NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. BUITENLAND. BINNENLAND. Zaterdag: 19 Augustus 1899. Acht-en-twintigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Nd. 66. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijt. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in tezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort. ADVERTENTIËN: Van 16 regels 0.40; iedere regel meer 5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Het Dreyfus-proces. Bijna twee weken reeds duurt te Rennes het Dreyfusproces. De gan- sche wereld luistert inspanning naar de belichten, die de telegraaf iederen dag brengt uit de oude hoofdstad van Bretagne. Wat zal het einde zijn van den strijd, die daar gestre den wordt voor waarheid en gerech tigheid? Het is natuurlijk, dat die vraag zich aan ieder opdringt. Men ver langt naar het einde van het span nende drama, waarvan daar het ver moedelijk laatste bedrijf wordt afge speeld. Maar wie zou het wagen eene voorspelling te doen hoe dat einde zal zijn? Ook in dit laatste bedrijf doen zich telkens nieuwe ver rassingen voor. Verleden Maandag verspreidde zich de mare van den moordaanslag, die op mr. Labori was gepleegd. En wie zou durven zeg gen, dat dit de laatste verrassing was die wij hebben te wachten? Op velen maakte het bei icht van dien aanslag een verpletterende in druk. «Het tegen Labori afgevuurde schot heeft de verdediging in bet hart getrollen. Wie zou nu nog den strijd doorslaan? Labori zou de be storming leiden met zijne onstuimig heid, zijn moed die voor niets en voor niemand terug deinst, en zijn hartstocht, die geen doel kent be halve de waarheid. Mr. Demange, die alleen op de bank der verdedi gers terug gebleven is, heeft noch onstuimigheid, noch hartstocht. Hij is een welgedaan heer, die zich niet gemakkelijk uit zijne rust laat bren gen, en wiens gezegende eetlust da gelijks <fie verbazing wekt van hen, die hem aan de table d'höte van het Hotel de Fiance zien eten. Een schrandere kop, een fijne jurist, een zeer gezien advocaat, die zich wel bewust is van zijne positie als gezocht raadsman in strafzaken en elk van zijne woorden uitspreekt op een toon, alsof liet goud waard is. Een uitnemend man in één woord, maar geen strijder. En in dit proces is eene verdediging niet mogelijk zonder strijd. Het is er niet om te doen, door schrandere woorden een ingewikkeld geval te ontwarren, het is er om te doen de waarheid met geweld aan de tegenstanders te ontrukken." Zoo luidt liet oordeel van een oog getuige, die dagelijks het proces bij woont. En hij staat in zijn pessimisme niet alleenuit Parijs wordt aan de Köln. Zlg. bericht, dat de uitslag van het proces als twijfelachtig wordt beschouwd; de stemming zoowel on der de bevolking van Bretagne als in officierskringen is over 't algemeen aan Dreyfus vijandig en de rechters van den krijgsraad zijn volstrekt niet overtuigd van de onschuld van den aangeklaagde. Gelukkig kan men die pessimisten verwijzen naar den verdediger, die voor 't oogenblik gelukkig slechts voor korten tijd tot machteloosheid is gedoemd door den kogel van een lanen aanrander. »Dat is het beste pleidooi, dat ik voor Dreyfus heb kunnen houdenmoot Labori tot een der geneesheeren, die hem behan delde, dr. Brissaud, hebben gezegd. Met dit blijmoedige vertrouwen, dat mr. Labori op zijn leger der smarte aan den dag legt, maakt hij menigeen beschaamd. Inlusschen kan niet wor den ontkend, dat ook buiten den misdadigen aanslag, die tijdelijk La bori verwijderd houdt van zijne plaats in de bank der verdediging, er in de laatste dagen reden genoeg was om de zaken bedenkelijk in te zien. Vijf gewezen ministers van oorlog, Mercier, Billot, Cavaignac, Zurliriden en Clia- none, wisselden elkaar af op de plaats der getuigen En generaal Roget, dio indertijd speciaal naar het departement ontboden is om als orgaan te dienen tot verdediging van het standpunt van liet legerbestuur in de zaak, sloot zich met grooten nadruk bij hen aan. Op dit zestal zinspeelde mr. Demange in de toelichting van zijn door den krijgsraad afgewezen verzoek om de debatten tot het herstel van Labori te schorsen, toen hij opmerkte: »Gij hebt reeds twee requisitoirs geboord en zult er nog meer hooren, nog voordat majoor Carrière het woord neemt." Hij doelde hier meer bijzon der op Mercier en Cavaignac, die het woord reeds hadden gevoerd, en op Roget, die weldra aan liet woord zou komen. Veel nieuws hebben deze getuigen niet aan den krijgsraad medegedeeld. Van hen kan gezegd worden, dat zij niets geleerd en niets vergelen hebben. Voor hen bestaat de nauwgezette enquête van het bof van cassatie niet; alsof die enquête in 't geheel niet heeft plaats gehad, steunen zij hunne overtuiging op de mogelijkheid, dat Dreyfus de in het borderel op genoemde stukken heeft gekend, en op bet geheime dossier, dat nadat het valsche stuk van Henry er aan ontvallen is, in 't geheel geen be wijsstuk meer bevat. Wanneer men hunne verklaringen met elkaar ver gelijkt, dan stuit men op zonderlinge tegenstrijdighedenzoo betuigt Zur- linden zijne diepe bewondering voor de bewijsvoering op grond waarvan Bertillon tot de slotsom komt dat het borderel van Dreyfus is, terwijl Cavaignac als zijn oordeel over Ber tillon mededeelt, dat hij geen gezond verstand heeft (qu'il n'a pas le sens commun). Maar in hunne conclusie zijn zij allen eenstemmig. Geen ander dan Dreyfus kan de schuldige zijn. Cavaignac zegt: «Zelfs wanneer het vaststond, dat het borderel is van liet schrift van Esterhazy (men weet, dat bet hof van cassatie dit inderdaad als bewezen beeft aange nomen en dat de krijgsraad aan die uitspraak gebonden is) zelfs wan neer het vaststond, dat de stukken door majoor Esterhazy. zijn overge bracht, dan zou toch majoor Esterhazy in dit geval slechts een tusschenper- soon of een medeplichtige van geringe beteekenis kunnen zijn. Het is zoo duidelijk mogelijk, dat het verraad niet van hem gekomen kan zijn, dat het gekomen is uit den generale» staf.« En dus is natuurlijk Dreyfus de schuldige; de onderstelling, dat een ander 't zou kunnen zijn, wordt zoo ver mogelijk weggeworpen. Gisteren is er met Bertulus en Picquart een andere toon in liet debat gekomen. Maar de vraag is: zullen de verdere debatten in slaat zijn den indruk uit te wisschen, dien deze zes in hunne conclusie eenstem mige getuigenverklaringen op het ge moed van de rechters hebben ge maakt? Dat behoorde eigenlijk geen vraag te zijn, want zoo van iemand, dan moest men van rechters ver wachten, dat zij vrij en onbevangen naar eigen overtuiging hun oordeel vellen. Maar men heeft hier niet te doen met rechters van beroep, door langdurige ervaring en studie voor hun ambt gevormd, maar met mili taire rechters, in dit speciale geval voor de taak aangewezen om recht te spreken. Zullen dezen ten volle voor het rechterlijke ambt, dat hun voor dit bijzondere geval is opge dragen, berekend zijn Zullen zij in staat zijn de neiging van ziel) af te zetten, om in de vijf ministers van oorlog te zien hunne hoogste supe rieuren in plaats van getuigen, wier verklaringen voor hen niet meer mo gen wegen dan die van de andere getuigen, die voor hen verschijnen? Aan die neiging kan zolfs kapitein Dreyfus, de beschuldigde die nu voor de tweede maal voor zijne eer en voor zijne vrijheid heeft te strijden, zich niet geheel ontrekken. Van hem wordt deze uitdrukking vermeid, die hij na de zitting van verleden Zaterdag toen hij tegen Mercier zijn overkropt gemoed lucht gaf, tot een vriend heelt gezegd: «Hoe kon ik zoo den afstand vergeten, die een generaal van een kapitein scheidt. Maar ik kon mij niet inhouden." Zelfs na de zware beproe vingen, die hij heeft doorgestaan, is Dreyfus dus nog met hart en ziel soldaat gebleven en zag in Mercier niet den getuige maar den generaal, den superieur. Zullen zijne rechters in staat zijn dat gevoel van militaire subordinatie van zich ai te zetten? Die vraag is voor den uilslag van het Dreyfus proces van meer gewicht dan men oppervlakkig zou denken, want daarvan hangt het af, welk gewicht de verschillende getuigenissen, die voor hen worden afgelegd, bij deze rechters in de schaal zullen leggen om zich de overtuiging te vormen, waarop het vonnis dat zij zullen wijzen, steunen moet. Men schrijft uit BrusselHier wordt om Dreyfus gevochten en gewed. Drie Franschen riepen Woensdag een bur ger toe: «Dreyfus is een verrader De aangesprokene antwoordde daarop: «LafaardsToen de Franschen hem daarop de kleeren van het lijf scheur den, werden zij gevangen genomen. In een herberg in de voorstad Sehaer- beek werden de gasten bij een gesprek over de «affaire# handgemeen. Een der betrokkenen werd toen met een zware verwonding aan liet hoofd naar liet Ziekenhuis vervoerd. Overigens interesseert de bevolking zich hart stochtelijk voor Dreyfus. De extra uitgaven der dagbladen worden bij menigten verkocht en onderscheidene sympathie-betuigingen worden aan Labori en Dreyfus afgezonden. In de herbergen wordt op Dreyfus gewed. Bij het begin werd op zijne vrijspreking of veroordeeling a! pari gewed. Toen de kansen op vrijspre king daalden, stonden de wedding schappen als 1:3 en thans wisselen zij voortdurend of naar de min of meer gunstige kans op vrijspraak waarmede de arme aangeklaagde da gelijks de rechtszaal te Rennes ver laat. Over eenige dagen zal in Zwitser land een bijeenkomst plaats vinden van de voornaamste rabbijnen van Europa, met het doel een interna tionale vereeniging te vormen tegen de anlitemietisclie beweging in de verschillende landen van Europa ge richt, en in liet bijzonder om maat regelen te beramen ter beschei ming van de Joden in Frankrijk na afloop van Dreyfus-proces. Dreyfus heeft een brief aan den voorzitter van de krijgsraad Jouaust geschreven roet verzoek de zittingen te verdagen tot Labori hersteld zal zijn. De moordenaar van Labori is gepakt. De landlooper Giorot, die in kroegen gezegd had. dat hij op Labori geschoten had, werd gistermorgen te Dol, op den weg naai Dinant, gevangen geno men. Daar Giorot echter een dronk aard is. die reeds zes maal als krank zinnige opgesloten is geweest, veertig jaar oud, terwijl het signalement niet overeenkomt met dat opgegeven door hen die getuigen waren van de aanval, gelooft men niet dat hij werkelijk de moordenaar is. Ofschoon Giorot bekend heeft, moet men zijn ondervraging afwachten, want het zou kunnen zijn, dat men met een alcoholicus of een krankzinnige te doen had. De regeeringstroepen van Venezuela hebben bij Lon-Ander den opstande lingen een bloedige nederlaag toe gebracht. Het gevecht heeft langer dan achttien uren geduurd. Er zijn meer dan 300 dooden op het slagveld gebleven. Acht Fransehe afgevaardigden, alle behoorende tot de groep der nationale defensie, waaronder Berry, Drumont en La Ferronaysr zijn in het Paleis Bourbon samengekomen en hebben besloten, alle afgevaardigden in een schrijven te vei zoeken, de onmiddel lijke bijeenroeping van het Parlement te eischen. Het is te hopen voor de rust te Parijs, dat de behoefte aan lichamelijke rust na de laatste ver moeiende Kaïnerzittingen zich bij de groote meerderheid der afgevaardig den nog zoo sterk zal doen gevoelen, dat zij aan dit verzoek geen gevolg geven. Bij de jongste legeroefeningen in den omtrek van Ulm zijn bij een charge der cavalerie een aantal infan teristen onder den voet gereden en twee hunner getroffen door een lans steek. Eenige soldaten, die zwaar ge wond werden, moesten naar het hos pitaal worden vervoerd. In Budapest werd een uit sol daten bestaande rooversbende gepakt, die sedert maanden uit de militaire magazijnen matrassen, dekens enz. wegstalen. Door eene aangifte ont dekte men 's nachts dat drie soldaten over den muur van een militair dépót balen op straat wierpen, die door drie anderen soldaten op een transport wagen geladen werden. Nu snelde een gereed gehouden patrouille ter plaatse en nam de dieven gevangen. Op den wagen bevonden zicli toen reeds 3000 dekens en verscheidene groote balen, die linnengoed van officieren bevatten. De geheele waarde van deze te rechter lijd geredde waren bedroeg maar even '25,000 guldens. Uiteen ingesteld onder zoek bleek het interessante feit, dat een lid der patrouille, die de dieven gevangen genomen had, hij de affaire betrokken was. Het gestolene was door den koopman H. tegen zeer lagen prijs ingekocht, die het dan naar een in Gallicië wonende armee-leverancier verzond, die het dan weer aan de militairen administratie terugverkochl. Ook verscheidene andere civiele per sonen zijn sterk gecompromitteerd. Naar wij vernemen zal hij de a.s. behandeling der begrooting van oorlog in de Tweede Kamer weder om ter sprake worden gebracht het feit, dat de cadetten der Koninklijke Militaire Academie te Breda zooveel beter gevoed worden dan militairen, dikwijls van betere afkomst dan tal van cadetten, die bij den troep dienen. De cadetten zijn jeugdige mannen, die veel en goed voedsel noodig heb ben voor een flinke lichaamsontwik- keling enz., zoo wordt er gezegd, maar men vergete niet, dat er in de kazernes nog veel meer jeugdige mannen, tusschen 17 en 20 jaren oud, zijn dan aan de Academie, voor wie krachtig voedsel zekerlijk even zeer gewenscht is en die veel zwaar der diensten- verrichten dan de ca detten. Naar het Utr. Dagbl. van wel ingelichte zijde verneemt is door mr. Borgesius in voorbereiding genomen een wetsontwerp, regelende liet wo ning-vraagstuk. Het ontwerp is reeds zooverre gevorderd, dat het in den loop der maand September aan de Tweede Kamer kan aangeboden worden. Door de Staatsspoorweg-Maat schappij zullen worden ingevoerd vrachtprijzen le en 2e klas voor reizigers van Nederlandsche stations naar Belgische stations, in verband met de opheffing der le klas rijtuigen op de Belgische Staatsspoor. De reiziger heeft het recht op Neder- landseh grondgebied eerste, en op Belgisch grondgebied tweede klasse te reizen.

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1899 | | pagina 1