NIEUW 1
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
Schetsen uit ie rechtzaal.
BUITENLAND.
f\o. 84
Woensdag 19 October 1910
Negen-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG
J. P. METZGER Jr., Tuinarchitect.
Steniaweg ZEIST.
Aanleg van Buitenplaatsen Parken, enz.
FEUILLETON.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS: -
Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15;
Franco per post door bet gebeele Rijk 1.25.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden ui ter lij k Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langrstraat 17. Telephoouno. 69.
ADVERTENTIÊN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'l, Cent.
Advertentiên viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
De spoorwegstaking in Frankrijk.
Volgens de laatste berichten is de
staking op de Fransche spoorwegen
zoo goed als geëindigd. Minister Briand
beeft zulks verklaard tegenover een
aantal parlementsleden, en uit de
opgaven omtrent den loop der treinen
van Maandag blijkt dat inderdaad de
maatschappijen ei in slagen den dienst
bijna normaal te doen verrichten.
M. a. w. de staking is mislukt en de
regeering en de maatschappijen hebben
overwonnen, dank zij Biiand's kraeh-
tige maatregelen en dank zij bet per
soneel op de lijnen buiten hel noorder
en westernet, dat aan den opioep
tot staking geen gehoor gaf. Waren
deze werklieden mede in staking ge
gaan, dan zou het succes van regeering
en maatschappijen willioht twijfelachtig
geweest zijn, maar een spoorwegstaking
die niet algemeen is heeft altijd heel
weinig kans op slagen.
Er komen nog telegrammen over
het neerleggen van den arbeid in
sommige uithoeken der provincie, waar
blijkbaar eerst nu de stakingslust
doordringt; maar betzal daar spoedig
ook wel weer bij het oude zijn, wanneer
men merkt dat in het centrum des
lands de strijd is opgegeven. Ook zijn,
andere bedrijven in Parijs bevangen
door den lust tot staken als gevolg
van bet spoorwegconflict, maar voor
het oogenblik laten ook zij zich niet
ernstig aanzien.
De krachtige maatregelen, die de
regeering genomen heeft orn een einde
te maken aan de staking, hebben haar
niet weerhouden, bij de directeuren
der maatschappijen ernstig aan te
dringen op verbeteringen in den toe
stand van het spoorwegpersoneel. Een
nota van Havas deelt mede dat minister
Millerand Zaterdag in een vergadering
met de spoorwegdirecties den beeren
op het hart heeft gediukt hem spoedig
verslag uit te brengen over de ver
beteringen, die zij in de laatste tien
jaren hebben aangebracht in den
toestand van het personeel. De direc
teuren hebben daarop geantwoord,
dat zij er voor gezorgd hebben, dat
op z'n laatst den eersten Januari 1911
bij alle spoorwegmaatschappijen in
Frankrijk bet minimumloon voor één
dag werk is vastgesteld op vijf francs.
Voorts hebben de directies een rond
schrijven aan het personeel gericht,
waarbij zij dit kennis geven van de
verbeteringen in hun toestand die zijn
ingevoerd of worden voorbereid, en
bet personeel zal het recht hebben,
hetzij persoonlijk, hetzij door zijn ver
tegenwoordigers, zijn opmerkingen bij
de directie kenbaar te maken.
Ziedaar de maatregelen door de
directeuren, feitelijk op aandringen
der regeering, genomen. Men ziet:
al is de staking mislukt in dien zin,
dat de stakers aan bet werk zyri
gegaan zonder inwilliging van hun
giieven verkregen te hebben zij
toch allerminst zonder resultaat geble
ven is, want het lijdt geen twijfel
dat deze maatregelen van regeering
en directies zijn genomen als een
gevolg der staking.
Er is in de telegrammen reeds een
en ander gemeld over het onderhoud
tusschen de afgevaardigden van het
departement van de Seine en minisier
Briand. Die afgevaardigden zijn Zater
dag j.l. naar den eersten minister
gegaan om hem te vragen of hij dacht
te antwoorden op den brief van het
stakingscomilé. Briand antwoordde,
dat hij zulks onmogelijk kon doen
zonder in tweestrijd te komen met
zijn eigen politiek. Hij heeft de spoor
wegen »gemilitariseerd«, d. w. z.de
stakers doen dienst nemen als reservis
ten, met een band om den arm, welke
in de plaats van de uniform treedt;
en Briand kan onder die omstandig
heden onmogelijk onderhandelen met
een stakingscomité, dat hij heeft laten
gevangennemen. De afgevaardigden
hebben na dit antwoord aangehoord
te hebben opnieuw vergaderd en be
sloten den minister die zich bereid
had verklaard, de grieven der stakers
in overweging te nemen aan te
bieden, om zelf dienst te doen als
tusschenpersoon tusschen het stakende
personeel en de regeering. Daartoe
was Briand bereid. Men zegt echter
dat er twee punten bij de eischen der
stakers zijn, over welke Briand van
geen onderhandelingen weten wil:
de weder in dienst-neming der ont
slagenen en de in vrijheidstelling der
gearresteerde stakingsleiders.
Een mededeeling die Zaterdagmid
dag in Parijs verspreid werd heeft
daar groot opzien gewekt. De regeering
zoo werd officieus medegedeeld, meent
naar aanleiding van eenige onder
zoekingen op hel spoor gekomen te
zijn van een geregelden dienst vaq
«sabotage# waarvan het centrum in
Parijs gevestigd is, en waarvan de
uitvoering de ernstigste gevolgen zou
hebbenvernieling van spoorwegen,
van bruggen, en zoo meer. Deorimidde-
lijke bezetting van de lijnen met
soldaten evenwel heeft de uitvoering
van dit plan belet. «Men hoopt spoedig
de verantwoordelijke personen, evenals
hun medeplichtigen in de provincie
te vinden. De straf zal meedoogenloos
zijn. «Aldus eindigt de regeerings-
verklaring.
M. a. w., men had een complot
ontdekt. «Het is natuurlijk aldus
de Figaro geen complot, dat door
het hoog gerechtshof zal worden
berecht. Men begint geen politiek
proces legen een troep boeven die
trachten reizigers te vermoorden. Aan
zulke spoorwegbandieten bewijst men
niet zoo groote eer.«
Uit alle hoeken van bet noorder
en westernet worden ergerlijke gevallen
van sabotage gemeldpogingen om
door een ge wapenden aanval op den
machinist een trein tot stilstand te
dwingen, vernietiging der draden van
de veiligheidstoestellen, verzetting van
wissels en dergelijk moois meer. Een
trein van Dieppe naar Paiijs werd
aangehouden door een bende van 200
stakers, die de seinen op onveilig
door geheel NetTérland.
Levering der versckillende^gmtrffssen tegen BILLIJKE PRIJZEN.
hadden gezet en den machinist, met
de wapens in de hand, wilden dwingen
zijn reis af te breken. De machinist
stoorde zich er niet aan en zette zijn
machinein beweging, waarop de stakers
de ruiten van den trein stuk sloegen
en de reizigers lastig vielen. Van een
anderen trein werden wagens afge
spannen. Bij Villeneuve Saint George
trachtte men den trein te laten ontspo
ren, en het ernstige van alles is ge
weest de aanslag op den sneltrein van
Paiijs naar Calais met de reizigers
naar Londen, op welks weg een bom
is gelegd. Om vier uur 's morgens
hoorde een wegwerker een ontploffing
en begrijpende dat het op den snel
trein PareisCalais gemunt was, ijlde
hij dezen die gelukkig enkele
minuten te laat was tegemoet en
bracht hem, door met zijn lantaarn
te zwaaien, tot stilstand. Men onder
zocht toen en vond op de rechterrail
een bom, die blijkbaar te vroeg ontploft
was. Waarschijnlijk was de bedoeling
geweest door de ontploffing tevens
het spoor te vernietigen, zoodat de
trein moest derailleeren, maar ook
dat was niet gelukt, de rail was
onveranderd blijven liggen liggen.
Een noodlottige brand.
In de Neue Friedrichstrasse te Ber
lijn, ontstond op de tweede verdieping
van een fabriek van linnen goederen
door het springen van een kachel die
eenige naaisters fel opstookten een
noodlottige brand.
Bij de vele brandbare goederen
verspreidden de vlammen zich zeer
snelweldra was dengenen die zich
op de bovenverdiepingen bevonden de
uitweg afgesneden door het branden
van de trappen. Velen sprongen uit
de vensters naar beneden en verschei-
denen bekwamen daarbij ernstigo ver
wondingen maar er werden ook velen
slechts licht gekwetst.
De brandweermannen deden wat zij
konden om met ladders eri springzeilen
de in gevaar verkeerenden te redden.
Maar zij konden niet verhinderen dat
er zeven menschenlevens verloren
gingen.
Bij het onderzoeken van het puin
van liet vernielde gebouw vond men
eerst twee en later nog vijf verkoolde
lichamen.
Een vrouw, die te Berlijn terecht
stond wegens diefstallen in velschil
lende pensions en die deswege tot 18
maanden gevangenisstraf werd ver
oordeeld, werd bij het vernemen van
haar vonnis zóó boos, dat zij met een
vloek den president van de rechtbank
een inktkoker naar het hoofd wierp.
De president werd niet geraakt, maar
al de gerechtsstukken werden met inkt
bemorst, en de driftige juilrouw zal
nu wel door een tweede straf nieuwe
reden tot ergernis krijgen.
Een gevaarvolle ballontocht.
De Duitsche luchtballon Elbe, die,
door den Westenwind meegevuerd,
de Russische grens overstak, is in
Rusland allesbehalve vriendelijk ont
vangen.
Nauwelijks waren de luchtreizigers
de grens gepasseerd, of ze werden
door kozakken achtervolgd en de
kogels floten om den ballon heen. Met
opoffering van een zak ballast steeg
de ballon buiten het bereik van de
geweren, maar begon na eenige uren
weer te dalen en toen hij op een
geringe hoogte boven een heuvelachtig
Fantast.
Een leugen.
Ze dacht, vrouwtje, dat 'ter
nil toch wel voor goed uit zon zijn...
Nadat ze acht jaren zoo stilletjes, zoo
kalmpjes, leefden op het bovenhuisje
in bovenwijt. Zij dacht dat de «nest-
haren" nü wel zouden verdwenen zijn
bij mal, oud mannetje... met wien ze,
jaren en jaren achtereen, last genoeg
had doorleefd, moeite, inspanning,
bewaking om hem in het rechte spoor
te houden—
O, als ze daarvan ging vertellen I
't Was begonnen reeds tuen ze met
elkaar //gingen", nu toch al over
de drie en dertig jaar her... Toen was
Paul al zoo'n rare, zoo vliegerig... Wan
neer er toen van die machines waren
geweest om de lucht in te vliegen—
och lieve grutten, Paultje zou te pletter
zijn gevallen vóórdat hij 't wist... In
den kring van intieme vriendinnen ver
telde zij er wel van... hoe 't gebeurd
was dat hij haar wou overhalen het
montaDt van d'r spaarboekj e te wagen
aan een of ander fantastisch idee... Hij
kon dan praten... prdten I... Een minder
resoluut meisken als Mieken was zou
er reëel beduusd van zijn geworden.
Maar zij hield voet bij stuk.
Als hij, met schitterende oogen,
van opwinding bevende handen, 't zweet
op zijn voorhoofd, klaar was met de
uiteenzetting van zijn plan, dan
haakte hij zijn arm in den hare,
keek haar aan met zijn warm enthu-
siaste oogeD en vroeg:
//Nou, Miekie, doe je 'tl?»
Dan had ze vertelde vrouwtje,
na drie en dertig jaren van lang niet
altijd stormloos en makkelijk huwelijks
leven, dan had ze moeite om zich
taai te houden...
Zij hield van hem, echt en waar.
Maar ze wist: tegen die malle plannen
makerij moest ze krachtig staan, anders
was er geen houden aan... "Ik denk
er niet aan!» antwoordde Mieken,
en haar kin werd spitsig, de uit
drukking van haar oogen koud en
hard... zoodat ze zekeren angst in haar
hart voelde opkomen, zou Paul 't kwa
lijk nemen?... Mij een kat, een kreng
van 'n meid vinden?... Moeite kostte
't haar...
Doch: ze overwon...
En een paar dagen later was hij haar
dankbaar, zag Paultje 't zelf in... dat
ze scherper, beter kijk had op de dingen,
dat hij zich weer op sleeptouw had
laten nemen door een kwasi-vriend,
die misbruik wou maken van z'n licht-
geloovigheid.
Toen had ze eens, van haar spaar-
duiten gekocht, voor Paul, een
mooien, duren ring, met een echt fijn
briljantje er in...
Hij was er confuus van. Kostte op
z'n minst veertig gulden—
//Maar... Mieken!?...// vroeg hij, niet
kunnend begrijpen dergelijke verspil
ling van aartszuinig vrouwtje... Zij
spiedde in z'n oogen of hij 't snapte...
dat ze voor hem, voor Paul, niet schriel
was... ze slechts voor zijn belang, z'n
bestwil, tegen allerlei fantastische
plannetjes opsputterde...
Dien middag herinnerde zij zich nog
wel zeer scherp en helder. Ende
groote vreugde, die over haar was ge
komen toen ze merkte dat hij haar
begreep... toen zij voelde, wist, dat ze
Paultje kon leiden, tot waar ze hem
wou hebbeu... kon beveiligen tegen zijn
dolle, gevaarlijke fantasieën-
Later, na het groote ongeluk, dat
hen getroffen had, j aren later, had hij
eerst recht gezien wat stug vrouwtje
voor hem was.
Na dien klap van de Beurs—
Toen Paultje niets had durven zeggen
om haar niet te laten schrikken...
Toen hij 't ontzettende zes weken
lang verzwegen had-
Maar zij had luistervink gespeeld,
achter de porte-brisée gestaan.
Dagen tevoren had ze 't in de gaten
gehad— z'n onrustige slapen, z'n gemis
aan eetlust, z'n gejaagdheid, z'n on
rustig doen, z'n schrikachtig zijn, z'n
verstrooidheid... 't Had vrouwtjes aan
dacht natuurlijk getrokken... maar ze
zei niets.
Wachtte af— kon slechts denken,
alleen, aan 't vreemde... Toen had ze,
alsof onzichtbaar wezen 't haar in
fluisterde, wist zij dat er nu iets tot
uitbarsting moest komen, staan
luisteren—
Het gesprek was (blijkbaar had hij,
Paul, gewenkt om zachtjes te praten)
fluisterend gevoerd...
Maar toch ving ze klanken op...
«Tja!» zei huisbaas «dat's lastig!
dat's héél lastigDaar was 'k aller
minst op voorbereidU, meneer Kan-
ters... u, uitstel vragen!... Dat's nog
nóóit gebeurdIk had er een accept...
'n accèpt!... op gesteld...»
Weer had Paultje zeker gewenkt
vansst, zachter tochwant men
ging wederom fluisteren...
Mieken was zoo bang geweest over
het vreemde, had staan schreien
achter de gesloten deur.
Was nadat huisbaas de straatdeur
goed-en-wel achter zich had dichtge
trokken bij Paul gaan staan...
Ze zag, hoe hij schrok, wit werd
van angst— Zóó bang, dat ze zou gaan
grommeD, verwijten...
Maar ziet-ge toén had zij
Paultje dan eens getoond hoeveel ze
van hem hield— Echt en diep..
Ze had haar armpjes, de stokkige,
schrompelige, om z'n hals geslagen.
En haar beenig hoofdje tegen hem
aangedrukt-
Hém toe-gefluisterd dat-ie 't zich
toch niet moest aantrekken, hoor
Ze had nog haar spaarduitje... Over
de zeshonderd gulden, waar Paultje
nooit, nooit iets van geweten had...
En haar gouden zaakjes— die ze toch
nooit droeg, waar ze niks-aan-hechtte,
niks-om-gaf... Die kon Paultje óók
krijgen...