NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
Bjj flit nummer Moort een Bijvoegsel.
PASCHEN.
BUITENLAND.
FEUlLLETUiN.
DE SCHIMMELRIJDER.
Aio. 32.
Zaterdag 22 April 1905.
Vier-en-dertigsten jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75;
Franco per post door het geheele Kijk f 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestrant 77. Telephooiiu». 09.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/i Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Het Paaschfeest is gekomen. In alle
landen houdt bet zijn intocht. In alle
steden en dorpen, overal waar toren
spitsen het ssursum corda" ons toe
roepen, luiden de klokken met de
dringende noodiging om in te gaan
en te vernemen de oude en toch altijd
nieuwe paaschboodschap.
Paschen heeft iets te zeggen aan de
scharen die iets anders begeeren dan
luidruchtig feestgenot, iets andeis dan
brooddronkenheid. Paschen heeft veel
te zeggen, het schenkt een heerlijken
gedachtenrijkdom, en wie dat gevoelt,
hem brengt het paaschfeest geen ver
veling, maar frischheid van geest,
nieuwe en hooge idealen.
Godsdienst en natuur beide spreken
van herleving, van vernieuwing des
levens. De natuur ontwaakt ten leven
weer, het veld gaat groenen, de boomen
botten uit, do vogels doen hunne lie
deren weder hooien, alom verrijzenis
van het leven uit den dood. Paschen
in kerk en natuur. Is het ook Paschen
in uw huis en in uw hart? Is daar
ook vernieuwing des levensDie nieuw
heid des levens is slechts mogelijk
wanneer van bet oude, het ongodde
lijke iets of liever veel wordt te niet
gedaan, veel van onze zelfzucht, onver
draagzaamheid, ontrouw en liefdeloos
heid.
Wel hem, die dat lentegevoel, die
levensvernieuwing in zich bespeurt,
hij smaakt ware feestvreugde en waar
achtige blijdschap. Een blijdschap die
met frissche kracht hem doorstroomt
als een verhoogd levensgevoeleen
blijdschap die behoefte heeft zich aan
anderen mee te deelen en eveneens
blijde te stemmen al wie lijden en
ontberen een blijdschap die alle zwaar
moedigheid en duisternis wegdrijft on
licht maakt en sterk tot den moeilijk
sten arbeid.
Deze edele blijdschap zonder welke
een feestdag geen ware (eestdag is
brenge ons het huidige Paaschfeest.
Het is oen late Paschen Zoo wordt
het geestelijkerwijze bij velen een late
Paschen, eerst op gevorderden leeftijd
vieren zij hun vernieuwingsfeest, en
zij hebber, een jarenlange blijdschap
moeten derven.
In den paaschnacht is de kerk van
het heilige graf te Jerusalem vol pel-
giims. Zij verbeiden in spanning het
oogenblik waarop de priester met de
brandende paaschkaars uit het duistere
gewelf onder de kerk terugkeert. Bij
zijn verschijning stormen allen op hem
aan. ieder wil de eerste zijn om zijn
waskaars aan die des priesters te ont
steken, dat brengt geluk aan. Er ligt
een schoone beteekenis in die plechtig
heid. Duizenden en duizenden hebben
hun licht ontstoken bij dat Licht, dat
vöör twintig eeuwen lichtte over Jeru
salem en welks glans men alle moeite
deed te dooven, maar vergeefs. Nog
straalt dat licht en nu over heel de
wereld en nog komt bedrogen uit al
wie elders zijn licht wil opsteken.
In Rusland, waar het Paschen een
paar weken later gevierd wordt, stroomt
na middernacht onder het luiden van
alle klokken al wat niet ziek of te oud
is naar de kerk. De godsdienstoefening
eindigt met den jubelkreet «Christos
wosgress", Christus is opgestaan, en
dan wenscht men elkander geluk met
een kus en het schenken van gekleurde
eieren. Aan dat overoud gebruik mag
niemand, rijk of arm, zich onttrekken.
Het moet een treilend schouwspel zijn
deze algemeene vei broedei ing. Jammer
maar, dat zij begrensd wordt door de
kerkmuren en zoo kortstondig is!
Stelt u voor zoo'n Paaschviering op
de velden van Mandsjoerije! Doch zoo
ver van huis hebben wij niet te gaan.
immers in Rusland, in Europa, in ons
land, in ons eigen huis, hoe ver zijn
wij van het ideaal verwijderd
Waarom nog langer Paschen gevierd
waar wij zooveel reden hebben eiken
dag om te twijfelen aan de kracht der
liefde, aan de macht der waar heid
Juist om ons voor vertwijfelen te
behoeden en ons geloof in de liefde en
waarheid te versterken. Immers dat
kan en moet de paaschviering. Den
mond der waarheid kon men snoeren,
maar de waarheid zelve ging voort
overwinningen te behalen, en onat-
gebroken vond zij nieuwe getuigen Ier
harer voortplanting en verdediging.
De onoverwinnelijke kracht werd be
wezen van wat waar, goed en schooit
is. Daaraan behoort de toekomst. Dezo
wetenschap kan den moed verleven
digen van de vrienden der waarheid,
kan nieuw vertrouwen inboezemen aan
degenen die hun volk liefhebben en
met angst zijn beste goederen bedreigd
zien door onheilspellende machten.
Op den nacht volgt de morgen, de
duisternis verdwijnt voor het licht
zeker en gewis, maar niet opeens. De
opwekking in Wales bedoelt een blij
vend Paschen te brengen, een ver
nieuwing, een herleving die langer daD
twee dagen duurt. Geboren uit het
besef dat het practische leven een
schril contrast vormt met onze leer en
beginselen is deze beweging te be
grijpen. Zij heeft iets goeds, maarzij
zal verloopen, achterlatend allicht een
kleine secte maar zonder het vuur der
eerste liefde. Andere bewegingen tot
opwekking en vernieuwing zullen vol
gen met een tijdelijk succes, maar
niettemin het bewijs leverend, dat wij
buiten het Paschen niet kunnen, dat
de menschheid een belioeftegevoel
heeft naar vernieuwing en herleving
om daardoor te erlangen de ge wenschte
Paaschvreugde, de zaligende blijdschap.
worden tegen liet langdurige verblijf Ischenbeide komt. Tot dusver was nog
van de Russen op de kusten van slechts één maatschappij vergund, eon
De oorlog tusschen Rusland
en Japan.
Alles doet vermoeden dat de
Japanners gereed zijn en vol onge
duld de komst van de Russische vloot
verbeiden.
Dat is misschien een der reden van
de protesten, die in Japan vernomen
Annam. Zij trachten aldus de Fran-
sche regeering te dwingen, den Rus
sen bevel te geven heen te gaan,
waardoor ze öf naar het zuiden moesten
teruggaan, öf noordwaarts varen en
een gevecht beginnen. Reeds varen
Japansche kruisers in de Philippijnsche
wateren heen en weer in afwachting
van deze heugelijke geheurtenis.
De Fransche regeering zal zich ver
moedelijk niet al te vlug haasten, aan
de wenschen der heethoofdige Japan
sche dagbladschrijvers te voldoen en
de Japansche regeering zal zich voors
hands wel bepalen tot een bezadigd
protest.
Mag men do Telegraph gelooven
dan is zulk een protest ingediend.
Zoo moeilijk lijkt evenwel de ver-
kenningsdienst dat men niet eens
weet of er nog schepen in de Cam-
ranh-baai liggen. Twee stoombooten
die er Zondag langs voeren, hebben
niets daarvan kunnen ontdekken
hetgeen echter geen bewijs is Men
mag aannemen, dat een groot deel
der vloot noordwaarts stoomt.
De Niagara-watervallen.
De gouverneur van den staat New-
York heeft het recht van veto. Hij
kan verhinderen, dat wetten worden
ten uitvoer gelegd, welke om de een
of andere reden strijdig zijn met
openbaar nut, zedelijkheid of alge
meen belang. En het is maar te hopen,
dat de gouverneur gebruik zal maken
van dat recht om te beletten, dat de
heerlijke Niagara-watervallen ten offer
zullen vallen 'aan den moloch der
industrie. Huis van Afgovaardigden
en Senaat van den Staat New York
hebben n.l. een wet aangenomen,
welke het schoon der wereldvermaarde
Niagara bedreigt, liet zal n.l. voortaan
aan elke particuliere maatschappij
vrijstaan een deel van de levende
kracht der watervallen te gebruiken
voor industrieele doeleinden, tenzij
de gouverneur nog te elfder uretu -
zeer bescheiden deel der levende kracht
van het vallende Niagara-water aan
te wenden voor het drijven, van
motoren, en dat nog slechts onder
tal van beperkende voorwaarden. Maar
laat men de heeren industrieelen naar
hartelust begaan en dat schijnt
het plaD te wezen dan zou het
wel eens spoedig kunnen komen tot
een onherstelbare ontsiering van een
der merkwaardigste natuurwonderen.
Het is dan ook niet gemakkelijk
geweest om de wetgevers te Albany
ertoe te krijgen, hun sanctie te hechten
aan dit vandalen-plan.
Maar in de Amerikaansche politieke
wereld il y a des accomodements
Er moet op ergerlijke wijze zijn
gekuipt en omgekocht; en de New-
yorksche bladen gaan zolfs zóó ver,
openlijk in hun kolommen lijsten te
publiceeren van de volksvertegenwoor
digers met achter de namen, de som
men, waarvoor zij zich hebben laten
omkoopen. Uit hetgeen de New-York
World dienaangaande meedeelt, zou
blijken, dat de wetgevers zich voor
hun stem dol. 500 of meer hebben
laten uittellen.
De New-York Times publiceerde
zelfs de volgende krasse bewering:
Het is niet mogelijk, nog iets nieuws
te vertellen over de corruptie welke
bij de voorbereiding der Bill heeft
plaats gevonden. Iedereen in Albany
weet er alles van. Het is het vuilste
zaakje van het heele jaar; maar het
zal zijn beslag krijgen zonder dat
wordt geprotesteerd, omdat geen
enkel persoon van invloed er tegen
durft opkomen.
Inderdaad, niet ten onrechte heeten
de Vereenigde Staten dikwijls nhet
land der onbegrensde mogelijkheden."
De Franschen zijn buitenge
woon vatbaar voor spoken-vrees d.w.z.
voor militaire spoken, of liever: niet
bestaande militaire sp:on ten. Op ge
zette tijden heeft Parijs, of soms ook
Oorspronkelijke novelle van TII. STORM,
6)
Daar ik niets antwoordde, wilde hij voort
gaan: maar onder de andere gasten, die tot
nu toe zwijgend hadden geluisterd, terwijl zij
de lage kamer met steeds dikkeren rook vul
den, ontstond plotseling eene beweging: eerst
wendden eenigen, daarna bijna allen zich naar
het raam. Buiten men kon het door de ramen,
waarvoor geen gordijnen hingen, zien dreef
de storm de wolken voor zich uit en wisselden
licht en donker elkaar plotseling af; maar ook
mij was het, alsof ik den mageren ruiter op zijn
schimmel pijlsnel voorbij zag vliegen.
-Houd eens even op, meester!" zeide de dijk
graaf zachtjes.
«Gij behoeft niet bang te zijn, dijkgraaf!"
antwoordde de kleine verteller, «ik heb niet
op hem gescholden, en heb daarvoor ook geen
reden," en daarbij sloeg hij zijn kleine, verstan
dige oogjes tot hem op.
«Ja, ja, dat is ook zoo, antwoordde de andere
«laat uw glas maar weer vullen." En toen dat
gebeurd was, en de toehoorders, de meesten
met eenigsins ontstelde gezichten, zich weer
naar hem toegekeerd hadden, ging hij met zijn
verhaal voort
«Zoo eenzelvig en zich het liefst slechts met
wind en water en met de droomen zijner een
zaamheid bezig houdende, groeide Hauke tot
een langen mageren knaap op. Hij was reeds
langer dan een jaar aangenomen, toen er op
eens een geheele verandering met hem plaats
greep, en aan die verandering was de oude
witte Angorakater schuld, dien de later ver
ongelukte zoon van de oud Trijn Jans van zijn
zeereis naar Spanje had meegebracht Trijn
woonde een aardig eind buiten het dorp in
eene kleine hut aan den dijk. en wanneer de
oude vrouw in haar huisje bezig was, zat dit
monster van een kater gewoonlijk voor de deur
in de zon tegen de voorbijvliegende kievitten
te knipoogen. Ging Hauke voorbij, dan mauw
de de kater hem tegen, en knikte Hauke hem
toe; die twee wisten, wat zij aan elkaar had
den.
Maar nu gebeurde het eens, in het voorjaar,
dat Hauke volgens zijn gewoonte buiten aan
den dijk lag, dicht aan zee, tusschen strand-
lelies en andere geurige waterplanten, en zich
in de reeds krachtige zonnestralen koesterde.
Daags te voren had hij op de heide keisteenen
gezocht en daarmee zijn zakken gevuld, en toen
bij ebbe de Wadden weer droog lagen en de
kleine strandloopers daar krijschend heen en
weer huppelden en vlogen, haalde hij ijlings
een steen voor den dag en wierp dien naar
de vogels. Hij had zich van kindsbeen aan
daarin geoefend, en gewoonlijk bleef er ook
een liggen in de slib, maar meestal kon hij
daar niet vandaan gehaald wordenHauke had
er reeds aan gedacht, den kater mede te nemen
en hem als apporteerhond te dresseeren. Maar
hier en daar waren ook vaste plaatsen en zand
banken, en als er daar een gevallen was, liep hij
er heen, om zelf den buit te halen. Wanneer de
kater bij zijn terugkeer nog voor de deur zat,
dan schreeuwde het dier zoo hard van niet te
bedwingen roofgierigheid, dat Hauke hem ge
woonlijk een der buitgemaakte vogels toewiep.
Toen hij dien dag met zijn jas over den schou
der geworpen, naar huis keerde, droeg hij slechts
één, hem nog onbekenden, als met kleurige zijde
en metaal gevederden vogel, en de kater mauwde
als gewoonlijk, toen hij Hauke zag aankomen.
Maar wilde zijn buit het zal wel een ijsvogel
geweest zijn ditmaal niet afstaan en stoorde
zich niet aan de begeerte van het dier. «Ieder
zijn beurt riep hij hem toe, «vandaag ik, morgen
jij; dit hier is geen vreten voor een kater!"
Maar de kater kwam behoedzaam achter hem
aansluipen; Hauke bleef staan en keek hem
aan, de vogel hing aan zijn hand, en de kater
loerde met opgeheven poot. De knaap scheen
evenwel zijn vriend de kater toch nog niet zoo
door en door te kennenwant zoodra hij hem
den rug had toegekeerd en verder wilde gaan,
werd hem zijn jachtbuit ontrukt en voelde hij
tegelijkertijd een scherpen klauw in zijn hand.
Een woede als van een roofdier, maakte zich
eensklaps van den jongeling meester: hij greep
als razend om zich heen en had al spoedig
den roover in den nek gepakt. Vast in zijn
vuist geklemd hield hij het groote dier in de
hoogte en worgde het, zoodat de oogen tusschen
de ruwe haren uitpuildenhij merkte nauwe
lijks dat de sterke achterpooten zijn arm open
reten." «Hoho!" schreeuwde hij, terwijl hij zijn
vuist nog vaster sloot, «wij zullen eens zien
wie van ons beiden het langst vasthoudt I"
Plotseling liet de groote kater ziju achter
pooten slap hangen en Hauke ging een paar
passen achteruit en wierp hem t 'gen de hut
der oude vrouw. Toen het beest zich niet meer
bewoog, keerde hij zich om en zette zijn weg
naar huis voort.
Wordt vervolgd