NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
DE SCHIMMELRIJDER.
No. 57.
Woensdag 19 Juli 1905.
Vier-en-dertigsten jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
DE TOESTAND IN RUSLAND.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75;
Franco per post door het gebeele Rijk f 1.
Afzonderlijke Nnmmers 3 Cent.
Ingezonden stnkken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 77. Telephoonno. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7'/j Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Het gist bij leger en marine.
De matrozen van deZwarte-Zeevloot
hebben onder de marine en bet leger
het volgend manifest verspreid
«Broeders en soldatenWaarom
staan wij niet pal als één man Waar
om leeren wij dat niet van onze vij
anden, van onze meerderen? Wij
verzoeken u, opmerkzaam het doen
en laten van uw vijanden na te gaan,
op welke wijze zij hun belangen ver
dedigen. Waarom kunnen wij niet
hetzelfde doen Wanneer wij iets stuk
maken, een ruit inwerpen b. v., dan
worden wij streng met arrest gestraft.
Daarentegen zegt men niets tegen een
overste, wanneer bij een geheel schip
doet zinken. Wij brengen ons zeiven
in de gevangenissen, wij bewaken ons
zeiven in de gevangenissen, wij schieten
ons zeiven dood, wij voeden ons met
bedorven spijzen, wij betalen onszelven
kleine loonen, enz Wij zei ven dragen
de schuld van ons lijden en geen ander
In onze handen ligt de geheele vesting
en wij verstaan het niet, haar te be
nutten tot eigen welzijn. Genoeg broe
ders, met de bescherming van de be
langen onzer vijandenLaat henzelf
de geweren in handen nemen, om zoo
hunne belangen te verdedigen. Wij,
soldaten, moeten ons tot één aansluiten
om onze belangen te behartigen. Zij
zijn machtig en groot alleen door ons,
kleine en arme menschen, want ons
leven is hun vesting en ons lijden hun
genot. Wanneer wij ophouden elkaar
gevangen te nemen, op elkaar te schie
ten, dan worden ook onze vijanden
machteloos, en hun verstand zal hen
niet helpen.
Genoeg broeders, soldaten en ma
trozen, met het lijden, dat wij tot nu
toe gedragen hebben! Genoeg, met
het bedorven voedsel waarmee men
ons, als honden gevoed heeft. Het is
hoog tijd, dat wij ontwaken, onze
belangen verdedigen en ons wreken
aan onze vijanden Broeders, wij heb
ben reeds veel onheil gesticht. In dit
jaar hebben wij onze vaders en moe
ders, broeders en zusters vermoord,
en wanneer wij naar huis teruggaan,
wat zegt dan ons hart, wanneer tot
ons gezegd wordt: Gij zijtde moorde
naars van uw eigen bloodverwanten
Broeders, vereenigt u en richt de
geweren tegen het absolutisme, om het
te vernietigen, want zoolang het abso
lutisme bestaat, zoolang hebben wij
geen orde! Weg met den oorlog!
want hij maakt bedelaars van ons!
Weg met het absolutisme, want dit
legt ons belastingen op en zuigt het
Russische bloed uilLeve de vrede,
de vrijheid en de republiek!"
UitSt.-Petersburg heefteen Duitsch-
blad belangwekkende bijzonderheden
ontvangen over hetgeen aan Witte's
benoeming tot vrodes-commissaris
voorafgegaan is.
MurawiefI zou voor zijne zending
naar Washington 100,000 roebel,
benevens den post van secretaris voor
zijn zoon verlangd hebben. Maar hij
kreeg geen van beiden, men bood
hem 15,000 r., wat MurawiefI veel
te weinig was. Bovendien kwam hij
in verzet tegen de hem opgelegde
verplichting telkens de bureaus te
•St.-Petersburg te moeten raadplegen.
Toen Witte de opdracht aannam,
werd hij allereerst bevrijd van dezo
verplichting. Hij verkreeg de belofte
rechtstreeks per kabel met den Keizer
in betrekking gesteld te zullen worden.
In zijn onderhoud met Witte
gaf de Czar den wensch te kennen
met Japan eene duurzame economische
overeenkomst te sluiten. Witte sprak
zijnerzijds het denkbeeld uit, dat
Rusland zijne gebeele stelling in het
Verre Oosten moet prijsgeven, waar
door dan vele gebouwen, rollend
materieel, enz. overbodig zullen wor
den, de waarde waarvan dan de oorlogs
vergoeding zou kunnen afgetrokken
worden.
Ook Witte's vijanden moeten met
zijne benoeming zijn ingenomen, omdat
zij hopen dat hjj den vrede zal moeten
koopen door oilers, die Witte's naam
voor altijd te schande zullen maken.
Maar Witte vertrouwt op zijne kennis
van zaken, die ook door de Japanners
erkend wordt, en moet voornemens
zijn terug te komen op voorstellen,
die hij reeds in 1901 te Tokio wilde
doen, toen hij daar een verdrag met
Japan zou sluiten.
Omdat Witte zelf niet goed Engelsch
spreekt zal hij op zijne reis door
een (linken tolk vergezeld worden.
Wie weet echter of de Japansche
gevolmachtigde ook nog niet de ver
rassing voor de Russen in Petto heb
ben, dat zij hen in vloeiend Russisch
begroeten
Eerst '26 Juli a.s. zal de Heer Witte
zich denkelijk te Cherbourg inschepen.
Hij heeft ook een onderhoud gehad
met de Keizerin-Moeder, welke audiën
tie belangrijker heet te worden ge
acht dan die bij den Czar.
't Is nu 10 jaar geleden, dat in
Noorwegen de brandewijnwet in wer
king trad, die aan de inwoners der
gemeenten het recht gaf bij stemming
uit te maken of op haar gebied de
verkoop van brandewijn geoorloofd
zou zijn of niet. Het is wel interes
sant eens na te gaan, hoe die wet
gewerkt heeft. Sinds 1845 wordt het
schenken en verkoopen van brandewijn
in Noorwegen naar Zweedsch voor
beeld uitgeoefend door toegelaten
maatschappijen, welker aantal in 1895
een-en-vijftig bedroeg. Slechts in drie
steden waren geen brandewijnmaat
schappijen.
In iedere stad kan na het verstrij
ken van de 5 jarige concessie een
volksstemming worden gehouden en
dit is dan ook in de tijdruimte van
1894—1899 geschied en daarbij werd
in 26 steden de brandewynverkoop
verboden. Slechts in twee steden
werden nieuwe brandewijnmaatschap
pijen opgericht. Maar uit do latere
stemmingen bleek een strooming ten
gunsto van den brandewijnvet koop,
daar bij het tot dusver gevolgde stel
sel de dronkenschap eerder toe- dan
afgenomen was, doordat in de plaats
van brandewijn een soort van goed-
koope »wijn« werd verkocht, die den
verboden bi andewijn moest vervangen
Erzijri thans 32 brandewijnmaatschap
pijen in evenzooveel steden en het is
waarschijnlijk, dat haar aantal zal
toenemen, daar de uitroeiing der
brandewijnmaatschappijen niet alleen
een groot »wijn«-verbruik heeft be
vorderd, maar ook de brandewijn-
smokkelarij zeer in de hand heeft
gewerkt.
De opstand op het eiland Kreta
neemt in de laatste dagen grootere
uitbreiding aan. Hel schijnt dat proc
lamatie der mogendheden niet die
uitwerking heeft, welke men er van
verwachtte. Integendeel schijnt veeleer
een ernstig gevecht zeer aanstaande.
Lit Italië zullen eerstdaags 300
infanteristen naar het eiland worden
gezonden, om het Italiaansche contin
gent opdezelfde hoogte te brengen
als dat der overige mogendheden.
II. M. de Koningin-Moeder is
gisteren morgen om 9 uur per rijtuig
van Soestdijk naar Utrecht vertrokken,
en vandaar met den trein van 9.47
naar Gotha gereisd, ter bijwoning van
de meerderjarigwording en het aan
vaarden der regeering van den hertog
van Coburg. H. M. zal a.s. Donderdag
weer naar Soestdijk terugkeeren.
De kinderen van den erfprins
en erfprinses van Erbach zijn op Soest
dijk aangekomen met hunne bonne.
De Koningin-Moeder en de hertogin
van Albany (hun tante) bevonden zich
bij hun aankomst op het bordes.
Zondagmorgen had ten paleize
't Loo in de Hofkapel een godsdienst
oefening plaats, waarbij dr. E. Lauril-
lard uit Amsterdam voorganger was.
Hij sprak naar aanleiding van Ezechiël
l 4. Gezongen werden Ps. 43 3
en 4, Ps. 97 7 en Gez. 27 2 Dr.
Laurillard en diens echtgenoote waren
dien dag de gasten van II. M. de
Koningin.
's Avonds, na om 6 uur te hebben
gedineerd, maakte het Koninklijk echt
paar met gevolg en dr. Laurillard en
mevrouw een langen rijtoer door de
Soerensche bosschen en omgeving.
Arbeidersverzekering
Als bijlage van de memorie van
toelichting tot het wetsontwerp betrek
kelijk de invaliditeits- en ouderdoms-
verzekoring voor werklieden, is thans
aan de Tweede Kamer toegezonden
een verslag van prof J. C. Kluyver
te Leiden, betrekkelijk een onderzoek
naar het evenwicht van baten en las
ten der ontworpen invaliditeits- en
ouderdomsverzekering.
Celebes.
Decorrespondent van de »/V. R. Cl."
te Batavia seinde gisteren
Het hoofdkwartier der expeditie
vertrok heden van Makasser naar Boni.
De bevelhebber verzocht onmiddellijk
twee compagnieën ten einde Makasser
te beveiligen tegen een inval van Goa,
dat alle wegen afsloot.
Hot blad teekent daarbij aan
Even zij in herinnering gebracht,
dat de aan de Boni-expeditie deelne
mende troepen van Tjimahiden I3en
dezer over Batavia, den 1 'ren die van
Salatiga over Semarang, den 15e die
van Malang over Soerabaja naar het
tooneel van den strijd zouden vertrek
ken. De overgebleven compagnieën
van het 6e bataljon zouden echter
reeds den 25sten Juni van Soerabaja
naar Paré Paié zich begeven.
lieden kunnen de laatste vertrok
ken troepen dus juist de Badjowa
aankomen en in verband daarmede
vertrekt de opperbevelhebber met staf
(te zaïnen vormende het hoofdkwar
tier) die van te voren naar Makasser
Oorspronkelijke novelle van TH. STORM.
31)
Ik was wel een uur bij den opperdijkgraaf
geweesthij bad goed nieuws voor mij bier
en daar zal het werk wel iet of wat anders
uitgevoerd worden dan ik het in mijn schets-
teekening heb aangegevenmaar de hoofdzaak,
het door mij voorgestelde profiel, is aangeno
men, en reeds binnen enkele dagen kan het
bevel tot het maken van den nieuwen dijk
aankomen.
Élke zuchtte onwillekeurig«Dus toch?"
zeide zij bezorgd.
«Ja vrouw," antwoorde Hauke«ik zal het
hard te verantwoorden hebben; maar daartoe
heeft onze Lieve Heer ons, dunkt mij, saam
gebracht. Onze boerderij is nu zoo goed in
orde, dat gij het beheer ervan voor een goed
deel wel alleen op u kunt nemen, denk maai*
eens dat, als wij tien jaar verder zijn, onze
bezittingen vrij wat grooter zullen zijn."
Bij ziin eerste woorden had zij de hand van
haar man als bevestigend in de hare genomen
maar wat hij nu zeide kon haar niet verblijden
«Yoor wie zullen al die bezittingen zijn?" zeide
zij. «Gij zoudt dan een andere vrouw moe
ten nemen, want ik schenk je geen kinderen."
De tranen schoten haar in de oogenmaar
hij drukte haar vast in zijn armen«Dat zul
len wij aan Onzen Lieven Heer overlaten,"
zeide hij, «en ook zijn wij nog jong genoeg,
om zelf te genieten van de vruchten van oDzen
arbeid."
Zij zag hem, terwijl hij haar omklemd hield,
lang, met hare donkere oogen aan. «Vergeef,
Hauke," zeide zij, «ik ben soms een zwakke,
moedelooze vrouw!"
Hij boog zich tot haar neer en kuste haar:
«Gij zijt mijn vrouw en ik ben uw man, Elke!
En nooit zal het anders worden."
Toen sloot zij haar armen vast om zijn hals
«Gij hebt gelijk, Hauke, en wat er moge komen,
het zal steeds voor ons beiden komen." Daarop
liet zij hem blozend los. «Gij wildet van dien
schimmel vertellen, zeide zij zacht.
«Dat wou ik, Elke. Ik zeide je al dat hoofd
en hart mij vol waren van vreugde over de
goede tijding, die de dijkgraaf mij had mede
gedeeld; zoo reed ik juist de stad weer uit.
toen mij op den dijk achter de haven een haven-
looze kerel tegenkwam, een landlooper, een
ketellapper of wat anders van dat slag. De
kerel trok den schimmel aan den halster achter
zich voort, maar het dier lichtte den kop
op en keek mij met zijn doffe oogen aanhet
was mij, alsof het mijn hulp inriep: ik was
immers op dat oogenblik ook rijk genoeg «He,
kameraadriep ik, «waar wil je met dien
knol heen?
De kerel bleef staan en de schimmel even
eens.
«Verkoopen!" zeide hij en knikte mij daar
bij listig toe.
«Toch niet aan mij riep ik vroolijk.
«Dat denk ik toch wel I" zeide hijhet is
een flink paard en minstens honderd daalders
waard."
Ik lachtte hem in zijn gezicht uit.
Nu zeide hij, «lach maar niet zoo: gij zult
ze er mij immers toch niet voor betalen Maar
ik kan het beest niet gebruiken; bij mij kwijnt
het weg, bij u zou het er spoedig heel anders
uitzien."
Toen sprong ik van mijn ruin en keek den
schimmel in den bek, en zag wel, dat het nog
een jong dier was.
«Wat moet het dan kosten?" vroeg ik, daar
het paard mij weer als smeekend aanzag.
«Neem het maar voor dertig daalders, Mijn
heer?" zeide de kerel, «en dan geef ik u den
halster op den koop toe."
«En toen, vrouw, sloeg ik om den koop te
bekrachtigen, den kerel in de bruine hand
die hij mij toestak en die er bijna als een
klauw uitzag. Op die wijze zijn wij aan den
schimmel gekomen, en goedkoop genoeg, denk
ik Alleen was het wel wat vreemd, dat toen
ik met de paarden wegreed, ik achter mij luide
hoorde lachentoen ik mij omkeerde zag ik
den zigeuner nog wijdbeens en met de handen
op den rug staan en ik hoorde zijn duivelschen
lach.
«Ach," riep Elke uit «als de schimmel je
maar niets van zijn ouden meester meebrengtIk
hoop dat het je er goed mee moge gaan, Hauke."
«Hij ten minste zal het, voor zoo ver ik er
wat aan doen kan, goed hebben!" En de dijk
graaf begaf zich, zooals hij tegeu den jongen
gezegd had, naar den stal.
Maar niet dien avond alleen voerde
hij den schimmel; steeds deed hij dit voortaan
zelf en lette voortdurend op het dier hij wilde
bewijzen, dat hij een goeden koop gesloten
had. in elk geval zou hij zorgen, dat er niets
verzuimd werd
En reeds na verloop van slechts enkele
weken werd het uitzicht van het dier beter,
allengs verdwenen de ruige haren en kwam
er een glad, blauw geappeld vel te voorschijn,
en toen hij het op zekeren dag voor de hofstede
rondleidde, stond het slank op zijn stevige
pooten.
Wordt vervolgd