NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
TOYNBEE WERK.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
DE TWEEDE VROUW
Wo. 46.
Zaterdag 8 Juni 1907.
Zes-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPR IJ S
Per 3 maanden met Zondagsblad f 0.75;
Franco per post door bet gebeele Rijk 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langeetraat 77. Telephoon no. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer Tl, Cent.
|Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Naast liet streven van hen, die geen
verbetering der maatschappelijke toe
standen verwachten, zoo niet de ge-
heele maatschappij in hare talrijke
instellingen getroflen wordt, staat, dat
eene breede schare uitgelezen mannen
en vrouwen, die, zonder in het minst
de gebrekkigheid van sommige dier
instellingen te ontkennen, voor de
maatschappij als geheel meer heil
verwachten van een ingrijpen in, een
verheffing van den individu, als betrek
kelijk klein onderdeel dier gemeen
schap. Daarbij is hun oog gericht
vooral op de zedelijke ontwikkeling
van dien individu en gaan zij daarbij
naar wij zullen zien, niet geheel ten
onrechte, van de veronderstelling uit,
dat, op hoe hooger trap van moreel
standpunt beschouwd, de éénling in
het maatschappelijk leven staat, hij
des te geschikter is, aan de verbete
ring van het geheel mede te werken
en hij in eigen levensomstandigheden
zich gelukkiger voelt.
Zij die deze wijze van verbetering
der maatschappij voorstaan beginnen
dus, om zoo te zeggen, van onderen
af, bij de zedelyke en verstandelijke
ontwikkeling van den afzonderlijken
individu, om zoodoende te geraken
tol een algeheele verbetering van het
geheel. En dit streven heeft dit op
het andere (waarvan hierboven) voor,
dat het niet behoeft te blijven zweven
in de wereld der idealen, maar dat
er dadelijk practische toepassing aan
gegeven kan worden, en, wij mogen
dit gerust al zeggen, met goed gevolg
reeds gegeven zijn.
De voorstanders dezer theorie, de
Toynbee-mannen hebben resultaten
gezien van hun arbeid. Onze lezers
zullen hegrijpen, dat in een zoo kort
bestek als het onze, het niet aangaat
een gedetailleerde beschrijving te geven
van de verschillende vormen, waar
onder Toynbee-werk zich aan ons
voor doet; wij kunnen ze echter
samenvatten in de definitie, door een
dier voorstanders van hun arbeid ge
geven persoonlijke bemoeiingen van
meer ontwikkelden in het belang van
minder onhvikkelden.
En op dat persoonlijke komt het
in dezen zeer aan. Niet door ver
strekken van geld of met het plaats
nemen in commissiën denken zij
hunnen medeleden dier groote maat
schappij van dienst te zijn, neen
zij geven zich, deelen van hun eigen
kennis mede aan minder bevoorrechte
medemenschen, evenals de vurige jonge
man, Arnold Toynbee, zich gaf. toen
hij zijne vacanties van de Oxford
Academie opofferde en zich, later met
een paar sympathiseerende vrienden
in Whitechapel de armoedigste en
meest vervallen buurt van Londen
vestigde om er de arbeiders een eerste
idee van ontwikkeling te brengen.
Hij was de eerste, die een medovoelen
en medeleven met de arbeidende klasse
verkoos boven een genotvol leven te
midden zijner door het lot goed be
deelde familie, maar hij gaf den stoot
aan een beweging, die zich zou open
baren in het meedeelen van eigen
kennis aan anderen in den vorm van
cursussen, populaire voordrachten en
wat dies meer zij. Naar hem noemden
de voorstanders zich en hun arbeid
«Toynbeemannen" en Toynbeewerk.
De resultaten van liet Toynbeewerk
zijn schitterend geweest. Een voor
beeld uit velen. Verviers was vóór de
komst der Toynbeebeweging aldaar
één der oproerigste fabrieksdistricten
van België. Na 1894 behoorden de
inwoners tot de ordelijkste niet alleen,
maar konden, gemiddeld, onder de
beschaafdsten van het koninkrijk ge
rekend worden. Dergelijke voorbeelden
spreken. Ook in de groote steden van
ons land werken de Toynbeebewegin-
gen zeer gunstig. De eerste stoot
daaraan heeft mede gegeven de heer
J. A. Fours, directeur van »Ons Huis"
te Amsterdam.
Wij willen besluiten met het be
spreken van eenige opmerkingen en
tegenwerpingen naar aanleiding van
het Toynbeewerk te berde gebracht.
In de eerste plaats zou de mindere
man bij intiemer omgang met den
meer met aardsche goederen gezegen-
den zich ongelukkig en ontevreden
gaan gevoelen. Wij kunnen dit op
grond der logica tegenspreken.
Integendeel: de mindere man zal
leeren inzien dat de man uit booge-
ren stand zorgen kent en beslomme
ringen, die hij daar niet zou verwacht
hebben, terwijl de rijkere in zijn ar-
meren medemenscb eigenschappen
ontdekt, waarvan het bestaan hij bij
dezen niet vermoeden kon en die hem
voor dien evenmensch waardeering,
zoo niet bewondering afdwingen.
En wat te zeggen van de opmerking
dat al die ontwikkeling den minderen
man zijn lot nog zwaarder te dragen
zou maken 7 Moet, vragen wij in
gemoede, onder welke omstandigheden
ook, een mensch minder gelukkig
zijn omdat hij meer ontwikkeld is?
Doch genoeg. Wij meenen voldoende
te hebben aangetoond' dat Toynbee
werk in het maatschappelijk leven
een factor is waarmede rekening dient
gehouden te worden en die misschien
eene voorbereiding is voor groote her
vormingen, die ons zonder twijfel te
wachten staan.
Donderdag heeft het koninklijk echt
paar van Zweden zijn gouden bruiloft
gevierd. Koning Oscar II is thans 78
jaar, zijn gemalin, geboren prinses
Sophie van Nassau, 72. In de eerste
jaren van hun huwelijk was de ver
houding van den prins tegenover zijn
ouderen, kindeiloozen broeder van vrij
pijnlijken aard, zoodat het prinselijk
paar het wenschelijk achtte zich zoo
veel mogelijk op den achteigrond
te houden. De prins hield zich bezig
met zijn geschiedkundigen en dich
terlijken arbeid de prinses met de
opvoeding barer kinderen en met wer
ken van liefdadigheid. Koning Oscar
is ook later der wetenschap trouw
gebleven en is eeredocter van een
aantal universiteiten. Hij kan, mis
schien met meer recht dan Richelieu,
van zich zeggen, dat hij wel tegen
standers heeft, maar geen vijanden.
Gedurende den laatsten tijd had hij
zich wegens ziekte uit de regeerings-
zaken moeten terugtrekken,maarthans
is hij weer hersteld en heeft hij de
regeeringstaak weder aanvaard.
Koude in Amerika.
't Is aan gene zijde van den Oceaan
nog veel erger dan bij ons, ten ge
volge waarvan de badplaatsen ver
laten worden en elkeen in de steden
aan 't hoekje van den haard kruipt.
Zondag woedde te New-York een
storm uit het N. O bij heel lage
temperatuur. De Catskills liggen onder
de sneeuw sneeuw heeft de gasten
van Coney Island verdreven; te Lenox
in Massachusetts wordt algemeen weer
gestookt en de pension- en hotelhou
ders der zomerverblijven zijn ten
einde raad.
De gemiddelde temperatuur te New-
York is 45 a 48 graden.
De Atlantische Oceaan is vol ijsber
gen 22 Mei 1.1. werden er door twee
Amerikaansche kruisers tien waar
genomen nabij New-Foundland.
Dinsdag is de militaire wacht
in en vóór tiet gebouw van de Tweede
Kamer der Staten-generaal tijdens de
zittingen vervangen door Rijksveld
wachters.
Dinsdagmiddag is de acoustiek
beproefd in de groote vergadeizaal
voor de Vredesconferentie. Een 250-tal
leerlingen van het gymnasium vulde
in de Grafelijke Zaal de verschillende
banken, bestemd voordegedelegeerden
en onderscheidene dezer jongelui richt
ten van daar het woord tot het tegen
over de zitplaatsen gelegen bureau,
gepresideerd door den heer De Beaufort,
eerste gedelegeerde der Nederlandsche
commissie, die wederkeerig met de
sprekers van gedachten wisselde.
Nu het gebeente van wijlen gene
raal Chassé is opgegraven en een
plaats zal krijgen onder het citadel
monument te Ginneken, is door den
Minister van Oorlog bepaald dat die
plaatsing met militaire eer zal ge
schieden en is het kerkbestuur van
de Herv. Kerk te Ginneken uitgenoo-
digd zich dienaangaande te verstaan
met den generaal-majoor bevelhebber
in de 3e militaire afdeeling. Zeer
waarschijnlijk zal H. M. de Koningin
zich bij die plechtigheid doen vertegen
woordigen.
De boomen op de Cloese bij
Lochem hebben ruim f70.000 opge
bracht. Een eik bij het kasteel gold
f300. De havezathe zelf is thans met
de hooging ingezet op f226.265.
De visscherij op de Zuiderzee heeft
in het afgeloopen jaar meer dan
twee millioen gulden opgebracht.
Dit is in de 15-jarige periode,
waarvan betrouwbare statistieken be
staan. nog slechts éénmaal voorgeko
men en wol in het gezegende jaar 1898.
Kersen.
Men schrijft uit Wageningen
Bij de Woensdag alhier gehouden
grooie kersenverkooping werd naar
schatting besteed 3 a 7 cent per K.G.
op het hout. In sommige boomgaar
den is de kersenvoorraad tweemaal
grooter dan vorig jaar, terwijl de fi-
nancieele opbrengst lager bleef.
Uit Rhenen wordt gemeld: De ker
senverpachtingen in de Betuwe zijn
in vollen gang; men besteed 4 a 5
cent per half K.G. aan het hout.
Frans Rosier.
Het «Dagel. Nieuws- en Advertentie
blad" (Groningen) schrijft:
Wees gerust, lezer, Frans Rosier
zwerft niet rond in onze stad. Hij zit,
5)
DOOR
Toliaoarka, Stelsetee.
Ik mag ze ook graag zien, glimlachte hij.
Weet je nog wel, toen wij schoolmeisjes
waren en wij je ook meedrongen naar die
taartjeswinkel op 't Janskerkhof, of op de
Mariaplaats? haalde Sophie op.
Ik liet me toen graag meedringen, maar
nu had ik liever wat anders gewild, zei Frido.
Weet je nog wel, hoe smakelijk Marie
vier, vijf taartjes vlug achter elkaar kon opeten
herhaalde zij weer.
Of ik dat weet, zij, geloof ik zes, of acht,
terwijl jij altijd maar aan je eerste zat te
kieskauwen.
Nu overdrijf je jongetje.
Waarachtig 't is zoo.
Even zwegen zij en keken rond naar 't ge
zellig vertier. 'tWas geheel donker geworden
en buiten, zoowel als binnen werden de gas
pitten aangetlapt.
De dames in 't buffet hadden geen handen
genoeg, om aan de drukke bestellingen te
voldoen.
't Is aardig, maar nu had ik liever iets
anders gewild, zei Frido weer met iets onte
vredens in zijn blik en stem, dat haar niet
ontging.
Wat dan mijn jongen? vroeg zij lief.
Och er is hier nog niets te doen: deze
week is hier totaal niets. En op je huwelijks
reis verlang je wel iets anders, dan hier te
zitten tusschen schoolkinderen. We hadden
naar Parijs moeten gaan, of naar Brussel,
maar zoo'n klein Hollandsch stadje; dat is
vervelend. En een huwelijksreis is nu niet
iets, wat zoo dikwijls voorkomt in je leven.
Sophie voelde zich pijnlijk aangedaan door
dit laatste gezegde. Een hevige blos bedekte
haar teer gezichtje.
Als het iets is, wat je zonder hartzeer
twee keer kunt doen, dan is de mogelijkheid
heelemaal niet uitgesloten, dat je 't nog eens
in je leven doet, dacht zij.
Ik hen ermee tevreden. Na mij ga je
naar Parijs, of Berlijn, bitste zij.
Dat is niet lief, zei hij getroffen, dat is
niet kiesch van je ook. Ik had nooit gedacht
dat jij zoo iets kondt zeggen, want je weet
toch, dat ik voornamelijk om jou naar Parijs
wilde. Ik had je graag een aangename her
innering aan je huwelijksreis willen doen
behouden, en die zul je vooral nu niet heb
ben.
Ze keek hem aan, voelend dat hij gelijk
had. Dat gezegde was haar ontglipt; het was
niet lief. Ze had 't in moeten houden.
Als je er niets tegen hebt, zullen we nu
opstappen, zij hij koel, opstaande, 't Wordt
tijd voor de tram naar Berg-en-Dal.
Langzaam stond zij ook op, mompelend:
Best.
Pijnlijk voelde zij 't berovw in haar ver
drieten. O, 't was laf, dat ze dat had ge
zegd.
Zwijgend staken ze de drukke markt over,
toen in een stillere buitenstraat komend, zei
ze zacht: Vergeef me Fri, 't was ook niet
lief; dat voel ik nu ook. Vergeef me, jon
getje?
Én haar arm door de zijne stekend, vroeg
ze: Ben je nog hoos. Waarom zeg je niets?
Boos niet, maar wel doet 't me verdriet,
dat jij zooiets hebt kunnen zeggen. Licht
vergeet ik dat niet. Omdat ik niet met mijn
gevoel te koop loop, daarom heb ik 't wel.
Je hebt gelijk, stemde ze toe. Nogmaals
vergeef me. Het was heel onlief.
En ze voelde, ook niet meer telkens te
moeten uitspreken de herinneringen wanneer
die haar overstelpten.
Ajo, nu is 't weer goed zei hij, schijnbaar
luchtig.
Maar in zich zelf gekeerd zat Frido, zoo
wel als Sophie, in de stoomtram naar Berg-
en-Dal.
Een week is gauw voorbij dacht zij.
't Zal een opluchting zijn, wanneer die
huwelijksreis maar weer voorbij is en een
heerlijkheid wanneer we veilig in ons eigen
huisje zijn aangekomen.
IV.
Met de sneltrein van zes uur dien Vrijdag
avond reden ze de zware overkapping van
het Utrechtsche Station binnen. Ze voelde
zich geagiteerd, veel geagiteerder dan een week
en een dag geleden, toen zij vertrokken.
Uitstappend zocht haar blik 't perron over
maar ze zag geen bekende.
Misschien is Ma inde wachtkamer, hoopte ze.
Wordt vervolgd.)