NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
BINNENLAND.
BUITEN! AND.
EENE NECROLOGIE.
flo. 64
Zaterdag 8 Augustus 1908
Zeven en dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
NAAR 'T BAD.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 0.75;
Franco per post door het geheele Rijk 1.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 77. Telephoonno. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/, Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Wij Nederlanders zijn beroemd om
onze zindelijkheid om het schoonhou
den van huizen en meubelen. Dit
laatste is trouwens meer een gevolg
van den goeden huisenlijken zin van
de Nederlandsche vrouwen. Maar als
zij nu het huisraad r.iet mederekenen
is dan de netheid ook zoo groot?
Helaas neen. Men heeft weieens ge
zegd dat ons volk vervuilt en voor
een groot gedeelte is dit waar.
Het wascht zich, als men het
wasschen mag noemen, het gezicht en
de handen, de vrouwen ook de armen,
maar als vrij algemeenen regel geldt
dat het lichaam verder door de klee
ren maar schoongehouden moet wor
den.
Dit is zoo sterk, dat menigmaal
een geneesheer zijn patient moet
verzoeken zijn beenen of welk lichaaatr.s
deel ook, behoorlijk schoon te was
schen, eer hij het kan behandelen.
Wanneer men twijfelt aan het be
staan der vervuiling van ons volk,
vraag dan hun die Volks en School-
baden stichten naar hun bevindingen,
als de kinderen voor het eerst zich
in het badhuis ontkleeden. Vraag
het aan de artsen, die de miliciens
geneeskundig onderzoeken bij hun in
dienst treden, vraag het aan hen die
jonge meisjes onderzoeken, die betrek
kingen zoeken bij het rijk, in welken
toestand velen zich aanmelden.
Hierop is het antwoord, dat het
lichaam in den regel duidelijk aan
wijst dat het nooit geheel gewasschen
wordt, zoodat het ondergoed een akelige
lucht verspreidt.
Dat is dus het zindelijke volk der
Nederlanden.
Hoe aan dit euvel een einde te
maken
Natuurlijk door met de kinderen te
beginnen.
Al zijn wij geen voorstanders er
van dat de overheid treedt op het
gebied der ouders of opvoeders, in
dit geval is het noodzakelijk het
opkomend geslacht te gewennen aan
iets beters. School baden bij elke
school achten wij dus onvermijdelijk.
En men zal verzekerd mogen zijn,
dat als de kinderen er eenmaal aan
gewend zijn, zij in het vervolg een
onweerstaanbare behoefte zullen ge
voelen hun geheele lichaam te was
schen.
Hierbij moeten aansluiten badge-
legenheden en zwemscholen.
Het is eigenlijk totaal onbegrijpelijk
dat in ons waterland, met al zijn
rivieren en kanalen, de meeste men-
schen niet kunnen zwemmen. Ja, er
zijn in ons land heel wat matrozen
en schippers die als zij in het water
vallen zich zeiven niet kunnen helpen.
Op de schoolbaden moeten dus vol
gen de zwemscholen, in de eerste
plaats bij het leger. Niet zooals dat
thans geschiedt een weinig baden in
een ongeschikte waterruimte, maar
zwemmen.
In het Duitsche leger moeten de
manschappen leeren zwemmen en het
is een lust een Duitsche troep, die
de zwemles heeft bijgewoond, te zien
terugkeeren onder de tonen van een
uitstekend gezongen lied.
Van onze Marine zullen wij maar
niet spreken. Het is iets van zelf
sprekends, dat Marinematrozen moeten
kunnen zwemmen, dat hierover geen
twijfel kan bestaan. Maar schoolbaden
en zwemscholen, die moeten wij heb
ben.
Voor geneeskundigen behoeft dit
alles geen betoog. Zij weten welke
heerlijke gevolgen de volkomen rein
heid van het lichaam moet hebben
en daar in elke gezondheidscommissie
wel een of meer geneesheeren zitting
hebben, volgt hieruit dat verband
tusscben de Vereeniging voor de Volks-
en Schoolbaden en de Gezondheids-
Commissie hoogst gewenscht is.
Het is een zaak welke zoowel het
tegenwoordig als het opvolgend ge
slacht betreft.
Ons volk is een volk altijd geweest
van waterrattenlaat ons dan toch
zorgen dat dit volk niet bang is voor
water. Zindelijkheid voor huis en hof
is o zoo goed en wordt dikwijlsover
dreven, maar het lichaam, waar het
alles toch om gaat, wordt verwaar
loosd.
Op dus naar het Bad
Gemeentefinanciën.
Minister Heemskerk verzamelt thans
tal van bouwstoffen ter voorbereiding
van een wetsvoorstel betreffende den
financieelen nood der gemeenten. De
Gedeputeerde Staten der verschillende
provinciën moeten over dat onderwerp
advies uitbrengen, doch aan enkele
burgemeesters der plattelandsgemeen
ten wordt mede hunne meening ge
vraagd. De burgemeesters in Gronin
gen dringen er algemeen op aan het
platteland te helpen, door aan de
gemeenten bevoegdheid te verleenen
hoofdelijken omslag te heffen van de
inkomsten, genoten uit vaste goederen,
welke gelegen zijn binnen de gemeente
en bebooren aan uitwonende eigenaars.
Wat vroeger een uitzondering was, is
in de laatste jaren regel geworden,
nl. dat grondeigenaars op gevorderden
leeftijd zich gaan vestigen in de centra
van het vei keer. en het beheer der
boerderij opdragen aan een ander, of
ze desnoods verburen. De gemeente
mist daardoor de inkomsten uit den
hoofdelijken omslag in de eerste plaats,
maar middellijk nog meer, daar ten
gevolge van het vertrek de gebouwen
minder goed onderhouden worden en
de ambachtslieden daardoor minder
verdienen. NR. Ct.)
Middenstand.
Indertijd verzond het Bestuur van
de Vereeniging van Amsterdamsche
Winkeliers tot bevordering van het
Vrije Winkeliersbedrijf een adres aan
den Minister van Landbouw, Handel
en Nijverheid, waarin bezwaar werd
gemaakt tegen de samenstelling van
de Staatscommissie voor den midden
stand, welke zich o.m. bezig houdt
met het vraagstuk der wettelijke
geregelde winkelsluiting. Adressant
wees er o.a. op, dat slechts enkele
leden der Staatscommissie kooplieden
zijn, en deze dan nog tol de voor
standers van sluitingsdwang zouden
bebooren. Meer tegenstanders zag
adressant gaarne in de Staatscommissie
benoemd.
Naar wij vernemen ontving het
Bestuur voornoemd dezer dagen het
volgend antwoord van den Minister
Talma
»In antwoord op uw adres heb ik
de eer u op te merken, dat door u
ten onrechte wordt gemeend dat
slechts enkele leden der Staatscom
missie kooplieden zijn, waar dit het
geval is met meer dan de helft der
leden en dat uwe meening als zouden
die leden alle voorstanders eener
wettelijke winkelsluiting zijn, twijfel
achtig is.
«Voorts moet ik u opmerken, dat
bij de benoeming van leden der
Staatscommissie geen rekening is ge
houden met de meening dier leden
over de vele vragen, die door de
Staatscommissie zullen moeten worden
onder de oogen gezien, maar zooals
uit deu aard der zaak volgt, meer is
gelet op hunne geschiktheid om aan
den arbeid der Staatscommissie deel
te nemen.
»Ten slotte breng ik onder uwe
aandacht, dat eerlang een uitgebreid
onderzoek naar den toestand van den
middenstand zal worden ingesteld.
Ook voor niet leden der Staatscom
missie zal daarbij ruimschoots gelegen
heid bestaau van hun bekende feiten
mededeeling te doen, en alle op
vattingen betreffende regeling van het
sluitingsuur kunnen dan tot uiting
komen."
De Nonvlinder.
Zooals bekend is, zijn thans in de
provincie Noord-Brabant een paar
honderd hectaren dennenbosch door
de rupsen van den nonvlinder in
hevige mate aangetast en worden
met vernieling bedreigd.
Vooral in de gemeenten Tilburg
en Alphen is de schade reeds groot
en het staat te voorzien, dat het
volgend jaar bet aantal insecten zich
nog steik zal hebben uitgebreid, niet
alleen op de bovengenoemde plaatsen,
doch ongetwijfeld ook elders in de
provincie Noord-Brabant en mogelijk
zelfs in enkele andere deelen van het
land. Ondanks het wegvangen toch
van vele vlinders komen in de sterk
aangetaste bosschen dennen voor,
waarop thans wel 2000 eieren van
den nonvlinder gevonden worden. Het
is dus dringend noodzadelijk voor het
volgend jaar tijdig uitgebreide maat
regelen te beramen, opdat dan bij de
bestrijding naar een vast plan kan
gewerkt worden. Van het meeste
belang is het in verband daarmede
ook, dat het schadelijk insect zoo
goed mogelijk bij allen bekend wordt,
opdat dit bij zijn eerste verschijnen
onmiddellijk kan worden herkend en
dus niet de plaag zich reeds beeft
uitgebreid, voor dit woidt opgemerkt.
Ten einde dit te bevorderen en
ook om aan de vele aanvragen van
boschbezitters om inlichtingen te vol
doen, zendt de Directie der Neder
landsche Heidemaatschappij, Nieuwe-
gracht 94 te Utrecht, op verzoek,
zoolang de voorraad strekt, kosteloos
en franco gaarne aan ieder belang
stellende een^ paar opgezette non
vlinders.
Een aanslag op den sultan?
Een der te Geneve wonende Jong-
Turksche leiders kreeg een telegram
uit Konstantinopel, waarin werd mee
gedeeld dat Maandagavond een onder
geschikt paleisbeambte de vertrekken
van den sultan binnendrong en dezen
een dolksteek in de borst toebracht.
De dolk stuitte echter af op het pant-
Uit het Zwecdsch van
SOPHIE ELKAN.
2)
ze interesseeren mij. Dat zal wel te danken
Z1jn aan het gemis van een andere bezigheid.
Uwe keus van reisgelegenheid is uitstekend
geweest; daarentegen ben ik niet zeker of
onze professor mij, door ons het pension Marius
aan te bevelen, wel de ideale verblijfplaats
verschafte, welke bij ons voorscbilderde. Het
buis is ontegenzeggelijk voortreffelijk gelegen,
beschut door de bergen, op voldoenden afstand
van de zee, met een heerlijk uitzicht daarop;
maar de eigenaars bevallen mij niet. Fr ligt
iets van avonturiers, zoowel over den dokter
als over zijne vrouw, boe bekoorlijk de laatste
ook zijn moge, en voor welk eene uitstekende
buismoeder zij ook wenscbt door te <*aan.
Tegenover mij toont zij zich bijzonder vrien
delijk
Dat bij bekwaam is, daaraan twijfel ik niet
maar ik zie en hoor van allerlei, dat mij niet
vereenigbaar voorkomt met zijne roeping als
geneesheer en hoofd eener ziekenkolonie. Want
dat is ons pension onbetwistbaar boewei wij
hier slechts twee gevaarlijke zieken hebben,
een Deen, rector Balie, en een jongen Noor.
Geen van beiden hebben wij geziendaarentegen
ziet men des te meer van 's dokters intiemen
kring, de zoogenaamde wilden. Dit kringetje
bestaat uit drie li vier jonge lieden, die ook
ziek zijn, maar niet zoo ernstig, of zij willen
en kunnen bet vroolijke leventje voortzetten,
dat zij leidden alvorens bierheen te komen.
En die vroolijkheid gelijkt zoo weinig op de
vroolijkheid der jeugd, waarmede gij weet dat
ik zoo gaarne instem, omdat ik zelve altijd
opgeruimd ben geweest, dat zij waarlijk pijnlijk
werkt op degenen, die er getuige van zijn; er
ligt iets gejaagds, koortsachtigs, ziekelijks in
al deze luidruchtigheid, welke niet zelden tot
iets anders overslaat.
Wat dunkt u, bij voorbeeld, van bet volgende
De jonge Molen was verplicht verleden week
een dag in buis te blijven; hij is de zwakste
van de wilden. En weet gij, waarmede hij zich
in zijne eenzaamheid vermaakte Hij bengelde
naar kippen en kuikens uit zijn venster. Het
was een bepaald visschen. Hij wierp zijn lijn
met een worm aan den baak naar de arme
dieren en baalde ze op, zoodra zij toehapten.
En zoo ook dat voortdurende spel. Onmiddellijk
na bet eerste ontbijt wordt de speeltafel naar
den tuin gedragen en daarna boort men den
beelen morgen het rammelen der dobbelsteenen
en van het geld. De dokter speelt altijd mede.
Nu, bet is over bet geheel genomen een on
schuldig genoegen en deze jongelieden, die
hier niets te doen hebben, moeten zich wel
met iets bezighoudenmaar erger is het met
de bijDa dagelijksche uitstapjes naar Monte
Carlo, die zij maken met den dokter als gids.
Zij keeren huiswaarts betzij zeer opgewonden,
of wel geheel ter neergeslagen en uitgeput,
meestal dit laatste. Na bet diner, dat tegen
zeven uur eindigt, komen de dames bijeen in
de zitkamer van mevrouw, gevolgd door de
beeren, die niet houden van tabaksrook, of
van den toon, beerscbende in bet benedenver
trek van den dokter, waar men punch drinkt
en met hazardspel bezig is. Voor het overige
is de dokter evenals zijne vrouw, de aange
naamste persoon in den omgang, dien men zich
voor kan stellen. Hij bezit ook een bijzonder
groot talent als teekenaar, dat liii echter
meestal aanwendt tot bet teekenen van karika
turen. Zij beeft eene verrukkelijke stem en
zingt bare kleine fransche en ietwat gewaagde
liedjes op de meest pikante, behaagzieke wijze.
Het is iets zonderlings zich deze twee jonge,
vroolijke, lichtzinnige menschen voor te stellen,
omgeven van bijna enkel zieken en ik kan de
gedachte niet van mij afzetten, dat deze kring
in het geheel niet voor die kranken geschikt
is en dat het pension en zijne eigenaars bijzonder
goede zaken moeten maken.
De volgende week komt de vriend en stu
diemakker van den dokter, de beroemde Falk-
man. Mevrouw Marius verheugt zich daar
zeer over en vreest slechts dat hij minder
vroolijk en opgewekt zal zijn dan verleden
jaar, toen bij de ziel en bet leven van bet
pension uitmaakte. Het zal aangenaam wezen
zulk een beroemd man te leeren kennen, van
wiens persoonlijke beminnelijkheid men zooveel
boort vertellen. Ik hoop dat zijne sympathieën
zich niet zullen beperken tot zijn goeden vriend
en diens wildendat is mijn smaak niet."
Arvidson haalde een anderen brief uit bet
pakje te voorschijn, en doorlas zwijgend de
eerste bladzijden, terwijl Berg met een vouw
been op de tafel trommelde. Daarop begon
de gastheer op nieuw voor te lezen
«Falkman is gekomen en ik moet zeggen,
dat hij een hoogst aangenamen iudruk maakt.
Vooreerst is hij goed gebouwd en heeft bij
een mooi hoofd, geheel en al het uiterlijk van
een Viking. Tot nu toe zag ik hem nog slechts
van mijn «hooger standpunt", bet balkou
maar van daar gezien heeft hij een bijzonder
gunstig voorkomen, als bij, in een spierwit
flanellen costuum en een breed geranden vilten
hoed op bet hoofd, rondwandelt met de vrouw
des huizes, die er heel tenger en kinderachtig
uitziet naast baar rijzigen gast. Ik kan onmo
gelijk ontdekken dat bij er ziekelijk uitziet.
(Wordt vervolgd).