NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
flo. 23.
Woensdag 22 Maart 1905.
Vier-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
NA TWINTIG JAREN,
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad f 0.75;
Franco per post door bet gebeele Rijk f 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Trijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 77. Telephoonno. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/i Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slecbts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Vredesvooruitzichten.
De Parijsche correspondent van het
Berl. Tagebl. deelt op grond van
mededeelingen, hem van verschillende
zijden gemaakt, het volgende mede
over den tegenwoordigen stand der
vredesvooruitzichten
In de eerste plaats rnoet herhaald
worden, dat noch de Tsaar, noch graaf
Lamsdorf, noch een der andere leiden
de personen de Russische politiek
zich tot dusver in eenig opzicht bereid
heeft verklaard vredesonderhandelin
gen te openen. In het begin van de
vorige week had men in alle diploma
tieke kanselarijen van Europa de flauwe
hoop, dat Rusland een stap zou doen
tot sluiting van den vrede. Maar in
stede hiervan kwamen slechts be
richten van nieuwe wapeningen en
over een voortzetting van den oorlog.
Wellicht heeft men zich hier en daar
een oogenblik overgegeven aan de op
timistische opvatting dat Rusland
slechts schijnbaar op een onverzoenlijk
standpunt bleef staan om zoo betere
vredesvoorwaarden te kunnen bedin
gen, maar niets toont dat deze opvat
ting gerechtvaardigd is.
Intusschen echter zijn er Russische
kringen en personen, die pogen een
beëindiging van den oorlog te ver
krijgen. In overleg met deze is de
Parijsche Malin een campagne ten
gunste van den vrede begonnen en
dagelijks publiceert dit blad een artikel,
waarin op Japan's tegemoetkoming
een beroep wordt gedaan. In het
Buitenlandsch Overzicht van gister
avond is er reeds op gewezen hoe
men in Japan zelf over dit beroep op
Japan's edelmoedigheid denkt. In Japan
is men overtuigd dat een bespoediging
der vredesonderhandelingen volstrekt
niet in het belang is van de Japanners.
De toestand is dus zeer moeielijk en
hij zal nog moeielijker worden, indien
de Japanners Wladiwostok innemen,
omdat de oorlog die thans nog door
Rusland in zekeren zin als een koloniale
oorlog kan worden beschouwd, dan
tot een nationalen oorlog zou worden.
En in diplomatieke kringen in het
buitenland verkeert men dan ook in
groote bezorgdheid.
De groote vraag en het antwoord
hierop kan veel tot den vrede bij
dragen is thans hoe Rusland aan
de noodige middelen tot voortzetting
van den oorlog zal komen.
De oproerige beweging onder de
Russische plattelandsbevolking voor
al van de Zuider Wolga-districten
neemt steeds in omvang en ernst toe.
De regeering te Petersburg heeft
van eenige gouverneurs bericht ont
vangen dat zij een grooten opstand
verwachten, welke niet onderdrukt kan
worden door de politie en de troepen,
die te zwak zijn. Het eenige middel
om thans het gevaar af te wenden
is toe te geven aan de eischen der
boeren.
Groote landgoederen zijn reeds ver
nield en geplunderd.
Het Baden-kasteel bij Dagda, is
aangevallen door boeren met bijlen
gewapend. Alle voorraden weiden
meegenomen. Het vee, eerst gestolen,
werd later hernomen. Het kasteel,
van steen opgetrokken, werd niet
beschadigd, doch alle houten bijge
bouwen werden verbrand, het meubi
lair kort en klein gehakt. Alle stukken
van waarde werden meegenomen;
kleeden, gordijnen verscheurdglas
en aardewerk stuk gegooid.
De boeren worden opgehitst, zegt
men, door Petersburgsche studenten,
die thans den boer opgaan, nu de
hoogescholen toch gesloten zijn.
De spoorweg door Afrika, van de
Kaap naar Cairo, waaraan onaf
gebroken werd gewerkt ook ge
durende den oorlog sinds men
begon aan het verwezelijken van
Cecil Rhodes' plan, vordert aanhou
dend ten Noorden van de Zambesi.
In Juli zal die spoorweg gereed
zijn tot Kalomo. Vandaar zal hij in
Noord-Oostelijke richting loupen naar
de Broken tlill-lood-en-zinkmijnen en
als die lijn voltooid is dan zal het
hart van Noord-Rhodesia open zijn
voor het spoorwegverkeer en de spoor
weg van de Kaap Noordwaarts zal
bijna in het gezicht van den Congo
Staat zijn
Zoo vordert het werk sneller dan
men durlde hopen.
Pest in Indië.
Aan de Standard wordt uit Bombay
gemeld, dat op het oogenblik in Indië
de pest met onvergelijkelijke woede
heerscht. Er sterven wekelijks 35 000
personen en alle middelen, ter voorko
ming van de ziekte aangewend, blijven
zonder resultaat. Reeds zijn de gevol
gen van de epidemie te bespeuren op de
arbeidsmaikt bij de recruteering voor
het leger. In de vereenigde provinciën en
Poendjab heerscht de ziek te het hevigst.
De inlanders weigeren zich te laten
inenten deze afkeer wordt o. m. ver
oorzaakt doordat een tijd geleden eene
bezending entstof bedorven bleek te
zijn en een aantal sterfgevallen teweeg
bracht. Liever zien de Indiërs met
Oostersche gelatenheid hun viienden
en verwanten om zich heen sterven
en sterven zij zelf.
De oudsheidvorscher Davis,
heeft onder de oude Egyptische
Koningsgraven bij Thebe, tusschen de
graven van Ramses IV en Ramses XII
een tot dusver onbekenden grafkelder
ontdekt, uit den tijd der 18e dynastie.
Die grafkelder moet, volgens de
berichten, vol goud, kostbaarheden en
kunstwerken zijn, van welke vele
nieuw licht verspreiden over de ge
schiedenis der oud Egyptische kunst.
Huisorde van Oranje.
H. M. de Koningin handelende
in dezen als Hoofd van het Huis van
Oranje Nassau heeft eene Huisorde
ingesteld waarvan de naam zal zijn
«Huisorde van Oranje."
Grootmeester der Huisorde is H.M
de Koningin.
De orde is verdeeld in vijf klassen,
welker leden den titel dragen van
I. Grootkruis; II. GrootofficierIII.
Commandeur; IV. Officier en V. Ridder.
H.M. heeft benoemd
a. tot Kanselier der orde den Heer,
A. J. C. Baren van Pallandt-Neerijnen,
opper-ceremoniemeester van H.M. de
Koningin; en
b. tot Griffier der orde Prof. Dr
F. J. C. Kramer, directeur van het
Koninklijk Huisarchief.
Bond van Nederlandsche
Onderwijzers.
Al de voorstellen, welke op de al-
gemeene vergadering aangenomen en
daarna aan het referendum onder
worpen zijn, zijn nu met bijna al-
gemeene stemmen van kracht ver
klaard.
De meeste stemmen n.l. 2120,
waarvan 2102 vóór, 10 tegen en 2
blanco werden uitgebracht op
voorstel XI, luidende:
»De Bond van Nederlandsche
Onderwijzers, van oordeel dat duidelijk
gebleken is, hoe bij het bestaande
artikel 21 van de Wet op het Lager
Onderwijs van geen zelfstandigheid
van de Onderwijzers sprake kan zijn,
«draagt het hoofdbestuur op, op
nieuw zoo krachtig mogelijk tegen
genoemd artikel te agiteeren."
Verder werd o. a. met slechts 1
stem tegen 1 blanco aangenomen
punt III, n.l.:
«De Bond van Nederlandsche
Onderwijzers, met verontwaardiging
kennis genomen hebbende van het
feit, dat in de ingediende onderwijs-
novelle geen enkel voorstel gedaan
is, om het lot te verzekeren van hen,
die tengevolge van de ruimere
subsidieering van de Bijzondere School
als openbaar onderwijzer zullen ont
slagen worden,
«spreekt de verwachting uit, dat
alsnog eene wijziging in het wets
ontwerp zal gebracht worden waar
door bedoelde slachtoffers voldoende
zullen gebaat zijn."
Intusschen is de regeling van de
wachtgelden aanzienlijk verbeterd (zie
art. 39 van het gewijzigd ontwerp).
Sedert 1 Januari tot begin Maart
hebben weder 248 nieuwe leden zich
bij den Bond aangesloten.
De Utrechtsche Vereeniging voor
Paardensport zal haar nieuwe renbaan
openen met een meeting op Zaterdag
6 Mei.
Op Zondag 4 en Donderdag 29 Juni
zullen wederom courses gegeven wor
den.
Omtrent de nieuwe baan deelt de
N. S. mede, dat het terrein voor de
meetings bestemd, is gelegen in de
onmiddellijke nabijheid van het Wil-
lielmina Park te Utrecht, 10 a 15
minuten van de Holl. Spoor, een paar
honderd meter buiten de bebouwde
kom der Gemeente.
De vorm der baan is zeer regel
matig langwerpig, 20 meter breed,
en heeft een omtrek van 1100 meter.
De rechte lijn voor den eindpaal
is ruim 240 meter lang, terwijl de
bochten een straal hebben van 65 M.
Daarenboven zijn nog in aanleg twee
binnenbanen voor hindernisrennen
langs de binnenzijde der baan is een
entraineerbaan aangelegd van 8 M.
breedte.
Op het terrein is men bezig aan
het bouwen van een tribune, die
ongeveer G00 menschen zou kunnen
bevatten; verder komt er een club
lokaal, een perslokaal, een gebouw
voor den totalisator, een buffet, een
terrein voor de gevers, een lokaal,
bevattende 2 kleedkamers en de weeg
kamer, voorts een zadelplaats en 20
boxen. Ook op het middenterrein komt
een buffet en een totalisator-inrichting.
door AUGUSTE CRONER.
30)
«Omdat ik daar zelf ben geweest. Ik werd
gedreven naar den eenigen man toe te gaan
die wist hoe alles zich had toegedragen. Maar
hij nadere bedenking ging ik hem niet spreken,
want ik begon onderweg in te zien dat wan
neer ik Kleiber alles vertelde wij wel de straf
voor onze daad zonden oploopen, maar er niet
van te profiteeren en daar was het ons toch
om te doen geweest."
«En toch hebt gij er niet veel bij geprofiteerd,
volgens dat advocaat John mij vertelde. Zoo
eenvoudig te leven als ge doet, dat had ge
ook zonder dezen misdaad wel kunnen vol
brengen. Maar ik ben het nog niet met mij
zelf eens aangaande den gedragslijn van Kleiber.
Ik kan niet gelooven dat een dokter een
stervende verlaat; hij moet dus of weinig ge
weten bezitten, of totaal in de war geweest zijn."
«En toch is dit geen van beiden waar. Dr.
Kleiber is zeer nauwgezet en was, hoe bedroeft
hij ook over zijne dochter mocht wezen, vol
strekt niet in de war, zooals u dadelijk zult
zien. Ik zal u alles van dien avond mede-
deelen. Dr. Kleiber kwam hier voor mijne
moeder, zij leed aan duizeligheid en mijnheer
Winkelmann gaf zelf last om Kleiber te roepen.
Ik was toen juist bij mijne moeder op bezoek.
Hij ging eerst naar den anderen heer van wien
hij afscheid wilde nemen vóór dat hij met mijne
moeder sprak. Mijnheer Winkelmann zei dat
hij iets met hem te spreken had. Zij bleven
ongeveer een kwartier samen praten daarna
kwamen zij samen in de woonkamer. Mijnheer
Winkelmann zag er toen nog best uit, maar
midden in de kamer viel hij eensklaps neer en
riep, met een angstige stem, om moeder. Yoor
dat deze hem kon bijstaan, waren de dokter
en ik ook al toegesneld en hielpen hem op de
sofa, alwaar hij bewusteloos nederviel. Hij had
een paarsehe gelaatskleur en zag er als een
stervende uit."
«Een beroerte," zei Kleiber en voegde er
aan toe: «Het zal wel met hem afloopen. Op
dezen leeftijd komt men zulk een aanval niet
te boven. Alleen kan ik moeielijk zeggen
wanneer hij den laatsten adem zal uitblazen,
in ieder geval kan ik niet meer doen dan hem
de eerste hulp verleenen. Terwijl ik nu nog
hier bent kunt ge dokter Caserti gaan roepen.
Hij woont: Kerkstraat 21. Maar haast u, want
ge weet dat ik weg moet." Dit zei de dokter,
terwijl hij, met behulp van zijnen moeder, hem
te bed bracht en zijn kleeren los maakte.
Ik was al in den gang, moeder liep mij na.
Zij snelde naar het fonteintje om frisch water.
«Haast je om Gods wil en kom niet terug
zonder dokter," riep ze mij nog toe en ik snelde
natuurlijk zoo vlug mogelijk naar de Kerkstaat
toe. Dr. Caserti was niet te huis, maar men
verwachtte hem ieder oogenblik. Ik scheurde
een blaadje uit mijn opschrijfboekje, schreef
daar ons adres op en verzocht de dienstbode
hem te zeggen dat het een zeer dringend ge
val was en wij den dokter smeekten zoo
spoedig mogelijk te komen.
Daarna vertrok ik weer, er was geen tram
te zien en zoodoende moest ik den tamelijk
langen weg te voet afleggen. Toen ik de
Damstraat passeerde zag ik het naambordje
van een dokter. Deze dokter was ook niet
te huis en men zeide mij dat hij vooreerst niet
tehuis zou komen, hij was bij een ernstigen
patiënt geroepen, die geopereert moest worden.
Ik holde voort. Doornat van het zweet kwam
ik tehuis. Dr. Kleiber had intusschen eene
aderlating bij den ouden heer toegepast.
Winkelmann haalde moeielijk adem. Hij zag
nog altijd blauwrood in zijn gezicht. Mijne
moeder zat er met een ontsteld gelaat bij.
Kleiber hield zijne horloge in de eene hand
en met de andere voelde hij de pols.
«Het kan nog uren duren," zei hij toen ik
de kamer inkwam. Toen hij mij zag wierp
hij mij een vragenden blik toe, waaruit ik be
speurde hoe ongeduldig hij was. «Nu?" vroeg
hij haastig, toen ik niet dadelijk sprak.
«Dokter Caserti komt onmiddellijk," zeide
ik. Ik had medelijden met den man, die zoo
angstig was en wilde er niet de schuld van
dragen dat hij den trein verzuimde.
Hij herademde dan ook, toen hij mijn ant
woord, dat niet geheel volgens de waarheid
was, hoorde, gaf mij het recept dat hij ge
durende mijn afwezigheid geschreven had en
zeide: «Aan herstel is nauwelijks te denken,
de arm is al geheel verlamd, maar zooals ik
u zeide het kan nog uren, zelfs dagen duren.
Laat dit recept aan Caserti zien. Uwe moeder
moet zich ook onder zijne behandeling stellen,
want binnen twintig minuten moet ik aan den
trein zijn."
Onder het praten had Kleiber zijn jas aan
getrokken, zijn hoed, reiszak en parapluie ge
nomen, knikte den ouden heer, die er niets
van bemerkte vriendelijk toe, groette moeder
en mij en verliet de kamer, men kon het hem
aanzien dat hij haast had om weg te komen.
«Het is dus zeker dat Caserti spoedig komt,"
vroeg hij nog eens op den trap.
Wordt veroolydj.