NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
flo. 92.
Zaterdag 18 November 1905.
Vier-en-dertigsten jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Officieele Publicatie.
HET KIND DER PRAIRIE.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75;
Franco per post door het geheele Rijk f 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 77. Telephooiin». 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7'/» Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Verslag over den landbouw.
De Burgemeester der gemeente
Amersfoort brengt ter kennis van de
landbouwende bevolking, dat gedu
rende de maand December langs de
buizen gegevens zullen worden ver
zameld voor de samenstelling van het
landbouwverslag.
Het is voor de afdeeling «Land
bouw", waar zij wettelijke maatregelen
ter bevordering van Landbouw, Vee
houderij en Tuinbouw moet voor
bereiden of waar zij pogingen moet
doen den afzet van de producten dier
takken van bedrijf in het buitenland
te behouden of uit te breiden, van het
hoogste belang voldoende kennis te
hebben van den werkelijken toestand
in de verschillende deelen des lands.
Deze kennis moet zij voor een groot
deel putten uit bovengenoemde ge
gevens
Hot is met het oog daarop, dat tot
allen, wie het aangaat, het dringend
verzoek wordt gericht, zuo getrouw
en volledig mogelijk de gevraagde
opgaven te verstrekken
Amersfoort, den 16November 1905
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIERS.
Waarschuwing.
In verband met verschillende klach
ten over baldadigheden, gepleegd tegen
automobilisten in de omgeving van
de bebouwde kom der gemeente, vooral
aan den Soesterweg door met stee-
nen als anderszins naar de voertuigen
en inzittenden te werpen, wijst onder-
geteekende op het gevaar, hetwelk
daardoor onstaan kan en verzoekt een
ieder beleefd, doch dringend zich van
dergelijke baldadigheden teonthouden,
daar, bij ontdekking, de wet met de
meeste gestrengheid zal toegepast
worden.
Ouders, voogden, onderwijzers en in
'tjalgemeen zij, die eenigen invloed
kunnen uitoefenen op de opvoeding
der jeugd, worden mede beleefd ver
zocht hunne medewerking in dezen
wel te willen verleenen.
Amersfoort, 16 November 1905.
De Commissaris van Politie
A. NIJHOFF.
Hongersnood in Japan.
De correspondent van de Daily
Telegraph" te Tokio heeft van den
specialen berichtgever van de Jijo
Sjimpo", die de door den hongers
nood geteisterde streken van Japan
bezocht heeft, de volgende beschrij
ving van den toestand aldaar out
vangen
»Van het millioen menschen, die
onder de ramp lijden, ziet de helft
den hongerdood voor oogen, daar ze
niet weten, hoe ze aan de nood
zakelijkste levensbehoeften moeten
komen.
Het komt voor, dat ouders hunne
kinderen veikoopen om maar van de
verantwoordelijkheid voor dezen ont
slagen te zijn en een weinig geld
machtig te worden.
Het volgende geval is typisch voor
den toestand. Een meisje van negen
jaar was als dienstbode 2 yen (on
geveer f 2.40 verkocht, maar de koo-
per wilde, toen hij zag, dat haar
kimono zoo versleten was, slechts
70 sen (ongeveer 18 stuivers betalen.
Met deze geringe som vertrokken
de ouders naar Hokkaido om daar
arbeid te zoeken, terwijl ze een oude
grootmoeder in huis achterlieten.
Een groot aantal menschen heb
ben al hun huisraad verkocht en
daar de Japansche huizen bij gebrek
aan brandstof zeer koud zijn, graven
ze holen in den grond om daar den
winter door te brengen. De bodem
daarvan bestrooien ze met haksel en
het gat wordt van boven bedekt met
droog gras.
Men ziet te midden van die ellende
schreeuwende contrasten. Een der
drie middeldorpen van Japan heeft
met het oog op een mogelijken mis
oogst, zoo groote voorraden aan koren
opgestapeld, dat men daar zelfs ge
noeg heeft als de hongersnood twee
jaar duurt en is dus natuurlijk het
voorwerp van jaloezie voor de geheele
omgeving.
En de Japanner kan toch met zoo
weinig toe. Drie yen (ongeveor f3.6Ü)
per inaand is genoeg voor het levens
onderhoud van een persoon."
Maandag zullen de vertegenwoor
digers der Zemstvo's en steden te
Moskon bijeenkomen voor de beraad
slaging over de houding, die zij tegen
over het manifest van 30 October
en tegenover het door graaf Witte
gevormde kabinet zullen aannemen.
L)il congres zal van zeer groot be
lang zijn voor de toekomstige ont
wikkeling van Rusland; want het zal
duidelijk worden, welke groepen wer
kelijk democratisch zijn, welke groe
pen slechts de meeloopers van de
eenige georganiseerde partij der bur
ger-maatschappij waren.
Dat een scheiding komen moet is
sedert het jongste Zemstvo-congres
duidelijk geworden toen bleek reeds
dat zich de aanhangers van Schiphof
en de tegenstanders van het toeken
nen van autonomie aan de grens
landen van de meerderheid zullen
afscheiden. Sedert dat congres heb
ben deze boide groepen gelegenheid
gehad zich te organiseeren. De Slav-
janophielen, zooals de aanhangers van
Schiphof zich noemen, zijn meeren-
deels Russen uit Moskou de tegen
standers der autonomie aan de grens
landen vindt men voornameiijk onder
de liberale ambtenaren en de conser
vatieven intellectueelen.
Men verwacht derhalve van het
nivude congres een besliste beginsel
verklaring. Mocht die tot een schei
ding leiden dan zou Witte zich bij
de meerderheid aansluiten. Een vrij-
conservatief leider, de heer Demts-
jinski wil nog verder gaan. In sSlowo"
schiijft hij een artikel, waarin hij de
noodzakelijkheid betoogd dat het
nieuwe congres, samengesteld uit ge
kozen vertegenwoordigers van de Zem-
tvo's versterkt wordt met gekozenen
der Sojus Sojusof, en dan naar Peters
burg verhuizen, waar het zich naast
Witte moet plaatsen als adviseerend
lichaam. Het zou Witte dan kunnen
helpen om de kieswet voor de Rijks-
doema uit te werken en als voor-
loopige regeering kunnen optreden.
Wij weten echter uit de mededee-
lingen van profesor Miljoekof, dat de
meerderheid van het Zemstvo-congres
daarop volstrekt geen plan heeft.
De bedoelee Sojus Sojusof of «Bond
der Bonden" is het goed georgani
seerde centraal bestuur van de vele
in Rusland bestaande vakvereenigin-
gen. De medewerking van dien Bond
der Bonden zou er allicht toe kun
nen bijdragen, om het Zemstvo-con
gres van zijn oorspronkelijk plan te
doen afwijken en een soort Conventie
te vormen. Maar daartegen zullen
de gematigde elementen zich zeker
wel met kracht verzetten.
De groothertog Adolf van Luxem
burg is hedenmorgen op het kasteel
Hohenburg gestorven.
[Adolf Willem Karei August
Frederik, groothertog van Luxem
burg, hertog van Nassau, werd den
24en Juli 1817 te Biebrich geboren.
In 1839 volgde hij zijn vader, YVilhelm,
op als hertog van Nassau, welke
Staat aangesloten was bij de Pruisi
sche Unie. Toen deze uiteen viel be
wandelde de Nassausche regeering den
reactionnairen weg. De grondwet van
1849 werd in 1851 afgeschaft. Eerst
in 1863 dregen de liberalen weer de
meerderheid bij de verkiezingen voor
de Tweede Kamer, zoodat de grondwet
van 1849 weer ingevoerd werd. Onder
den invloed van zijn adjudant, gene
raal v. Zimiechi, helde de hertog in
de Duitsche quacstie over naar de
zijde van Oostenrijk. In 1866 gaf
hij bevelen tot mobilisatie van het
Nassausche contingent en vroeg een
krediet aan de Kamers van 500,000
gulden. De liberalen stemden tegen
clit krediet, zelfs nadat de Nassausche
regeering den 14en Juni op den Bonds
dag vöör Oostenrijk gestemd had.
De hertog verliet den 15en Juli de
residentie toen de Pruisische troepen
zijn gebied binnenrukten. Hij ging
naar Mainz, daarna naar Augsburg,
terwijl de Nassausche troepen bij Giinz-
burg aan den Donau geconcentreerd
lagen. De landraad van Wetzla, Von
Diest, regeerde als Pruisisch rogeerings-
commissaris, totdat den 3en October
1866 Nassau bij Pruisen gevoogd werd.
Toen moest de hertog afstand doen
tegen een schadeloosstelling van 15
millioen gulden, Verder behield hij
het recht op te treden als groothertog
van Luxemburg, waarop hij aanspraak
mocht maken, wanneer de mannelijke
linie der Oranje's zou uitgestorven
zijn.
Uit gebeurde in 1890 toen or.zo
koning Willem 111 overleed; volgens
de Luxemburgsche grondwet mocht
koningin Wilhelmina daar niet opvol
gen, daar de wet vrouwen van de
regeering uitsluit.
Groothertog Adolf heeft één zoon,
Wilhelm Alexander, die hem als
groothertog kan opvolgen. De nieuwe
groothertog werd in 1852 geboren,
en is sedert 1893 gehuwd met Marie
Anne, infante van Portugal. Hij heeft
slechts zes dochters, die dus in Luxem
burg niet kunnen opvolgen, op grond
dqrzelfder wet die koning Wilhelmina
van dè opvolging uitsloot. Verder is
er geen mannelijke afstammeling van
het geslacht Nassau meer.
Groothertog Adolf had een broe
der, Nikolaas, die onlangs overleden
is; deze was morganatisch gehuwd
met de gescheiden vrouw van den
heer Doubelt. Hunne kinderen zijn
graven en gravinnen van Merenberg.
Voorts had groothertog Adolf een
zuster, die gehuwd is met den groot-
FRANZ TRELLER.
13
«Hij heeft een wonderbare gave om de dieren te temmen,1'
sprak de trapper. «Deze schimmel een edel dier, maar zeer
wild, dat pas sedert enkele weken in ons bezit is, durfde
niet van zijn plaats te gaan toen het de gevreesde lasso van
den dwerg zag, en ik ben overtuigd dat de schrik nog in
zijn beenen zit als hij hier aankomt!"
De schimmel die Puck met zijn beenen als met ijzeren
banden omklemd hield, kwam in woesten vaart aangerend.
Een ruk aan den teugel lasso en het heerlijke dier stond,
bevende en sidderend stil. De dwerg sprong af en streelde
en kalmeerde zijn paard toen met lieve woordjes.
«De wilde bliksem steeds nog geen gehoorzaamheid leeren,
ik zal hem vastbinden Oom."
«Doe zulks, dat zal hem goed doen, de Vos kan met de
anderen gaan."
Zoo gingen zij, door de paarden gevolgd, Puck leidde
den schimmel aan de lasso, naar het maïsveld, en voerde
ze met de halfrijpe kolven, een lekkernij voor de dieren.
«Houdt den Donder, den Bliksem en Vos hier, Puck, wij
zullen straks een rit in de prairie doen."
Terstond liep de dwerg naar zijn hol en kwam met hal
sters terug die hij de paarden aandeed en aan de omhei
ning van het maïsveld bevestigde, ook wierp hij hen rijkelijk
maïs voor.
Hierop gingen ze naar de Shanty.
«Ben je niet moe kind?" vroeg de trapper onderweg.
«Neen," was het antwoord, «ik gevoel me in uw gezel
schap zoo gezond en sterk als vroeger."
«Nu goed we zullen eens zien hoe een hinken rit je
bekomt."
Er werden eenige voorbereidselen tot den tocht gemaakt,
ook voedingsmiddelen op doelmatige wijze ingepakt.
Puck ging heen om de paarden te zadelen en bracht
ze toen voor.
«Neem nu een buks mee Paul, je moet leeren hoe men
te paard daarmee omgaat; 't is niet zoo gemakkelijk als
het schijnt, die zonder bezwaar mee te nemen. Jij, Puck,
kunt je boog meenemen opdat onze gast zie hoe men op
de wijze der Indianen op de jacht gaat."
Toen sprongen ze te paard, Puck nam den Schimmel,
Paul den Vos, terwijl de trapper het grootste besteeg.
Hij en de dwerg hadden behalve hunne wapens ook nog
de lange lasso aan het zadel.
Zoo draafden ze bij heerlijken zonneschijn de prairie in,
stilzwijgend, onder den indruk dier wel eentoonige doch
in zijn onafzienbare uitgebreidheid, aangrijpende steppe.
Paul betoonde zich een goed zadelvast ruiter, die goed
met zijn paard wist om te gaan. Als met zijn paard aan
een gegroeid, paard en ruiter het levende beeld van een
centour, zat de dwerg in den zadel, terwijl zijn valkenoogen
over de steppe vlogen.
Zij reden nu stapvoets.
«Vindt je het niet heerlijk, jongen, op een flink paard
zóó te rijden!"
«Ja verrukkelijk!"
Gedurende hun rit hadden zij meermalen grijze hazen
konijnen en prairiehoenders opgejaagd, zonder daar verder
acht op te slaan.
Toen nu meer dan vijftig pas ver een hoen opvloog,
greep Puck SDel zijn boog en schoot een pijl af die het
dier den nek doorboorde. Rechts van hen streek een heele
vlucht op, een tweede pijl van Puck's boog haalde nieuwe
buit uit de lucht.
Paul zag met verbazing die zeldzame vaardigheid in het
gebruik van zoo'n primitief wapen.
«De meest geoefende Indiaan schiet niet beter," zei de oude.
»Ja", sprak Paul, «dat is bewonderenswaardig."
«Pijl goed, als geen kruit, of buks kapot," riep op zijn
eigenaardige, moeilijke wijze van spreken, de dwerg uit.
«Maar hoe hebt ge deze buitengewone bekwaamheid
verkregen
«Gezien van rooden man, hem spoedig namaken; alles
wat rooden man kan, kan blanke beter."
«Ik had drie jaar geleden een poos een jongen CheijenDe
bij mijde zoon van het opperhoofd van die stam, de
«donkere wolk".
Hij was hier in de buurt met zijn paard gevallen en
had zijn been gebroken.
Wordt vervolgd).