~~BÏNNÏMlND~
Plaatselijk Nieuws.
moening, dat de bouwbedrijven van
dit invoerrecht geen noemenswaardige
nadeelen zullen ondervinden. Dat
hangt er slechts van af wat men
noemenswaardig acht, wat niet. Vol
gens de ingediende tariefwet zal niet
alleen ec-n invoerrecht worden geheven
van geschaafd hout, maar ook van
timmerwerk voor huizenbouw, van
velerlei soorten steen, van glas, verf,
behangselpapier, voorwerpen van ijzer,
van ongeveer alles wat benoodigd is
in het bouwbedrijf. Zal dat bedrijf
van deze combinatie van invoerrechten
geen nadeel ondervinden? En welk
nut heeft een invoerrecht op ge
schaafd hout? Meent de minister
daarmede de slaverijen te beschermen?
Indien dat zijne bedoeling is, zal hij
een hooger invoerrecht moeten voor
stellen dan ongeveer 3 pCt. dei-
waarde. Van geschaafd hout betaalt
de importeur lagere vracht dan van
ongeschaald. Dit vrachtverschil staat
gelijk met ongeveer 2 pCt. van de
gemiddelde waarde van het ingevoerde
hout. Het voordeel, verbonden aan
een invoerrecht van 3 pCt. wordt
daardoor voor de schaver ij dus ver
minderd tot slechts 1 pCt. Waar zal
men schaverijen gaan oprichten voor
zulk een miniem voordeel Als maat
regel ter bevordering van den natio-
nalen arbeid zal het voorgestelde
invoerrecht op geschaafd hout geen
eflect hebben, het zal uitsluitend
leiden tot eene verhooging van den
prijs dier houtsoort, te zamen met
de vele andere verhoogingen ten na-
deele van de bewoners vooral van de
kleinere woningen, waarop deze rech
ten in verhouding het zwaartst zullen
drukken.
De overblijvende groep IVmeel
en meelfabrikaten. Hare beteekenis
ontleent zij niet aan de rechten, die
daarin worden voorgesteld, doch aan
die waarvan bij de vaststelling van
het nieuwe tarief van invoerrechten
is afgezien. Deze groep zal worden
behandeld in een afzonderlijk daaraan
gewijd artikel.
Leerplicht statistiek.
Vanwege het Centraal Bureau voor
de Statistiek is verschenen de eerste
jaargang der leerplichtstatistiek, waar
in voor de gemeenten, arrondissemen
ten, dislricten, provinciën en het Rijk
een overzicht wordt gegeven van het
betrekkelijk schoolverzuim in 1902
en het volstrekt leerverzuim op 15
Januari 1903.
In het eerste hoofdstuk der inlei
ding, welke door mr. A. Heringa,
adj -commies aan hot Centraal-burean,
is bewerkt, wordt nagogaan hoe het
met het schoolverzuim in de vorige
eeuw was gesteld. Aan de hand der
schoolverslagen wordt hieiin aange
toond. dat het schoolverzuim vari 1815
af steeds het volksonderwijs heelt
belemmerd, hetgeen voor de jaren
na 1851 met bohulp van tabellarische
overzichten nader wordt uiteengezet.
Welke maatregelen men ook in het
werk stelde om het verzuim te be
strijden, tot aan het eind van de
vorige eeuw is het in aanzienlijke
mate blijven bestaan. Dit blijkt niet
alleen hieruit dat in de jaren 1842
1900 nog steeds ongeveer 22.000
kinderen zonder geldige redenen de
lagere school niet bezochten, doch
ook uit ile klachten der laatste ver
slaggevers van voor 1900. die den
toestand van het lager onderwijs on
bevredigend noemen en daarvan geen
vei betering verwachten, zoolang de
voornaamste oorzaak «bet veel voor
komend verzuim" niet weg is genomen.
In het tweede hoofdstuk worden
ile uitkomsten van bet door de Leer
plichtwet voorgeschreven onderzoek
door bet schooltoezicht naar den om
vang van het verzuim in 1902 samen
gevat. liet relatieve verzuim bedroeg
in. dat jaar voor het geheele Rijk bijna
7 pet. van de schooltijden, waarvan
aan ongeoorloofde redenen 1.33, aan
geoorloofde 5.49 pet. moet worden
toegeschreven, zoodat de verhouding
der beide soorten verzuim ongeveer
is als 1 4. Van de provinciën wijst
Zeeland op het hoogste verzuim-cijfer
n.l. 11.18 pet., daarna volgt Drente
met 10, Groningen met 7 24, Noord-
Holland met 6.66, Friesland met 6.52,
Utrecht met 6 45, Uverijsel met 6.34,
Gelderland met 5 65 en ten slotte
Lmiburg met 4 99 pet.
Telt men het verzuim aan alle
bijzondeie scholen, de protestantscbe,
de katholieke en do «andere" te za
men, dan blijkt, dat dit geringer is
dan dat aan de openbare scholen
aan deze toch werd ruim 7, aan de
bijzondere nog geen 6 percent van
schooltijden verzuimd; aan de eerste
werd ruim 21 percent van idle ver
zuimen ongeoorloofd geacht, ran de
bijzondere nog geen 15 p. reent
Neemt men echter de soorten der
bijzondere scholen afzonderlijk, dan
blijkt, dat liet geringste ongeoorloofde
verzuim aan de katholieke scholen
wordt gevonden, n.l. 4 percent, liet
meeste aan de protestantscbe, n.l.
bijna 6 percent.
Voorts wordt nagegaan, aan welke
oorzaken het verzuim was te wijten
en welke oorzaak den meesten invloed
had op bet totale verzuimbet on
geoorloofde verzuim was vooral aan
landbouw- en huiselijke» arbeid te
wijten, bet geoorloofde aan ziekte
der leerlingen. Kinderarbeid op bet
veld en in huis hadden den meesten
invloed in Zeeland (31 pet. van het
totaal), den gerir.gsten in Noord-Hol
land (4.62 pet.). De in ongunstige
economische toestanden gelegen oor
zaken deden zich aan de bijzondere
scholen in minder mate gelden dan
aan de openbare. Van de arrondis
sementen wijst Tholen het hoogste
verzuim-cijfer aan, n.l. 15.79 pet.,
Tilburg bet geringste, n.l. 2 1 pet.
van de districten doen dit Goes
(12 46 pet) en Roermond (4 65 pet
Uit de tabel, waarin bet verzuim
is gesplist naar de maanden van het
jaar, blijkt dat bet meeste ongeoor
loofde verzuim voorkwam in de maand
October (13.16 pet), het geringste
m December (5 80 pet.); voor bet
geoorloofde verzuim wijzen de maan
den Februari met 1130 pet. en
Augustus met 4.23 pet. op het hoogste
resp. laagste cijfer.
Gelijk in het voorbericht door den
directeur van hel centraal bureau
nader wordt uiteengezet, kon geen
overzicht worden gegeven van de
oorzaken van het volstrekte verzuim,
wegens de onvolledigheid der door
het schooltoezicht verstrekte gegevens.
Volstaan moest worden met een op
gave van bet aantal kinderen, die
volgens mededeeling van hel school
toezicht zonder wettig geoorloofde
r eden op 15 Januari de lagere school
niet bezochten. Voor het geheele
Rijk bedraagt dit aantal 1966. In
verhouding tot het aantal kinderen
van 713 jaar is het verzuim in het
Rijk 0.24 pet., in Zeeland het hoogst
n I. 0 50 pet., in Groningen het ge
ringst, 0 00 pet. Vergelijkt men den
toestand van het verzuim met dien
voor het in werking treden der Leer
plichtwet, dan blijkt dat het absolute
verzuim, in 190J 18.194 kinderen
omvattende, is verminderd tot op
1966 in 1903, dat dit dus is gedaald
van 2 71 pet. tot op 0.24 pet., en
dat mag worden aangenomen dat ook
liet ongeoorloofde relatieve verzuim
aanzienlijk is afgenomen, daar het
rhans slechts i 33 pet. van de school
tijden bedraagt.
Te Amsterdam is dezer dagen opge
richt, de Nederlandsche Vereeniging
voor Ambachts- en Nijverheidskunst.
Sinds lang deed zich de behoefte aan
een dergelijke vereeniging gevoelen,
zóó zelfs, dat reeds door onderscheidene
personen, onafhankelijk van elkaar,
plannen in deze richting waren be
raamd.
Deze vereeniging is te beschouwen
als een zuiver gevolg van het krachtig
streven dat zich in de laatste jaren
op het gebied der ambachts- en
nijverheidskunst in ons land heeft ont
wikkeld.
Als resultaat van een aantal ver
gaderingen waarop de voornaamste
kunstnijveren tegenwoordig waren,
terwijl van anderen schriftelijkeadhesie
betuigingen inkwamen, is in de ver
gadering van 8 Juni j.I. de oprichting
tot stand gekomen. Den 15 Juni werden
de statuten goedgekeurd en het bestuur
gekozen
Dit bestaat uit de HeerenK. van
Leeuwen, Voorzitter; \V. Penaat, Vice-
Voorzitter; H. Hana, 1« Secretaris;
Jac. van den Bosch, 2e Secretaris en
Th. Molkenboer, Penningmeester, allen
te Amsterdam.
Het doel dezer vereeniging is, vol
gens Art 1 der Statuten, mede te
werken tot de ontwikkeling van
Ambachts- en Nijverheidskunst, en
ile vakbelangen te behartigen.
Zij zal dit dool trachten te berei
ken door:
A. het houden van vergaderingen.
B. het houden van tentoonstellingen.
C. do uitgave te bevorderen van
geschriften op het gebied der am
bachts- en nijverheidskunst.
1). liet behartigen van de belangen
van het ambacht en de nijverheid
voor zooverre die verbaad houden
met het doel in art. 1.
E. de belangen voor te staan van
het vakonderwijs.
F. het samenwerken met comités
van tentoonstellingen buiten de ver
eeniging.
G. het vormen en instand houden
eener leestafel.
11. het samenwerken met andere
vereenigingen.
Tevens zal zij zorg dragen voor
de uitgave van een vereenigingsoi-
gaan, dat zoo spoedig mogelijk als
maandblad verschijnen zal. Het is
hot ernstig streven der vereeniging
dit maandblad zoowel door den in
houd als door het uiterlijk een waar
dige tolk te doen zijn der artistieke
vakbeweging op elk gebied.
De vereeniging bestaat uitLeden
van verdienste, Begunstigers, Leden,
Aspirant ledenen Kunstlievende leden
cn Vereenigingen.
De leden vormen de eigenlijke kern.
Tot lid kan een ieder worden ge
kozen, die blijk heeft gegeven zelf
standig heoefenaai'(ster) van eenige
ambachts- of nijverheidskunst te zijn.
Tot kunstlievend lid worden zij
toegelaten die in en door hun werk
kring de ambachts- of nijverheidskunst
helpen bevorderen.
De zetel der vereeniging is te
Amsterdam. De vergaderingen wor
den gehouden van September tot en
A[uil, op den laatston Zaterdag van
iedere maand
Verdere inlichtingen worden gaarne
verstrekt door den lsten secretaris
II. Hana, Groenmarktkade 1 te Am
sterdam.
Kamer van Koophandel
en Fabrieken.
In de Zaterdagavond gehouden 117e
openbare vergadering van de Kamer
van Koophandel en Fabrieken alhier
waren met den voorzitter en den
secretaris alle leden aanwezig.
De notulen van 21 April 1904
werden gelezen on ongewijzigd goed
gekeurd.
Ingekomen waren: Missive van den
Directeur-genet aal der Posterijen om
trent de wijze van verpakking van
sigaren welke als postpakket moeten
verzonden worden
Missive van den Min. v. W. H. en N.
betreffende de benoeming der commis
sie van advies inzake de spoorweg-
dienstregeling.
Kennisgevingen van tentoonstellin
gen te houden in Augustus en Sep
tember te Lyon en van 13 Augustus
tot 10 September te Londen.
Al deze stukken werden voor ken
nisgeving aangenomen en ter lezing
gelegd.
Inzake de vroeger aangehouden mis
sive der Brusselsche kamer behelzende
o. m. de uitnoodrging tot deelname
aan het ter gelegenheid der Luiker
tentoonstelling te houden congres werd
besloten de zaak te laten rusten totdat
de te Amsterdam te houden vergade
ring van Kamers van Koophandel zich
zal hebben uitgesproken.
Vervolgens werden de ingekomen
circulaiies rnet verzoek om adhaesie-
betuiging aan de Kamer met inge
diende adressen nopens de ingediende
Tariefwet.
Na langdurig debat werd besloten
aan de adressen geen steun te ver-
leenen, deze dus voor kennisgeving
aan te nemen.
Nog werd door de voorzitter de
vraag gesteld of het wenschelijk was
zich zelfstandig tot de Kamer te wen
den met een adres, overeenkomstig
het advies van 22 Mei 1903 aan den
Minister uitgebracht.
Ook zulks wordt onnoodig geoor
deeld.
Voorts was aan de orde de missive
van de Kamer te Hoogezand—Sappe
nneer houdende verzoek om adhaesie
op haar adres aan den Min. v. Bin.
Zaken om wijziging van art. 245 der
Gemeentewet.
(In de Hoofdelijke omslagen of
andere plaatselijke directe belastingen
worden uitsluitend aangeslagen, zij
die in de gemeente hun hoofdverblijf
houden en zij die er verblijven.)
Genoemde Kamer wil daarom lezen
Inkomsten uit beroep of bedrijf worden
belast in gemeenten waar dezen wor
den verkregen en inkomsten uit ande
ren hoofde in de gemeente waar het
hoofdverblijf is gevestigd.
Daar dit een zaak is van gemeente
belang meent do Kamer dat dit adres
in den gemeenteraad thuis hooit,
waarom zij do missive dan ook voor
kennisgeving aanneemt.
Alsnog werd besproken het rapport
de commissie betreflendo de eier
markt welke rapport door ons werd
gepubliceerd in liet nummer van 23
April jl. Na eenige discussie werd het
rapport met alg. st. aangenomen.
Door den voorzitter werd na afhan
deling der agenda nog ter sprake
gebracht het ontwerp-arbeidswet.
De Amsterdamsche Kamer wendde
zich r. eds tot de Tweede Kamer nrcl
een ad.'es inzake het leerlingstelsel.
OuK deze Kamer heeft in besloten
zitting deze queslie besproken. Indien
door Amsterdam geen adhaesie wordt
gevraagd zou de voorzitter gaarne
zien dat deze Kamer zelfstandig
requesti eerde.
Op liet voorontwerp is een advies
uitgebracht dal reeds 14 Juli 1903 aan
de Amsterdamsche Kamer werd ge
zonden in ruil voor haar advies.
üp voorstel van den voor zitter weid
het bestuur diligent verklaard om naar
bevind van zaken met de Anrsteidain-
sche Kamer te kunnen handelen.
Ten slotte werd door den lieer van
Haselen het verzoek ingediend om te
trachten liet slanon telephonisch te
verbinden, terwijl de lieer van Dam
wederom de postbus ter sprake bracht.
Het Dag. Bestuur zal trachten deze
zaak tot.een goed einde te brengen
Rond 10 uur werd de vergadering
gesloten.
Mej. M. Groeneboom is benoemd
tot Directrice van het Ziekenhuis te
Zutphen.
Mej. H. S. E. Burgers legde
eergisteren aan de Rijks universiteit
te Utrecht met gunstig gevolg af het
eerste natuurkundig examen.
De heer C. C. van Helsdingen
Jr. slaagde gisterenmiddag te Utrecht
voor liet candidaats-examen rechten.
Aan de Polytechnische School te
Delft zijn o.a. geslaagd voor technoloog
de heeren A. II. L. de Bel en G. A.
Brender a Brandis.
Bij den Zaterdagavond ten over
staan van notaiis A. N. J. Vos ge
houden vei koop van twee villa's met
schuurtje, erf en tuin aan de Johan
van Oldenbarneveld-laan No. 28, groot
3 Aren 42 centiaren, en No. 26.
groot 3 Aren en 40 centiaren, werden
deze voor f 11000 verkocht aan den
heer H. R. Str uve q.q.
De Rechtbank te Utrecht heeft
viijgesproken den zwerver, beschuldigd
van moord op Harderwijker Bet,
legen wien het Openbaar ministerie
vijftien jaar heeft geëischt.
De schatting van een terrein
tot de uitbreiding van de O. L. School
voor meisjes alhier, is opgedragen
aan de heeren G Prins alhier en
W. A. G. Jansen te Utrecht.
De Heer P. van den Hooll,
eerste opzichterder Gemeente-wei kon,
hoopt 16 Juli den dag te herdenken
waarop hij dertig jaar geleden werd
benoemd tot opzichter der Gemeente
werken en eigendommen.
Evenals vorige jaren zullen van
af 13 Juli as. weer eiken Woensdag
goedkoope excuisietreinen loopen van
Haarlem, Amsterdam, Amersfoort en
tusschengelegen stations naar Rhenen,
Nijmegen, Groesbeek en Kleef.
Door de eigenaars van de bad
en zweminrichting is aan B. en W.
het verzoek gedaan om een gasmotor
van 4 p.k. te mogen plaatsen.
De machine zal dienen tot liet
geregeld ververschen van het water
in het zwembassin.
Aangezien eerst op 7 Juli bezwaren
tegen het verzoek kunnen worden in
gebracht, zal het dus zeker nog wel een
week of drie duren, alvorens de nieuwe
inrichting gereed kan zijn.
Naar wij vernemen heeft de
bad- en zwemmeester van de Bad
en zweminrichting zijn ontslag ge
nomen en is in zijn plaats benoemd
de heer L. Pezie, te Zwolle.
Aan den Raad dezer Gemeente is
verzonden het volgende adres, voorzien
van een bondertal handteekeningen
«Geven met versclruldigden eerbied
te kennen ondergeteekenden, bijna
allen belasting betalende bewoners
van den Bisschopsweg en Achter Lui
aard, dat genoemde wegen des avonds
bij gemis aan verlichting zeer duister
zijn en dus gevaar opleveren, dat meer
in 't bijzonder de Bisschopsweg hij
slecht weder in bijna onbegaanbare»
toestand verkeert.
«Redenen waarom adressanten uw
college eerbiedig verzoeken, u op de
tijden zooals op overige verkeerswegen
in rlo Gemeente gebruikelijk is, kunst
licht te willen doen aanbrengen en
den Bisschopsweg te willen doen be
straten."
Hierbij is gevoegd de volgende toe
lichting
Alleen op den hoek der Hendrik
van Vianden-straat en Beekensteinsche
laan staan gaslantaarns, die voor den
Bisschopsweg geen en voor Achter
Luiaard onvoldoende, jazelfs valsch
licht verspreiden. Dit licht heeft voor
de bewoners Nos. 3542 Achter Lui
aard geen waarde, zoodat daar des
avonds volslagen duisternis heerscht,
wat, met het oog op de sloot langs
dien weg en de beek aan het einde
daarvan, gevaar kan opleveren.
Dat dit gevaar niet twijfelachtig is,
bewijst het plaatsen van een particu-
lieie, zij het dan ook een zeer onvol
ledige, afrastering bij de brug langs
de beek.
Bovendien geeft de duisternis aan
leiding tot handelingen van onge-
wenschte voorbijgangers, welke bij
voldoend licht achterwege zouden
blijven.
Door onvoldoenden waterafvoer is
de Bisschopsweg bij regenachtig weer
onbegaanbaar wegens de aanwezigheid
van groote plassen en modderpoelen,
welke niet alleen hel verkeer bemoei
lijken. maar ook bij de verdamping
een hinderlijken stank verspreiden.
De dichtheid der bevolking in deze
buurt doet dan ook een bestrating
als hoognoodig gevoelen.
Bij het eindexamen aan het
Gymnasium alhier zijn alle leerlingen,
n.l. K. de Bel (A.), G. K. van der
Horst (AJ. Muller (A.), A. Th.
Neeb (A.), J. Spijkerboer (B.), W. J.
de Vrij (A geslaagd
Afgewezen werd een extraneus.
Gisterenochtend, omstreeks
negen uur, is op de Langestraat een
paard, gespannen voor eon twee-
wieligen wagen, op hol geslagen. In
de St. Andriesslraat reed de wagen
tegen een telefoonpaal waardoor de
voerman, een landbouwer uitNijkerk,
er af viel en eenige kneuzingen aan
borst en armen bekwam.
De agent Wolfswinkel, die bij liet
ongeluk tegenwoordig was, r iep dade
lijk geneeskundige hulp van dr. Joris-
sen in, die constateerde dat de kneu
zingen niet van ernstigen aard waren.
Behalve aan het voertuig, werd
ook aan een in den weg staanden
melkwagen belangrijke schade toe
gebracht.
Garnizoensnicuws.
Bij Kon. Besluit van 16 Juni j 1.
No. 50, is met ingang van 16 Juni
benoemd en aangesteld bij het 5e
Reg. inf. tot kapitein de le lui
tenant L. E. W. van Albada, van den
staf der infanterie, werkzaam bij den
Hoofdcursus, en is hij Ministerieele
Beschikking bepaald dat dezen officier
tot 1 September werkzaam blijft bij
gemelde inrichting op welke datum
hij wordt gedetacheerd bij de Hoogere
Krijgsschool tot het volgen van de
studiën voor den Intendance drenst.
Bij beschikking van den com
mandant der 2e Divisie infanterie d.d.
22 Juni j.I., is de kapitein van Albada
in verband met zijn verblijf aan den
Hoofdcursus belast met de functie
van kapitein voor speciale diensten,
ter vervanging van den kapitein J.
A. F. Keetell, die eervol is ontheven
van de beschikking van kapitein voor
speciale diensten en belast is met
het bevel over de le Compagnie
4e Bataljon.
De le luitenant O. H. G. Gel
derman en den 2e luitenant J. H A.
L. Strijbosch zijn aangewezen tot het
volgen van den cursus D. van 16
Juli14 October, aan de Normaal
Schietschool.
Bij Kon. Besluit van 25 Mei j.I.
No 71, is de positie van de schrijvers
bij de Landmacht op nieuw geregeld
en vastgesteld en zijn die soldijen
van die categoriëen van militairen
vastgesteld als volgt:
Sergeant-schrijver f0.97, voor ser
geant-majoor-schrijver, gewoon f 1.22,
na 3 jaren f 1.32, na 6 jaren fl.42,
voor adjudant-onderofficier-schrijver,
gewoon f 1.47 na 3 jaren f157, na
6 jaren f 1.67.
Voor de betrekking van schrijver
komen alleen voor den vervolge in
aanmerking actiefdienend militairen.
Aan de tegenwoordige titularissen
is vergund tot 1 Januari 1906 hunne
tegenwoordige uniform te blijven
dragen.
Bij beschikking van den M. v.
O. is de sergeant Schoutsen van het
5e Reg. irrf. met ingang van 1 Juli
aangesteld tot sergeant-schrijver bij
het 2e Reg. inf. met bestemming om
werkzaam te worden gesteld ten
bureele van den Provincialen adjudant
in Noord Brabant.