NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEUILLETON. BUITENLAND. DE TOESTAND IN RUSLAND. BINNENLAND. flu. 100. Zaterdag 16 December 1005. Vier-en-dertigsten jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Plaatselijk Nieuws. HET KIND DER PRAIRIE. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad f 0.75; Franco per post door het geheele Rijk f 1. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langestraat 77. Telephoomio. 69. ADVERTENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7Cent. Advertentiên viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte De Petersburgsche correspondent van het «Berliner Tageblatt seint, dat uit Riga het sensationeele doch volkomen bevestigde bericht komt van een nieuwen onafhankelijk en staat in het Russische Rijk, namelijk een Lettische republiek in Lijfland en Koerland. Boeren uit deze beide pro vinciën hebben te Riga een con gres gehouden en het besluit genomen terstond de republiek in te voeren. Ik behoef hier slechts bij te voegen, gaat hij voort, dat dit besluit niet slechts op het papier bestaat, doch op energieke wijze wordt uitgevoerd. De boeren hebben in Zuid-Lijfland reeds alle bestuursambtenaren verjaagd en door zelf gekozen ambtenaren vervangen. Alle kroegen, koffiehuizen en brandewijnwinkels op het platte land zijn gesloten, evenals alle bier brouwerijen en distilleerderijen. De pachtovereenkomsten met de landeige naars zijn voor vervallen veiklaard en alle betrekkingen met de Russische regeering afgebroken. De landerijen worden onder de pachters veideeld. Wie niet vrijwillig aan de nieuwe regeering gehoorzaamt wordt dood geslagen. De Russische regeering heeft, naar gemeld wordt, geantwoord met de instelling van een algemeen gouver neurschap over de Baltische provin ciën, dat waarschijnlijk doorgeneiaal Sollogab zal worden vervuld. Omtrent den toestand te Peters burg seint Gaston Leroux aan de «Matin" dat het te Petersburg vrij rustig zou zijn, zoo men niet in ge- statige vrees leefde voor «hooligans", het misdadige plebs. Wegens hun optreden heeft de minister van onder wijs den studenten en leerlingen der hoogescbolen toegestaan hunne uni formen uit te laten, daar dit hen bij de «hooligans" dadelijk in het oog- loopen deed. Omtrent de geruchten over- een ministercrisis seint de heer Leroux dat wellicht eenige ministers hun ontslag zullen indienen, zooals die van justitie en van handel. Maar men moet om enkele min belangrijke wijzigingen in de regeeringsbeambten daarom nog niet dadelijk van een minister-crisis spreken zegt hij. Graaf Witte is nog altijd meester van de situatie, en de geruchten over het instellen eener dictatuur moeten niet al te ernstig worden opgevat. De «Times"-correspondent zegt dat de toestand vrijwel stationnair blijft. Evenwel hebben de beursmenschen te Moskou besloten geen belasting meer te betalen wanneer de regeering mocht volharden bij de houding, tegen de stakende post- en telegraafbe- arnbten ingenomen. Verder heeft een groep groot-grondeigenaars het plan opgevat een kozakkencorps te orga- mseeren tot het nemen van repre saillemaatregelen tegen de boeren daar de regeering geweigerd heeft nieuwe troepen te zenden om de agrarische onlusten te onderdrukken Kras is hel bericht van den zelfde «Times"-correspondentdat graaf Ignatief op order van den Tsaar zou zijn gearresteerd, omdat hij een complot zou hebben gesmeod tot het instellen eener dictatuur. Het com plot zou door graaf Witte zijn ont maskerd. Een onderzoek in het huis van graaf Ignatief ingesteld heeft geen licht in deze zaak gebracht. Te Odessa hebben zich eindelijk nieuwe gevallen van insubordinatie voorgedaan; zonder dat evenwel de soldaten tot gewelddadigheden over gingen. De pas ingestelde Volksvertegen woordiging van Montenegro zal heden voor het eerst vergaderen. Den 19den Dec. (Russische St.- Nicolaasdag) zal de Grondwet worden afgekondigd. Er worden bij die gelegenheid groote feesten gevierd. Het volk is zeer dankbaar gestemd jegens Vorst Nicolaas, die uit eigen beweging zijn volk een Grondwet gaf, in navolging van Rusland, maar die nu zijn vriend den Czar vóór gaat, en wiens volk aan het Russische een voorbeeld geeft! Dr. Kuyper te Smyrna. The Levant Herald van 5 dezor bevat de volgende mededeelingen om trent Dr. Kuypers verdere reis in het Oosten Dr. Kuyper, de gewezen voorzitter van den Nederlandschen Ministerraad, die, na een uitstap in Anatolië, te Smyrna was aangekomen, heeft deze stad Zaterdag verlaten, om zich te begeven naar Jeruzalem en verder naar Egypte en naar Griekenland. Te Smyrna heeft Dr. Kuyper aan Dr. Zurukzoglou, directeur van de Réforme, zijne indrukken medegedeeld, welke hij verkregen had op zijne reis naar Koniah en andere deelen van Anatolië. Overal was hij met warmte ontvangen. Vooral de autoriteiten van Koniah en Afion Karahissar hebben hem schitterend ontvangen. Dr. Kuyper heeft ook Efeze bezocht «Die tocht", zeide hij, «heeft al mijne wenschen vervuld Zijne Hoogheid de Vali had mij een extratrein aangeboden, en een bezoek van drie uren aan die machtige ruïnes aldaar, heeft op mij een diepen indruk gemaakt. «Met de grootste belangstelling heb ik geluisterd naar de verklaringen, welke de Oostenrijksche oudheidkun digen, belast met de opgravingen, mij gaven over de gebouwen en de voor werpen, welke zij aan den dag brach ten. Ik zal de herinnering aan die wonderen bewaren, evenzeer als die aan de vriendelijke voorkomendheid, welke men mij bewezen beeft Saïd Pacha, de waardige zoon van uwen Gouverneur-Generaal, is zoo vriendelijk geweest mij op dezen interessanten tocht te vergezellen en te zorgen, dat niets ontbrak om mij het bezoek aan Efeze zoo aangenaam mogelijk te ma ken. Ik heb geen woorden genoeg om mijn dank te uiten." Sprekende over de leden van de Nederlandsche kolonie te Smyrna, heeft Dr. Kuyper gezegd, dat wij voor uitgaan en dat zij de traditiën hun ner voorvaderen voortzetten en on- verandelijk de liefde voor het moe derland behouden. Ten aanzien van de veelbesproken toenadering tusschen Nederland en België heeft de gewezen voorzitter der Ministerraad gezegd, dat die toe nadering gewenscht wordt, dat hij voorstander is van de verbroedering tusschen beide volken en dat hij een der aanstichters van die verbroede ring is. Loterij «vet. De kantonrechter te 's-Gravenhage deed gisteren uitspraak in de zaak van den heer J. van Duijsen aldaar, die vóór 14 dagen zich had te ver antwoorden wegens overtreding van de Loterijwet, door verkoop van aan- deelen in de door hem genoemde 3 Nederlandsche Elïecten-premieleening. De beklaagde is vrijgesproken, zijnde niet bewezen, dat hij ten verkoop aan wezig had aandeelen in bedoelde lee ning of loterij, waar, zoowel door be klaagde, als door de getuigen alhier gesproken is van kortingsbewijzen, die wel is waar een nummer droegen van de Staalsloteiij, maar niet kunnen beschouwd worden als aandeelen, waar van de wet spreekt. Tentoonstelling van het Gildewezen. Reeds geruimen tijd zijn plannen in voorbereiding van eene tentoonstelling van voorwerpen, betrekking hebbende op het gildewezen. Daartoe heeft zich een commissie gevormd, waarin zitting hebben de bestuurders van de Maat schappij «Arti et Amacitia," benevens verschillende andere kunstenaars en deskundigen. De commissie is saam- gesteld uit de heeren pi of. Bart van Hoven, A. M. Gorter, C. G. 't Hooft, Jan van Oort, H. W. Jansen, A. J. Dei kinderen, prof, P Dupont, L. W. R, Wenckebach, mr Ch. Enschedé en John F. Hulk, secretaris. De tentoonstelling zal gehouden worden tijdens de Rembrand-feesten, in de zalen van «Arti", te Amsterdam. De commissie heeft zich gewend tot de provinciale en gemeentelijke besturen, met de bedoeling een over zicht te krijgen van de verschillende gilden en hunne bezittingen. Onder den steun van Rijks en provinciale archivarissen is zij daarin reeds Voor een groot deel geslaagd, in het bij zonder wat betreft Friesland, Zuid- Holland en Noord-Brabant. In de laatste provincie zijn nog wel 150 verschillende corporatie*, die de tra dities der middeneeuwsche gilden levendig houden en die in het bezit zijn van merkwaardige voorwerpen, documenten, penningen, zil veren schut- tersprijzen, enz. Men denkt hierbij van zelf aan de oude gilden van Heusden, in den jongsten tijd dikwijls ter sprake gekomen. Door bemiddeling van de firma Ftederik Muller en Co. zullen ook de gedenkstukken der Heusden- sche «schutters" op de tentoonstelling te bezichtigen zijn. In elk geval is het tot stand komen dezer expositie verzekerd, maar iu enkele provinciën schijnt de mede werking nog niet zoo voldoende als noodig zou zijn vooreen volledig over zicht van alles wat op het gebied in ons land is overgebleven. Donderdagochtend werd van uit Den Haag naar het familiegraf te Velzen overgebracht het lijk van den majoor der cavalerie jhr. Roreel, aan het Hollandsche Spoorstation uitgeleid door eenige generaals, hoofd en verdere officieren der cavalerie, waarvan een deputatie van het 3de reg. huzaren .naar de begraafplaats de lijkbaar ver gezelde, alwaar de Koningin vertegen- FRANZ TRELLER. 21) Paul geraakte in een droomerige stemming toen hij zoo nit de diepte der kloof naar den hemel zag. Hij gevoelde zoo vol de schoonheid der almoeder aarde, als zij zich in feestkleed vertoont en hij begreep nu beter dan voor eenige weken de geweldige aantrekkingskracht der eenzame ver heven natuur. Zijne huisselijke omstandigheden baarden hem weinig zorg, want hij wist zijn bezittingen, ook als zijn oom James er niet was, goed verzorgd door den ouden Brown. Zoo dikwijls had hij in deze weken nagedacht over de omstandigheden, onder welke hij in de wildernis gekomen was, maar hij vond ook geene andere oplossing van het raadsel dan die welke door den trapper was aangegeven namelijk dat de Cowboys hem als getuige eener misdaad uit den weg wilden ruimen en de misdadiger den moed gemist hadden hem eene kogel door het hoofd te jagen. Met blijde voldoening dacht hij er aan, hoe hij tehuis teruggekeerd vrienden en buren van zijn avonturen zou vertellen en hoe zij met groote verbazing naar zijn mede deelingen zouden luisteren. Puck, die evenals Paul stil zwijgend had gelegen, ver brak deze droomerij door zijn makker uit te noodigen hem te helpen de huiden bij het water te brengen. Paul sprong snel op. Daar de dwerg een eindje verder stroomaf aan den rotsachtige oever een plaats meende te zien waar de afdaling veel gemakkelijker was dan op de plaats waar zij nu waren, liep hij, door Paul gevolgd, daarheen. Nog hadden zij geen tachtig schreden gedaan toen Puck in eens stilstond en dat sissend geluid uitstiet dat hij al tijd liet hooren als hem plotseling iets verbaasde of trof. »Wat is erl" vroeg de jongeling. Puck antwoordde niet, maar staarde voor zich uit en daarna keek hij rond met de scherpe waarneming van een zoekend wild dier. Paul trad op hem toe en bemerkte tusschen de steenen de overblijfselen van een vuur. Toen zag hij den dwerg aan en bemerkte dat de kleine man zeer ontroerd was. «Wat is er?" vroeg hij nog eens. Puck wees zwijgend op dat verkoolde hout. "Wat ontroert je zoo?" Op bevenden toon antwoordde hij»de Kiowa." «Vrees gevaar?" "De Kiowa," herhaalde de dwerg met nadruk en voegde er dan op diep smartelijken toon hij; "God zij oom ge nadig "Laat mij niet zoo in onzekerheid, Puck, wat vreest gij? En hoe kunt ge uit deze asch de aanwezigheid van Kiowas besluiten "Vuur, dezen nacht gebrand lagen hier de Kiowas. Daar houtgehakt," hij wees naar het kreupelhout, "hier gekam peerd," en hij toonde Paul verscheidene uit takken bereidde legerplaats tusschen de rotsblokken. "O, o. waar waren mijne oogen? God zij hem genadig; het geldt oom, oom I" Zijne oogen slaande als die van een panther terwijl hy de rots holen rondom doorzocht. Toen siste hij«over naar de paarden, naar de Skantij." Paul begreep dat zijn vriend aan een groot gevaar voor den trapper spraken toen werd ook hij hevig ontroerd. Zij'dach ten niet meer aan de buffelhuiden, maar schreeuwden, Puck vooraan, door het stroomende water en kwamen van rots blok tot rotsblok wadend gelukkig over. Puck klom op met zoo'n kracht en vaardigheid dat hij reeds boven was toen Paul nog halverwege met inspanning opklauterde. Puck floot de dichtbij grazende paarden, die gehoorzaam naderden en waren aangekomen toen Paul eindelijk boven den rand der kloof opdook. »In het zadel," steunde de dwerg meer dan hij sprak, »en dan rijden, rijden." Zij bestegen de paarden, zagen naar hun buksen en toen joegen zij in snellen draf naar Sbankij terug. In rechte richting voortrijdend sneden zij een groote kromming van den Arkansas af. Zwijgend reden zij zoo snel mogelijk door de prairie, Puck met valkenoogen de vlakte overvliegend. Zij hadden drie uren in onafgebroken draf afgelegd toen de vos sporen van uitputting begon te vertoonen. «Geef hem de sporen, er is geen tijd te verliezen." Na nog een half uur van woest rijden waren zij tegen over de Shanty aangekomen. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1905 | | pagina 1