Plaatselijk Nieuws.
Gemengd Nieuws.
uiterlijk dier stukken eenigszins gewij
zigd en verbeterd Is.
Bij de vervaardiging van dien stempel
is hel oude model in hoofdzaak gevolgd
Op het eerste gezich'. zullen de wijzin
gen dan ook weinig in het oog sprin
gen.
In hoofdzaak is de ruimte, door het
borstbeeld ingenomen, beperkt, en
voor de daaromheen geplaatste
lettersoort pen fraaier type gekozen;
terwijl d.oor een scherper uitmnnting
van het geheel het doel is bereikt,
dat bij het aanbrengen der wijzigingen
vftoizrt i). I. het vervaardigen van een
10-eenlstuk, hetwelk in allen deele
aan de technische eischen voldoet.
Om half vier kwam generaal
Van Ileutsz Zateid^gmiddag op liet
Loo aan Prins Hendrik, evenals de
generaal in groot uniform, haalde
libm af, terwijl dé Harmonie de volks
liederen speelde Ia een met 6 paarden
bespannen rijtuia reden der Prins en
zijn gast"onder luid gejuich naar het
paleis
Aan liét diner, dat H. M. de Koningin
ter eere van Van Ileutsz gaf, sprak
II M den generaal als volgt toe:
«Generaal,
W-nar gij. na zooveele roemrijke
wapenfeiten bedrevefi "té hebben, met
vei lof =m het. Vaderland terugkeordel,
acht ik mij gelukkig u op Nederland-
scheu bodem welkom te heelen Hei
Vaderland is u veel dank verschul
digd voor -do wijze waarop gij zijne
belangen in Alje.li hebt gediend liet
waardeert in n den bevelhebber, die
het gewest Atjeh onderworpen heeft,
liet Nederlandscli gezag handhaafde
en bevestigde zoowel door het
zwaard als door staatkundig beleid
er beschaving en welvaart brengende.
Nadat mijne geliefde Moeder u,
tijdens haar regentschap, de moeilijke
taak van gouverneur van Atjeh op
de schouders legde, volgde Ik steeds
met belangstelling uw aibeid en
streven. Ontvang thans mijn dai k
voor de eervolle wijze, waarop gij
uwe opdracht hebt voUoerd. Ik breng
u 'hulde voor de hooge en nauwge
zette opvatting van plicht, welke gij
al 'deze jaren lentoonspreiddet
Ik gedenk met dankbaarheid den
moed'ëp de voortvarendheid van liet
Indische leger en de Marine, Ik breng
hulde'aaii uwe dappere krijgsmakkers,
die onder uwe beleidvolle aanvoeling
streden, en zoo vel en. die voor hot
vaderland het oiler van hun leven
moésten brengen; aan de ambtenaren
van hot civiel bestuur, die u bijston
den in uwe moeitevolle taakaan
allen die 11 behulpzaam waren Atjeh
Ie maken tot een kostbaar kleinood
van onze koloniën Maar ik wil de
daden laten getuigen, zij zijn wel
sprekender dan mijne woorden Ik
wil bier alleen nog aan toevoegen
dal generaal Van Ileutsz tot 111 het
late. nageslacht voor ieder soldaat zal
zijn het bezielend voorbeeld van Moed,
Beleid en .-Trouw.
Ik stel deze heildronk in op den lui
tenant-generaal Van Ileutsz en mijn
dapper .Indisch leger."
He generaal antwoordde daarop
het volgende:
Majesteit.'
Hoewel rriet groote beschroomlieid
is het. toch ook met groote blij moe
diglieid dat ik gebruik maak van de
vereende vergunning mij door Uwe
Majesteit verleend om bier aan Uwe
Koninklijken disch uiting te geven
aam de gevoelens die ten opzichte
van. Uwe Majesteit in het hart ge
grift zijn van oirs allen, die de eer
hadden in Alji h onder de door ons
zoo vereerde Oraifjevaan te dienen.
Majesteit! Wij allen hebben ge
tracht op Nooid-Sumatra onzen plicht
te doen, wij hebben getracht bet
Nederlandscli gezag daar Ie vestigen
en hoog te houden, wij allen hebben
getracht in naam van Uwe Majesteit
on/e' Koningin in dat land orde en
rust, vrede beschaving en welvaart
te brengen. En als wij daarin ge
slaagd zijn voor zooverre dat in de
laatste jaren mogelijk was, dan is dat
vooral te danken geweest aan de
omstandigheid dat wij dienden onder
het door oris allen zoo geëerde Oranje
vaandel met het Koninklijke wapen,
aan de groote waardeering die mijne
dapperen en getrouwen daar onafge
broken ondervonden, eerst van Hare
Majesteit de Koningin-Moeder en
daarna van Uwe Majesteit zelvé.
En deze groote waardeering bleek
telkens en telkens, zoo in openbare
toespraken overal waar zich daartoe
gelegenheid bood, zóó in de Ko
ninklijke onderscheidingen die d'
borst sieren van zoovelen, van den
hoogste tot de laagste, zoo ook in de
hoogste onderscheidingen welke Uwe
Majesteit mij, hunnen aanvoerder en
bestuurder, waardig keurde.
Majesteit! Ik kan geen woorden
vinden om naar eisoh uitdrukking te
geven hetgeen mijn dapperen en ge
trouwen van Atjeh wen=chen dat ik
hier thans zeggen zal, en daarom
verzoek ik eerbiedig vergunning om
uit naam van hen allen, van de offi
eieren van Uw leger in Indië, van de
zeemacht die met mij samenwerkte
en van do ambtenaren die onder mij
dienen, alsmede voor mij zelf, Gods
zegen al te smeeken voor de gezond
heid, den voorspoed en het geluk van
Uwe Majesteit en Haar Koninklijk
huis.
De ministers van waterstaat-
handel en nijverheid en van Financiën
Brengen ter kennis van belangheb
benden, dat ren aanzien van den inoer
van paarden, bestemd voor de van
wege de Vereeniging tot bevordeiing
der paardenfokkerij in Nederland" 111
Augustus en September e k. te 's Gia-
venliagc te houden tentoonstelling met
concours hippique, afwijking van de
verbodsbepalingen, vervat in ministe-
rieele beschikkingen wordt toegestaan,
onder voorwaarde:
a dat aan liet eerste kanloor worde,
overgelegd een door den secretaris
van de commissie voor bedoelde ten
toonstelling nipt concours hippique
afgegevin bewijs, dat de paardt n voor
genoemde ten toonstelling bestemd zijn
h. dat de paarden, voor zooveel zij
na alloop der tentoonstelling hier te
lande mochten blijven, niet in het
verkeer worden gebracht dan na door
den districts veearts te 's-Gravenhage
of een zijner plaatsvervangers te zijn
gek urd en gezond bevonden.
Bij de installatie van de Staats
commissie voorden Middenstand door
de Ministers van Binnenlan Ischc Zaken
en van Wateistaat, Handel en Nijver
heid, heeft de Minister van Binnen-
landsche Zaken, Dr. Knyper, eene
toespraak gehouden.
De Minister deed uitkomen, dat
het Middenstandsvraagstuk in tonne-
mende mate de aandacht der Re
geering trekt Te lang had men het
maatschappelijk vraagstuk beperkt
tot het arbeiders-vraagstuk, hetgeen
natuurlijk was, doprdien de omwen
teling der 19e eeuw zich het eerst
deed gevoelen in de arbeidei svvoreld,
orndat de arbeiders bijna de hellt
van ons volk uitmaken en zij. in de
groot-industrie opgehoopt, als vanzelf
tot aaneensluiting kwamen.
Zoo kwam in de arbeiderskringen
liet eerst tot openbaiing wat naar
zijn aard niet alleen dien kring be
treft, maar wat inderdaad is eene
beweging, die heel de «sociëtas," heel
-Ie mcnschelijke maatschappij raakt,
tot in haar verste uithoeken.
Zoo heeft dit Kabinet de sociale
quaestie steeds breed opgevat en dit
wel iniensief en extensief. Intensief,
voor zoover bet Kabinet die beweging
der maatschappij niet alleen vond in
liet stoffelijke, maar niet minder in
bet geestelijke. Extensief, omdat zij
die beweging niet alleen beschouwt
als eeri arbeidersbeweging, maar als
eene, die zich thans ook bij den mid
denstand doet gevoelen.
Dit is te wijten aan verschillende
oorzaken. Voor eerst heeft de ver
beterde locomolie den afstand lusschen
producent en consument zeer ver
kort. Dan leed de ambachtsstand,
omdat handenarbeid werd vervangen
door machine arbeid. En dan kwam
op de coöperatie onder de consumen
ten die trachtte den middenstand over
bodig te maken. Eindelijk liep de
progressie in het credietwezen het
Waarenhaus te voorschijn.
Doch de Middenstand bleef lang
on-actief; men zag het niet in, men
was nog welgesteld, zoodat men het
nog wel een poosje kon uithouden
Spreker wees op behangers, slagers
en anderen. Dan hield men de prij
zen te hoog, zoo bijvoorbeeld de
uitgevers. En dan was men voor
vrijheid van bedrijf, maar dit leidde
tot scherpe concurrentie en daardoor
weinig praedispositie om zich to ver-
eeriigen.
En anderzijds was men, omdat
men uitsluitend met de materie in
aanraking kwam, ontwassen aan het
dieper inzicht in de vraagstukken.
Reeds bij het verdedigen van zijn
eerste begrooting had de Minister hulp
beloofd, mits men zelf het initiatief
nam Dat woord viel in goede aarde.
Sinds I9ÜI kwam er leven in den
Middenstand. Maar er was eene stroo-
miiig. die protectie zocht, en dat was
verkeerd. De Minister bad er te
Rotterdam reeds op gewezen, dat de
Middenstand zichzelf moet weten on
misbaar te maken, in plaats van te
willen dat de Regeer mg de coöpeiatie
verbood.
Belgiëen Duitschïand gingen voorop
er ontstond een Internationaal Insti
tuut voor den Middenstand. Z.Exe.
hoopte, dat de Stalen-Generaal zullen
goedkeuren zijn plan orn dat Instituut
te steunen, evenals gesteund wordt
het Instituut voui liet arbeidersvraag
stuk te Bazel
De Regeering meende, dat niet zoo
als bij de arbeiders-qoaestie dadelijk
een enquête moest ingesteld, maar
dat deze commissie daaromtrent een
advies moest uitbrengen. Daarom
waren mannen benoemd uit alle stan
den, uit alle politieke richtingen, uit
alle oorden des lands. Mocht de
Commissie tot de conclusie komen,
dat een enquête gewensebt is. dan
is in beginsel de Regeering bereid
mee te wei ken, afgezien van de vraag,
hoe die enquête moet worden ingesteld
Uit weloverwogen overtuiging treedt
de Regeering zoo op en biedt zij
gaarne verder steun Moge liet de
Commissie gelukken een weg te vinden
tot vei betering van den toestand van
den Middenstand, dan zal dit een
nationaal Werk zijn, tot heil des
vadei lands.
De Vooizuier, de I leer Tutein Nol-
thenius, dankte den Minister voor zijne
woorden. De Minister had getoond
een echten Staalsinansblik te bezitten
door een afgevaardigde te zenden
naar liet Belgische Congres. Uit dien
kling was heel de actie ontsproten
in den Nedei l-uulschen middenstand.
Spreker verzekerde den Minister,
dat de Commissie bare taak krachtig
zal opvatten.
-- Sedert een achttal dagen rnoet
de iiil'anteiie als brandweer dienst
doen. VVaaiscliijnlijk door de aan
houdende droogte geraakte de beide
lusschen Kampoord en Constahtia
hoeve op versclvdlcnde plaatsen in
brand.
Vooral Zondag woedde liet vuur
lievig, zoo zelfs dat behalve pl.m. 50Ü
man infanterie ook nog een 200 inari
der iti liet kamp van Zeist verblijf-
houdendé genie Sibektën blusschén.
Dat ging echter .rijet zoo gemakkelijk,
daar achter de kogel variyeis eone
hoogveeuluag ligt die op sommige
plaatsen ruim twee voet dik is. Tel
kens wanneer mdn meende liet vuur
meester te zijn, vlamde de drooge
heide weer op.
Zondag stond eene uitgestrektheid
van ruim 100 bunder gelijktijdig in
brand De gelieèle uitgestrektheid
die verwoest is, heeft een grootte
van bijna 500 bunder. Enkele kleine
boschjes zijn verwoest, doch de groote
bossclien die in -de nabijheid van
Ansterlitz langs den straatweg Wou
denberg—Utrecht liggen, zijn tot nog
toe behouden.
11. M. de Koningin en Z. K. H.
Prins Hendrik passeerden gisteren
middag onze gemeente op Hunne reis
naar Soestdijk.
Bij het examen der Nederl.
Toonkunstenaarsvereening is Mej. M.
C. Heyligers geslaagd als onderwijzeres
in piano.
Lijst van Brieven en Brief Kaar
ten, geadresseerd aan onbekenden en
verzonden van bet Postkantoor te
Amersfoort gedurende de le heft der
maand Juli 1904.
Brieven.
E. A. M. Abbing Amersfoort.
S. J. Seefat Amsterdam
J. H. J. Dordregten
C. v. Koopeien
R. Kraan 's-Graverihage.
Swaentjes Tilburg.
Pieter R. Veen Woold.
D. J Kappen Bruxelles.
lierman Munster Dusseldorf.
Dussait Luik.
C. Geerligs Milan.
W. Stommel Bad Wildungen.
Madame Alphen Ouelry.
Briefkaarten.
A Kremer
H. J. v. Beek
De Vries Amersfoort.
G. Velhoist Baarn.
Schutlenhelm 's-Gi avenhage.
A. v. Dam
S. Keyzer Hilversum.
M. M. G. Ilelma
J. A. Gelderen Utrecht.
M. Hemmes
P. J. Boogaerl
P. v. Voorthuizen Wageningen.
G. A. Schelms Frankfurt aJM.
Onder commando van den Ie
Luitenant-Adjudant J Busquet zal
a s. Zondag 24 Juli een detachement
van de d.d Schutterij alhier vei trek
ken naai 's-üravenhage, ton einde
deel te nemen aan de wedstrijden
van den Ncdei landsche Schutterij-
kaderbond, welke wedstrijden worden
gehouden van 24—26 Juli a. s. op
de schietbanen hij Waalsdorp.
Bedoeld detachement bestaat uit
de korpschuttersII. van Gelder,
Adjudant-onderoflicier, J. W. van
Aciitei bergh, G. Muijs, J. 1). Lam-
merts v. Boeren, K van Heuvelen,
Sergeant-Majoors, J J- Otto, L F.
van Zwol. Korporaals.
De Heer Busquet zal tevens op
treden als Jurylid hij de lloofd-Korps-
wedstrijden in de vuren.
Het eereteeken voor 18 jarigen
trouwen militairen dienst is uitgereikt
aan opperwachtmeester J. C. F. de
Raadt, van het le regiment veld
artillerie.
Aanstaanden Zondagmiddag geeft
do Amersfoortsche Muziek-vereeni-
ging" een matinée in de tent bij het
station, van 3 tot 5 uur.
Door den Gemeenteraad tan
Leusden is aanget raagd een Rijk subsi
die ter voorziening in de kosten der
vergrooting \an Ue openbare Lagere
school te Oud-Leusden, ingevolge art.
49 der Wet op liet Lager onderwijs.
«70e STAATSI.OTIiKIJ.
Eerste klasse.
Trekking van 18 en 19 Juli 1904.
(1000 loten).
Ten kantore van den Collecteur
A. C. R. O. Ledtweber te Amersfoort
(Breedestraat, 22) zijn aan de navol
gende nummers te beurt gevallen:
Prijzen van f 20.
732 5226 5837 6352 6358 6374 6389
6826 6831 6839 10076 14110 16787
16792 16819 19155 19158 19166 19179
en 19190.
Te zamen 20 prijzen.
Velleden jaar vestigden twee
Noorscbe maatschappijen walvisch-
vaartstatioi s op een eiland nabij de
Noordkust tan Schotland.
Dit jaar kwamen er nog iwee bij,
eene Nooische en eene Deenscbe. die
zich op Shetland vestigden; terwijl er
nog andeie maatschappijen uit Dene
marken en IJsland zich vestigden op
de llebi iden.
Al die ondernemingsgeest werd
waarschijnlijk gewekt door liet feit.
dat de eei slgenoemde maatschappijen
verleden jaar niet minder dan 26 per
cent winst maakten.
De walvisscben worden op 30 tot
80 mijlen van de kust aangetroffen
en leveren verschillende producten
voornamelijk traan, ten gezamenlijke
waarde van ongeveer f780 per wal-
visch.
Er worden ook andeie sooi ten buit
gemaakt. waarbij er zijn die wel eene
waarde van f 3G00 vertegenwoordigen,
maar ook kleinere. Zij worden ge
vangen door middel van kleine, snelle
stoombooten en rnet een harpoen, en
een boot brengt per dag een tot wel
drie walvisscben binnen.
Broodnijd was waarschijnlijk oor
zaak, dat er over deze nijverheid ge
klaagd werd. Men beschuldigde haar
van het veroorzaken van nadeelen
voor de gezondheid en voor de scheep
vaart, alsmede voor de haringvisscherij.
Het was daaiom, dat de Britsche
Regeering een commissie benoemde,
om die klachten le onderzoeken, en
die commissie is van oordeel, dat de
nijverheid weliswaar moet loegela'en
worden, maar dat eenige bepalingen,
tot regeling er van, noodig zijn.
Dat er wel eenige reden voor klach
ten bestonden bewijst hel rapport der
commissie.
Zoo waren de eerste maatschappijen
liet eerste jaar nog niet ingericht voor
de behandeling der gevaarten. De
traan werd er uitgenomen, maar het
overige het men liggen. Die rottende
lijken begonnen kwalijk te rieken en
toen de ovei heid er bij geroepen werd,
gaf deze bevel om zo naar zee te
s'epi n. Eenige daarvan raakten los en
spoelden weder op de kust aan, andere
bleken een gevaar voor kleine schepen,
en het water van de riviertjes bij de
tiaankokeiijen was zóó verontreinigd
door de olie en het afval, dat de haring-
rookers bet niet konden gebruiken om
hiermede talen te wasscheii. Daarbij
gaf de kokende olie zulk een sleiku
walgelijke lucht af, dat die reeds op
l'/j Eng. mijl afstauds mei kbaar wa=,
zelfs als de w ind in de andere richting
waaide.
Maar wat bovenal den doorslag
schijnt gegeven le hebben bij de klach
ten, was, dat die maatschappijen sche
pen bezaten onder vreemde vlag,
vreemde bemanningen aan boord had
den. op de stations vreemde werklieden
gebruikten, al hare eigen goederen
medebrachten en niets ter plaatse
kochten.
Wanneer de zaken gebleven waren
als het eerste jaar, zou de toestand
onhoudbaar zijn geworden maar ver
beteringen werden aangebracht, zoo
dat er geen belangrijk gevaar voor
de openbare gezondheid meer schijnt
te bestaan.
Het schijnt, dat de aanwezigheid van
walvisscben, die water opspuiten, dik
wijls eene aanwijzing voor de haring-
visschers is, dat er scholen haring in
de nabijheid zijn maar er wordt even
eens veel haring aangetrollen zonder
walvisscben. Er bestaat bij de visschers
groot verschil over de vraag: ofvval-
visschen nuttig zijn voor het drijven
van de haring naar de netton.
Of de bezwaien gegrond zijn daar
over is de commissie eenigszins vaag:
maar zij gelooft toch, dat de onbe
perkte vvalvischvangst een gevaar voor
de haringvisscherij kon worden. Die
vvalvischvangst geheel te verbieden,
zou er slechts toe leiden, dat men
drijvende fabrieken kreeg zooals er
reeds een veel Noordelijker werkzaam
is. Daardoor zou dus liet gevaar, als
bet blijkt te bestaan, nog grooter
worden.
Om dus de zaak in orde te brengen
stelt de commissie voor niemand lot
de walvischvangst toe te laten die
geen vergunning heeft.
De vergunning moet echter alleen
gegeven worden aan Britsche onder
danen, of aan in Groot-Brittannië
geregistreerde maatschappijen.
Geen houder van eene vergunning
zou meer dan éene stoomboot mogen
hebben, en dat zou een Britseh schip
moeten zijn. De zes bestaande maat
schappijen zouden vergunningen kun
nen hebben voor drie jaren en ge-
duiende die jaren zouden geen nieuwe
vergunningen gegeven mogen worden.
Voorts moet de vangst verboden wor
den binnen drie mijlen van de kust
en van 1 November tot 31 Maart, in
sommige gevallen moet zelfs de vangst
gedurende de haringvisscherij. binnen
40 mijlen vari de kust, geheel ver
boden worden, enz., enz.
Voor een groot gedeelte voorstellen,
die niet gemakkelijk zijn uit le voeien.
Tiouvvens, de belangrijkste dezer be
sluiten werden door de commissie
lang niet eenstemmig genomen.
Een zware straf.
De Rechtbank te Hagen in West-
falen beeft een persoon zwaar ge
straft, die met goed gevolg misbruik
bad gemaakt van veler goedgelovig
heid Hij bad een «onfeilbaar" middel
aangekondigd om een fraaien baard
te doen groeien, maar dat volgens
deskundig onderzoek uit vaseline en
paraffine bestond, zonder eenigen in
vloed op den haargroei, liet gerech
telijk verhoor bracht voorts aan het
licht, dat de beklaagde, vroeger
fabrieksai beider, gedurende de laatste
vier jaren 54,000 mark aan reclame
voor zijn middel had uitgegeven, maar
dan ook niet minder dan 70,000 mark
van baardlustigen had ge'ind. Het
vonnis luiddewegens bedrog 4 maan
den gevangenisstraf en 30Ö0 mark
boete.
In den Bommelerivaard hebben
enkele veehouders zich al genoodzaakt
gezien om hun melkvee op te stallen,
aangezien de dieren in de weide geen
genoegzaam voedsel vinden, en als in
de weergesteldheid niet zeer spoedig
de gewenschte verandering komt, dan
zullen vele anderen, die tot nog toe
met bijvoederen kunnen volstaan, bun
voorbeeld moeten volgen. In bijna
geheel Noord-Brabant is de toestand
al even treurig en de zuivelopbrengst
dan ook zeer gering; daarbij komt
op verscheidene plaatsen gebrek aan
drinkwater voor. De rogge-oogst, die,
óók al ten gevolge van het aanhou
dend buitengemeen droge en tropisch
warme weer, dit jaar ongeveer drie
weken vroeger dan in andere jaren
is ingevallen, blijft op zeer vele plaat
sen beneden bet middelmatige. Wel
is de hoedanigheid der rogge zéér
goed, maar aar en korrel zijn beide
klein; veelal bedraagt de oogst nog