NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
HERFSTGEDACHTEN.
BINiNENLAND.
KERSTNACHT.
No. 94.
Zaterdag 24 November 1906.
Vijt-en-dertig8te jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75;
Franco per post door het geheele Rijk 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 77. Telephoon n». 09.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/i Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
De zomer is heengegaan met al zijn
kleur en pracht. Wij kunnen over
dezen zomer tevreden zijn wij hebben
genoten van het schoone, dat ons
deze weelde-tijd aanbiedt, hier en daar
en overal! Wij verlustigen ons in de
pracht, die de zomer overal tentoon
spreidt en genoten van hotbetooverend
en veelstemmig lied van de gevederde
bewoners onzer schoone bosschen
Het was ons gegund buiten te zitten
en op te zien naar die millioenen ster
ren, die bloemen des hemels en te
luisteren naar bet plechtig Hallelujah,
zooals dat sterren zingen in warme
zomernachten.
Wat is de zomer in een groot ge
deelte van ons werelddeel toch kort
en wij menschenkinderen, wij hebbon
zoo'n behoefte aan den troost der
natuur.
't Is zoo'n verkwikking om den
dagelijkschen arbeid een* af te wisselen
met het zien naar de velden, waarvan
bet frissche groen wordt afgew.sseld
door het zilver van den vliet, het
purper van de druiven het goud van
het graan, 't Is zoo bemoedigend om
te staren naar die statig wuivende
halmen, die in hun aren dragen het
kostelijk brood van ons bescheiden
deel. Want wij zijn immers mede de
vruchten van den ai beids des ploegers,
die aan anderen het overlaat om zich
met rondedans en feestzang te ver
maken en van den noesten vlijt van
den zaaier, die ter juister tijd de korrels
rondstrooide op den toebereiden akker
waardoor ze vruchten dragen konden,
dertig-, zestig- en honderdvoud. Als
de landman de korrel aan de aarde
toevertrouwt, dan komt er beweging
in den korrel, die tot ontbinding leidt,
waaronder tientallen andere korrels
gevormd worden. En deze kleine ge
schiedenis van den graankorrel staat
in verband met de wolken, die daar
drijven boven ons hoofd en met de
warmte gevende stralen der zon en
met tal van andere dingen meer.
Zoo voeren dood en ontbinding onder
den grond tot leven en vruchtbaarheid
der ruischende aren en halmen.
Welk een blij aanschouwen be
zorgen ons die talrijke bloemen,
wier geuren de lucht balsemen, wier
kleuren zoo rijk en diep van. toon
zijn. Waar bloemen ontbreken is het
woest en ledig. Bloemen zijn een deel
van ons levon. In 't spel der kinderen
in 't verkeer der verloofden, doen ze
mee. Ze worden gevlochten om den
koperen, zilveren en gouden kroon
van den echt. Ze prijken ook op de
graven onzer dooden, door liefdehand
geplant. In ons is er iets dat hun
kert naar builen, naar bosch en
beemd, naar veld en weide Wij kun
nen niet buiten de natuur en haar
rijkdom. En ge behoeft niet ver naar
buiten om natuurschoon te genieten.
Wij Nederlanders zijn rijk bevoor
recht al missen wij ook trotsche ber
gen en snelvlietende stroomen. Wij
hebben onze rustige rivieren, ons
vogelenheir, onze zee, die schepen op
zich en allerlei schepselen in zich
draagt. Wij hebben onze heide, onze
stille heide, die voornamelijk in den
herfst zoo schoon is. Want deze
anders zoo dorre vlakten, krijgen
thans met bloeiende erica's, wier
diepe paarsche kleur de gansche heide
als in gloed zet. Eens in het jaar zal
de dorre heide bloeien, dan wordt
over haar als uitgegoten een kleur
zoo innig mooi, dat hij verheugenis
brengt over allen die haar aanschou
wen.
En in de herfstmaand maken zich
de boomen gereed, een bont blader
tapijt voor onze voeten uit te sprei
den. De hevige regens zijn noodig
om de bladeren van de bladstelen te
doen loslatende wind moet waaien
om loof en vrucht af te schudden
van de nog zwaar beladen takken.
Als na verloop van dagen de storm
zich beeft neergelegd en de lucht is
opgeklaard dan zullen andermaal de
boomen prijken niet in groenen dos,
maar in goud purper en scharlaken.
Nog welsprekender dan het teedere
lentegroen zullen zij de spreuk der
ouden nazeggen, dat het geslacht
der mensch is gelijk aan dat der
bladeren.
Een Vlaamsch dichter heeft ons
eens voorgezongen
»Wat hebt ge dezen zomer vergaard
[en opgedaan?
Gedachten zonder einde, gekomen
[en vergaan?"
Hij is wel te beklagen, wie het na
moet zeggen.
Het veldgewas voedt duizenden schep
selen en het zomersclioon evenzeer is
het voedsel voor het geestesleven. Als
kostbare gaven bergen wij weg in de
schuilhoeken van ons gemoed de
rust van het groene woud, de blijheid
der zingende vogels, de nachtegalen-
slag, de frischheid en kracht van al
wat tierde en bloeideen ons oog in
't einde hebbende ingedrongen den
vuurgloed van het najaarsschoon zal
daaraan nog licht genoeg ontleenen
voor het winterlandschap en werkkracht
in den dooden, donkeren winter.
Z. K. H. Pi ins Hendrik heeft
wederom blijk gegeven van zijne groote
belangstelling in de vereeniging «Het
Nederlandsch Natuur-en Geneeskundig
Congres" welker streven het is, de
natuur- en geneeskundige wetenschap
pen in ons vaderland te bevorderen,
door het eere-voorziiterschap van het
Xle Congres, dat in April 1907 te
Leiden zal bijeenkomen, te hebben
aanvaard.
Niet toelaatbaar I
Op het Loo is aangekomen een
bezending koeien, door prins Hendrik
in Friesland gekocht en bestemd voor
Dobbin, doch door de Duitsche douane
niet toegelaten. De dieren zijn thans
in een hulpstal in het kon. park gestald.
Nieuwe postzegels.
Binnenkort zullen we een serie
nieuwe postzegels krijgen, die echter
maar van 20 December tot 2 Janu
ari geldig zijn en alleen in de waar
den van 'It cent tot 3 cent zullen
uitgegeven worden. Deze postzegels
zullen tweemaal zoo groot zijn als de
thans in gebruik zijnde en alleen voor
het binnenlandse!) verkeer geldig zijn.
Het zijn zoogenaamde gelegenheids
zegels, die van rijkswege ten voor-
deele van de vereeniging tot bestlij
ding der tuberculose naast de gewone
postzegels zullen worden verkocht en
tweemaal zoo duur als hun waarde
zullen zijn. De vereeniging hoopt op
die manier een aardig sommetje bij
elkaar te krijgen voor de bestrijding
van de vreeselijke ziekte, daar de helft
van de opbrengst in de kas der ver
eeniging zal gestort worden.
Men heeft juist den tijd van 20
December tot 2 Januari gekozen, om
dat dan bij de posterijen, wegens
Kerstmis en den Nieuwjaarsdag in de
lage waarden liet meest omgaat.
Een dames comité heeft zich te
Amsterdam gevormd om bij de voor
naamste kantoren daar ter slede be
zoeken af te leggen en te trachten
van deze zegels te slijten.
Nog zij vermeld, dat de zegels,
die weder aan het rijk vervallen als
op postwissels en posipakketkaarten
door het rijk weer zullen worden af
gestaan ten voordeele der vereeniging.
Natuurlijk zijn de gewone zegels
ook geldig, maar we hopen, dat zeer
velen langs dezen weg, die ook o a
in Denemarken voor een dergelijk
doel gebruikt is, veel zullen brengen
in de kas van de zoo nuttige ver
eeniging. N. v. N.
Eenheid van tijd I
Het bestuur van den Middenstands
bond noodigt alle aangesloten ver-
eonigingen uit een adres van adhaesie-
betuiging met het voorgestelde wets
ontwerp betrelïende de invoering van
den Midden-Europeeschen tijd aan
de Tweede Kamer te zenden.
In het jongste nummer van De
Middenstandsbond schrijft de heer
Frans Matthijsen over de tijdsver
warring ten onzent en bepleit tijds-
vervroeging.
«Vroeg in en vroeg uit de veeren".
Hij besluit aldus:
»'t Gaat op zoo'n manier niet langer.
De middenstand heeft, nadat die
tijdsverwarring reeds jarenlang veel
last en ongerief en schade veroorzaakt
heeft, eindelijk verkregen, dat een
wetsontwerp werd ingediend, waarbij
aan dit alles een einde werd gemaakt
en waarbij tevens rekening werd ge
houden met de wenschen van het
grootste en integreerendste deel onzer
natie. Waar het groot kapitaal, ge
ïnteresseerd als het is bij groote
maatschappijen van iichtfabricatie en
vervoer, om redenen van eigenbelang
een manifestatie optouwgezet heeft ter
verwerping der voorgestelde wettelijke
tijdsbepaling en ter verdediging eeuer
impopulaire en ongezonde Engelsche
tijdsberekening, daar is het nu het
recht, doch tevens de plicht van de
middenstanders om te wapen te komen
voor de bedreigde landsbelangen.
Wij wekken daarom al onze ver-
eenigingen op, om door het onver
wijld indienen van sympathiebetuigin
gen in den vorm van adressen aan
de Tweede Kamor, dit lichaam te
verzoeken de voorgestelde wet tot
invoering van den Midden-Europee
schen tijd, als de wettige tijdregeling
voor Nederland, te willen aannemen.
Men schrijft aan het »N. v. d. D."
Tusschen Nijmegen en Weurt zijn
weer een aantal voorwerpen gevonden,
betrekking hebbende op den tijd dei-
Romeinen in ons land, echter van 200
jaar later dan de vroegere vondsten
aan den Berg-en-Dalschen weg.
Verschillende graafcombinaties heb
ben zich gevormd, teneinde verdere
naspoiingen te doen in die oude be
graafplaatsen naar de voorwerpen,
welke bij de dooden werden neder-
gelegd.
UIT HET ZWEEDSCH
Soplxie ZEllzan.
2)
Het was een geweldige verandering geweest
en zoo volkomen was alles, omgeving, omstan
digheden en lot, veranderd, dat zij bij oogen-
blikken een gevoel had alsof zij het leven van
een ander doorleefde, zooals men zich dat som
tijds kan verbeelden in den droom. Maar dat
was alleen het geval in de betrekkelijk rustige
uren, zooals deze thans. Er waren andere
oogenblikken, waarin zij er geen seconde aan
twijfelde of het was wel haar eigen levensgeluk,
dat op het spel stond, uren waarin de angst
haar met ijzeren hand aan de wortels des harten
wrong.
Pas sedert kort en op de uitdrukkelijke ver
klaring van den dokter, dat hij niet voor haar
instond, indien zij door oververmoeienis ziek
werd, had zij de non tot zich laten komen.
Het had haar veel gekost de zorgen voor haar
echtgenoot aan een vreemde over te laten.
Maar het duurde niet lang, of zij zag in dat
zulk eene groote, vaste handigheid als die der
geestelijke zuster alleen eigen kan zijn aan
iemand, die zich van hare eerste jeugd geoefend
had in de taak van ziekenverpleging en wier
hand niet onzeker werd of beefde van onrust
over de kranke zelf. Zij gevoelde al spoedig
eene oneindige voldoening te beseffen, dat hij
de best mogelijke hulp ontving en niet meer
te moeten leven onder den vreeselijk drukkenden
angst een misslag of de eene of andere onvoor
zichtigheid te begaan.
Maar hoe onverklaarbaar was het niet dag
in dag uit te moeten leven aan de zijde eener
vrouw, van wie zij niets anders afwist dan dat
zij een liefdezuster van het Sacré Coenr was
en Soeur Simone genoemd werd niet heette
die zelve niets afwist van haar dan dat zij
de echtgenoote was van den zieken heer in
Villa Giulia.
Het schonk haar een gevoel als droeg zij
een dwangbuis over haar rijk gevoels-en ge-
dachtenleven. Zij konden evenals heden uren
achtereen bij elkander zitten zonder een enkel
woord te wisselen. Het was alsof eene non
overal hare kloostercel met zich medevoerde,
om zich daarin op te sluiten.
De wereld daarbuiten die wereld, waarin
echtgenooten en ouders, kinderen, zusters en
broeders bijeen zjjn en wonen, waar men liefheeft
en kampt voor zijn eigen persoonlijke liefde en
geluk bestond niet voor haar, mocht niet
bestaan. Vanwaar de lieden kwamen, aan wie
zij hare barmhartige zorgen wijdde, welke hunne
familie-omstandigheden, hunne gevoelens, hunne
inzichten waren,liet haarvolkomen onverschillig.
Het eenige wat zij waarlijk wist was, dat
zij niet het alleen zalig-makend geloof bezaten.
Dat was toch bijna overanderKjk het geval
met deze vreemdelingen. Of zij in Engeland,
Duitschland of een ander kettersch land tehuis
behoorden, waarvan zij den naam wellicht nooit
gehoord had, of zij bejaarde ouders of kleine
kinderen achter gelaten hadden, daarmede be
hoorde zij zich niet bezig te houden, daarover
had zij niet na te denken. Hare taak buiten
het klooster was het verplegen van zieken en
die volbracht zij met onberispelijke plichtsver
vulling.
Dit volkomen gemis aan belangstelling in al
wat de ziekte niet betrof, werkte in den aanvang
bijna ondragelijk afstootend op de jongeZweed-
sche. Het was alsof er een ijsmuur tusschen
de heide vrouwen opgetrokken werd. Maar
van lieverlede begon zij dat geheel anders in
te zien. Het kwam haar voor alsof de geestelijke
zuster, wanneer zij daar bij het bed zat en hare
gebeden las, beschermgeesten tot de kranke
riep, alsof zij den schakel vormde tusschen hem
en eene hoogere wereld, als bracht het rust
I en kalmte zich van die schutsengelen omgeven
te gelooven.
Zij zou het ten slotte niet anders hebben
verkozen en zij dacht er met eene huivering
van schrik over na, wat het geweest zou zijn
zioh genoodzaakt te zien daar te zitten luisteren
naar verhalen van verschillende ziekenkamers
en in het intieme leven van andere lieden te
moeten doordringen. Neen, duizendmaal liever
deze plechtige slilte als in een heiligdom, waar
men waakt over en bidt voor de zieken en
noodlijdenden.
Verscheidene malen was zij op het bed toe
getreden. De kranke had zware koorts, die
steeg naar mate de dag vorderde. Een uur
voor zonsondergang, sloot zij 'on hoorbaar de
naar het terras voerende deuren en zij stak
de nachtlamp op, toen de heldere dag van het
Zuiden bijna zonder schemering in nacht over
ging, met heldere, stralenden sterren aan de
eene helft van het firmament, terwijl daarginds
ver aan den horizon felle bliksemstralen door
enkele donkere wolken flikkerden. Het was
een zeer kleine lamp, die geen den minsten
glans door de groote kamer verspreiddehet
vertrek lag geheel in schaduwen gehuld, be
halve daar waar het maanlicht zich een breeden
weg door het hoekvenster baande.
(Wordt vervolgd.)