NIEVWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht, i
FEUILLETON
DliUITRI, DE VRIJWILLIGER
BUITENLAND.
^10. 92.
Zaterdag 16 November 1907.
Zes-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG:
BINNENLAND.
Het ïiart -van ZE3-u.sla.nd..
Amersfoortsc
Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad f 0.75;
Franco per post door het geheele Rijk 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
BureauLangestraat 77. Telephoon n>. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7Cent.
Advertentiên viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Naar men verneemt is de reden
van het uitstel van de komst op Hei
Loo van de Keizerin van Duitschland
gelegen in een uitnoodiging aan H. M.
om het verblijf in Londen met twee
dagen te verlengen in verband met de
feestelijkheden, diealdaai plaatshebben
naar aanleiding van het verblijf van
den Koning en de Koningin vari
Spanje.
De Duitsche keizerin zal nu ten
gevolge van Haar verlengd verblijf
aan het Engelsche Hof Engeland niet
vóór Maandag verlaten en Dinsdag
vroeg in IJmuiden aankomen, om
zich van daar met den Keizerlijken
trein op bezoek van H. M. de Koningin
naar het Loo te begeven.
In de centrale vergadering van
liberale kiesvereenigingen in 't district
Sneek werd tot [candidaat geprocla
meerd voor de Tweede Kamer de
heer mr. A. Verf, oud-burgemeester
van Franeker, thans te's-Gravenhage,
die per telegram de candidatuur heeft
aangenomen.
Hinderwet.
Blijkens verschillende Kon. beslis
singen in zake ingestelde beroepen
krachtens de Hinderwet, gebeurd het
herhaaldelijk, dat appellanten niet-
ontvankelijk worden verklaard, door
dat zij, hoewel schriftelijk hunne
bezwaren bij het Gemeentebestuur
hebbende ingebracht, niet op de
overeenkomst art. 7 der Hinderwet
aangewezen plaats en uur waren
verschenen om hunne bezwaren tegen
het oprichten van de bedoelde in
richting in te brengen.
De tegenwoordige jurisprudentie
eischt, dat teneinde den verzoeker of
een belanghebbende in het ongelijk
te kunnen stellen (art. 15, eerste
lid) hjj voor het Gemeentebestuur of
een of meer zijner leden moet zijn
verschenen om zijne bezwaren mon
deling toe te lichten.
Teneinde met deze wetsuitlegging
onbekende belanghebbenden voor eene
verklaring van nietontvankelijkheid
te vrijwaren, heeft de Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel de
Commissarissen der Koningin in de
provinciën uitgenoodigd aan de Ge
meentebesturen in hun gewest in
overweging te geven, telkens bij de
kennisgevingen, bedoeld in art. 6 der
Hinderwet de aandacht er op te
vestigen, dat volgens de bestaande
jurisprudentie niet tot beroep ge
rechtigd zijn degenen die niet over
eenkomstig art. 7 dier wet, voor het
Gemeentebestuur door een of meer
hunner leden zijn verschenen ter
mondelinge toelichting van ingediende
bezwaren.
Reiu-contróle.
Ten einde bij de steeds grooter
wordende snelheid der spoortreinen
den goeden staat van het remwerk
op gemakkelijke en ongevaarlijke
wijze te controleeren, bestaat sinds
eenigen tijd een toestel sj'steen-Chau-
mont, hetwelk goed blijkt te voldoen
en daarom aan meer dan 3000 rij
tuigen en bagagewagens van de Bel
gische Staatsspoormaatschappij is
aangebracht, en eveneens in gebruik
is genomen bij verschillende spoor
wegmaatschappijen in Frankrijk, Italië,
Hongarije en Rusland. Ook de «Com
pagnie des Wagons-lits", de «Métro-
politain" te Parijs en de electrische
tram te Brussel hebben dat toestel
ingevoerd.
Thans heeft ook hier te lande de
Maatschappij tot Exploitatie van
Staatsspoorwegen sedert eenigen tijd
voorloopig een zestigtal rijtuigen en
bagage-wagens van zulk eene inrich
ting voorzien, ter verbooging van de
veiligheid der reizigers.
De voordeelen van deze vinding
zijn tweeërlei
a. het onmiddelijk uit de hand
regelen van het remwerk, hetgeen
o.m. het voordeel heeft, datdetrein-
smid ten allen tijde het remwerk kan
regelen zonder genoodzaakt te zijn
daarvoor onder den wagen te krui
pen, zooals tot nog toe geschiedde,
en dat zeer gevaarlijk is;
b. het controleeren van de goede
werking der Westinghouse-rem.
Deze werking is af te lezen op
een wijzerplaat, waarvan de wijzer,
welke door middel van een stang
met tuimelaar verbonden is aan den
zuigerstang der remcylinder, de be
weging van het remwerk en de zui-
gerslaglengte aangeeft Hierdoor is
het treinpersoneel in staat zich steeds
te overtuigen van de goede werking
der rem.
Wordt nu de rem in werking ge
bracht en is de remgeleiding tusschen
de spoorwagens niet aangesloten, dan
blijft de wijzer van het toestel aan
het aangesloten rijtuig op nul staan.
Niet alleen ziet dan het treinperso
neel dat de rem niet werkt, maar
tevens op welk gedeelte van den
trein die werking ontbreekt.
(»N. v. d. D.")
Wanordelijkheden aan de K. M. A.
In verschillende groote en kleinere
bladen lazen we een bericht als zou
Maandagavond haast een formeel op
roer onder de cadetten der K. M. A.
hebben gebeerscht. In de cantine is
groot spectakel gemaakt, het meubi
lair is kort en klein geslagen, een
groot gedeelte van den inboedel is
vernield, aldus wordt geschreven.
Om nu stellige zekerheid aangaande
deze geruchten, die gisteren druk
door de stad hebben geloopen, te
krijgen, gingen we om inlichtingen
naar de Academie. Wij zijn nu ge
rechtigd te verklaren, dat wij onzen
inlichtingen, putten uit officieele bron.
Daar verzekert men ons pertinent,
dat de bovengenoemde berichten
heel sterk overdreven waren.
't Is waar, er heeft Maandagavond
omstreeks 6 uur een korten tijd een
gespannen toestand tusschen tal van
cadetten onderling geheerscht, en deze
is ontaard in eene onderlinge klop
partij. Van grove vernieling is echter
geen sprake. In bet geheele gebouw
bleken, toen binnen weinige minuten
de orde en rust hersteld waren, een
twintigtal lampenballonetjes te zijn
stukgeslagen, dat is al. Natuurlijk
komt zoo iets niet te pas; de schul
digen worden behoorlijk gestraft, doch
van een zoogenaamd oproer en van
het stukslaan van meubilair en ruiten
is, zooals ons uit officieele bron werd
verzekerd, niets waar. („D. v. N.-B.")
Het blijvend gedeelte.
In de zitting der Tweede Kamer
van gisteren heeft de heer De Visser
gevraagd
lo. Is het bericht juist dat aan de
miliciens te Amsterdam, die eerst
officieel bericht ontvangen hadden op
28 November a.s. met groot verlof
te kunnen gaan, thans van hooger
hand is medegedeeld dat zij na dien
dag nog vier maanden onder de wape
nen zullen worden gehouden
2o. Zoo ja, welke is de aanleiding
tot dezen maatregel, die inzonderheid
voor hen, welke de bekende nummer
verwisseling reeds in orde gebracht
hadden, even onverwacht als teleur
stellend is
De Minister antwoordde
lo. Het bedoelde bericht is in
hoofdzaak juist:
2o. aanleiding tot den bedoelden
maatregel is dat de bij mijne aan
schrijving van Juli bestaande verwach
ting, als zou het wetsontwerp thans
genummerd 59 vóór 1 December a.s.
tot wet zijn verheven, niet is en niet
meer kan worden verwezenlijkt. Waar
de loop der zaken tot mijn leedwezen
inderdaad tot vele teleurstellingen
aanleiding heeft moeten geven, vlei
ik mij een middel te zullen vinden,
om daaraan zooveel mogelijk te ge-
moet te komen.
De Engelsche strijdsters voor vrou
wenkiesrecht hebben weer eens een
politieke bijeenkomst in de war ge
stuurd. Het was een vergadering te
Brighton, door de voorstanders van
beschermende rechten op touw gezet.
Midden onder de redevoering tegen de
vrijhandelaren stond een dame op
en riep met luider stemme«Presi
dent, ik sta op om te protesteeren
tegen de regeering, die nog maar
steeds den vrouwen het kiesrecht
onthoud." Een groot rnmoer volgde,
deels toejuchingen, deels kreten van af
keuring. Na eenige minuten werd de
dame uit de zaal verwijderd en de
vergadering voortgezet.
Een korten tijd daarna echter her
haalde zich de gebeurteniseen andere
dame stond op en riep uit: «Wat
zegt gij van vrouwenstemrecht?" De
voorzitter zeide dat dit nu voor van
avond afgehandeld wae en zette zijn
rede weer voort; maar een oogen
blikje later verhief zich weer een
dame en riep«En wat zegt gij van
de verplichting der vrouwen om be
lasting te betalen?" Beide rustver-
stoorsters werden door de boden ge
grepen en uit de zaal verwijderd. Zoo
gebeurde het nog herhaalde malen en
het slot was, dat de vergadering
moest uiteengaan.
Bell, de bekende uitvinder van het
zoo veelvuldig gebruikte telefoontoe
stel, heeft zich de laatste jaren bezig
gehouden met den bouw van een
bestuurbaar luchtschip over eenige
dagen zou het gereed zijn en zal hij
het in de nabijheid van Ottawa op
laten.
De vrienden van Bell beweren dat
het schip beter zal zijn dan alles wat
tot dusver op dat gebied is geleverd.
De snelheid zal zeer groot zijn.
De Berlijnsche correspondent van
de Westminster Gazette is, hij ver
telt niet op welke manier, te weten
gekomen wat de Keizer heeft gezegd
over de camarilla aan zijn Hof. De
Keizer beweert dat van een eigenlijke
camarilla geen sprake kan zijnhij
OF
UIT NORMAN HANSEN'S «TOEMAN"
Verhalen uit den Russisch Japanschen oorlog
naar het Dcensch.
5)
In een dier kloosters aan de oevers van
den Wolga had rnen Dimitri als kind gebracht,
om er onderwezen te worden en er de hei
ligen beelden te leeren kennen. Al spoedig
kon hij de legenden van de heiligen lezen,
en de geschiedenissen van de Bogatyrs, de
oude helden van Kiëf en van den Wolga, die
evenals Vikings, op hunne witte paarden het
land in trokken, om het te veroveren. Toen
hij krachtig genoeg was stuurde men hem de
bosschen in, die eigendom van het klooster
waren, met de mannen uit het dorp, om
boomen te vellen, en ze 's winters op sleden
te vervoeren; zoodoende leerde hij de bijl
hanteeren als een houthakker, een goede
karscha-soep koken en met het geweer om
gaan. 's Zomers werkte hij op de boutwerven
aan den oever van den Wolga, waar die reus
achtige arken worden gemaakt, die dienen
moeten om de naphta op den Wolga te ver
voeren. En waar hij ging vervolgden hem die
droomen van avonturen en groote daden,
zooals de oude Bogatyrs ze volbracht hadden.
Zoo kwam het, dat hij zich verbeeldde een
reus gedood te hebben, wanneer hij bezig
was boomen te hakken in het bosch, en hij
zag dan hoe een reusachtige dennenboom
in zijn val de grond om zich heen met zijn
wonderlijk verwarde wortels als de klauwen
van een draak, omwoelde.
Die kinderdroomen voedden zijne verbeel
ding nog, toen hij reeds jongeling was gewor
den, totdat op zekeren dag vreemde ge
ruchten van oorlog zich in het bosch ver
spreidden. Er liepen wonderlijke verhalen over
de vijanden die het land aanvielensommigen
beweerden, dat de Japanners geen mensche-
lijke schepselen waren, maar wezens uit de
tooverwereld. Daarom zond het klooster, dan
ook eenige van de meest wonderdoende hei
ligen beelden naar het oorlogstooneel.
Toen Dimitri in dat voorjaar uit het bosch
terugkeerde, vond hij de werf zoo goed als
verlatende meeste mannen waren opgeëischt
geworden voor de oorlogsvloot, als ze ten
minste geen kans gezien hadden, zich door
in de bosschen te vluchten aan de oproeping
te onttrekken. In het dorp zag hij afbeeldin
gen van mannen, die hem herinnerden aan
de Bogatyrs uit de verhalen zijner jeugd, die
duizenden vijanden onder de hoeven hunner
witte paarden vertrapten.
Nieuwsgierig om er meer van te hooren,
ging hij naar de naastbijgelegen stad, maar
vóór hij daar aankwam, zag hij een wonr-
derlijk schouwspel op de spoorlijn. Op den
weg stond een trein propvol met mannen,
de locomotief snoof, rookte en floot, maar de
trein kwam niet in beweging en eene menigte
vrouwen, eenige met een doek om het hoofd
anderen met hunne kleine kinderen op den
arm hadden zich op den rails voor den trein
geworpen om te beletten dat deze vertrok
en hunne mannen naar het oorlogsveld
bracht.
Wie zal haar helpen Kan ik niets voor
die menschen doen Ik, Dimitri uit het bosch,
kan ik niet in de plaats van één dier mannen
in den oorlog gaan en op die wijze aan
één dier diepbedroefde vrouwen haar man
teruggeven? Zelfs al werd ik gedood, dan
nog zou niemand om mij weenen, want ik
sta geheel alleen op de wereld
Zoo kwam het, dat Dimitri als vrijwilliger
in den oorlog ging. Toen hij vertrok, was
er geen vrouw, die zich voor hem voor den
trein wierp en zijn reis naar het Oosten had
zonder eenig verder voorval plaats, in een
wagon waarvan de vloer met stroo belegd
was, en die gevuld was met mannen en
paarden; allen waren even vroolijk en opge
ruimd, en zij zongen beurtelings de dans
wijzen van den jongen moejick die het hot
aan zijn meisje gaat maken, gekleed als zij
is in de roode sarafaan, en het plechtige
lied van Matoeschka Volga, hunne moeder,
in nevelen gehuld.
Soms kwamen zij een trein met gewonde
tegen, die van het slagveld terugkeerden.
Geen klacht werd gehoord, géén zuchten,
géén snik niets dan doodsche stilte zij zagen
slechts bleeke en kwijnende gezichten, die
Dimitri maar al te goed kende. Diezelfde
gezichten had hij gezien, als hij- in het
voorjaar van uit het bosch in de steppen ge
komen was, waar de dorpelingen den ge-
heelen winter van den hongersnood geleden
hadden.
f Wordt, vervolgd