NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
HET SPAREN.
BINNENLAND.
Wo. 68.
Zaterdag 24 Augustus 1907.
Zes-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
De Gevanpne op let Slot te Baren.
1469.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75;
Franco per post door het geheele Rijk 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
BureauLangestraat 77. Telephoon no. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Verblijdend is zeker het verschijnsel,
dat er in de laatste jaren zooveel
meer aan sparen gedaan wordt dan
vroeger. Het kind wordt op school
reeds ingeprent om de centen, die
anders nutteloos aan snoepwinkeltjes
en snoeptafeltjes worden besteed op
te garen en dit is een heerlijke ver
schijning.
Spaarzaamheid is eene deugd, waarop
met waardeering neergezien kan
worden, vooral als bet spaarzaamheid
betreft van dingen, die overbodig
zijn. 't Is zeker een streelende zelf
voldoening als men in tijden van nood
en druk zijn toevlucht kan nemen tot
zijn spaarpenningen en anderer hulp
of de openbare liefdadigheid niet be
hoeft in te roepen. Er zijn veel
menschen, wier behoeften groot zijn
en daarom niet in de -gelegenheid
om te sparen, doch de meesten hebben
er wel gelegenheid voor en vergeten
dat één dubbeltje gespaard één
dubbeltje gewonnen is.
De meesten zijn wel in de gelegen
heid om te sparen, zeiden wij reeds,
en vooral diegenen, die vaak hun
zuur verdiende spaarpenningen om
zetten in drank en spel. Wanneer
men maar vijf centen per dag be
spaard maakt dit reeds een som van
f 18.25 in het jaar. Hoeveel werk
lieden worden er niet gevonden die
eene woning de hunne konden
noemen, als al die penningen niet
omgezet waren in sterken drank.
Hoeveel ouders zouden hunne kinderen
niet beter kunnen kleeden en voeden
of de gelegenheid kunnen geven eene
betere positie in de maatschappij te
verwerven, zoo niet dikwijls en altijd
en bij elke gelegenheid de drankflesch
op tafel kwam. En die gelegenheden
zijn velen, bij de geboorte, bij een
huwelijk, bij eene begrafenis wordt
de ilesch voor den dag gebaald, en
dan zijn er zooveel gelegenheden
gezocht of ongezocht waarbij de
ilesch duchtig wordt aangesproken.
Als men eens aanteekening zou willen
houden van al het geld, dat hiermede
verloren gaat, men zou de handen
van verbazing ineen slaan.
Doch niet alleen op drank, er kan
nog op meer andere zaken gespaard
worden, zonder tot bet andere uiterste
«gierigheid" over te slaan. Want
een gierigaard heeft aan zijne be
zittingen niets, het geld heeft voor
hem slechts waarde om het te be
zitten.
Vraag eens wat er door eene ver
standige en zuinige buisvrouw kan
bespaard worden. Zij weet de spijzen
smakelijk te bereiden, zonder in het
overtollige te vervallenzij bezit de
gave om van een oud kleedje voor
haar kind een nieuw te maken en
wanneer op deze manier man en
vrouw harmonisch samen werken moet
er gespaard worden en ontstaat een
gelukkig gezin, dat goede en bruik
bare leden aan de maatschappij af
levert. Hoeveel gezinnen zijn er niet,
die ten ondergegaan zijn, omdat de
vrouw eene slordige huisvrouw was,
die leefde uit den korf zonder zorg,
die geen rekening hield met hare in
komsten en uitgaven. En het slot
daarvan; de man werd uithuizig,
vond in den kroeg meer plezier dan
in den familiekring en jammer en
wee met al den nasleep daarvan
waren bet gevolg.
De gelegenheid om te sparen is
in den tegenwoordigen tijd zoo ge
makkelijk mogelijk gemaakt. In de
eerste plaats heeft men de Rijks
postspaarbank en daarnaast eene
menigte particuliere instellingen in
elke gemeente om te sparen.
Wanneer men begint met het be
gin zal men bemerken dat men ge
noegen krijgt in het sparen en eer
men het vermoedt, is een kapitaaltje
bijeen. Slordige huisvrouw, bedenk
dit, leer uwe slordigheid af en geef
een voorbeeld van spaarzaamheid
aan uwe kinderen, zij doet aan u
en hen een weldaad. Kinderen op
de schoolbanken, wordt u reeds het
sparen als eene deugd voorgehouden,
blijft dezen goede weg getrouw,
nimmer zult gij er berouw over ge
voelen, Gij, die geld uitgeeft aan
bedwelmende dranken, houdt hier
mede op, een spaarbankboekje ge
nomen en het geld naar de Rijks
postspaarbank of andere nuttige
instelling gebracht. Want weet het,
dat vermeerdering van drankgebruik
ook is vermeerdering van ellende,
armoede en misdaden. Vermindering
van drankgebruik leidt tot welvaart,
vrede en geluk. Het bezorgt u een
kloek verstand, een helder hoofd en
een opgewekten levenswandel.
Ouders, die hierin hunne kinderen
voorgaan, zullen zonder twijfel een
dubbele zegen op hun pogen wachten.
Onze volksdichter J. P. Heye zeide
zoo terecht!
Zet de tering naar de nering
Of uw nering krijgt de tering
En gij zelf er bij, mijn kind
De Koningin en de Prins komen
de volgende week Donderdag uit
Dobbin op het Loo terug.
Tot het gala-diner op den verjaar
dag van H. M. de Koningin ten Pa-
leize het Loo zullen dezelfde gasten
worden genoodigd als in vorige jaren
o. a. de Ministeis-Departementsboof-
dende voorzitters van de beide
Kamers der Staten-Generaal en van
de hoogere Staatslichamen alsmede
de Urootofïicieren en andere leden
van Hr. Ms. civiele en militaire huis.
Te Baarn is in het Oranjepark
Woensdagavond een aanschouwelijke
voorstelling gegeven van de inneming
van het slot Ter Eem, ten tijde van
den Tachtigjarigen Oorlog.
Achtereenvolgens werden de vol
gende tafereelen voorgesteldHet
huiselijk leven op het kasteel
De opeisching van het slot door een
Spaansch hoofdman; Het beleg
en de verdediging, De overgave
en de bezetting door de Spanjaarden.
Aan het slot werd een apotheose
gegeven, verlicht met Bengaalsch
vuur, waarbij een Eemnesser boer
de Prinsenvlag hijscht en die der
Spanjaarden verscheurt. De tafereelen
werden afgewisseld door muziek.
Donderdagavond werd eeDe volks
uitvoering gegeven.
Op de Donderdag te Baarn
geopende tentoonstelling der afd.
Utrecht van de Vereeniging ter be
vordering van de bijenteelt in Neder
land werden de volgende prijzen toe
gekend: Honing in secties: le pr.
J. Roosendaal te 's-Graveland. Raat
honing uit lossen bouw: le pr. G.
Dokter te Baarn2e pr. J. Roosen
daal te 's-Graveland. Slingerhong
(voorjaarshoning)le pr. H. Brulle-
man te Baarn2e pr. a. J. Roosen
daal te 's-Graveland2e p. b P. M.
v. Rossum te Waterveen. Boekvveit-
honing: le pr. H. Brulleman te Baarn
Lekhoning. le pr. H. Brulleman te
Baarn. Wasbodemle pr. H. Brulle
man te Baarn2e pr. Fokken te
Soest. Mee (honingdrank): le pr.
Fokken te Soest.
Bestuursprijzen werden toegekend
aan H. Los te Baarn en E. Uijldert
te Blaricum voor observatiekasten en
aan A. v. d. Koppel en T. de Ruin
te Baarn, E. Uijldert te Blaricum
Matthes te Breukelen en C. Wattez
te Bussum voor inzending buiten
mededinging. De jury bestond uit de
heeren J. Esmeijer te Apeldoorn, T.
Hootsen te Hoevelaken en C. Wattez
te Bussum.
Van de Vredesconferentie.
De bijzondere berichtgever van het
Hbl. schrijft:
Gij hebt het gezien, zeide mijn ge
delegeerde het is juist zoo gegaan
met de ontwapeningsquaestie als ik
u voorspelde. Er is een redevoering
gehouden door den Engelschen ver
tegenwoordiger, er zijn bij het bureau
gedeponeerde bewijzen van instemming
voorgelezen, er is niet gestemd, de
heer Nelidow heeft zijn persoonlijke
opinie gegeven en de Britsche wensch
heeft onder «unanimes acclamations"
een eerste klasse begrafenis gehad.
Die wensch beteekent niets méér
dan de wensch van 1899 en van de
«étude sérieuse de cette quaestion"
door de mogendheden komt niemen
dal, al is die studie ook honderdmaal
wenschelijk geoordeeld.
Mijn zegsman is een volbloed pacifist.
En berokkent deze uitkomst u dan
geen teleurstelling? vroeg ik.
Neen, was het antwoord. Ik zal
niet zeggen, dat in magnis voluisse
sat est, maar een ander gevleugeld
woord gebruiken, n.l. dat de toe
komst is aan hen, die gelooven. De
pacifistische beweging is nog jong,
maar op haar is van toepassing bet
devies van het wapen uwer Koningin-
Moeder palma sub pond6re crescit.
De beweging is met smaad ontvan
gen zij heeft woordvoerders gevonden
die in overmoedige geestdrift niet
goed aan de zaak hebben gedaan,
maar de tijd is voorbij, dat men pa
cifistische redevoeringen en geschrif
ten enkel betrachtte als sentimen-
teele demonstraties. Elke groote en
grootsche idéé heeft tijd noodig otn
tot de massa door te dringen, doch
is dit eenmaal het geval, dan zal
g6en enkele regeering in staat zijn
het hoofd te bieden aan een bewe
ging, die uit het volk opkomt. De
volken moeten de staking der wape
ningen willen en toonen. die te
willen door de keuze hunner verte
genwoordigers. Daardoor zal aan den
oorlog nog geen einde komen, de
wereldvrede is een ver verwijderd
ideaal. Er zal een cultuur van eeuwen
noodig zijn om er de volken voor te
winnen. De volken zullen het niet
licht opgeven elkanders welvaart te
bedreigen, maar zij zullen het gaan
verstaan, dat de instandhouding en
gestadige vermeerdering van legers
en vloten in de eerste plaats een
bedreiging is van eigen welvaart.
2)
Huilend loeide de herfstwind door het hooge
geboomte dat Buren's kasteel omringde. Soms
zich tot orkaan verheffende, schudde hij met
kracht de slanke populieren, wier takken zich
ratelend bewegende, een zonderlinge muziek
maaktenzoodra de storm voor een poos ver
minderde in hevigheid, kletterde de regen
zonder ophouden tegen de kleine in lood ge
vatte vensterruiten. Het was dan ook zulk
een koude en gure avond, dat de slotbewaarder,
die het daar buiten onherbergzaam vond, zich
had teruggetrokken in zijn wachthuis en zich
daar hij den kolenhaard had overgegeven aan
eene behagelijke rust, wel verzekerd, dat
niemand op dezen avond het kasteel zou naderen.
Welke was dan ook die zwakke stem, die
op het reeds gevorderde avonduur den wind
trachtte te overschreeuwen, en die, daar zij
geen gehoor verkreeg, nochtans niet afliet,
maar zich telkens luider en luider deed hooren
Na een vrij lang tijdsverloop mocht het
haar eindelijk gelukken door te dringen tot
de ooren van den half sluimerenden wachter.
Wrevelig over die stoornis in zijn rust verliet
hij vloekend zijn huisje en vroeg zich naar
de brug begevende op norschen toon
«Wie daar!"
«Een begijn uit het Sint Geertruida klooster
te 's Hertogenbosch," luidde het antwoord.
«En wat begeert gij?"
«Een kort onderhoud bij Hertog Arnout",
luidde andermaal het antwoord.
«Een goed gezelschap voor den Monnik"
(dit was de spotnaam, dien men den gevangen
Hertog gaf) bromde de wachter in zich zeiven.
Hij liet evenwel de valbrug nederde ranke
maar statige figuur eener vrouw, diep in hare
falie gewikkeld, trad ze over; de wachter
hield onbeschaamd de lantaarn voor haar
gezicht om haar terdeeg op te nemen; hare
gelaatstrekken waren wel wat mager en ver
ouderd, maar er lag nog zooveel aanmin
nigheid en edelaardigheid over verspreid, dat
men het haar aan kon zien, dat zij in hare
jeugd schoon en bevallig moest geweest zijn.
«Volg mij", zeide de cipier en geleidde de
non door een aantal gangen naar de woon
kamer van den Hertog.
In dit vertrek, slechts flauw door het schijn
sel eener lamp verlicht, was de oude man,
zoo noemden hem zijne bewakers eenzaam
neergezeten.
Er waren weldra vier jaren verloopen sedert
dien kouden winternacht, waarin Arnout, door
het verraad van eene trouwelooze gade,
heulende met een plichtverzakenden zoon, die
hem beiden, onder schijn van verzoening, te
Grave waren komen bezoeken, schier naakt
te paard gezet en eerst naar het tolhuis te
Lobith, vervolgens naar het slot te Buren
was overgebracht geworden, om daar zijne
dagen in gevangenschap te slijten. Het is
waar, men had hem deze dragelijk gemaakt,
men had het hem niet aan het noodige levens
onderhoud en aan verkwikkingen laten ont
breken men had hem zoodanig tijdverdrijf
verschaft als zijne bewaring gedoogde; mee-
waardige vrienden en vriendinnen hadden hem
kleine geschenken doen toekomen, doch dat
alles kon hem het gemis zijner vrijheid niet
vergoeden.
Wel was het hem soms vergund binnen
het terrein van het kasteel rond te wandelen
dit mocht voor den gevangene een genot
heetendoch het werd hem helaasdikwijls
vergald door eene bittere gewaarwording.
Wanneer toch het voorjaar weder aanbrak
en het den Hertog gegund werd zijne oogen
te laten weiden over het omringende landschap,
als hij bladeren en bloemsems zag loswinden
uit hunne zwachtels, de Linge frank en vrij
hare wateren voortstuwen, dan voelde hij zijn
hart zoo beklemd, dan ontwaakte in hem de
brandende zucht om ook zijne banden te slaken,
dan smachtte hij naar de vrijheid. Doch niet,
dat was het, wat het hevigst zijn gemoed
griefdehij wrokte niet over den verregaanden
ondank zijner onderdanenhij gevoelde zich
niet gekrenkt over de ontrouw van Katharina
van Kleef, met wie hij reeds lang in onmin
leefde, maar wat hem in zijne gevangenschap
het ondragelijkste viel, het was getuigde
hij zelf het schelmstuk van zijn eigen zoon.
Alle andere leed en smaad dit waren
zijn eigen woorden ontving ik steeds uit
de hand van de Voorzienigheid en met onver
schrokken geest, overtuigd dat de grootste
vorsten aan de grootse wederwaardigheden
onderworpen zijn.
f Wordt vervolgd.)