NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. FEUILLETON. PETER SABLEWSKY. Gemeenteraad. flo. Al. Woensdag 20 Mei 1908. Zeven-en-dertigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Opvoeding der Kinderen. Y. D. MULLER MASSIS. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75; Franco per post door bet gebeele Rijk f 1. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langestraat 77. Telephoonno.69. ADVERTENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte In het gedrag der ouders jegens hunne kinderen en in het werk hun ner opvoeding ligt de kiem van menige vreugde, maar ook tot veel vuldige zorg en ontevredenheid. De behandeling en opvoeding der kinderen is een der gewichtigste punten, waarin vader en moeder ten nauwste moeten overeenstemmen. Het ware te wenscben, dat algemeen wat meer ingezien werd, hoe ontzet tend veel er van eene goede opvoe ding afhangt en dat er wat meer studie gemaakt werd van de kunst van opvoeden. In een onzer groote bladen kwam onlangs onder de rubriek voor Dames het volgende merkwaardige verhaal voor. Eene moeder had bate kinderen beloofd, dat zij over vier weken een middagvoorstelling zouden mogen bijwonen in een der vele gelegen heden van de hoofdstad. Natuurlijk op voorwaarde van een gedurende die vier weken onberispe lijk gedrag. De moeder verklaarde, dat hare kinderen zich uitnemend gedragen hadden, en zich reeds ten zeerste verheugd hadden in het genot dat hun te wachten stond. Doch er kwam een kink in de kabel. Den middag waarop de kindervoorstelling bijge woond zou worden, moest de moeder na ontvangen boodschap van de costuumnaaister een japon passen en zoo kou er van het heerlijk uitstapje waarop de kleinen zich zoo gespitst hadden, niets komen. De kinderen, bitter teleurgesteld toonden zich buos en ontevreden en jammerden en klaagden, waarop de moeder io toorn ontstoken te kennen gaf, dat er nu, als straf, van een bezoek aan de kindervoorstelling niets zou komen. Dus geen uitstel maar afstel. Papa begon er zich mede te be moeien en oordeelde dat zijne teedere wederhelft al zeer onrechtvaardig handelde. Wij beklagen de kinderen, die zulk eene onverstandige moeder hebben, en de man die ten aanzien van de opvoeding zijner kinderen blijkbaar veel hooger staat zal zeker meer dan eens met zijne vrouw oneenigheid hebben over de kinderen. Er zijn tal van ouders, die met hunne kinderen omgaan, al naar het in bun hoofd komt, die hunne opvoe ding afhankelijk stellen van hun luimen, die in het geheel geen slag hebben om met kinderen om te gaan en die zich nooit voor de ernstige vraag stellen: handel ik zoo goed en welke kunnen de gevolgen van mijn handelingen zijn? Zij beschouwen hunne kinderen als wezentjes die niet de minste rechten hebben, en van wie het er niet op aan komt, hoe er met hen gehandeld wordt. Het spreekt van zelf, dat dit op de vorming van hart en karakter der kleinen van buitengewoon groot nadeel is. Als een kind de ervaring, de bittere ervaring opdoet, dat vader en moeder er geen bezwaar in zien een eens gegeven woord te breken, dan lijdt het aan geen twijfel, of zij leeren de groote waarde, de zedelijke verplichting van woord houden niet kennen en een gevolg daarvan is, dat er later op elk gebied weinig staat op hen te maken is. En wat de samenleving heeft aan menschen op wie geen staat te maken is, be hoeven we hier niet nader te be schouwen. Hel schreit ten hemel, zooveel als de opvoeding in tal van gezinnen te wenschen overlaat. En zoo staat het vast, dat de meeste menscben, die den verkeerden weg opgegaan zijn, slachtoffers zijn van eene verwaar loosde opvoeding. En zoo staat het ook vast, dat het gebrek aan degelijk heid, aan karakter, dat bij velen ge constateerd moet worden, uit hetzelfde kwaad voorkomt. En zoo lijdt het ook aan geen twijfel of tal van ge breken in de maatschappij komen voort uit fouten der ouders tegenover hunne kinderen. Kinderen zijn over het algemeen zeer fijn gevoelig op het gebied der rechtvaardigheid. Niets krenkt hen meer dan een onrechtvaardige be jegening. Het was van de moeder uit het verhaal van hierboven een groot onrecht om haar woord te breken. Dat voelden de kinderen diep en het smartte ben zóó, dat zij luide uiting gaven aan hun verdriet. En hun leed zal er nog zooveel grooter om geweest zijn, nu bet hun bleek, dat moeder het passen van een nieuwe japon hooger stelde dan het schenken van lang beloofd genot. Er moest ook nog straf volgen op de groote fout, die de onverstandige moeder tegenover hare kinderen beging Is er wel erger te denken? Wat zouden de kinderen boog tegenover moeder opgezien hebben, indien zij gezegd had: »het passen der nieuwe japon kan wel moeielijk uitgesteld worden, maar mijne belofte gaat voor. Zooveel achting en vertrouwen als zij nu door hare verkeerdheid ver speeld heeft, zooveel zou zij dan ge wonnen hebben. Ongelukkig de ouders en ook ongelukkig de kinderen, wan neer aan achting en vertrouwen te kort gedaan wordt! De ouders moeten bet er steeds op toeleggen, dat hunne kinderen hun onbegrensde achting kunnen toedra gen. En zij kunnen het zoover bren gen, door in al hunne uitlatingen in tegenwoordigheid hunner kinderen zeer voorzichtig te zijn. Wie den moed heeft over alle zaken te spreken in presentie der kleinen, zelfs over zaken, die door kinderooren niet op gevangen mogen worden, wie zich ruwe uitvallen veroorlooft, wie in zijn spreken, zijn doen en laten, onver schillig waarin ook, nimmer rekening houdt met de aanwezigheid zijner kinderen, verbeurt zeer zeker op den duur hunne achting en is er zelf de oorzaak van dat zijne opvoeding bit ter weinig waarde heeft. De achting, die een kind voor zijne ouders heeft, moet de uitwerking hebben, dat het kind alle handelingen zijner ouders voor de beste houdt, dat het in de vaste meening verkeert, dat niemand verbeteren kan hetgeen vader en moeder doen. Weten de ouders het zoover met hunne opvoeding te krijgen, dan zijn de kinderen gelukkig te rekenen. Het spreekt van zelf dat wij hier uitgaan van de veronderstelling dat het der ouders toeleg is alleen het goede "Tj betrachten. Achting bij kinderen van hun vroegste jeugd al gekweekt, blijft dezen bij, zelfs tot zij zelf eenmaal man of vrouw geworden zijn. Naast achting staat ook vertrouwen, dat van even groote waarde is. Wee den ouders, die het vertrouwen dat hunne kinderen in hen meenen te mogen stellen geschokt hebben! Dan blijft er van de achting ook bitter weinig over. Een kind moet de zekerheid hebben, dat vader en moeder zich houden aan hetgeen eenmaal gezegd is, dat zij daar nooit van afwijken. Heeft een vader met een straf gedreigd dan moet hij die ook toepassen, wanneer zij verdiend is; heeft een ouder eens eene belooning onder zekere voorwaarden bepaald, dan moet hij die ook toekennen als aan de voorwaarden voldaan is; is er een eisch gesteld, dat moet er ook gevergd worden dat er volkomen ge volg aan gegeven is; zijn er plannen gemaakt, dan moeten die ook volvoerd worden. Dat alles moet. Hoe het ook ga, bet moet. En daarom het zou immers kunnen gebeuren, dat wat moet niet kan, daarom moeten ouders zeer voorzichtig zijn in bet dreigen met straf, het belooven van beloonin gen, bet stellen van eischen, bet vormen van plannen. En deze waarheid bewijst weer, hoe moeielijk bet opvoe den is, hoeveel overleg er noodig is om de achting zijner kinderen hoog te houden in aan het voor hen gesteld ver trouwen niets te kort te gaan. Laten de ouders het er met den meesten nadruk op toeleggen achting en ver trouwen te verwerven bij hunne kin deren. Die twee zijn het, waarop de gebeele opvoeding moet berusten. Achting en vertrouwen van hunne kindereu moeten den ouders zoo heilig zijn, dat zij het voor nog zooveel niet geschonden zouden willen zien. Achting en vertrouwen zijn de on verbreekbare koorden, die de ontvan kelijke kinderharten verbinden aan het ouderhart. Ter gisterenmiddag onder praesi- dium van den burgemeester Jbr. J. A. Barcbman Wuytiers gehouden ver gadering van den gemeenteraad waren de raadsleden Ruys, van KalkeD, Jo- rissen en Hamers met kennisgeving afwezig. De notulen der vorige ver gadering werden onveranderd goed gekeurd, waarna de gebruikelijke mededeeling volgde van de ingekomen stukken. Naast de goedkeuring van eenige raadsbesluiten door Ged. St. waren ingekomen de verslagen der Ambachts school en Industrie en Huishoudschool over 1907 een verzoek van H. A. de Vries om zijn adres niet in deze doch in een volgende vergadering te be handelen; een rekest van A.J. Gohen met verzoek om ook in aanmerking te mogen komen voor leveranties aan de gemeente; bet jaarverslag der Ver- eeniging tot het verleenen van steun aan werkloozen en een schrijven der Vereeniging Job. v. Oldenbarneveld om aan het plein dat ontstaan zal na de slooping der aan het »driepuntje" aangekochte perceelen, den naam te geven van Joh. van Oldenbarneveld- plein en haar de vergunning te ver leenen om daar eventueel een monu ment voor dien staatsman te doen plaatsen. Punt 1 der agenda: Voorstel van Burgemeester en Wethouders betref fende de onbewoonbaarverklaring van Eene Episode uit de martelingen, door Czaar Peter den Grooten, van Rusland, de vrijheidlievende Strelitzers aangedaan, DOOR 22) Uit den hoogen wonderlijk gebouwden toren der kerk Wassyli Blashenyi, dicht bij waar liet Kruis oprijst, galmen dolle, zwaar brommende klokken met eentoonig, somber lied, een requiem. Een lied van begrafenis en dood. Over het roode plein van het Kremlin, tegen de oude, verweerde muren aan; over de hooge torens en transen en poorten; door de groote sombere stad heen, rolden die zware klanken, nu eens geweldiger, dan minder zwaar van toon. Zij wekten in het hart van de in groote wagens aange voerde en geknevelde Strelitzersvan de hen jammerend en handen wringende omringende vrouwen, kinderen, bruiden, vrienden de diepste en vreeselijkste ontroering. »Dood" galmden en klepperden die klokken en de treurende natuur zong dien somberen doods- psalm mede. Want de natuur deelt in de smart, het lijden van den mensch. Is met zijn lot en leven innig verbonden. Het volks geloof der Sithauers ziet in de vallende ster het beeld van de gestorvenen. Hoort in het ruischen der watervallen, in het fluisteren der winden, in het geritsel van het hooge gras of den eenzamen treurwilg; in het ge- gemurmel der beken en het vallen der ver dorde bladeren een somberen lijkzang. Met den hoog oprijzenden ceder, zich ver liezen in het goud van de zon en het blauw der lucht, stijgt onze geest op de vleugelen der fantazie, naar de Elyseesche velden, vol tintelend leven, schoonheid, genot. In het sombere dal, den grijnzenden, dreigenden afgrond zoekt het de geheimzinnigheden der onderwereld en hoort de wateren van den Styx, onheilspellend, loeien en bruisen. Het klagen van den nachtegaal, in lang gerekte tonen, ontlokt een elegie vol weemoed aan het hart. Het vroolijke, leven en blijdschap uitgalmen van den leeuwerikszang doet ons den donzigen morgen tegenjubelen en hoog, uit wolken van leed en teleurstelling, ver heffen wij ons maar de sfeer van zon en geluk. Zoo heeft alles een spraak, een taal. Geen wolk of oord is er, dat haar niet kent. En nü, nü galmen deze sombere klok ken het doodenlied voor de door tyrannie gekromde Strelitzers. De dood. Oer is niets zoo onnatuurlijk, als de dood. Is het niet vreeselijk, het gaan in den dood van deze eenvoudige mannen, in de vaag van hun leven? Gerukt uit de armen hunner familie en vrienden; omdat zij den tyran niet ge hoorzamen wilden? Maar het scherper luis terend oor hoorde tegenover dien doffen doodenzang een Ander lied klinken. Een tegenzang. Een lied, zingend van trouw tot in den dood en liefde, liefde tot vaderland en vrijheid, hoog boven de morgenengel des doods zich verheffend. Met hen worstelend. Hen, ten slotte, de zege ontrukkend. Het is het lied van de Toekomst de heerlijk stralende, dat elk volk, in stilte zingt. Onder tranen; en toch zingen blijftomdat Hooger Macht dan aardsche het in de ziel heeft geschre ven. De straten van Moskau werden, overal met menschen gevuld. Van heinde en ver waren zij te zamen gestroomd. De zware, meest door pssen; soms door paarden getrokken wagens; rollen erf lateien de straten door. De wagens waarin, de boeren zijn gezeten, die ter dood gedoemd zijn door tyrannie. Eerst werden maar enkele snikkende men- schenstemmen gehoord. Zij werden overstemd door het knersend ratelen der met ijzer be slagen wagens. Maar spoedig begonnen luide kreten te rijzen, afgrijselijke, van moeders, vrouwen, kinderen, bruiden, die, waanzinnig, zich sloegen op de borst. Zich de tressen scheuren van het hoofd en ten hemel zenden angst en jammertoonen, door geen geweld te verdooven. Ook niet door het woeste slaan en er op in hakken van de wreede soldaten van den bloeddorstigen Czaar. Enkelen lieten geen geluid hooren maar hunne rood gekreten oogen schenen van God kalmte en geduld af te bidden. Berusting en vergelding, op Zijnen tijd, van zooveel onrechtvaardig heid. Zij kusten het kruis van den Man van Smarten, dat op hun borst hing, van Hem, Die ook stond als een rots te midden der loeiende baren. Die om ontferming smeekte voor zijne beulen, Zelf geen deernis, dan van onmachtigen, vindend. 1 Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1908 | | pagina 1