NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEUILLETON. BUITENLAND. BINNENLAND. Woensdag 10 Mei 1899. Acht-en-twintigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. IIET (iEDEIll VAR DE DORDE RAIIED. Ni). 37. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 1.Franco per post door bet gebeele Rijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in tezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort. ADVERTENTIËN: Van 16 regels f 0.40; iedere regel meer 5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slecbts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. 't Is Lentetijd »Maar onze Noordsche Mei helaas Is arm aan zonneschijn Hij kan zoo koud, hij kan zoo guur, Hij kan November zijn." Zoo is 't ook tot dusver in bloei maand. Sinds 21 Maart zijn we in den Lentetijd, die lieve lentetijd met heerlijke zonneschijn, helder blauwen hemel, zachte koeltjes, frissche voor jaarsgeuren aanwaaient; zoo althans stelt men zich dien tijd voor. Ditmaal hebben we echter niet heel veel van die heerlijke lente gemerkt en zeker niet van zachte koeltjes. Guur en koud was het in Maart en in April en nu we in Mei zijn, de heerlijke Meimaand, waarin hoornen en planten weer hun frisschen groenen bladerdos volop terugkrijgen, zien we nog zoo weinig van al die liefelijkheid en we voelen ons allerminst er toe geneigd te zingen »de liefelijke lente, de Mei maand is daar." Uit niets blijkt die weldadigheid, die levendmakende kracht der Lente of van de Mei; de hoornen beginnen groen te vertoonen, de kastanjes, kleine, verschrompelde blaadjes, in elkaar gevouwen als waren ze bang voor den guren wind die om hen blaast. De linde vertoont nog slechts groene knoppen, een enkele, die wat vooruitgeloopen is, maar or wel eens voor zou kunnen boeteri. De vruchtboomen, ja ze dragen bloesem, omdat de tijd daar is maar niet over vloedig, zelfs zeer weinig; alleen struiken en heesters vei toonen iets meer groen, terwijl tulpen en hyacin then en nog eenige voorjaarsbloemen het tooneeltje nog een weinig op- vroolijken. In de landen loopen de koeien dicht tegen elkaar aan; de pinksterbloem^, een echte lentebloem, vertoont zich nog maar op enkele plaatsen, en liet geel van de water-boterbloem, anders de landen en velden zoo'n heldere voorjaarskleur gevende is alleen langs de slooten zichtbaar. Uit alles spreekt, dat we nog geen lente hebben en niet het minst spreekt het uit den kouden schralen wind uit het koele Noorden. We hopen dat het spoedig ver- keere. Dc zaak Dreyfus. De Aurore deelde Zaterdagmorgen mede, dat een vrouw, die te Amiëns gevangen zit, een belangrijken brief aan den eerste-voorzilter van het Hof van Cassatie, Mazeau heeft geschreven. Zij had Henry n.l. zeer goed gekend. Deze had haar indertijd heiast met het kopieeren van ver schillende stukken, welke haar door Lorimier, Henry's secretaris, die zich zooals men weet onlangs teSt. Quentin van het leven heeft beroofd, werden gebracht. En zoo had Lorimier haar ook de veel besproken brieven van den Duitsehen Keizer' aan Dreyfus gebracht welke zij in het bosch van Marly had begraven. Lurimier's zelf moord schrijft zij toe aan een brief van haar, waarin zij hem met ont hulling dreigde. Zij vraagt nu aan Mazeau om naar het bosch gebracht te worden ten einde deze stukken, die zij in een kistje in den grond heeft verborgen, op te graven. Mazeau heeft een onderzoek doen instellen. Wat er dus van deze bewe ringen juist is, zal wel spoedig blijken. De Figaro heeft thans een nota openbaar gemaakt, die in het bezit van liet Hof van Cassatie is, welke door Té/énas, Esterhazy's advocaat, gedicteerd werd nadat de regeering tot vervolging van Zola had besloten, die naar men weet, den generalen staf in zijn brief accuse de zwaarste beschuldigingen naar het hoofd had gegooid. Over de beperktheid van de aanklacht tegen Zola was de generale staf boos. Men zag daarin gevaar hetgeen moest worden afge wend. Tézénas heeft nu een mooi plannetje. Men moet het Ministerie omverwerpen Geschiedt dit niet dan loopt het niet goed af. Generaal Billot zal dan beloven de zitting vari het Hof van Assisen bij te wonen doch niet verschijnen. Niemand zal zich civiele partij stellen om het leger te verdedigen en de advocaat-generaal zal zich vergenoegen met de behan deling van de tegen Esterhazy inge brachte getuigenissen, maar zal verplicht zijn de gezworenen te verstaan te geven dat do krijgsraad zich heeft kunnen vergissen. Dan zal Zola viijgesproken en Dreyfus proces herzien worden, en Boisdeffre, de generale stal' en de militaire recht banken zullen overtuigd worden van verblinding door antisemietisme, en onteerd zijn.... Indien daarentegen het ministerie valt, zal men de dagvaarding tegen Zola kunnen aan vullen en het proces op het goede terrein brengenhet geld van de vreemdelingen en de lieden zonder vaderland tegen het Fransche leger. Dit doel had men moeten bereiken door een tijdelijk samengaan van radicalen en rechterzijde. Ook gaf Tézénas de gedragslijn aan. welke gevolgd moest worden om indruk te maken op de jury ten einde Zola te veroordeelen. En dit is ook volkomen gelukt. Generaal Boisdeffre las, weet men, zijn door Tézénas ingegeven verklaring voor, waarin Lij zeide, dat de chefs van den generalen staf ontslag zouden nemen als de jury Zola vrijsprak. Het ovenge deel van het politieke plannetje, het omverwerpen van 't ministerie is intusschen opgegeven moeten worden. Met welke machinatiën de generale staf toch al niet heeft omgegaan Een lid van het vorige Kaapsche ministère Sivewright heeft lo Edin- burg oen rede gehouden en daarin o. a. gezegd, dat de vrede in Z. Afrika ernstig bedreigd wordt terwijl hij ei van overtuigd is dat tot verstoring der vrede geen enkele aanleiding be staat en dat met geduld, beleid, en gematigdheid een vredelievende op lossing van de quaestiön gevonden kan worden. Indien Kruger en Milnef samen den geheelen toestand wilden bespreken, zouden alle moeilijkheden binnen eenige dagen uit den weg geruimd kunnen zijn. Ook iri Engeland vat men den toe stand zeer ernstig op, doch de oor logspartij schijnt thans wat minder heftig te worden, daar zij bevreesd is dat de buitengewoon scherpe maat regelen van Chamberlain tegen de Z.-A. Republiek wel een protest van het parlement der Kaapkolonie ten gevolge zou kunnen hebben, waardoor de Engelsche regeering in een moeilijk parket gebracht zou worden. Het parlementslid Roberts zal heden in het Lagerhuis nog eens vragen waarom het ministerie van buiten- landsche zaken zich niet rechtstreeks in betrekking stelt met de regeeringen van Transvaal en den Oranje-Vrijstaat, ovenals met andere staten geschiedt, en gelijk de Zuid-Afrikaansëhe repu blieken herhaaldelijk hebben verzocht. Ook in Noorwegen maakt met even als in Zweden groote toebereidselen voor het uitbieiden van leger en vloot. De regeering vraag 11,455,000 kronen tot dat doel, waarvan 2% miljoen voor het leger, de rest voor de vloot. Naar het gerucht gaat heeft vorst Ferdinand van Bulgarije in Beieren, Frankrijk en Bulgarije een proces tegen zijn schoonvader, den hertog van Parma, aanhangig ge maakt, om hem te dwingen tot de betaling van de bij het huwelijkscon tract bedongen jaarlijksche uitkeering, welke de hertog sedert het overlijden van vorstin Maria Louise niet meer wil voldoen omdat zijn kleinkind Boris orthodox gedoopt is en dus, volgens 's hertogs beweren, het huwelijkscon tract verbroken is Reuier seint uit Apia dat het bevel der Amerikaansche en Engelsche re geeringen om de vijandelijkheden te staken den toestand op de Samoa- eilanden ernstig maakt, daar de inboorlingen over de voornaamste levensmiddelen beschikken en zij de hoofdstad sterk in 't nauw brengen. De Vredes-coiifereiitic. Wij vernemen, dat thans officieel de naam van vredesconferentie is gegeven aan de te 's-Gravenhage te houden bijeenkomst van vertegen woordigers der mogendheden. De taal van het Fransch zijn. De heer C. A. Hofman, hoofd eener school te 's-Gravenhage, zou naar wij ver nemen aangezocht zijn, bij de vertalingen zijn diensten te bewijzen. De telegraphische verbinding tus- schen het Huis ten Bosch en het telegraafkantoor te 's-Gravenhage komt niet tot stand. De gemeen schap tusschen het Paleis en de stad zal nu door militaire wielrijders onderhouden worden. De boden der rninisteriën zullen in de vergaderzaal en in de sectiekamers dienst doen. De bisschoppen der oud-kat holieken in Nederland hebben een aanschrijving gericht tot alle geeste lijken van dat kerkgenootschap, om op den zesden Zondag na Paschen in alle kerken onder den dienst te bidden voor de vredesconferentie. Een hoogst onaangenaam avon tuur had, naar de Midd. Cl. meedeelt, dezer dagen een te Arnemuiden thuis behoorend vischkoöpman. Als ge woonlijk zijn waren ventende te Venlo, werd hij daar gearresteerd als ver dacht van te zijn de bedrijver van een in 1888 in Duitschland bedreven moord en geboeid naar Roermond getransporteerd. Al zijn betuigingen van onschuld mochten niet baton,en niettegenstaande hij in bezit was van een abonnementskaart met zijn por- Naar het Engelsch VAU L. F. MEADE EN R. EUSTACE. De man draaide zich om en keek zijn vrouw aan, die op dat oogenblik de kamer binnentrad. Zij ging naar de aanreebttafel, opende een bouten doos, en er drie of vier vetkaarsen uit nemende, stelde zij mij die ter hand. Ik stond op, terwijl ik veinsde te geeuwen. i/Wel te rusten, sir,zeide de oude man; «ik wenscb u wel te rusten!" Een oogenblik later was ik in mijn slaap kamer, en na de deur gesloten te hebben, begon ik ze nauwkeurig te onderzoeken. Zoover als ik kon nagaan, bad de kamer, geen toegang behalve de deur, welke zoo was ingericht, dat zij in de ronde muren paste. Ik merkte evenwel op, dat er een onbegrijpelijke tocht in bet ver trek beersebte, en ten slotte ontdekte ik, dat die van achter bet eikenbouten beschot van den muur kwam. Ik kon mij volstrekt geen rekenschap geven van dien tocht, maar bij was ontzettend en deed onaangenaam aan. Ik zag verder, dat ook bet ledikant iets eigenaardigs bader waren geen steilen op de vier pooten, welke ruim een balven duim diep in gaten- stonden, welke er voor in den vloer waren ge maakt. Deze ontdekking maakte mijn achter docht nog meer gaande. Het was duidelijk dat bet ledikant in een bepaalde positie moest blijven staan. Ik zag, dat bet vlak tegenover bet kleine venster, diejj in den dikken muur was geplaatst, zoodat iemand, die in bed lag, regelrecht op bet venster keek. Ik keek op mijn horloge, zag dat bet over elve was, en de beide kandelaars op een kleine tafel bij bet ledikant gejdaatst hebbende, ging ik gekleed liggen. Ik luisterde scherp, ten einde bet ge ringste geraas op te vangen, maar de uren verliepen zonder dat er iets voorviel. In bet buis was alles stil, en van buiten drong bet plassen en knetteren van het water, dat op bet rad viel, duidelijk tot mijne ooren door. Ik lag den ganscben nacht wakker, maar viel tegen bet aanbreken van den dag in een onrustigen slaap. Ik ontwaakte en zag, dat bet volle daglicht door bet kleine venster naar binnen stroomde. Na mij haastig aangekleed te hebben, verliet ik mijn kamer om een wandeling te maken, doch ging eerst naar binnen om mijn ontbijt te gebruiken. Het was voor mij gereed gezet in de kleine keuken, en de oude man zat bij den baard. «Wel,« zeide de vrouw, «ik hoop, dat gij goed geslapen hebt-, sir.« Ik gaf een bevestigend antwoord, en ont dekte daarop, dat de oude Bindloss en zijn vronw in een stemming verkeerden, om zich aangenaam te maken. Zij zeiden dat, indien ik tevreden was met mijn kamer, ik nog een nacht in de herberg kon doorbrengen. Ik vertelde bun, dat ik nog vele photograpbieën bad te nemen, en dat ik voor bet verlof zeer erkentlijk zou zijn. Al sprekende keek ik rond naar het meisje, naar Lize. Zij was nergens te zien. «Wddr is uw kleindochter?» vroeg ik aan de oude vrouw. «Zij is uitgegaan voor van daag,» luidde bet antwoord. «Het zien van vreemdelingen is te druk voor Lize. Zij wordt zenuwachtig, en dan krijgt zij de aanvallen." «Welk soort van aanvallen?» «Ik kan u niet zeggen boe zij genoemd worden, maar zij zijn erg, en verzwakken baar; bet arme schepseltje moest nooit zenuwachtig gemaakt worden.» Hier gaf Bindloss aan zijne vrouw een waarschuwenden wenk; zij sloot even de oogen, en naar de oven gaande, be gon zij deu inhoud van iets in een pannetje te storten. Dien achtermiddag leende ik eenige bengels van Bindloss, stapte in een oude boot welke aan den oever van den molenvijver lag, stak van wal onder voorwendsel, om naar snoek te visseken. Het weder was uitstekend voor den tijd des jaars. Ik wachtte een gelegenheid af, en roeide toen de boot naar den dijk, welke den stroom afdamde, sprong er nit en wandelde over den dijk in de richting van bel molenrad, waar over thans bet water liep. Toen ik dit van deze zijde van den dijk op nam, zag ik, dat de toren, waarin zich mijn kamer bevond, eens deel moest uitgemaakt hebben van den molen zeiven, en ik merkte verder oj), dat het metselwerk betrekkelijk nieuw was, wat er op scheen te wijzen, dat er veranderingen moesten plaats gehad hebben, toen bet gebouwophield als molen dienst te doen en tot herberg werd ingericht. Ik klauterde ter zijde van bet rad, dat op balken rustte, welke groen en glibberig waren, en keek tus schen de planken door. Terwijl ik mijn onderzoek instelde, deed een stem mij eensklaps opschrikken. «Wat voert gij ddür beneden uit?» Ik keek op de oude Bindloss stond op den dijk naar mij te zien. Hij was alleen en zijn verwrongen gelaat maakte den zonder lingen indruk van vreezen en drift. Wordl vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1899 | | pagina 1