NIEUWE Nieuws- ei Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEUILLETON. BUITENLAND. BINNENLAND. Eti Koiiii Ltar tan tot «ras. No. 17. Woensdag 1 Maart 1899. Acht-en-twintigste jaargang. VERSCHUT WOENSDAG B.\ ZATERDAG. Amersfoortsche Courant A B OIV N EJIENTSI'RIJS: Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Kijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in tezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort. ADVERTENTIËN: Van 16 regels 0.40; iedere regel meer 5 tent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Thans wordt weer meegedeeld, dat liet nog niet zeker is, dat de vrede- conferentie, zoo zij al bijeenkomt, in den Haag zal worden gehouden. Ten slotte zou torli nog St. Peters burg als plaats van samenkomst worden aangewezen. Het veelal goed ingelichte Deensche blad Politikcn maakt melding van liet gerucht dat de Russische Keizer sedert maanden niet aan de regee ring heeft deelgenomen en in werke lijkheid grootvorst Michael aan het hoofd van do regeering staat. Dit moet begonnen zijn na liet openhaar maken van de eerste boodschap over de ontwapening. Over de reden geeft men twee lezingen volgens de eene is het gebeurd om redenen van ge zondheid van den Keizer, volgens de andere isTïët een gevolg van stappen!* door zekere kringen uit de omgeving van den Keizer gedaan. De Brusselsche Reforme publiceert in facsimile een brief van Esterhazy aan eene dame. De brief is uit Cha ring Crosz-llètel in Londen en bevat de volgende zinsneden»Juist thans had men om eiken prijs dien ellen dige onschadelijk moeten maken." Verder: Ik ben aan het einde van mijne krachten, en ook bijna aan liet eind van mijn moed. De dood van Faure is een vreeselijke slag, want do tegenzin van Eoubet tegen de anti-Dreyfusards is ontwijfelbaar. Wat de door u genoemde personen betreft, zij zijn ellendige kerels, zonder hart en zonder moed, verachtelijker dan iemand op de wereld, trots hunne mooie kleeren." Met den onschadelijk te maken ellendige is Bertulus bedoeld. Te Kopenhagen doen twee lezingen omtrent de ziekte van den Tsaar de ronde. Volgens de eene wordt het gestel van Nikolaas II reeds lang dooi de kwaal ondermijndvolgens de andere heeft de ontwikkeling van de ziekte in verband niet andere om standigheden, tot liet vermoeden ge leid, dat de oorzaak van buitenaf gezocht moet worden, en niet aan een toeval maar aan opzet te wijlen is. Deze geruchten dienen zooals van zelf spreekt, onder de noodige reserve te worden aanvaard. Volgens een bericht van de Times uit Konstantinopel heerscht in liet district Van (Turksch-Armcnië)groote hongersnood. De overheid doet niets, hoewel velen van honger en kou om komen. Het geteisterde gebied strekt zich uit tot Bagdad; de Turksche regeering ondersteunt alleen de Mo hammedanen to Moioel, -waar de meerderheid der bevolking Moham- medaanscli is. Aan do Tweede Kamer is inge diend een wetsontwerp tol wijziging en aanvulling der wet op de Vermo gensbelasting. Het voidoet aan den aandrang naar sterkere maatregelen tegen 't doen van onware aangiften. De Minister van Financiën deelt mee dat bij overlijden van den belasting schuldige naar van diens echtgenoote blijkens de aangiften voor het icclit van successie van dezelfde boedels, in 20 tot 30 percent der geiallen meer vermogen aanwezig blijkt te zijn. Het bedrag dat door die te lage aangifte aan de schatkist wordt ont houden, beloopt jaailijks een niet onaanzienlijke som. De minister wil dus straf bedreigen tegen deze onware aangiften en wel deze dat, buitenge wone omstandigheden buiten gesloten, zoo liet blijkt dat de aangifte te laag is geweest, gerekend zal worden dat over de laatste vijfjaren de aangiften voor dat zelfde bedrag te laag zijn geweest. Er ontstaat dan recht tot bij vordering. Intussclien bevatten de voorgestelde artikelen waarborgen tegen ovei ijlde of onbillijke toepassing van dit recht Is de aanslag ambtshalve tot stand gekomen, dan kan men b.v, daartegen in verzet komen bij den Raad van Beroep. De Minister meent te mogen ver zekeren dat, indien liet ontwerp tot wet verheven wordt, geen navorde ringen zullen vooi komen, die niet ten volle gerechtvaardigd zijn. De navor dering zal niet alleen gericht worden tot erfgenamen, zij zal ook de onjuiste aangevers zelf kunnen treilen. Nu een wijziging der wet in over weging wordt genomen, zijn tevens in sommige artikelen nog veranderin gen gebracht, welke de praktijk als nuttig heeft leeren kennen. Vredes-manifestatie. Na het Prov. Geld. Comité dat liet initiatief nam. vormden zich het Prov. Utrechtsch Comité, het Amsterdamsch Comité, hét Rottci damsc'n Comité, het Haagsch Comité, liet Ptov. Gro- niiigscli Comité, het Winschotenseli Comité, liet Nijineegscli Comité. Voorts nog Comités te Aalten Bredevöort, te Alkmaar, te Broek op Langendijk, te Apeldoorn, verdeeld in wijken, te Zaandam. Een Prov. Brabantsch Comité, is in wording. Te Breda is ijverig gewerkt en werden reeds ruim '2600 handteekeningen verkregen. Men schrijf uit Baarn: Weinig plaatsen zijn in de laatste jaren zoo sterk vooruit gegaan als Baarn. In een kleine 20 jaren is de bevolking verdrievoudigd en het be bouwde deel heeft daarmee gelijken tred gehouden. Na de villaparken (Amalia- en Prins Hendrik- Park) begint zicli ook 1 hans liet Wilhelmina Park met buitenverblijven te vullen, terwijl ook op andere deelen telkens nieuwe villa's verrijzen, dte steeds spoedig koopers of huurders vinden Evenwel aan arbeiderswoningen blijft gebrek bestaan, zoodat vele werk lieden een buis boven hun draagkracht moeien huren. Daarom heeft zich thans eene commissie gevormd, uit gaande van Patrimonium, welke fond sen bijeen zal brengen om geschikte arbeiderswoningen te doen bouwen. Te Amsterdam stonden voor de rechtbank der vierde kamer vier jonge lieden terecht, beklaagd van diefstal van eenige gouden sieraden uit het aan de Prins Hendrikkade liggend schip van Gerrit de Freese. Drie van hen, Dries Kok, Abe Visser en Jacob Aap, hebben den roef van het vaartuig doorzocht, en de vierde, Wesselsz, heeft op wacht ge(- staan en door gefluit gewaarschuwd, toen hij onraad bemerkte. Dries Kok belastte zich met liet te gelde maken van de gewonnen buit. Er viel ongeveer f 30 te deelen, waarvoor liet gezelschap zich onder meer onthaalde op dc bijwoning van een voorstelling in den Circus-Carré Alle vier ontkenden schuld Zjj beweerden de f 30 gewonnen te hebben met kaart spel aan den Oosterdoksdijk. Maar zij werden op hunne-plaats gezet door de twee jongste, van de achttien getuigen, Iepje cn Aaltje, meisjes van 12 en 8 jaren. Op den avond der misdaad, dien van den 4en Januari jh, waren de beide meisjes uitgezonden om Gerrit, den schipper te zoeken. Iepje ging over de loopplank en riep viermalen „Gerrit," zonder dat deze te voorschijn kwam. Schipper Gerrit had op dat pas de schuit met zfltie vrouw reeds verlaten. Toen Iepje weer op den «al kwam, werd zij aangesproken door Wesselsz, die met allerlei vragen hare aandacht zocht af te leiden en inmiddels zijne kameraden, die in den roet het goud en zilver der schippers vrouw bijeenzochten, waar schuwde met gefluit. Maar noch Iepje, noch liet achtjarig Aaltje lieten zich van de wijs brengen. Zij konden heden den rechter op een haar vertellen, dat zij- gezien hadden, hoe de drie mannen uit den roef van het schip krnppn, op den wal kwamen en zich verwijderden, terwijl écn van hen een zak onder den arm droeg Bijna nog beter bjj de pinken dan Iepje, was haar jongere zusje. Aaltje trad onbeschroomd de rechtszaal binnen, posteerde zicli recht tegenover de vier beklaagden en keek dezen met aandacht in de oogeu De rechters zaten er ver baasd van, zoo vlug en juist als het kleine kind alles had opgemerkt en zoo goed zjj liet onthouden had. Zij kon de mannen, die zjj uit de schuit had zien komen, hun manier van doen, hun uiterlijk tot in kleinigheden beschrijven en in de bank der beschuldigden aanwijzen wie dit en wie dat gedaan had. Uit den mond der kinderen hoorde men de on- omstootelijke waarheid, de veroordeeling feitelijk der vier beklaagden, die ondanks alles bleven ontkennen. Door het O. M. werd tegen Kok 6 jaar, tegen Visser en Aap 5 jaar en tegen Wessels 4'/i jaar gevangenisstraf geëischt. PLAATSELIJKE BERICHTEN. Bij de Amersfoortsche Vrijwillige Brandweer zijn herkozen tot onder- bi andmeester de heeren P. Boshuizen en J. M. Reinboud. Volgens de Amcrsf. court, zal kolonel W. L. de Petit, commandant van het 5e regiment infanterie, eer lang worden bevorderd tot generaal- majoor en in liet commando over het korps worden vervangen door kolonel J. van Wijk, Ridder van de Militaire Willemsorde, thans luitenant-kolonel bij liet 7e regiment infanterie. Bij de Maandag ten overstaan van liet Gemeentebestuur gehouden aanbesteding van den bouw der Ge meente-gasfabriek met annexen wa ren ingekomen 28 biljetten. De belang stelling was ongemeen groot; de Raadszaal was geheel gevuld. Ingeschreven werd door: J. Zitman en C. van Brake), te Leiden, voor f98,794; A Smittenaar, aldaar, f97,200; J. B. Hoogeveen, aldaar, f97 000; II. van de Koolwijk, te Amsterdam, f90 3 47: 11. Vermeer, te Utrecht, f96,140; W A. G. Jansen, te Utrecht 195,478; Gebrs. Degen- hardt, te Amsterdam, f94,000; H. Schouten, te Amsterdam, f93.400; A. T. Sleeswijk, te Amsterdam, f92,700; J. Helle, te Utrecht, f91,900; W. Blankevoort, te Beverwijk, f91,880; F. Raaymakers, te Amsterdam, Naar bet Engelscb. 5) Ik werd verontwaardigd en hielp hem wêer op de been. /'Schaam je.» riep ik, »een ouden man uit te lachen, dien z'n eigen dochter als «lastdier gebruikt!» Dat werkte! Do stemming veranderde geheel. Men uitte bedreigingen tegen Mistr. Cace, die met de handen in de zijde voor me stond en ons de liefelijkste scheldwoorden toevoegde. Nieuwsgierigen ver zamelden zich om ons. Ik trok John voort. «Een «oud soldaat te verlagen tot een pakezel voor een kerel als dien «Cace! Foei!» Dat trof hem. Hij richtte zich in zijne volle lengte op, zoodat hij over de hem omringende menigte heen zag, wierp een verachtelijken blik in het rond en op zijne dochter, en zeide met eene van woede gedempte stem: «Onder «generaal Sheridan met eere gediendBij Richmond gewond!» Hij volgde me werktuigelijk. Het publiek deed ons joelende uitgeleiden, terwijl achter ons Bessy met hare buurvrouwen kijfde. Den volgenden morgen ging ik met hem naar liet moeras. Hij wilde het nogeens bij Mary probeeren: erger, meende hij, kon het daar niet zijn. Daar had liij tenminste een trouwen vriend in «Vlug,» dien Bessy- niet in hare woning dulddehoe dikwijls hij ook van de hulk ontsnapte en naar John liep, iedere keer werd hij met stokslagen weder weggej aagd, tot hij eindelijk wegbleef, toen op zekeren dag hem de oude zelf, om den vrede te bewaren, geslagen had. Naar Loo wilde hij volstrekt niet. Zijn beschuldigend geweten gedoogde dat niet: hij had haar, wegens haar huwelijk, smadelijk verstooten. De hulk lag nog op dezelfde plaats. Mary ontving ons met precies vriendelijk. Charley was op de jacht zonder hem kon zij niets doen, de zaken gingen bovendien tegenwoordig slecht, zoodat zijzelven maar ter nauwernood rondkwamen hij had z'n best moeten doen, om met Bessy, die in veel betere omstandig heden verkeerde, op goeden voet te blijven. John bracht in het midden, dat hij met de buks z'n kost zou verdienen, maar ik had er een voorgevoel van, dat hij van den regen in den drop zou komen. Eindelijk kwam Charley terug met «Vlug,« De hond was uitgelaten van blijdschap toen hij John zag, en dezen vergat ook, terwille van zijn ouden makker, voor een oogenblik zijn leed. Hij speelde en praatte met den hond, alsof er geen wolkje aan de lucht was. Gelukkig was Charley inschikkelijker, dan z'n vrouw. Hij wist, dat John een uitmuntend schutter en jager was, en hoopte dus voordeel van hem te trekken. In ieder geval was hij goedkooper, dan een knecht. John bleef. Nimmer vergeet ik, hoe hij, toen ik vertrok, op de hulk stond en mij zoolang mogelijk naoogde, terwijl hij den ruigen kop van «Vlug» vast tegen zich aandrukte. Den volgenden morgen zeilde ik naar het Noorden, en kwam eerst een halfjaar later, in de maand Juli, weder te Chicago onder eene hitte, zooals men die alleen hier te lande kent.» De pikbroek zweeg eensklaps en keek naar het achterste gedeelte van de zaal, wadi- j uist een paar met veel drukte opstond, om heen te gaan. «M'n God, daar is Bessyfluisterde hij. Eene gezette vrouw in een zijden kleed van opzichtige kleur ging, aan den arm van een kleinere man, ruisehende langs ons: Mr. Cace en echtgenoote. Zij had werkelijk de regel matige, woeste gelaatstrekken, welke den Indianen eigen zijn. Aan hare grove, roode handen en in hare ooren schitterden diamanten. Haar man had den huiveringwekkend hollen, begeerigen blik van een stokviscli. Van beiden giug eene sterke visehlucht uit. We hadden hen onder ons druk gesprek bepaald niet zien binnenkomen. Luister verder," hernam Bob Wilson, «het beste komt nu het eerst het laatste bedrijf. Er heerschte, dan zooals ik zeide, eene ver zengende hitte goed alles was uitgedroogd en verdord. In het moeras knapte en rinkinkte het ot er glas gebroken werd. Op zekeren morgen werd met het aanbreken van den dag er woei een gemeene, heete wind en ik maakte juist de «Elize» zeilklaar m'n aandacht eensklaps getrokken door een sterken rossen gloed in het Noorden. «Ver duiveld," denk ik, «zit me de whisky «van gisteren nog in 't hoofdMaar daar licht toch het Noorden, dus kan het de zon niet wezen.» De gloed nam verbazend snel toe, gaf een rooden weerschijn op het water, en flikkerde zeer verdacht. Allengskens werd het lichter, en toen ontdekte ik ook een breede, dikke roookwolk, welke naar het Noorden trok. Er was brand, daar viel niet aan te twijfelen. Ook op de andere schepen had men het opgemerkt, men klom in de booten en roeide de haven uit, ten einde beter te kunnen zien. Goeie God, welk een schouwspelHet moeras stond in brand, mijlen ver golfde de vuurzee, door den zuid-westen wind voortgedreven, naar het Noorden. Men vernam in de verte een dof geknetter. Het riet was verdord door de hitte der laatste weken, en het moeras bijna uitgedroogd, gelukkig dat er een zuid-weste

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1899 | | pagina 1