NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. JU BUITENLAND. No. 94. Zaterdag 26 November 1898. Zeven-en-twintigste jaargang. 1 VERSCHIET WOENSDAG E,\ ZATERDAG. BINNEN LAND. FEUILLETON. Mijn eerste Cliënt. Amersfoortsche Courant \l/ ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Kijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in tezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SUOTIIOUWEK, Amersfoort. ADVERTENTIËN: Van 16 regels f 0.40; iedere regel meer ,5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. II. M. de Koningin nan den arbeid. De Haagsdie kroniekschijver in de N. G. Cl. schrijft Onze jonge Koningin volgt geheel de werkwijze van haar verstandige Moeder met opzicht tot de afdoening der Regeeringszaken. Zij is, als alle Oranjes, matineus en besteedt de morgenuren gewoonlijk aan het be studeeren van de stukken, die Haar ter teekening worden toegezonden. Geen enkel stuk wordt van haar hand- teekening voorzien, zonder dal zij van den inhoud ter dege kennisgenomen heeft en wanneer haar het een of ander niet duidelijk is, teekent zij dat aan en vraagt de ministers, die bij afwisseling op het I.oo komen om de zaken te bespreken, de gewenschtc opheldering. Ook naar aanleiding van de begrootings-verslagen, die H. M. met onverdeelde aandacht leest gelijk zij alle budget-stukken heeft doorgeworsteld, moeten bijzondere rapporten zijn gevraagd over een paar aangelegenheden, die ik nu, om bij zondere redenen, niet nader aanduiden zal dan met de uitdrukkingbrandende quaesties. De heer A. P. Staalman, lid van de Tweede Kamer, die in den loop dezer maand een bezoek aan Friesland bracht, tot het instellen van een onderzoek met betrekking tot de zaak-Hoogerhuis, trad Dinsdagavond te Helder in een druk bezochte ver gadering van «Nederland en Oranje" op, om naar aanleiding der door hem opgedane ervaringen over de zaak te spreken. De heer Staalman ging, zoo lezen wij in liet Ilbl-, uit van het anti-revolutionair standpunt, dat de overheid, ook de justitie, de dienaresse Gods is, en keurde liet af, dat de socialisten in de lloogerhuizeii-zaak een middel hadden gevonden om propa ganda te maken voor hun beginselen. «Het door hem ingestelde onder zoek had een nagatief resultaatliet had hem nóch van de schuld, noch van de onschuld der I-Ioogerhuizen overtuigd. Wel had hij er door lee- ren kennen de absolute onbetrouw baarheid der door mr. Troelstra cs ten gunste van de Hoogerhuizen uit gevonden getuigen, wier verklaringen voor de justitie niet de minste waarde kunnen hebben. Kan dc lieer Staalman zich daarom niet vereenigen met den eiscli tot 011- middelijke invrijlieidsstelling der ge broeders Hoogerliuis,gaarne verklaarde hij zich bereid mede te werken om te geraken tot eene revisie van liet von nis, opdat zal kunnen blijken, dat er in Nederland gerechtigheid bestaat Nadat do heeren Troelstra en Hei- mans waren opgetreden om tegen verschillende uiilatingfen van den lieer Staalman, voornamelijk tegen de socia listen geiicht, te protesteeren, moest wegens het vergevorderd uur het ver dere debat tot een nader te bepalen datum worden uitgesteld. Klopjachten. In de laatste dagen werden in de omgeving van Delden groote klop- en drijfjachten gehouden door den lieer van Twickel en zijn gasten, waaronder het lid der Tweede Kamer baron Michiels van Verduynen en graaf Bentinck met zijn logés: vorst en vorstin van Hobenlohe-Altenburg. In twee dagen werden geschoten 97 hazen, 200 patrijzen en een ree. Ook door de jachtclub varr den huize Backen hagen werd eerr paar dagen gejaagd 40 stuks werden geschoten. De aangenaure indruk dien de Duitsche Keizer op zijn Oostersche gastheeren maakte, zijn minzaamheid en mildheid worden thans nog ten zeerste geroemd. En de Turksche autoriteiten hebben geen kosten ge spaard om den lioogen bezoeker een waardige ontvangst te bereiden. Pie ren werden gebouwd, wegen aange-1 legd, en steden, waar sedert eeuwen geen stadsreiniging aan 't werk was gewenst, ontvingen een goede najaars- schooninaak. Zoo bedacht de admiraal van liet Turksche eskader, dat te Beyroeth liet Keizerlijke jacht moest verwel komen, het aardige plannetje om met zijn onderhebbende vloot de Holien- zellern een eind weegs te vergezellen Alles was vastgesteld en de orde der vloot reeds opgemaakt toen de admi raal het beiiclit van zijn vlagge- kapilein kreeg dat liet admiraalschip geen kolen meer aan boord had. Kort hierop kwam bericht van de overige commandanten dat geen der schepen kolen aan boord had. Dat was geen bezwaar. Aan een der kolenleveranciers werd de vereerende opdracht gegeven in zoo kort moge- lijken tijd kolen aan boord te leveren. De betaling zou geschieden per wis sel op bet Oltomaansche gouverne ment. De leverancier liet den admiraal weten dat bij de schepen van den Padislra slechts it contant kolen ver kocht. Waarop dc admiraal zeer boos werd en onmiddellijk per draad geld vroeg aan den Sultan. Telegram op telegram vloog nu tussclien Beyroeth en Konstantinopel heen en weer. De Sultan, kalm, ge laten, gewend aan geldaan vragen aan de eene, de admiraal, opgewonden, in zijn eer aangetast, aan de andere zijde. De oplossing werd ten laatste van Konstantinopel geseind. De Sultan wist dat ec-n met brillanten versierde ster en de titel van Paslia genoeg waren om liet hart van den meest gestreiigen kolenleverancier te ver murwen. De Oltomaansche vloot kreeg kolen het keizerlijke jacht Hohenzollern werd geëscorteerden de kolenleveran cier is Paslia en zal zijn kinderen eri kindskinderen zijn versierde ster too- nen en hun vertellen hoe hij de eer der Turksche vloot redde tegenover den keizer der ongeloovigen. PLAATSELIJKE BERICHTEN. Door den Commissaris der Ko ningin in dit gewest is bepaald, dat ook voor het seizoen 1898/99 con senten zullen worden afgegeven tot uitoefening der Vissclterij onder het ijs met alle geoorloofd visclrtuig. Tot kapitein bij liet 4e regiment vesting-artillerie te Den Helder is bevorderd de Ie luitenant P. G. Ver haart, van het Ie regiment veld artillerie alhier. Bij de door Dijkgraaf en Hoog heemraden van den «Bunschoter Veen- en Veldendijk" gehouden aanbesteding van liet onderhoud van den grintweg over en langs den Veldendijk, van Spakenburg tot den Bisschopperweg, over Baarn, waren ingekomen de volgende inschrijvingen: G. Wassink, Amersfoort, f1123: L. Ruitenberg, aldaar, f 1111; R. Dos te Bunschoten f 1042; II. B. Hoeve, aldaar, f989; Jan Hoeve, aldaar, f 949. In de jongst gehouden ver- eenigde vergadering van het Heem raadschap «De Eern, beken en aankleve van dien" is met algemeene stemmen herbenoemd tot Heemraad de heer W. van de Kuinder, te Eemnes, af tredend. Van de gift geschonken door H. M. de Koningin-Regentes, op 31 Aug. jl. aan het burgerlijk arm bestuur alhier, werd Woensdagavond aan de algemeene armen, door dat bestuur gewoonlijk bedeeld, een extra uitdeeling gehouden van wollen dekens en brood. In de plaats van Ds. G. Mans- velt is tot bestuurslid gekozen van de vereeniging «de Blijmaar in woord en werk", alhier, de heer Mr. P. J. F. van Voorst Vader. Door H. M. de Koningin zijn aan de verpleegden in liet St. Pieters- en Bloklands Gasthuis, alhier, gezon den 12 hazen en 5 konijnen en aan de verpleegden in het R. C. Liefde huis alhier 9 hazen en 5 konijnen. Woensdagavond ontstond een begin van brand door het springen van een peer van een hanglamp bij den concierge van de Algemeene be graafplaats alhier, de lieer W. H. van Amerongen. Door het flinke op treden dor liuisgenooten was alles spoedig gebluscht. De schade dei- roerende goederen wordt door assu rantie gedekt. De Wilhelmina-Spuit behoefde nu toch niet ter huipe ge roepen te worden. Bij gelegenheid van het aan slaande St. Nicolaasfeest wordt de vergunning om meerdere pakketten aan hetzelfde adres van slechts één adreskaart te doen vergezeld gaan, voor den tijd van 2 tot en met 6 December a.s. ingetrokken en zal der halve bij elk gedurende dat tijdvak ter verzending aangeboden pakket een adreskaart behooren gevoegd te zijn. Voorts wordt met nadruk aanbevolen om, ter verzekering van een goede overkomst der pakketten I o. zorg te dragen voor een doel matige en stevige verpakking van de te verzenden voorwerpen, in dier voege, dat deze op afdoende wijze voor bre ken of' beschadigen gevrijwaard zijn 2°. zoo mogelijk de adressen op den omslag der pakketten te schrijven, en, waar opplakking of aan hechting van een los adres onvermijdelijk is, dit zoo vast te hechten, dat voor het verloren gaan daarvan tijdens het vervoer,geen vrees behoeft te bestaan 3°. in de pakketten, waarvan het adres niet op den omslag zelfgeschreven is, een tweede los adres te sluiten. Op uitnoodiging der kiesver- eeniging «Eendrachtrr trad gisteren avond in eene druk bezochte ver gadering prof. Mr. M. W. Treub van (Verhaal van een Prokureur.) Naar het Engelsch VAN 6) HUGH CONWAY. »Dan hebben zij me voorgelogen. Zij lieten niemand bij me toe. Tot vóór drie dagen wist ik niet, dat ik moest sterven, Zelfs dat hielden zij geheim voor me. Ik hoorde uw' stem, en had nog juist kracht genoeg om me de trap af te slepen. Ik moest u zien, eer het te laat was". Het zweet kwam hem op het voor hoofd. Hij zag er zoo uitgeput uit, dat ik hem nog wat brandewijn te drinken gaf. «Maak een aanhangsel aan m'n testa ment", zeide hij. «Ik vermaak m'n lief kleinkind allesvermaak haar alles «Toch zeker niet alles!" riep ik verbaasd uit. verviel weer in zijn oude aarze ling en besluiteloosheid. «Neen neen", zeide hij, «niet alles. Zij zijn goede dochters geweest. Neen; ik vermaak aan m'n lief meisje, aan het kind van m'n armen Dick, zes duizend pond". «Ik zal het aanhangsel terstond op maken", zeide ik, terwijl ik naar papier en pen omkeek. Maar zijn zucht tot uitstellen liet er mij niet toe komen. «Neen, thans niet", zeide hij. «Ik gevoel me reeds beter. Misschien herstel ik. Maar breng het morgen ochtend, opdat ik het onderteekene". Ik had evenwel geen lust, me door den dood de loef af te laten steken, en begon, zonder acht op zijne woor den te slaan, te schrijven. Maar eer ik nog twee regels op het papier had gebracht, zag ik, dat mijn oude vriend flauw was gevallen. Te vergeefs poogde ik hem weêr bij te brengen. Met een bezwaard gemoed riep ik om hulp. Mrs. Wrench bevond zich in den gang. Ik hield mij vertuigd, dat zij haar oor vóór het sleutelgat had gehouden. Haar zuster stond vlak achter haar. Beider blik zeide mij, hoe zij over mijn ge drag dachten. Wij droegen Mr. Brownlow naar zijn bed. De meid ging om de dokter, en ik vertrok, om het aanhangsel van het testament gereed te maken, met den stillen wensch, dat Mr. Brownlow den volgenden morgen naar geest en lichaam sterk genoeg mocht zijn, om mij te ontvangen. Den volgenden morgen was ik tegen negen uur aan Yine Cottage, en ver baasde mij volstrekt niet, toen men mij kort en bondig afwees. Ik wachtte tot de dokter zijne visite kwam maken, sprak hem aan vóór hij naar binnen ging, en verzocht hem mij te helpen, of ten minste zijn patient mede te deelen, dat ik buiten stond. Hij wilde niets beloven, en geheel zijn hou ding zeide mij, dat het verhaal, dat hem van het voorgevallene op gisteren was gedaan, hem tegen mij had inge nomen. Gedurende zijn bezoek waren hem blijkbaar nog meerdere leugens verteld, want toen hij de woning weder verliet, was hij wel zoo goed mij mede te deelen, dat hij het er voor hield, dat, volgens zijn oordeel, mijn onver standig gedrag mij in mijn' betrekking van jong procureur schade moest doen. Ik beheerschte mijzelven, en trachtte hem op de hoogte van de zaak te brengen, maar hij weigerde mij aan te hooren. «Dan zult gij me tenminste wel willen zeggen, hoe gij Mr. Brownlow van morgen gevonden hebt,» zeide ik «Zoo slecht mogelijk. Hij heeft nog maar weinige uren te leven.» «Dan doemt gij,» zeide ik, «door uwe weigering mij de behulpzame hand te bieden, het wezen, dat hem hoven alles dierbaar was, tot de nijpende armoede?» «Met familiegeschillen heb ik niets uit te staan,» zeide hij koel, stapte in zijn rijtuig en reed weg. Ik verliet het huis, maar ging er in den loop van den dag verscheidene malen wêer naartoe. Telkens werd mij de toegang geweigerd, en tenslotte was ik ten einde raad. Yan omkooping van dienstbaren was hier geen sprake, daar de deur altijd door Mrs. Wrench of haar zuster werd geopend. Door wettelijke middelen kon ik mij geen toegang verschaffen, en een met ge weld binnendringen zou, ik was er zeker van, mij de zaak bedorven, heb ben, zoo het tot een proces kwam. Ten slotte ging ik vermoeid en ver drietig naar huis. Maar ik was vast besloten morgen weder een' poging te wagen, niettegenstaande ik wist dat het te vergeefs zou zijn, tenzij Mr. Brownlow ongedacht weer mocht op flikkeren, en krachtig genoeg worden, om zijn wil door te zetten, dat ik bij hem toegelaten werd. HOOFDSTUK IY. Ik woonde op eenigen afstand van Vine Cottage. Er waren nog andere huurders in het huisde kamers tegen over de mijne werden bewoond door een man. met wien ik op zeer vriend- schappelijken voet verkeerde. Ik had gedaan met theedrinken en zette mij om te gaan lezen, toen Robinson, mijn overbuurman, op mijn' deur tikte en mij uitnoodigde hij hem te komen, om met eenigen zijner vrienden een par tijtje te maken. Maar ik verkeerde in geen gezellige stemming. Ik voelde mij zwaarmoedig en afgemat. De ge laatstrekken van een stervenden man en een schoon' gelukkig kind zweefden mij gedurig voor den geest. Ik be dankte voor de uitnoodiging van mijn vriend, en verkoos den avond door te brengen in gezelschap van mijn boek en mijn' pijp. Ik las geruimen tijd, zonder gestoord te worden door het gelach, dat van tijd tot tijd van de overzijde tot mij doordrong. Maar hoe

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1898 | | pagina 1