar was gebleven, is nu de anti-
inonarchale vleugel der radikalen
kómen versterken. Voor deze groote
partij boieekent deze aanwinst wel
niet veel, maai toch is het gebeurde
reeds daarom van belang, omdat het
kleine troepje intriganten en geluk
zoekers, dal het arme land reeds
zooveel wonden heeft geslagen, weer
driar is teruggekeerd, vanwaar het
achttien jaar geleden aan het bewind
was' gekomenze zijn nu weer de
oude.' gezworen vijanden van het buis
ObrenoWitsch.
in 1880, toen bet Hayrnerle gelukt
'wa<. Ristitsch ten val te brengen,
had Milan geen andere keus; hij
moest tusschen hen en de socialistisch-
revolutionairen radikalen kiezen, met
welke zij tot dat oogenblik hand in
hand gegaan waren. Hij bracht tien
daarom aan liet bewind om hen te
«exploiteeren". En dat is hem uit
stekend gelukt. Ze hebben hun
beginselen verzaakt, om zeven jaar
lang zonder recht en wet te kunnen
lieerschen. Daarna echter zijn ze
DOOR
29) D. H. ENGELBERTS.
En stel eens, wanneer hij het zelfs eens
beproeven wilde, om na den maaltijd
ook nog den avond in uw gezelschap
door te brengen, dan zoudt gij onder
de gegevene omstandigheid moeilijk
weten. wat. gij doen moet. Doch ik
hoop, dat hij zich niet zal laten ver
leiden, zoo vermetel te worden. Goede
hemel, kind! wat is er toch?"
«Wat er is it O niets, in het ge
heel niets", antwoordde Verna, hare
tante met schitterende oogen, gloeiende
wangen en een verachtelijken trek
om den mond aanziendeVeront
rust u niet, wat mijne persoon be
treft, ik zal mi'. Arthur Harrison op
behoorlijken afstand weten te houden.
Waarheid is het, dat hij het leven
van mijn broeder met gevaar van het
zijne gered heeft, maar ik zal niet
vergeten, dat hij niet zoo en zooveel
pd. st. rente in liet jaar betrekt, en
dat hij geene loopende rekening bij
cene bankiersfirma bezit. Ja, dat hij
ook geen recht heeft zich in l^if ge-
gevallen, in hun diepen val Milan
meesleepend. En toen nu kort ge
leden de ex-koning als generalissimus
het land weer binnentrok, beproefden
eenige' der leiders van de «vooruit
strevenden" opnieuw hetzelfde leventje
nog eens te beginnen, maar na do
ondervinding met ben opgedaan,
moest Milan niets meer van hun
medewerking hebben, het gevolg
hiervan is, dat ze zich nu weer heb
ben aangesloten bij de radikalen.
In Servië zijn dus voortaan slechts
twee politieke partijen, een radicale
en een liberale, een groote, anti-
monarchale en een kleine, ordelievende
burgerpartij, die van oudsher als
streng koningsgezind geldt en aan
wie de Obrenowitschen den Servischen
troon te danken hebben.
Daarvoor heeft ze echter niet veel
meer dan ondank geoogst en tegen
woordig is die partij van orde en
recht niet veel anders dan toe
schouwster in den strijd, die het
koningschap tegen het radicalisme
voert.
Nu de Engelsche Regeering in het
Lagerhuis met het leger en met Ier
land heeft afgehandeld, schijnt ze van
plan voorstellen ter tafel te brengen
tot hervorming van de kerk. Een
paar jaar geleden zou de aankondi
ging van zoo'n maatregel alleen reeds
een storm van oppositie hebben uit
gelokt. De oude Liberationist-parly
eens een bewegelijke zoo niet een
machtige organisatie zou het als een
levenstaak beschouwd hebben om
elke poging te verhinderen, die er
toe zou hebben kunnen leiden, dat
een ontwerp tot hervorming van de
Engelsche kerk in het Lagerhuis zou
worden behandeld.
Het argument zou geweest zijn,
dat de Staat niets te maken had met
den vorm van den godsdienst en dat
wanneer de kerkelijke autonteiten
hervormingen wenschten, zij beter
zouden doèn, niet de kerk naar bun
inzichten, maar hun inzichten naai
de kerk te wijzigen.
Tegenover zulk een argument kan
alleen maar gezegd worden dat zoo
lang de betrekkingen tusschen kerk
en staat nog bestaan, het de plicht
is van liet Parlement, te waken tegen
verkeerdheden en misbruiken in de
organisatie der kerk. Iedere andere
theorie leidt aanstonds tot de imrao-
reele doctrine die zoozeer door de
revolutionaire socialisten wordt ver
heerlijkt., nl. dat liet wenschelijk is
misbruiken in particuliere instellingen
te laten bestaan, ja zelfs aan te moe
digen, opdat die instellingen door
haar eigen verkeerdheden ten onder
zullen gaan.
De bevrijdingsmannen hebben nu
ten minste ingezien, dat dit de ge
volgen zijn van hun vroegere taktiek.
en ofschoon ze nog de voorstellen
tot hervorming van de kerk kritisee-
ren, doen ze dat toch niet meer rnet
dezelfde hardnekkige onverdraagzaam
heid als vroeger.
Een groote meerderheid dei-
talrijke leden der Tweede Kamer, die
deelnamen aan liet sectie-onderzoek
der voorgestelde wijziging der militie-
wet, waartoe ook onderscheidene
anti-revolutionairen behooren, moet
zich verklaard hebben voor het be
ginsel van den persoonlijken dienst
plicht en tevens voor het behoud van
zeischap op te dringen, waarin zoo vele
valsche gentlemen, die niet waardig
zijn, zijne schoenriemen los te maken,
eene rol spelen. Kortom, ik zal niet
vergeten, dat hij slechts een liuisleer-
aar, een afhankelijk mensch, en zoo
als hem Ellinor noemde, een satelliet
is, en daaraan beantwoordende, zal
ik mijne dankbaarheid aan den dag
leggen."
«Hoe sarkastisch, hoe opgewonden,
lieve Verna. Ik had waarlijk niet de
bedoeling u te ergeren of te beleedi-
gen, antwoordde de tante, die het
ter wi le van haar zoon goed vond,
weder in te binden. «Maar gij weet,
ik hen zooveel ouder als gij en keu
daarom ook de wereld beter dan gij
haar kent, lief kind. Zonder u te
beleedigen, mocht ik u toch wel
waarschuwen, opdat gij op uwe hoede
zijt. Gij zijt van natuur zoo vurig
en grootmoedig, dat gij zeer gemak
kelijk een bewezen dienst overschat
en daardoor uwe dankbaarheid over
drijft. Bij een mensch als deze Arthur
Harrison zou uit al te groote vrien
delijkheid en begunstiging eene groote
verzoeking kunnen ontstaan, om uit
eene zeer hujjsehe daad nut te trek-
vrijstelling. Do kans van aanneming
van het ontwerp in hoofdzaak zou
dientengevolge zeer groot zijn.
Het sectie-onderzoek der overige
ontwerpen is eergister geëindigd,
behalve in een afdeeling, die gisteren
nog bijeenkwam.
De «Lombokschatten" zijn thans
in liet Oostelijk paviljoen van het Rijks
museum, te Amsterdam, in de dus-
gen. »Ziiverzaal," voor het publiek te
bezichtigen tegen eene betaling van
25 cent; des Zondags 10 cents en
des Vrijdags een gulden. De opbrengst
is ten vQOrdeele van het Nationaal
Fonds' tot ondersteuning van de nage
laten betrekkingen van in Neder-
landsch-Indie gevallen militairen.
Deze schatten zijn inderdaad bij de
Lombokexpeditie'nin beslaggenomen."
De kostbaarste sieraden bevinden
zich in eene nveiligheidsvitrine," die
zoo is ingericht, dat zij des nachts
onder den grond kan verzinken. Men
vindt geëtaleerd prachtige krisgeves-
ten, oorknoppen, ringen met kostbare
diamanten, broches, borstsieraden,
arm- en beenbanden, siriedoozen,
tabaksdoozen en sigarenkokers, waar
schijnlijk de rijkskroon, diademen enz.
Stoomtramweg N i j kerkEde.
in zijn memorie van antwoord om
trent het wetsontwerp tot toekenning
van een renteloos voorschot, ten be
hoeve van den aanleg van een stoom
tramweg van Nijkerk over Barneyeld
naar Ede verzekert de minister van
waterstaat dat hij bij de samenstel
ling van een wettelijke regeling van
den dienst en liet gebruik der stoom
tramwegen zal letten op verschillende
in het verslag uitgesproken wenschen.
Ten aanzien van het- subsidieeren
van stoomtramwegen, zot hij nogmaals
het beginsel uiteen waarnaar de re-
geering zal te werk gaan. Alleen dan
zal Staatssubsidie worden verleend,
wanneer de plaatselijk belanghebben
den mede tot subsidieermg hebben
beslotenvoor liet subsidieereti van
ondernemingen, welke niet levensvat
baar zijn, behoeft dan ook geen vrees
te bestaan. Bestaat alzoo bij den
minister niet het voornemen het ge-
heeie land met een net van tramwe
gen te bedekken, hij zal zich ook niet
door angstvallige zuinigheid laten
terughouden van het bevorderen van
de subsidieering van nuttige verbin
dingen, met welker aanleg slechts op
rijks bulp wordt gewacht.
Voorts verdedigt de minister den
vorm van ondersteuning door rente-
looze voorschotten. De minister durft
geen uitzicht geven, dat de aanleg-
kosten voor de spoorwegmaatschappij
de Veluvve beneden f 16000 per K M.
zullen blijven en dus de geldleening
door de Nederlandsche Centraal-spoor-
wegmaatschappij te garandeeren be
neden f216.000.
Ten aanzien van de bedenkingen
tegen het wetsontwerp aangevoerd,
verblijdde de minister zich met de
wederlegging daarvan in liet verslag.
Hij ontkent dat in dit voorstel wordt
afgeweken van den door hem in 1893
aangegeven regel omtrent het bedrag
van het beschikbaar te stellen rijks-
voorschot, evengoed als aan de sub
sidien van provincie en gemeente kan
aan de subsidien van particulieren
de beteekenis worden toegekend van
maatstaf van het belang dat een ont
worpen lijn voor de daarbij betrokken
streek blijkt te bezitten.
Verder beantwoordt de minister nog
eenige beschouw ingen en vei klaart hij
nog te weinig bekend te zijn omtrent
ken. Lk verzeker u, dat bet hem de
vermetelste en dolste ideeën in het
hoofd zou kunnen brengen. Ik wil
niet duidelijker spreken, maar gij weet
immers, me lieve, dat gij een aanzien
lijk vermogen bezit en zeer schoon
zijt. Gij kent ook geen wantrouwen,
Verna, en dit in verhand met uwe
overdrevene goedhartigheid, kan u
zeer licht tot buit van slim berekende
Reden maken."
«Mijn besten dank, lieve tante, voor
uw vriendeUjk aandeel ten mijnen
opzichte en voor uwe kiesche
zinspelingen. Ik zal uwe waarschu
wing ter harte nemen. Doch ik ben
niet zoo geheel en al zonder wantrou
wen, als gij wel schijnt te gelooven,
en ik koester zelfs de veronderstelling,
dat mijne 40,000 pd. st., naar eene
geheel andere richting heen, eene
recht belangrijke bekoring uitoefenen.
Ik geloof ook, dat lage en wiustbe-
oogende motieven, niet alleen bij huis
leeraars en ondergeschikte Reden te
vinden zijn, maar dat zij ook in ge
heel andere gezelschapsstanden eene
zeer gewichtige rol spelen.»
«Ik versta u niet, mijn lief kind,»
zeide misstr. Saville lachende, moeite
de ervaring met de automobicles op
gedaan om te kunnen beslissen of
van dit vervoermiddel bij de uitbrei
ding der verkeersmiddelen ten platten
lande op eenigszins ruimer schaal
partij zou kunnen worden getrokken.
PLAATSELIJKE BERICHTEN.
Nogmaals maken wij de lezers
van dit blad opmerkzaam op de reeds
meermalen bekendgemaakte samen
komst met het Zang- en Muziekge
zelschap van de Weesinrichting te
Neerbosch, dat Donderdag 10 Maart
in »de Arend" eene uitvoering zal
geven. Van heeler harte hopen wij,
dat velen, zeer velen in de gelegen
heid zullen zijn deze samenkomst bij
te wonen en ook anderen daartoe
zullen opwekken.
De stichting te Neerbosch beeft
veler sympathie, van anderen onder
vindt ze veel antipathie of recht-
streeksche tegenwerking, weer ande
ren balen, als zij dezen naam liooren
noemen, de schouders op, omdat de
Weesinrichting te Neerboscli hun on
bekend is of dat wellicht de tegen
werking van vijanden eenigen invloed
beeft uitgeoefend. Voor die allen be
slaat er gelegenheid otn met weinig
moeite zich van de werkelijkheid der
werkzaamheden van Neerbosch te
overtuigen.
Het Zang- en Muziekgezelschap,
en daardoor ook de Weesinrichting
zelve, werd op vele plaatsen in ons
vaderland als; Dordrecht, Rotterdam,
Schiedam, Maassluis, Vlaardingen,
Delft, Leiden, Haarlem, Weesp, Apel
doorn, Leeuwarden, Sneek e. a., met
blijdschap begroet, in al die plaatsen
toonde de groote opkomst, dat de
Weezen in staat zijn werkelijk iets
goeds ten gehoore te brengen. Zoo
wel op vocaal als op instrumentaal
gebied bezit het koor goede krachten.
Zoo schreef b. v. het Leidsche dagblad
Februari 1S97»Door het Zang- en
Muziekgezelschap werden onderschei
dene nummers ten gehoore gebracht,
en het dient gezegd en dit niet,
omdat we te doen hebben met weezen,
niet uit medelijden dus met alle
vrijmoedigheid, omdat we bet naar
waarheid kunnen zeggen, het dient
gezegd, dat wat ten gehoore werd
gebracht, zeer goed was. Die jonge
muzikanten met hun blinkende koper
instrumenten, ze deden bun leer
meester eer aanze brachten het er
uitstekend af. En de Zang, hij was
verrukkelijkvooral de solo's wekten
een rechtmatige bewondering. Groot
was dan ook de bijval, langdurig de
toejuichingen, welke koor en solisten
ten deel vielen, zóó dringend een
paar malen, dut nog eens en nog
eens een couplet of een lied moest
gezongen worden. Dit is één uit
velen.
Wij hopen hartelijk, dat Amersfoort
niet onder zal doen, maar door de
opkomst zal toonen, dat hare in
woners er van overtuigd zijn of over
tuigd wordendat Neerboscli onge-
lukkigen redt, voor de maatschappij
behoudt en ook iets doet voor de
aesthetische vorming en ont wikkeling.
Dit is immers een heerlijk werk, dat
aller steun verdient
Een ieder kome, neme anderen
mede en allen overtuigen zich van
de waarheid, 't Zal niemand berouwen
dezen avond, die belooft een schoone
avond te worden, in «de Arend" te
hebben doorgebracht.
De toegangsprijzen, die gesteld zijn
op 50 en 25 cent (waarvoor men
doende het gesprek eene andere rich
ting te geven. «Gij bezit eene ware
onweersnatuurHoe wild gij nu om
n heen ziet.»
«Welnu, dan beantwoordt mijn uit
zicht zoo tamelijk aan hetgeen in
mijn gemoed omgaat,» antwoordde
Verna. «Waarachtig ik gevoel mij
zoo wild, dat ik den Moloch, het
afgodsbeeld Mammon, voor wien allen
eerbiedig nederknielen, met eigen han
den zou kunnen verpletteren. Hoe
offeren hem niet allen hunne beste
en warmste gevoelens, het edelste in
het leven. Niet genoeg, dat men mr.
Arthur Harrison's daad door het slijk
sleurt, zoo moet men hem nog zonder
het minste bewijs en den geringsten
grond voor de toekomst lage bedoe-
Rngen toeschrijven. O, tante, ik
schaam mij, dat gij zulke zinspeRngen
kondet maken, en ik krijg er eene
kleur van ze aangehoord te hebben.»
«Maar, me lieve, ik ken de men-
schelijke natuur,» antwoordde misstr.
Savilïe, «en ik heb ten nadeele van
mr. Harrison persoonlijk geen woord
gezegd. Ik heb u alleen gewaarschuwd,
dat het voor een mensch, in zijne be
trekking in den grond maar al te
tevens den tekst der liederen in bezit
heeft) zal voor niemand bezwaar op
leveren, die belang stelt in den phi-
lanthropischen arbeid of wiens smaak
door kunstgenot bevredigd wordt.
De reserve-korporaal J. Nieuwen-
bout van het 5e Regiment infanterie,
is ria een voldoend afgelegd examen
door den kolonel-regiments-coinman-
dant bevorderd lot reserve-sergeant.
De eerste luitenant P. M. Over-
sluijs van bet 5e Regiment infanterie
is van af heden tot nader order ter
beschikking gesteld van den kapitein
de I' Espinasse, van het korps Genie
troepen, lid van de commissie belast
met de Inrichting, voorbereiding en
uitvoering van een schietkamp voor
de Infanterie. Genoemde luitenant
die vroeger bij de Militaire Verken
ningen is gedetacheerd geweest, is
aangewezen tot het doen van opme
tingen van het terrein ter plaatse
waar bedoeld schietkamp zal worden
opgericht.
De beer Jos. M. C. Haak, lid
der hoofdcommissie voor de Inhuldi-
gingsfeesten en Voorzitter der sub
commissie voor de ter dier gelegen
heid te houden optocht heeft voor
beide functiën bedankt. Ook zullen
de populaire voordrachten over Na
tuurkunde in de Toynbee-vereeniging
door ZEd.gestr. niet worden voortgezet.
Naar wij vernemen 7.{il het bui
tengoed «Nimmerdor' bewoond door
den heer Boissevain electrisch worden
verlicht. Met de installatie moet reeds
zijn aangevangen.
In 1897 is aan de Vischmarkt
aihier verkocht voor f 2062.65 aan
visch.
In 1897 werd door het Burgelijk
armbestuur bedeeling verstrekt aan
290 gezinnen en 112 eenloopende
personen, te zamen 1253 leden tel
lende, tot een bedrag van 1' 9 992.79
met inbegrip van f 102.29 voor koop
waren en kleeding- of liggingsslukken,
waarmede eenige personen werden
begiftigd.
In 1897 werd door de »Ver-
eeniging tot uitdeeling van spijs aan
behoeftigen" van de .ingezetenen
f 1.550.40 ontvangen, en van de Loge
«Jacob van Campen" een bedrag van
f 449.40 voor bet verstrekken van
spijs aan behoeftige schoolkinderen.
Door jlir. mr. J. E. Godin de
Pesters. 14 Januari te Utrecht over
leden. is aan de Anna Paulowna Be
waarschool alhier gelegateerd een
som van f 500
De heer R. de Haas alhier is
benoemd tot correspondeerend lid der
Int. Tentoonstelling van Bakkerij,
Maalderij en Kookkunst te houden te
ts-Gravenhage.
natuurlijk is, wanneer hij uit een
bewezen dienst kapitaal wil slaan.
Integendeel van ondankbaar te zijn,
geloof ik, dat men den man zijn dank
betuigen moet. George en EeRx,
ieder zal hem 50 pd. st. geven.»
«O, ja, dat zou in ieder geval de
zachtzinnigste wijze zijn, om zich van
eene verplichting te kwijten. Steeds
heter en beter, tante, hoe fijngevoe-
lend gij toch zijt. Zeker, papa zal
den huisleeraar 50 pd. st. geven, dat
is de volle beloouiug voor zijn kleinen
dienst, voor zijne zeer hupsohe daad,
zooals gij die, zoo ik geloof, noeni-
det. Hadden Grantly Saville, .TuRau
Chesney of Sir Eerancis Carrey hunne
aristocratische personen aan dit ge
vaar blootgesteld, hoe geheel anders
zou men dan spreken. Dat echter
een huisleeraar zijn leven waagde is
niets bijzonders. Evenwel denk ik,
dat wij het prijzenswaardig konden
noemen, en zeker is het, dat men,
toen hij Felix gered had, het waag
stuk ter wille van George herhaalde,
dit niet genoeg bewonderen kan.»
Op den sluimerenden broeder neer
ziende, drukte hem Verna bij de
herinnering aan het ontzettende
oogenblik nog dichter naar zichtoe.
Dan het hoofd opheffende, en niette
genstaande de tranen, die in hare
oogen stonden, richtte zij die nog al
tijd een weiuig verontwaardigd op
misstr. Saville en eindigde met te zeg
gen. »Gij zijt de zuster mijner moeder,
tante, en ik ben u daarom achting
verschuldigd. Laat ous daarom dit ge
sprek eindigenhet heeft mij buiten
gewoon pijnlijk getroffen.
Wordt vervolgd.)