H1EUWE Nieuws- en Advertentieblad ¥©§r Ie IPr@Fiiieie Utrecht. Nieuwjaarswenschen, Imtenland. Zaterdag 31 Decente a.s, Het kleine Ms bij Steven's Heide. No. 101. Woensdag 21 December 1898. Zeven-en-twintigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. IS J til li!!. OUDEJAARSAVOND, FEUILLETON. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in tezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort. AD VERTENTIËN: Van 16 regels 0.40; iedere regel meer 5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. In liet nummer van den zal neder gelegenheid bestaan tot het plaatsen van a 25 ets. a contant, van 1 tot 5 regels. De inzenders voor de tentoon stelling op 17 en 18 Dec. hebben moeite noch kosten ontzien om 't ge heel bijzonder aantrekkelijk temaken. De tapijtfabriek in 't bijzonder, heeft door hare groote en kleine kleeden vol distinctie en in 7.00 verschillende kleurencombinatie uitgevoerd, mee gewerkt om de geheele zaal een ge zellig warm ar tistiek aanzien te geven, en tegelijkertijd de pullen, vazen en schotels van den lieer Mijnliell bij- zijnder tot hun recht doen komen Hoe heerlijk toch kwam die groote vaas »Datura" uit tegenover het groote tapijt «Tranen" zoo forsch van lijn, een uitstraling van dat gedempte rose verloopend in een rand met veel kardinaal rood. Geheel toevallig ston den daar bij elkaar de beide grootste en kostbaarste kunstwerken der beide fabrieken, of liet ook de mooiste waren, dit is een kwestie waarover niet valt te twisten. Vele bezoekers toch gaven de voorkeur aan het acht kante Lente, midden in de zaal, kas tanjeachtig groen met een zóó geestig middenstuk; of wel aan het heerlijke rijke kieerl »Tuin" (No. 1 bij den ingang) waarvan het motief makke lijker te raden was dan uit het daar naast hangende grootere «Spiegel," waarvan echter vooral de rand, de hoek, zoo heerlijk doorwerkt was. Hoe geestig stonden de tulpen op het laatste kleed «Tulp" aan den zijwand, dat als 't ware een overgang van do historische stijl tot die van Colebran der vormt en dan eindelijk het zacht- blauwe «Tranen" waarop de vaas «Zonnebloem" zoo goed voldeed. I11 dc beide groote vazen vooral komt liet kenmerkende van liet Faience «Holland" bijzonder uit. Al is toch de fond hier doorwerkt met bladeren en vlinders, de figuren zelf verliezen daardoor niets van hun schoonen zuiveren vorm, en blijft de wondere harmonie van kleuren onder ling heerschen, die het werk zoo be koorlijk maakt. Door vele bezoekers werd het werk van de fabriek Holland vergeleken met het «Rosenburg" en hoewel wij vol strekt in geen vergelijkingen willen tre den, zoo mogen wij toch wel herhalen wat F. F. iri het Handelsblad van (3 December 1896 schreef over de faience «Holland." «In dit werk is een streven naar eenvoud en helderheid, een zoeken naar onvermengde, zuivere tonen, waardoor het zich in menig opzicht, gunstig onderscheidt van liet «Rosenburg" waarvan de kleuren in den loop der lijden groezelig en de lijnen vaag zijn geworden." Wij achten het overbodig, nu iederen uit eigen oogen heeft kunnen zien en zich een opinie heeft gevormd, een opsomming te geven van wat ons 't meest in de verschillende vazen pullen en schotels aantrok, te meer waar reeds in de onze nummers van Woensdag 1 i en Zaterdag 17 De cember, de beide fabrieken besproken werden. Do inzending van den Heer J. L. Schouten te Delft wekte veel belang stelling. Zoo bescheiden en betrek kelijk gering in aantal, gaven de ge- exposeerde voorwerpen echter niet de juiste indruk van het atelier van gebrand glas te Delft weer. Dit toch is een inrichting, die zeer zeker beter voor den dag kan komen en niet als 't ware in een hoekje behoeft weg te kruipen. Wij zijn er den Heer Schouten daarom juist te meer dank baar voor dat hij ons eenige voor werpen ter bezichtiging heeft willen afstaan, nu de gelegenheid ontbroken heeft om op een zijne inrichting waar dige wijze voor den dag te komen. Dc tijd van voorbereiding was te kort om een stelling te maken waardoor het gebrande glas ook bij avond in doorzicht kon gezien worden, en dat de Heer Schouten, 1111 dat niet kon, toch de welwillendheid heeft gehad, zoo goed en kwaad het dan ging, eenige specimen te exposeeren, stellen wij bijzonder op pi ijs. Behalve de kleinere glazen in lood gevat, waaronder vooral decopievan Blommers en Maun heerlijk licht en donker mengden en de raamhorren met de fijne teckening der figuren, zoowel door onderwerp als bewerking uitmuntten, waren het vooral de groo tere hooger hangende rainen, die zulk een hoog sentiment voor tegenstelling van kleur vet toonden, en door samen voeging van gouden en warme tinten een heerlijk kleurenspel teweeg brach ten. In het raampje met de engelen kopjes boven een blauw veld, zoo diep van toon, bestemd voor de Ned Herv. Kerk te Pretoria is de moderne rich ting vertegenwoordigt; terwijl de daar- neven hangende kerkramen met het wapen van Renesse voor de kerk te Tor Aa, in den geest der ouden bo- werkt zijn, aangezien zij deel uitma ken van 6 nieuwe ramen, die met reeds in die keik aanwezige, in liet atelier 't Prinsenhof gerestaureerd, een geheel moeten vormen. O111 eenigszins, een indruk te geven van hetgeen in 't Prinsenhof gewerkt wordt en hoe algemeen in den lande het werk hoogelijk wordt gewaardeerd, kan dienen, dat voor verschillende kerken te AmsterdamDeventer, Haar lemDoetinchem, Del/t, Arnhem, Feienoord, óf geheel óf gedeeltelijk ramen volgens ontwerpen van den Heer Lecomte in het atelier van den Heer Schouten zijn vervaardigd, ter wijl de vervaardiging van het gedenk raam in de Nieuwe Kerk ter gele genheid van de inhuldiging hem eveneens werd opgedragen. Doch niet alleen kerkelijke kunst is 't, waardoor 't atelier uitmunt, de stations te Den Haag en te Pretoria, het Museum Willet Holthuis te Am sterdam, de Amsterdamsche Bank en verscheidene andere groote gebouwen, zijn met ramen van 't Prinsenhof ver sierd en dat van 't geen in deze herlevende tak van kunstnijverheid in 't Prinsenhof wordt voortgebracht tot over onzo grenzen bijzonder gewaar deerd wordt, blijkt uit het feit, mee gedeeld in de Revue Universelle van September 1894. Daarin toch lezen we: M. J. L. Schouten de Delft, 11e travaille pas cjue pour la Hollande. 1'Allemagne lui envoie également d'irn- portantes commandes, témoin cette coupole de CO m* qu'il execute en ce moment pour une propriété particu liere de Cologne. Ce travail emblement artistique lui a rnème été attribué de preférence en concurrence avec un artiste de Munich, qui demandait ce- peudant trois fois moins clier I Tant it est vrai que Part vrai nes'exécute pas au rabais. Wanneer ramen in gangen, of wel in vertrekken, niet dienen als kijk- ramen, maar alleen om licht te geven, wordt door 't geschilderde glas, zooals Jolian Gram dat uitdrukt, in zoo menig somber huis kleur en levtn gebracht, om te strekken tot vreugde en lust der oogen en eene kunstmatige zon, door al dat kleurenspel te voor schijn te roepen. De planten en bloemen door den Heer Kortbeek Soesterweg en Lange- slraat, zoo ruimschoots ter beschik king gesteld, zullen den goeden naam die zijne bloemisterij heeft, zeker be vestigen. Dat hij genegen was wel willend mede te wei ken om de ten toonstelling te doen slagen zal op hoogen prijs gesteld worden door ieder, 't Prinsenhof door Johan Gram, een zeer interessant artikel in »IIet Leeskabinet" van Mei 1894. die heeft kunnen zien hoe de geheele zaal door de plantenversiering een vroolijko warme toon verkreeg. De tentoonstelling van Kunstnijver heid op 17 en 18 dezer is een succes geweest voor de inzenders; 't bewijs is er door geleverd, dat in Amersfoort, niet alleen kunstvoorwerpen worden vervaardigd, maar dat die ook worden gewaardeerd, en 't is een verblijdend teeken, dat in een betrekkelijk kleine stad eene tentoonstelling van kunstnij verheid mogelijk is, die door bijna 300 personen in den tijd van 1'/» dag bezocht wordt. G. Maandag hebben er weder een paar interpellaties in de Fransehè Kamer plaats gehad, een door den afgevaardigde Lasies en een door Millerand, welke een belangrijke ver klaring van den minister van oorlog Do Freycinet hebben uitgelokt, nl. deze. dat hij het geheime dossier in de zaak Dreyfus niet dan onder voorwaarde van volkomen discretie aan het Hof van Cassatie zou afstaan. Lasies vroeg de Regeering welke maatregelen zij dacht te nemen om te beletten dat belangrijke geheimen, de veiligheid van den staat rakende, werden verspreid, terwijl daarna Mille rand eenige vragen stelde hoe de regeering dacht te handelen ten op zichte van het overleggen van het geheime dossier aan het Hof. De geheele interpellatie van Lasies was een doorloopende scheldpartij gericht tegen Brisson, die de revisie had doorgedreven, tegen den voor zitter van de strafkamer van het Hof mr. Loew, die geen Franschen naam droeg enz. Ue geheele zaak- Dreyfus beweerde hij, was slechts een voorwendsel om het leger te kunnen aanvallen. Herhaaldelijk moest hij dan ook door den voorzitter der Kamer Deschanel tot de orde worden geroepen. Ten slotte vroeg hij de Uit het Dagboek van een geneesheer. Naar bet Engelsch VAN L. F. MEADE en Dr. Cl. HALIFAX. 5) Hij verliet onmiddellijk de kamer, vergezeld van zijn schoonzuster. Zij bleven op bet portaal een oogenblik stil staan, om enkele woorden te wisselen maar ik kon niet verstaan, wat zij spraken. Ik achtte den toestand bij zonder, maar zag tot op dat oogenblik nog geen' enkele reden, om mij on gerust te maken over mijn' eigene veiligheid. Het was een verdacht paar mannen, en ik schonk geen ge loof aan de zonderlinge, mij opge- disekte geschiedenis omtrent de revol ver-wond, maar daar ik eenmaal in bet geval verkeerde, was ik niet van plan mijn patient aan zijn lot over te laten, en hield mij verzekerd, dat ik in staat zou zijn mijzelven te verde digen, zoo de omstandigheden het eischten. De man en de jonge vrouw bleven niet lang afwezig. Zij keerden spoedig in de kamer terug. De vrouw droeg een blad waarop eenige glazen en een doos biscuits stonden. De man volgde met een flesch port. Hij ont kurkte die voorzichtig, en zette ze zonder in te schenken op het blad. «Ik ga m'n echtgenoot weêr op zoeken, mijnheer!" zeide de jonge vrouw mij aanziende, «Doe dat," hernam ik; »en roep mij gerust, zoo m'n hulp wordt vereischt. Maar bedenk, als ik u verzoeken mag, dat de hoofdzaak is, den patient vol komen rustig te houden, en onder geen voorwendsel, welk dan ook, te gedogen dat hij spreekt." Zij knikte. Zij had bijna de deur bereikt, toen zij zich omdraaide en driftig terugkeerde. "Gij wenscht waarschijnlijk onze namen te weten," zeide zij. «Ik ben Mrs. Randall. Mijn echtgenoot en deze man zijn broeders m'n echt genoot heet Ben, en deze man Hal. Ik ben u ten hoogste dankbaar, mijn heer, voor de diensten, welke gij mij en mijn man thans bewijst!" Hare oogen schitterden buitenge woon, zoodat er blijkbaar weldra tranen voor den dag zouden komen. Zij zweeg weder een oogenblik, terwijl zij met de hand op de tafel leunde. "Bestaat er eenige kans op behoud van Ben's leven?» vroeg zij eensklaps. Ik had inderdaad zeer weinig hoop, want hij had reeds aanmerkelijk veel bloed verloren, maar ik kon het ver langen, dat uit de jonge, vurige oogen sprak, welke op mij gevestigd waren, geen weerstand bieden. "Volstrekte rust is het eenige, dat kans geeft op behoud van het leven," zeide ik met nadruk. «Dat begrijp ik,» zeide zij toestem mend knikkendeuwe voorschriften zullen letterlijk opgevolgd worden.» Onder het spreken verliet zij de kamer. Toen zij vertrokken was, wierp Rau- dall zich op een' groote sofa ter zijde van het vuur. "Drink eens, dokter, dat zal u goed doen,» zeide hij met een soort van voorgewende hartelijkheid, welke hem slecht afging. Of m'n woord,» voegde hij er bij, «het was duivels goedaardig van je, je reis te staken om een vreem deling te helpen.» "Volstrekt niet,» hernam ik, zoo ik het leven van den vreemdeling kan redden; maar ik moet u zeggen, dat ik daar zeer weinig hoop op heb.» «Goede Hemelriep hij opgewonden, «denk je dat m'n broeder aan z'n wonde zal sterven?» »'t Is niet slechts mogelijk, maar hoogst waarschijnlijk,» antwoordde ik. Hij uitte een vreeselijken vloek, sprong van de sofa op, ging weder zitten, en liet één zijner groote voeten op het karpet rusten. «Dat zal Rachel diep schokken,» zeide hij na een' pauze«zij houdt dol veel van Ben de zaak is, dat hij haar uit de handen van één van de oorspronkelijke bewoners jaren ge leden in Australiën heeft gered; zij groeide met ons op, en toen zij oud genoeg was, trouwde hij haar.» «Zij komt mij voor, nog niet veel meer dan een kind te zijn,» zeide ik. »De vrouwen trouwen jong in Aus traliën,» klonk zijn kort antwoord. «Zoudt gij niet eens drinken?» Hij had een glas port ingeschonken vóór hij ging zitten. Ik bracht het nu aan mijne lippen en proefde er even van. Nadat ik dit gedaan had, zette ik het glas bedaard weêr neer; ik geloof niet, dat een spier van mijn gelaat ontroering verraadde, maar ik wist onmiddellijk, dat de wijn sterk bedwelmend was. Men had er een' goede hoeveelheid morphine ingedaan. 1 Randall's vurige oogen waren door dringend op mij gevestigd. Op dat oogenblik riep zijn' schoonzuster hem. Ik sprong overeind, maar hij viel mij in de rede. »Ze moet mij hebben,» zeide hij. »Ik zal je wel roepen, als je diensten worden geeischt worden drink intus- sclien je glas leêg en voorzie je weêr. Hij verliet de kamer, waarop ik onmiddellijk naar het raam liep, duwde j het open, en wierp den inhoud, van het glas naar buiten. Ik sloot het raam weder zonder geraas te maken, en keerde naar mijn stoel terug. Nau welijks had ik dit gedaan, of Randall verscheen weder. Ik merkte op, dat hij, op het oogenblik dat hij binnen trad, naar mijn ledig glas keek. Een glas van genoegen vertoonde zich op zijn donkerbruin gelaat. »'t Is alles in orde," zeide hij m'n broeder is rustig hij sluimert. Rachel zit bij hem. Zij moest me iets vragen omtrent de kuikens we zen-

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1898 | | pagina 1